Terug
Gepubliceerd op 06/03/2025

Besluit  Gemeenteraad

wo 26/02/2025 - 20:30

Financiën - Retributiereglement op het parkeren in de blauwe zone 2020-2025: Aanpassing

Aanwezig: Daan Versonnen, voorzitter gemeenteraad
Lode Van Looy, burgemeester
Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Pascal Vercammen, Lola Vanderweyen, schepenen
Jan Fonderie, Guido Vaganée, Geert Teughels, Wim Van der Donckt, Karl Theerens, Marcel Claes, Julie De Clerck, Sofie Crauwels, Dirk Keuleers, Marc Huyghe, Lukas De Backer, Edwin Stevens, Conny Van den Brande, Patricia Frederickx, Cindy Symons, Peggy Aerts, Chantal Jacobs, Jef Jacobs, gemeenteraadsleden
Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

Voor de periode 2020-2025 wordt er een gemeentelijke retributie gevestigd voor het parkeren van motorvoertuigen op de openbare weg of op de plaatsen gelijkgesteld aan de openbare weg.

Dit reglement beoogt het parkeren van een motorvoertuig op plaatsen waar parkeren toegelaten is én waar bovendien een blauwe zone-reglementering van toepassing is.

De controle hierop wordt uitgevoerd door Apcoa Belgium. In september 2024 werd de gemeente in kennis gesteld van de overname van de aandelen van Apcoa Belgium NV door de Indigo Groep, wereldleider in parkeerbeheer. Het is deze laatste die de interne processen wenst bij te sturen, waaronder een andere manier van debiteurenbeheer en dit binnen de wettelijke mogelijkheden. In overleg met de andere BODUKAP-gemeenten en de concessionaris werd tot een gezamenlijk standpunt gekomen inzake de aanrekening van de aanmaningskosten en herinneringsbrieven.

Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld het retributiereglement op het parkeren in de blauwe zone 2020-2025, dat door de gemeenteraad op 29/05/2024 werd aangepast, alzo aan te passen.

Voorgeschiedenis
  • 29/01/2020: Besluit van de gemeenteraad houdende de vaststelling van het retributiereglement op het parkeren in de blauwe zone voor de periode 2020-2025.
  • 01/12/2023: Invoegetreding van het boek XIX 'Schulden van de consument'.
  • 29/05/2024: Besluit van de gemeenteraad betreffende de aanpassing van het retributiereglement op het parkeren in de blauwe zone 2020-2025.
  • 29/08/2024: Indigo Groep koop de aandelen van Apcoa Belgium NV en haar dochterondernemingen.
  • 17/12/2024: Overleg tussen Koen De Houwer, Regiomanager Indigo en de financieel directeurs van de BODUKAP-gemeenten.
Feiten en context

Met ingang van 01/09/2023 trad het boek XIX 'Schulden van de consument' In het Wetboek van economisch recht in werking. De bepalingen van dit boek beogen een hoog beschermingsniveau te bieden aan de consument wanneer hij zich in een situatie van betalingsachterstand bevindt.

Hierin worden een aantal zaken vastgelegd zoals:

  • eerste herinnering is steeds gratis en kosten voor bijkomende herinneringen worden geplafonneerd op maximaal € 7,50 bovenop de portkosten;
  • er moet minstens 14 kalenderdagen gewacht worden alvorens een nalatigheidsinterest of een schadevergoeding te vragen;
  • de schadevergoeding wordt beperkt en indien het verschuldigde saldo lager is dan € 150 mag dit maximaal € 20 zijn.

Het debiteurenbeheer inzake inbreuken parkeren in blauwe zone wordt in de minnelijke invorderingsfase uitgevoerd door de concessionaris.

In het retributiereglement goedgekeurd door de gemeenteraad per 29/05/2024 is de retributie als volgt bepaald:

  • verzending van een eerste aanmaning (ingebrekestelling): € 0

  • verzending van een tweede (aangetekende) aanmaning (schadebeding): € 20,00

Indien de retributie dan nog onbetaald blijft, zal deze ingevorderd worden via dwangbevel conform art. 177 Decreet Lokaal Bestuur. Hiervan vallen de kosten ten laste van de schuldenaar van de retributie.

Op voordracht van de concessienemer en in samenspraak met de andere BODUKAP-gemeenten wordt voorgesteld de kosten voor het versturen van aanmaningen te wijzigen, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen enerzijds ondernemingen en buitenlandse nummerplaathouders (vallen niet onder de wetgeving consumentenschulden) en consumenten (vallen niet onder de wetgeving consumentenschulden) als volgt:

De retributie die niet betaald wordt volgens de richtlijnen vermeld staande op de retributieheffing (afgeleverd door de parkeerwachter op de wagen, of toegestuurd per post) volgt de minnelijke aanmaningsprocedure (hetzij B2B, hetzij B2C), met administratieve kosten ten laste van de wanbetaler:

a) T.a.v. ondernemingen en buitenlandse nummerplaathouders :

  • Eerste betaalherinnering: + € 10,00;
  • Tweede betaalaanmaning: (€ 10,00) + € 10,00;
  • Minnelijke aanmaning gerechtsdeurwaarder:  tarief  burgerlijke en handelszaken K.B. 30-11-1976 (niet limitatief onder andere aanmaning met dreiging – inlichting – postzegel –dossierkost – kostprijs inlichtingen -   kwijtings-en inningsrecht).

b) T.a.v. consumenten en conform de wetgeving consumentenschulden ( Boek XIX – W.E.R. art 4.2 ea )

  • Eerste betaalherinnering: gratis + wettelijke wachtperiode;
  • Ingebrekestelling door advocaat of gerechtsdeurwaarder met verhoging forfaitaire vergoeding voor de invorderingskosten volgens wettelijk bepaalde plafonds :
    • € 20,00 als het verschuldigde saldo lager dan of gelijk is aan € 150,00; 
    • € 30,00 vermeerderd met 10 % van het verschuldigde bedrag op de schijf tussen € 150,01 en € 500,00 als het verschuldigde saldo tussen € 150,01 en € 500,00 is;
    • € 65,00 vermeerderd met 5 % van het verschuldigde bedrag op de schijf boven € 500,00 met een maximum van € 2.000,00 als het verschuldigde saldo hoger is dan € 500,00.

De gevorderde verwijlintresten worden gerekend vanaf de ingebrekestelling op de nog te betalen som tegen de referentie-intrestvoet vermeerderd met acht procentpunten, bedoeld in art 5, lid 2 van de Wet van 02/08/2002 betreffende de bestrijding van de betaalachterstand bij handelstransacties (zie ook : Art XIX.4, 1° WER).

Juridische grond
  • De Grondwet, inzonderheid art 170,§3 en §4 betreffende de fiscale autonomie van provincies en gemeenten.
  • Het Decreet over het lokaal bestuur, inzonderheid de artikelen 40,§3 en 41/14.
  • De Omzendbrief KB/ABB 2019/4 over de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.
  • De Omzendbrief KB/ABB 2019/2 betreffende de gemeentefiscaliteit.
  • De Wet van 04/05/2023 houdende invoeging van het boek XIX 'Schulden van de consument' in het Wetboek van economisch recht.
Argumentatie

Het is de bedoeling om met deze retributie op het parkeren in blauwe zone en de daaraan verbonden uitzonderingsregeling voor bewoners tegemoet te komen aan de verzuchtingen van verschillende belangengroepen, zoals onder andere de middenstand en de plaatselijke bewoners, en om toch een zekere rotatie in de parkeermogelijkheden te bewerkstelligen.

Financiële gevolgen

De ontvangsten die voortkomen uit dit retributiereglement worden in het meerjarenplan 2020-2025 ingeschreven onder A24.6/0220-00/7020009.

Publieke stemming
Aanwezig: Daan Versonnen, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Pascal Vercammen, Lola Vanderweyen, Jan Fonderie, Guido Vaganée, Geert Teughels, Wim Van der Donckt, Karl Theerens, Marcel Claes, Julie De Clerck, Sofie Crauwels, Dirk Keuleers, Marc Huyghe, Lukas De Backer, Edwin Stevens, Conny Van den Brande, Patricia Frederickx, Cindy Symons, Peggy Aerts, Chantal Jacobs, Jef Jacobs, Ethel Van den Wijngaert
Voorstanders: Daan Versonnen, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Pascal Vercammen, Lola Vanderweyen, Jan Fonderie, Guido Vaganée, Geert Teughels, Wim Van der Donckt, Karl Theerens, Marcel Claes, Julie De Clerck, Sofie Crauwels, Dirk Keuleers, Marc Huyghe, Lukas De Backer, Edwin Stevens, Conny Van den Brande, Patricia Frederickx, Cindy Symons, Peggy Aerts, Chantal Jacobs, Jef Jacobs
Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
Besluit

Artikel 1 - Het retributiereglement op het parkeren in de blauwe zone 2020 - 2025 wordt aangepast als volgt:

Artikel 1

Voor de periode vanaf heden tot 2025 wordt er een gemeentelijke retributie gevestigd voor het parkeren van motorvoertuigen op de openbare weg of op de plaatsen gelijkgesteld aan de openbare weg. Dit reglement beoogt het parkeren van een motorvoertuig op plaatsen waar dat parkeren toegelaten is én waar bovendien een blauwe zone-reglementering van toepassing is.

Artikel 2

De retributie wordt als volgt vastgesteld:

§1. Voor parkeren in blauwe zone met uitzondering van plaatsen ‘kort parkeren'.

    • Gratis voor de maximale duur die toegelaten is door de verkeersborden.
    • Een forfaitair bedrag van € 25 per dag voor elke 24 uur volgend op de periode die gratis is.

De door de gebruiker gewenste parkeerduur wordt vastgesteld door het zichtbaar aanbrengen achter de voorruit van het voertuig van de parkeerschijf, overeenkomstig artikel 27.1.1 van het Koninklijk Besluit van 01/12/1975.

Het parkeren van voertuigen gebruikt door personen met een handicap is gratis.

Het statuut van “persoon met een handicap” wordt beoordeeld op het ogenblik van het parkeren door het aanbrengen op een zichtbare plaats achter de voorruit van het voertuig van de speciale parkeerkaart voor gehandicapten uitgereikt overeenkomstig de modaliteiten bepaald bij Ministerieel Besluit.

Deze reglementering is niet van toepassing op de bewoners die de door de gemeente uitgereikte officiële bewonerskaart, zichtbaar aanbrengen achter de voorruit van het voertuig.

Deze reglementering is evenmin van toepassing op de bestuurders aan wie een vergunning werd afgeleverd voor de inname van het openbaar domein ter gelegenheid van bouwwerken en verbouwingswerken. Deze vrijstelling wordt beoordeeld op het ogenblik van het parkeren, door het aanbrengen van een attest ‘Inname Openbaar domein’ afgeleverd door de gemeentediensten. Dit attest vermeldt de naam en het adres van diegene aan wie de vergunning werd uitgereikt alsook de periode waarvoor de vergunning werd uitgereikt.

§2. Voor parkeren in blauwe zone enkel voor plaatsen ‘kort parkeren’ tijdens dagen en uren ter plaatse aangegeven.

    • Gratis voor de 30 minuten die toegelaten is door verkeersbord E9a met onderborden GVIIc (met opschrift ‘30 min’) en GV (met opschrift ‘van maandag tot zaterdag – 09.00 u. tot 18.00 u.’).
    • Een forfaitair bedrag van € 25 per dag voor elke 24 uur volgend op de periode die gratis is.

Op de plaatsen voor ‘kort parkeren’ kan een bestuurder tijdens de dagen en uren die ter plaatse zijn aangegeven, 30 minuten parkeren zonder gebruik te maken van een parkeerkaart. De controle gaat volledig digitaal met een automatische activatie via een sensor. De beschikbare parkeertijd in minuten wordt in groene cijfers aangegeven op een display ter plaatse. Van zodra een voertuig te lang aanwezig is, wordt de verstreken tijd in rode cijfers aangegeven.

Buiten de opgegeven uren en dagen is de normale regeling van een ‘blauwe zone’ van toepassing.

Het parkeren van voertuigen gebruikt door personen met een handicap is gratis.

Het statuut van “persoon met een handicap” wordt beoordeeld op het ogenblik van het parkeren door het aanbrengen op een zichtbare plaats achter de voorruit van het voertuig van de speciale parkeerkaart voor gehandicapten uitgereikt overeenkomstig de modaliteiten bepaald bij ministerieel besluit.

Deze reglementering is wel van toepassing op de bewoners in het bezit van een door de gemeente uitgereikte officiële bewonerskaart.

Deze reglementering is ook van toepassing op de bestuurders aan wie een vergunning werd afgeleverd voor de inname van het openbaar domein ter gelegenheid van bouwwerken en verbouwingswerken.

Artikel 3

De retributie is verschuldigd door de houder van de nummerplaat van het voertuig.
De retributie is verschuldigd zodra het voertuig langer geparkeerd is dan de tijd die toegelaten is door de verkeersborden, en is betaalbaar door overschrijving op de rekening van de gemeente.

Artikel 4

Voor parkeren in blauwe zone met uitzondering van plaatsen ‘kort parkeren’ zal als de parkeerschijf niet zichtbaar achter de voorruit van zijn voertuig is geplaatst of in geval de gebruiker de pijl niet op het streepje plaatst dat volgt op het tijdstip van aankomst of indien de gebruiker de aanduidingen wijzigt zonder dat het voertuig de parkeerplaats heeft verlaten, de gebruiker steeds geacht worden te kiezen voor de betaling van het in artikel 2 bedoelde forfaitaire tarief. Bij toepassing van het hierboven vermelde forfait, brengt de aangestelde van de gemeente een uitnodiging om de retributie binnen de vijf dagen te betalen aan op de voorruit van het voertuig.

Artikel 5

In geval van niet betaling van de verschuldigde retributie wordt een aanmaningsprocedure opgestart door de aangestelde firma van de concessieovereenkomst.

De retributie die niet betaald wordt volgens de richtlijnen vermeld staande op de retributieheffing (afgeleverd door de parkeerwachter op de wagen, of toegestuurd per post) volgt de minnelijke aanmaningsprocedure (hetzij B2B, hetzij B2C), met administratieve kosten ten laste van de wanbetaler:

    1. T.a.v. ondernemingen en buitenlandse nummerplaathouders:
      1. Eerste betaalherinnering:  + € 10,00
      2. Tweede betaalaanmaning: (€ 10,00) + € 10,00 
      3. Minnelijke aanmaning gerechtsdeurwaarder:  tarief burgerlijke en handelszaken K.B. 30-11-1976 (niet limitatief onder andere aanmaning met dreiging – inlichting – postzegel –dossierkost – kostprijs inlichtingen -   kwijtings-en inningsrecht) 
    2. T.a.v. consumenten en conform de wetgeving consumentenschulden ( Boek XIX – W.E.R. art 4.2 ea ) 
      1. Eerste betaalherinnering: gratis + wettelijke wachtperiode
      2. Ingebrekestelling door advocaat of gerechtsdeurwaarder met verhoging forfaitaire vergoeding voor de invorderingskosten volgens wettelijk bepaalde plafonds:
        1. € 20,00 als het verschuldigde saldo lager dan of gelijk is aan € 150,00 
        2. € 30,00 vermeerderd met 10 % van het verschuldigde bedrag op de schijf tussen € 150,01 en € 500,00 als het verschuldigde saldo tussen € 150,01 en € 500,00 is
        3. € 65,00 vermeerderd met 5 % van het verschuldigde bedrag op de schijf boven € 500,00 met een maximum van € 2.000,00 als het verschuldigde saldo hoger is dan € 500,00

De gevorderde verwijlintresten worden gerekend vanaf de ingebrekestelling op de nog te betalen som tegen de referentie-intrestvoet vermeerderd met acht procentpunten bedoeld in art 5, lid 2 van de Wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betaalachterstand bij handelstransacties (zie ook: Art XIX.4, 1° WER).

Artikel 2 - Maakt deze beslissing binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke webtoepassing en brengt de toezichthoudende overheid hiervan dezelfde dag op de hoogte.