De voorzitter opent de zitting op 25/08/2021 om 20:42.
De notulen van de vergadering van de gemeenteraad van 30/06/2021 worden ter goedkeuring voorgelegd.
30/06/2021: Vergadering gemeenteraad waarvan de notulen ter goedkeuring worden voorgelegd.
Enig artikel - Keurt de notulen van de vergadering van de gemeenteraad van 30/06/2021 goed.
Het lokaal bestuur van Bonheiden wil graag haar steentje bijdragen om de slachtoffers van het noodweer in Wallonië te ondersteunen. Er worden verschillende acties op touw gezet om geld in te zamelen. Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om voor elke euro die ingezameld wordt met de verschillende acties, een euro te storten aan het Rode Kruis, ter ondersteuning van de slachtoffers, met een maximum van € 10.000.
27/07/2021: Vergadering met Frans Uytterhoeven, waarnemend burgemeester; Bart Vanmarcke, schepen; Hilde Schueremans, schepen; Ingrid Vermeulen, ambtenaar lokale economie en feestelijkheden; Nele Serneels, diensthoofd doelgroepenwerking; Nel Heylen, dienstencentrumleider; Cindy Goovaerts, jeugdcoördinator; Patricia Leemans, administratief medewerkster personeelsdienst en Isabelle Siebens, afdelingshoofd dienstverlening.
Het lokaal bestuur wil op verschillende manieren geld inzamelen ter ondersteuning van de slachtoffers van het noodweer in Wallonië. Er wordt een verkoopactie opgestart waarbij buttons en snoepjes verkocht worden bij lokale handelaars en in de publieke gebouwen. De opbrengst van deze actie wordt integraal overgeschreven naar het Rode Kruis. Daarnaast wordt er ook geld ingezameld via een speciaal rekeningnummer van de gemeente en via collectebussen. Als laatste kunnen er in het najaar ook losse acties volgen van de personeelskring, het dienstencentrum, enz.
Bovenop al deze manieren om geld in te zamelen wil het bestuur ook vanuit de eigen financiën een bedrag van maximaal € 10.000 storten op de hulprekening van het Rode Kruis.
De fractie N-VA vraagt dit punt van de agenda af te voeren, omdat hierover al alles is gecommuniceerd.
Met 6 stemmen ja (Guido Vaganée, Karolien Huibers, Wim Van der Donckt, Geert Teughels, Karl Theerens en Marcel Claes) en 15 stemmen neen (Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Yves Goovaerts, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Eddy Michiels, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Hilde Smets, Hilde Schueremans, Daan Versonnen, Bart Vanmarcke, Charlotte Pittevils en Julie De Clerck)
wordt dit punt niet van de agenda afgevoerd.
Visum:
Gunstig mits aanpassing visum FA 2021/00157 van Financiele dienst van 11 augustus 2021
Enig artikel - Gaat akkoord het bedrag van de inzameling te verdubbelen, tot een maximum van € 10.000 en dit te storten aan het Rode Kruis ter ondersteuning van de slachtoffers van het noodweer in Wallonië.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd kennis te nemen van de opvolgingsrapportering per 30/06/2021 zoals opgemaakt door de diensthoofden, met hierin een stand van zaken van de uitvoering van het meerjarenplan, aangevuld met een overzicht van de geraamde en de gerealiseerde ontvangsten en uitgaven voor het lopende jaar en de wijzigingen in de financiële risico’s.
28/06/2021: Mail financieel directeur aan de dienst- en celhoofden met handleiding en deadlines.
Het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn bepalen wanneer hen een opvolgingsrapportering, met een stand van zaken van de uitvoering van het meerjarenplan, wordt voorgelegd.
Er wordt minstens voor het einde van het derde kwartaal een opvolgingsrapportering over het eerste semester van het boekjaar voorgelegd. Dit is dus per 30/06/2021.
Belangrijk om te weten is dat deze rapportering gaat over de prioritaire acties zoals bepaald bij de goedkeuring van het meerjarenplan 2020-2025, aangevuld met een overzicht van de geraamde en de gerealiseerde ontvangsten en uitgaven voor het lopende jaar en de wijzigingen in de financiële risico’s.
Enig artikel - Neemt kennis van de opvolgingsrapportering per 30/06/2021 zoals deze wordt voorgelegd.
De burgemeester was van 19/07/2021 tot en met 23/08/2021 verhinderd om zijn ambt uit te oefenen.
Deze verhindering en de beëindiging van de periode van verhindering wordt aan de gemeenteraad ter kennisneming voorgelegd.
Het Decreet over het lokaal bestuur, inzonderheid artikel 62.
Overeenkomstig artikel 62 van het Decreet over het lokaal bestuur dient de gemeenteraad akte te nemen van de verhindering van de burgemeester en van de beëindiging van de periode van verhindering.
Enig artikel - Neemt er kennis van dat de burgemeester van 19/07/2021 tot en met 23/08/2021 verhinderd was om zijn ambt uit te oefenen.
De Vlaamse Regering keurde op 16/07/2021 een nieuw Besluit Vlaamse Regering goed voor de lokale preventie, sensibilisering, quarantaine coaching en bronopsporing.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd het addendum bij de samenwerkingsovereenkomst met het Agentschap Zorg en Gezondheid i.v.m. contact- en bronopsporing COVID-19-pandemie goed te keuren.
Sedert de opstart vormt optie 1 (bronopsporing en quarantainecoaching) een belangrijk beheersinstrument om (1) contacten van besmette personen snel te identificeren en in quarantaine te plaatsen, (2) (uitbraak)clusters te detecteren en isoleren en (3) burgers blijvend aan te moedigen en te sensibiliseren om de basismaatregelen vol te houden om zo de transmissie van het COVID-19 virus te doorbreken en deze pandemie in te dijken.
Bij bronopsporing wordt gezocht van wie de besmette persoon zelf de besmetting heeft opgelopen. Bronopsporing heeft als voordeel dat heel gericht kan gezocht worden waar de besmettingen vandaan komen en de lokale besturen als beleidsmakers heel gericht maatregelen (preventie, sensibilisering, handhaving) kunnen nemen.
Als enige niveau ondernemen lokale besturen concrete acties om de bronopsporing te versterken. Ze leggen verbanden door analyse van de beschikbare gegevens, inclusief de gegevens verkregen uit de samenwerkingsovereenkomst met de zorgraad, waardoor ogenschijnlijk willekeurige besmettingen tot één en dezelfde bron kunnen worden teruggebracht om op die manier verdere verspreiding van COVID-19 te beperken door het aanpassen van het lokale beleid inzake infectiebestrijding. Wanneer zij hotspots detecteren, nemen zij eveneens maatregelen om deze te isoleren en zo mogelijk in te perken.
Intussen vordert de vaccinatiecampagne in Vlaanderen met rasse schreden. Niettemin zal bronopsporing de komende maanden nodig blijven. Dit blijft een tweede belangrijke beschermingslinie tegen de verspreiding van het virus.
Uit 2020 leerden we dat de combinatie van versoepelingen van de maatregelen die de verspreiding van het coronavirus moesten indijken in de lente- en zomermaanden, de terugkeer van vakantiegangers en het slechter wordende weer naar het einde van de zomer toe mogelijk aanleiding gaven tot de tweede en meest dodelijke golf van de corona-pandemie in België. Het begin van de tweede golf werd door Sciensano vastgesteld op maandag 31/08/2020.
De vaccinatiecampagne draait weliswaar op volle toeren, maar het zal vermoedelijk nog tot het najaar 2021 duren vooraleer de vaccinatiegraad voldoende hoog is om groepsimmuniteit te bekomen;
Het Hoog Overlegcomité meldt in haar verslag van 18/06/2021 (2020C80750.002): “Het virus zal de volgende maanden blijven circuleren. Bovendien is het risico op nieuwe varianten reëel, die mogelijks een hogere besmettelijkheid en ziektegraad veroorzaken. In dat verband heeft het Comité kennis genomen van de huidige situatie met betrekking tot de delta-variant. Alleen een zo breed mogelijke vaccinatiecampagne biedt hier een afdoend antwoord op. Verder is het belangrijk dat de verschillende onder(delen van een deugdelijk risicobeheer, met name preventie, testing, isolatie en quarantaine, contactopvolging, outbreak management, ventilatie, enz. op een adequaat en doeltreffend niveau worden gehandhaafd.”.
Uit de evaluatie van de periode 01/11/2020 tot en met 31/03/2021 blijkt de meerwaarde van de lokale besturen. Door hun direct contact met de burger en diepgaande kennis van de lokale situatie kunnen de lokale besturen de bronopsporing en quarantainecoaching heel doeltreffend aanpakken. Hierbij gebruiken ze verschillende acties en methodieken om nieuwe uitbraken en nieuwe besmettingen snel te lokaliseren en te bekampen. In aanvulling van de centrale contacttracing op het Vlaamse niveau konden de lokale besturen fysieke hulp bieden of zelfs beschermingsmateriaal ter beschikking stellen.
Op 16/07/2021 heeft de Vlaamse Regering met het besluit van de Vlaamse regering van 16/07/2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken de contouren voor de complementaire werking en inzet in preventie, sensibilisering, lokale bronopsporing, quarantainecoaching en aandacht voor kwetsbare personen door lokale besturen na 31/08/2021 uitgewerkt, met een bijhorende subsidie voor optie 1.
De lokale besturen werken in al deze opdrachten ondersteunend en/of aanvullend op de werking van de COVID-19-teams binnen de zorgraden alsook op de werking van de centrale contactcenters.
De gemeenten die inzetten op optie 1 (sensibilisering / communicatie, preventie, bronopsporing en quarantainecoaching) krijgen een forfaitaire subsidie van € 0,125 per inwoner per maand voor een periode van 01/09/2021 tot en met 15/10/2021
De gemeente wil, na overleg met alle betrokken diensten, complementair inzetten op optie 1.
Besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken.
In scenario 1 ontvangt het lokaal bestuur € 0,125/inwoner per maand. De gemeente Bonheiden ontvangt maandelijks € 1.884,16.
Visum:
Gunstig visum FA 2021/00154 van Financiele dienst van 05 augustus 2021
Artikel 1 - Neemt kennis van het besluit van de Vlaamse Regering van 13/11/2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken, het geconsolideerde besluit van de Vlaamse regering van 23/04/2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing en het contactonderzoek ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken en het besluit van de Vlaamse Regering van 16/07/2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken.
Artikel 2 - Neemt kennis van de onderstaand addendum en keurt dit goed:
Ondergetekenden:
Het Agentschap Zorg en Gezondheid (AZG), vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, bij delegatie, in de persoon van de leidend ambtenaar van agentschap zonder rechtspersoonlijkheid AZG, de heer Dirk Dewolf
ingeschreven in het KBO met ondernemingsnummer 0316.380.84 waarvan de administratieve zetel zich bevindt te Koning Albert II laan 35 / 33, 1030 Schaarbeek
hierna: “AZG”;
en
De gemeente Bonheiden met zetel met zetel Jacques Morrensplein 10, vertegenwoordigd door het college van burgemeester en schepenen, voor wie tekenen Lode Van Looy, burgemeester en Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit d.d. 25/08/2021
ingeschreven in het KBO met nummer 0207534171. waarvan de administratieve zetel zich bevindt te Jacques Morrensplein 10.
Hebben op 27/01/2021 een samenwerkingsovereenkomst gesloten In het kader van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 november 2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken (hierna: besluit van de Vlaamse Regering van 13 november 2021) of het besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing en het contactonderzoek ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken tot verderzetting van de engagementen (hierna: besluit van de Vlaamse Regering van 23 april 2021). – optie 1.
Hebben op 25/05/2021 een addendum bij de samenwerkingsovereenkomst in het kader van het besluit Vlaamse Regering 13 november 2020 en/of het geconsolideerde besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2021 tot verderzetting van de engagementen gesloten.
De samenwerkingsovereenkomst is op 1 november 2020 ingegaan en eindigt op 31 augustus 2021.
In aanvulling op en zo nodig in afwijking van deze overeenkomst zijn partijen het volgende overeengekomen:
Ter ondersteuning van de centrale contactopsporing werden de lokale besturen door de Vlaamse Regering gemobiliseerd om bijkomend in te zetten op preventie, sensibilisering, bronopsporing, quarantainecoaching en contactonderzoek. Op 16 oktober 2020 nam de Vlaamse Regering reeds de beslissing om de bronopsporing en het lokaal contactonderzoek bijkomend te ondersteunen door:
De mobilisering van de lokale besturen om effectief in te zetten op bronopsporing, quarantainecoaching en aandacht voor kwetsbare groepen ter ondersteuning en aanvulling van de inspanningen die reeds door de zorgraden en COVID-19-teams worden opgenomen;
De mobilisering van lokale besturen om een lokaal contactcenter op te zetten in ondersteuning van het centrale contactcenter.
Bij besluit van de Vlaamse Regering van 13 november 2020 werden:
De juridische contouren van de lokale bronopsporing en het lokale contactonderzoek vastgelegd;
De contouren van een specifieke subsidie aan de Vlaamse gemeenten ter ondersteuning van de bijkomende inzet in preventie, sensibilisering, bronopsporing, quarantaine coaching en contactonderzoek vastgelegd.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 13 november 2020 voorzag deze subsidiëring voor de beperkte periode van november 2020 tot en met maart 2021.
Deze subsidiering werd vervolgens verlengd door:
Het besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing (voor de periode van 1 april 2021 tot en met 30 juni 2021) en het contactonderzoek (voor de periode van 1 april 2021 tot en met 31 mei 2021) ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 7 mei 2021 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing (voor de periode van 1 april 2021 tot en met 30 juni 2021) en het contactonderzoek (voor de periode van 1 april 2021 tot en met 31 mei 2021) ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken (hierna: besluit van de Vlaamse Revering van 7 mei 2021).
Voormelde besluiten hebben een initiële looptijd van 1 november 2020 tot en met 31 augustus voor zowel optie 1 als optie 2.
Bij besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2021 werd het financieringsmodel nogmaals met 1,5 maand verlengd tot en met 15 oktober 2021 voor wat optie 1 (inzet in sensibilisering, preventie, bronopsporing en quarantainecoaching) betreft.
2. Partijen zijn een verlenging van de samenwerkingsovereenkomst tot en met 15 oktober 2021 (uiterlijk 15 oktober 2021) overeenkomstig artikel 9, 2° van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing ter bestrijding van de COVID -19 te versterken overeengekomen, onder gelijke voorwaarden en bepalingen als opgenomen in de op 27/01/2021 ondertekende samenwerkingsovereenkomst.
Dit addendum zal aan de samenwerkingsovereenkomst gesloten op 27/01/2021 in het kader van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 november 2020 en/of het besluit van de Vlaamse Regering van 23 april 2021 – optie 1 worden gehecht en maakt - na ondertekening - onlosmakelijk onderdeel uit van deze overeenkomst.
Gezien de huidige overeenkomst de rechtsgrond vormt voor verwerkingsovereenkomst, gesloten in het kader van de op 27/01/2021 gesloten samenwerkingsovereenkomst in het kader van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 november 2020 en/of het besluit van de Vlaamse Regering van 23 april 2021 – optie 1 , blijven deze verder bestaan.
Lokaal bestuur Bonheiden verwerkt de persoonsgegevens conform de instructies van AZG.
Het afsprakenkader gesloten bij de samenwerkingsovereenkomst 27/01/2021 ter uitvoering van de engagementen opgenomen in het kader van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 november 2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken en het geconsolideerde besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing en het contactonderzoek ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken blijft onverkort van toepassing op dit addendum, behoudens het sluiten van een nieuw afsprakenkader dat in dat geval zal worden gevoegd als bijlage 1.
Artikel 7 van de initiële overeenkomst m.b.t. de mogelijke vervroegde beëindiging van de overeenkomst blijft ook op het addendum van toepassing.
Artikel 2 - Machtigt de burgemeester en algemeen directeur namens de gemeente het addendum te ondertekenen.
In het kader van het onderhoud van de gemeentewegen moet de verharding van een aantal wegen worden vernieuwd en/of hersteld.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld een overheidsopdracht voor de noodzakelijke herstellingswerken op te starten en de voorwaarden van de overheidsopdracht en de wijze van gunnen vast te stellen.
Raming: € 137.097,50 excl. btw of € 165.887,98 incl. 21% btw.
Jaarlijks voorziet de gemeente een aanneming voor de uitvoering van werken in het kader van het onderhoud van wegen.
Voor het dienstjaar 2021 worden volgende straten in de aanneming opgenomen:
De werken omvatten telkens het affrezen van de bestaande asfaltlaag en het plaatsen van een nieuwe toplaag.
Het uitvoeren van asfalteringswerken is een overheidsopdracht voor aanneming van werken in de zin van artikel 2.18° van voormelde wet van 17/06/2016.
Overeenkomstig artikel 41, 10° van het Decreet over het lokaal bestuur stelt de gemeenteraad de wijze vast waarop de opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten worden gegund.
De onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking is de meest soepele van de door de wet voorziene gunningswijzen en biedt als belangrijk voordeel dat over de contractuele afspraken daadwerkelijk kan worden onderhandeld. Aangezien het ramingsbedrag, zonder btw, lager ligt dan € 139.000,00 (Koninklijk Besluit van 18/04/2017) wordt er voldaan aan een van de voorwaarden om te kiezen voor de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking doch, indien mogelijk, na raadpleging van meerdere ondernemers (Wet van 17/06/2016).
Anderzijds moeten ook de voorwaarden van de overheidsopdracht worden vastgesteld. In dit geval zijn de algemene uitvoeringsregels zoals deze werden vastgesteld bij het Koninklijk Besluit van 14/01/2013 integraal van toepassing.
De lastvoorwaarden omvatten verder het bijzonder bestek MH/21/375, inclusief samenvattende meetstaat en offerteformulier, waarin de technische uitvoeringsmodaliteiten worden vastgelegd.
De kostprijs voor het uitvoeren van asfalteringswerken wordt geraamd € 137.097,50 excl. btw of € 165.887,98 incl. 21% btw.
Financieel advies:
Gunstig visum FA 2021/00151 van Financiele dienst van 04 augustus 2021
Artikel 1 - Stelt de voorwaarden van de overheidsopdracht vast voor het uitvoeren van asfalteringswerken in verschillende straten, dienstjaar 2021, met een raming van € 137.097,50 excl. btw of € 165.887,98 incl. 21% btw. Deze lastvoorwaarden worden als bijlage aan dit besluit gehecht.
Artikel 2 - Kiest als wijze van gunning voor de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Op 13/04/2021 leverde het college van burgemeester en schepenen een omgevingsvergunning af voor een verkaveling gelegen in de Pruimelaarstraat.
In deze vergunning werd als last opgelegd dat de strook grond met een diepte van 1,95 m over de volledige breedte van het perceel en over de breedte van het links aanpalend perceel langs de Pruimelaarstraat, gelegen voor de rooilijn goedgekeurd bij KB van 03/03/1970, in geel aangeduid op het verkavelingsplan kosteloos aan de gemeente moet worden afgestaan.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld de kosteloze grondafstand te aanvaarden en de overeenkomstige akte goed te keuren.
13/04/2021: Het college van burgemeester en schepenen geeft een omgevingsvergunning af voor een verkaveling gelegen Pruimelaarstraat 4A met kadastrale aanduiding Bonheiden, afdeling 1 sectie A nr(s). 262/S/10, 262/T/10 en 262/V/8.
In de omgevingsvergunning van 13/04/2021 voor de verkaveling van een perceel gelegen Pruimelaarstraat 4A werd grondafstand opgelegd voor het realiseren van de rooilijn, goedgekeurd bij KB van 03/03/1970.
Een perceel met een oppervlakte van 43 m² wordt gratis aan de gemeente afgestaan.
Het nieuw gecreëerde perceel, aangeduid als lot 2 op het opmetingsplan, krijgt de kadastrale aanduiding Bonheiden 1ste afdeling/Bonheiden A 262 A 11 P0000.
Het Decreet over het lokaal bestuur, meer bepaald artikel 41,11° betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Voor een in de Pruimelaarstraat gelegen verkaveling werd in de omgevingsvergunning grondafstand opgelegd. Het over te dragen perceel is bestemd om te worden opgenomen in het openbaar domein.
De grondafstand moet nog bij authentieke akte worden vastgelegd.
Aangezien het hierbij om een daad van beschikking met betrekking tot onroerende goederen gaat is het aan de gemeenteraad de voorwaarden hiervan (akte) vast te stellen.
Aan de overdracht zelf van het onroerend goed zijn geen kosten verbonden.
Artikel 1 - Hecht goedkeuring aan de notariële akte voor de kosteloze overdracht van een perceel gelegen de Pruimelaarstraat met gereserveerde perceelidentificatie Bonheiden 1ste afdeling/Bonheiden A 262 A 11 P0000, die als bijlage bij dit besluit is gevoegd, en er integrerend deel van uitmaakt.
Artikel 2 - De burgemeester en de algemeen directeur zullen de gemeente vertegenwoordigen bij het verlijden van de akte.
Op 06/10/2020 leverde het college van burgemeester en schepenen een omgevingsvergunning af voor een verkaveling gelegen in de Rattenbergstraat.
In deze vergunning werd als last opgelegd dat de strook grond, op het verkavelingsplan aangeduid als lot 3, gratis aan de gemeente dient te worden afgestaan.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld de kosteloze grondafstand te aanvaarden en de overeenkomstige akte goed te keuren.
In de omgevingsvergunning van 06/10/2020 voor de verkaveling van een perceel gelegen Rattenbergstraat 1 werd grondafstand voor het realiseren van de bestemming van BPA nr. 30 "Brughoevestraat" opgelegd.
Een perceel met een oppervlakte van 156 m² wordt gratis aan de gemeente afgestaan.
Het nieuw gecreëerde perceel, aangeduid als lot 3 op het opmetingsplan, krijgt de kadastrale aanduiding Bonheiden 2de afdeling/Rijmenam C 259 F P0000.
Het Decreet over het lokaal bestuur, meer bepaald artikel 41,11° betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Voor een in de Rattenbergstraat gelegen verkaveling werd in de omgevingsvergunning grondafstand opgelegd. Het over te dragen perceel is bestemd om te worden opgenomen in het openbaar domein.
De grondafstand moet nog bij authentieke akte worden vastgelegd.
Aangezien het hierbij om een daad van beschikking met betrekking tot onroerende goederen gaat is het aan de gemeenteraad de voorwaarden hiervan (akte) vast te stellen.
Aan de overdracht zelf van het onroerend goed zijn geen kosten verbonden.
Artikel 1 - Hecht goedkeuring aan de notariële akte voor de kosteloze overdracht van een perceel gelegen de Rattenbergstraat met gereserveerde perceelidentificatie Bonheiden 2de afdeling/Rijmenam C 259 F P0000, die als bijlage bij dit besluit is gevoegd, en er integrerend deel van uitmaakt.
Artikel 2 - De burgemeester en de algemeen directeur zullen de gemeente vertegenwoordigen bij het verlijden van de akte.
In het kader van het Aquafinproject "Verbindingsriolering Weynesbaan" wenst Aquafin een inneming te doen voor de inplanting van een pompstation op grond van de gemeente.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld de verkoopbelofte voor het in te nemen perceel met een oppervlakte van 2 m², tegen een bedrag van € 74,90, goed te keuren.
Voor het bovengemeentelijke Aquafinproject "Verbindingsriolering Weynesbaan" wenst Aquafin, voor de inplanting van een pompstation, een oppervlakte van 2 m² van het gemeentelijk perceel, gelegen op de hoek van de Weynesbaan en de Oude Booischotsebaan, met kadastrale aanduiding Bonheiden, 2de afdeling, sectie A nr. 313/02/C, aan te kopen.
De verkoopprijs bedraagt € 74,90.
Het Decreet over het lokaal bestuur.
Naar aanleiding van de rioleringswerken op de Weynesbaan wenst Aquafin grond van de gemeente aan te kopen.
Overeenkomstig artikel 41,11° het Decreet van 22/12/2017 over het lokaal bestuur is de gemeenteraad bevoegd voor het stellen van daden van beschikking over onroerende goederen.
De vergoeding voor de inneming door Aquafin bedraagt € 74,90.
Artikel 1 - Hecht goedkeuring aan de volgende overeenkomst voor de verkoop van een perceel naar aanleiding van het Aquafinproject "Verbindingsriolering Weynesbaan":
Deze verkoopbelofte wordt als bijlage gehecht aan dit besluit.
Artikel 2 - De burgemeester en de algemeen directeur worden gemachtigd de verkoopbelofte te ondertekenen.
Bonheiden Tennis Klub (BTK) en TC Kiksham kregen als erkende verenigingen beide een ondersteuning van € 15.000 voor de aanleg van een padelveld ter promotie van de padelsport in de gemeente. TC Kromveld, als derde tennisclub in de gemeente, vraagt eveneens een ondersteuning voor de aanleg van hun padelveld. Aan de toekenning van deze ondersteuning zijn voorwaarden gekoppeld. Gezien TC Kromveld aan twee van de drie gestelde voorwaarden voldoet, wordt voorgesteld een financiële bijdrage van € 10.000 toe te kennen voor de aanleg van hun padelveld.
Aan de gemeenteraad wordt goedkeuring gevraagd voor de financiële ondersteuning aan TC Kromveld.
In de gemeenteraad van 24/02/2021 werd beslist dat BTK en TC Kiksham een financiële ondersteuning kregen voor de aanleg van een padelveld dat ook open gesteld wordt aan niet-leden. Deze velden zijn inmiddels in gebruik.
Om gelijkwaardige ondersteuning te geven aan de drie tennisclubs op gemeentelijk grondgebied wordt voorgesteld om in te gaan op de vraag van TC Kromveld naar ondersteuning voor de aanleg van hun padelveld. De voorwaarde dat dit padelveld ook open moet gesteld worden voor niet-leden geldt eveneens.
Gezien TC Kromveld geen gemeentelijke erkende vereniging is maar een organisatie met commercieel karakter, werden bijkomende voorwaarden opgesteld inzake de toekenning van de financiële ondersteuning:
Het Decreet over het lokaal bestuur.
Bij het gemeentelijk sportbeleid is het promoten van bewegen en sporten een kernopdracht. Vanuit deze visie wordt ingesprongen op de actuele trend van padelsport gezien deze sport laagdrempelig is en een duurzaam karakter heeft. Deze promotie wordt ingevuld door de drie lokale tennisclubs te ondersteunen bij de aanleg van een padelveld waarbij wordt gevraagd om deze velden ook open te stellen voor niet-leden. Dergelijke werkwijze van samenwerking met externe partners kadert in de gemeentelijke visie inzake vrije tijdbeleid.
Om een transparant en rechtlijnig ondersteuningsbeleid uit te dragen wordt geopteerd om aan alle lokale tennisclubs een gelijkwaardige ondersteuning te geven.
In de meerjarenplanning voor 2024 is € 55.000 voorzien voor de aanleg van een padelveld in eigen beheer. Door de actuele hype van padel is dit budget naar voor geschoven en wordt dit gebruikt voor de ondersteuning voor de aanleg van padelvelden door lokale tennisclubs. Gevolg van deze bijsturing is dat met het beschikbaar budget drie velden in 2021 worden aangelegd i.p.v. één veld in 2024.
Visum:
Gunstig visum FA 2021/00155 van Financiele dienst van 06 augustus 2021
Enig artikel - Gaat akkoord met het toekennen van een financiële ondersteuning van € 10.000 aan TC Kromveld voor het aanleggen van een padelveld.
De korpschef van de politiezone BODUKAP vraagt de gemeenteraad principiële toestemming voor het zichtbaar gebruik van mobiele camera's (bodycam's, dashcam's en dronecamera's) door andere politiezones die steun leveren aan de politiezone BODUKAP en dit op het grondgebied van de vier BODUKAP-gemeenten (Bonheiden, Duffel, Sint-Katelijne-Waver en Putte).
Vandaag gebruikt de politie reeds vaste-, tijdelijk vaste-, mobiele- en intelligente camera’s om het politiewerk te ondersteunen en de haar toegekende middelen efficiënter en gerichter te gebruiken. Camera’s zijn dan ook een onmisbaar middel in het uitvoeren van het veiligheidsbeleid zowel voor opdrachten van gerechtelijke als bestuurlijke politie en/of bij een verhoogd risico op ordeverstoring al of niet bij grote volkstoelopen, bij escalatie van geweld tegen en/of belaging van politieploegen of bij bedreiging van de openbare veiligheid door calamiteiten die dringend aandacht vragen. Camera’s hebben zowel een preventieve, ontradende als opsporingswaarde.
De plaatsing en het gebruik van camera’s door politiediensten wordt niet langer geregeld door de camerawet van 21/03/2007. De wet op het politieambt (WPA) legt sinds de wijzigingen bij de wet van 21/03/2018 het kader vast voor de plaatsing en het gebruik van camera’s door de politiediensten ter ondersteuning van hun opdrachten van bestuurlijke en gerechtelijke politie.
Art. 25/1 e.v. WPA bepalen dat een politiedienst in het raam van opdrachten van bestuurlijke en gerechtelijke politie al dan niet intelligente vaste, tijdelijk vaste en mobiele camera’s op zichtbare wijze kan gebruiken op het grondgebied dat onder zijn bevoegdheid valt. Krachtens art. 25/4 WPA moet, wat betreft het zichtbaar cameragebruik in een politiezone, de korpschef van de politiezone hiervoor wel een principiële voorafgaande toestemming vragen aan de gemeenteraad.
Het is in deze context dat de korpschef van politiezone BODUKAP de gemeenteraad om de principiële toestemming verzoekt voor het zichtbaar gebruik van de in de aanvraag opgesomde, in voorkomend geval intelligente, vaste, tijdelijk vaste en mobiele camera’s op het grondgebied van de gemeente Bonheiden, dit conform de wettelijke bepalingen, in het bijzonder opgenomen in artikel 25/1 e.v. WPA.
In deze toestemmingsaanvraag wordt het type camera, de doeleinden, de gebruiksmodaliteiten en de plaats beschreven. Bij deze aanvraag wordt rekening gehouden met een impact- en risicoanalyse op het vlak van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer en op operationeel niveau, met name wat de categorieën van verwerkte persoonsgegevens betreft, de proportionaliteit van de aangewende middelen, de te bereiken operationele doelstellingen en de bewaartermijn van de gegevens die nodig is om deze doelstellingen te bereiken (zie bijlage).
De functionaris voor gegevensbescherming van de lokale politiezone BODUKAP gaf op 22/06/2021 positief advies.
Er zijn geen financiële gevolgen voor de gemeente.
Artikel 1 - Neemt kennis van de aanvraag van de korpschef van de lokale Politiezone BODUKAP voor de principiële toestemming tot het zichtbaar cameragebruik van de mobiele camera’s, door leden van een andere politiezone dewelke steun leveren aan de politiezone BODUKAP en/of deelnemen aan gezamenlijke acties, dit conform de overeenkomstige wettelijke bepalingen.
Artikel 2 - Verleent de principiële toestemming aan de lokale Politiezone BODUKAP om in het kader van haar opdrachten en conform de wettelijke bepalingen ter zake zichtbaar gebruik te maken van mobiele camera’s door leden van een andere politiezone, op het grondgebied van de gemeente Bonheiden zoals gespecifieerd in de aanvraag van de korpschef.
Artikel 3 - Brengt deze toestemming ter kennis aan de korpschef, die instaat voor het toezicht op het gebruik van de camera’s op zichtbare wijze door de lokale politie BODUKAP conform de overeenkomstige wettelijke bepalingen.
Artikel 4 - Neemt akte van de opdracht van de burgemeester aan de korpschef om deze toestemming ter kennis te brengen van de procureur des Konings.
Artikel 5 - Maakt deze beslissing, overeenkomst artikel 286 en 287 van het Decreet over het lokaal bestuur, binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke website en brengt de toezichthoudende overheid, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur hiervan dezelfde dag op de hoogte.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld de rechtspositieregeling aan te passen, meer bepaald de wijziging van het artikel 278 betreffende de referentieperiodes in het kader van de arbeidstijdenwet.
Volgens de Arbeidstijdenwet mogen personeelsleden niet meer dan gemiddeld 38 uren per week werken over een referentieperiode van vier maanden. In onze organisatie is de arbeidstijdenwet van toepassing op alle personeelsleden met uitzondering van het personeel van de cultuurdienst en de dienst IBO, zij ressorteren onder de arbeidswet.
De Arbeidstijdenwet bevat over de referentieperiode zelf geen nadere bepalingen. Men kan er van uitgaan dat de betrokken werkgever die zelf kan bepalen en zelfs kan differentiëren per personeelslid. Het is dus aan de werkgever om te zorgen voor een afdoend systeem dat de referentieperiode correct registreert en, wanneer dit vereist is, inhaalrust toekent binnen die periode van vier maanden. In de huidige bepalingen in de rechtspositieregeling en het arbeidsreglement is de referentieperiode vastgelegd als volgt:
Verschillende diensten hebben aangegeven dat het moeilijk is om de meeruren gemaakt tijdens de zomermaanden, die recht geven op inhaalrust, op tijd te recupereren.
Door de referentieperiode een maand te verschuiven krijgen personeelsleden een maand extra na de zomermaanden om meeruren te recupereren. De verschuiving zou gebeuren als volgt:
Artikel 1 - Gaat akkoord met de aanpassing van artikel 278, §5 van de rechtspositieregeling gemeente als volgt:
“§5. Met het oog op het presteren van de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur zoals vermeld in §1, en met het oog op de opname van de compenserende inhaalrust zoals vermeld in §2, wordt het kalenderjaar opgedeeld in 3 referentieperiodes van 4 maanden:
Artikel 2 - Maakt deze beslissing, overeenkomst artikel 286 en 287 van het Decreet over het lokaal bestuur, binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke website en brengt de toezichthoudende overheid, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur hiervan dezelfde dag op de hoogte.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld het arbeidsreglement aan te passen, meer bepaald de wijziging van het artikel 6, 1° en artikel 15,§1, lid 2 betreffende de referentieperiodes in het kader van de arbeidstijdenwet.
Volgens de Arbeidstijdenwet mogen personeelsleden niet meer dan gemiddeld 38 uren per week werken over een referentieperiode van vier maanden. In onze organisatie is de arbeidstijdenwet van toepassing op alle personeelsleden met uitzondering van het personeel van de cultuurdienst en de dienst IBO, zij ressorteren onder de arbeidswet.
De Arbeidstijdenwet bevat over de referentieperiode zelf geen nadere bepalingen. We kunnen er van uitgaan dat de betrokken werkgever die zelf kan bepalen en zelfs kan differentiëren per personeelslid. Het is dus aan de werkgever om te zorgen voor een afdoend systeem dat de referentieperiode correct registreert en, wanneer dit vereist is, inhaalrust toekent binnen die periode van vier maanden. In de huidige bepalingen in de rechtspositieregeling en het arbeidsreglement is de referentieperiode vastgelegd als volgt:
Verschillende diensten hebben aangegeven dat het moeilijk is om de meeruren gemaakt tijdens de zomermaanden en die recht geven op inhaalrust, op tijd te recupereren.
Door het verschuiven van de referentieperiode tot een maand later krijgen personeelsleden een maand extra na de zomermaanden om meeruren te recupereren. De verschuiving zou gebeuren als volgt:
Artikel 1 – Gaat akkoord met de aanpassing van artikel 6, 1° van het arbeidsreglement van gemeente als volgt:
“1° Regeling op basis van de arbeidstijdenwet:
De referentieperiode waarover de wekelijkse arbeidsduur moet worden geëerbiedigd bedraagt telkens een periode van 4 maanden: februari – mei, juni – september, oktober – januari. “
Artikel 2 – Gaat akkoord met de aanpassing van artikel 15, §1, lid 2 van het arbeidsreglement gemeente als volgt:
“Overuren worden gecompenseerd door inhaalrust die gelijk is aan de duur van de overuren. Deze inhaalrust dient opgenomen te worden binnen een referentieperiode van 4 maanden:
februari – mei, juni – september, oktober – januari.
Artikel 3 - Maakt deze beslissing, overeenkomst artikel 286 en 287 van het Decreet over het lokaal bestuur, binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke website en brengt de toezichthoudende overheid, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur hiervan dezelfde dag op de hoogte.
Door de coronacrisis werd de organisatie van de ene op de andere dag verplicht om telewerk in te voeren. Voor de coronacrisis was telewerk niet aan de orde in onze organisatie, in de gemeente noch in het OCMW. Nu het 'gewone' leven stilaan terug op gang komt, dient onze organisatie een wettelijk kader in te voeren rond telewerk indien we telewerk mogelijk willen blijven maken voor de werknemers.
Uit een bevraging bij het personeel blijkt dat het overgrote deel vragende partij is om telewerk blijvend mogelijk te maken.
Er werd een telewerkpolicy opgemaakt onder de vorm van een apart hoofdstuk in het arbeidsreglement waarin de krijtlijnen rond telewerk worden vastgelegd.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd de aanpassingen die hiervoor gemaakt zijn in het arbeidsreglement goed te keuren.
Door de coronacrisis werd de organisatie van de ene op de andere dag verplicht om telewerk in te voeren. Voor de coronacrisis was telewerk niet aan de orde in de organisatie, in de gemeente noch in het OCMW. Op korte tijd werd alles op alles gezet om op een vlotte manier te kunnen telewerken. Er werden duidelijk afspraken gemaakt rond onder andere bereikbaarheid, taken, beschikbaarheid,... Op vlak van ICT werd Teams in versneld tempo ingevoerd zodat men in connectie bleef met teamleden. Het werd duidelijk dat telewerk een aantal voordelen biedt zowel voor de organisatie als voor de werknemer maar het werd ook snel duidelijk dat er een kader nodig is waarbij duidelijk de verwachtingen worden weergegeven.
Nu het 'gewone' leven stilaan terug op gang komt, dient de organisatie een wettelijk kader te hebben rond telewerk indien telewerk behouden blijft.
Er zijn twee vormen van telewerk; occasioneel en structureel telewerk;
Buiten het aanbevolen of verplicht telewerken omwille van coronacrisis laat het huidig arbeidsreglement op dit ogenblik enkel occasioneel telewerk onder strikte voorwaarden toe. Dit wordt geregeld in hoofdstuk 20 van het arbeidsreglement. Uit een bevraging bij de personeelsleden kwam naar voor dat het overgrote deel vragende partij is om telewerk blijvend mogelijk te maken.
Er wordt voorgesteld, als de functie het toelaat, werknemers ook na de coronacrisis structureel en regelmatig te laten thuiswerken en de procedure rond occasioneel thuiswerk te versoepelen.
Een telewerkpolicy op maat van de organisatie is daarom een must. Er wordt voorgesteld de policy rond telewerk op te nemen in een apart hoofdstuk van het arbeidsreglement. Hierbij wordt er vertrokken vanuit onderstaande principes:
Wat betreft het occasioneel telewerk wordt voorgesteld dit te beperken tot maximaal 12 werkdagen per jaar en een soepele aanvraagprocedure te hanteren waarbij het afdelingshoofd het akkoord verleent tot occasioneel telewerk.
Artikel 1 - Heft met ingang van 01/09/2021 hoofdstuk 20 reglement op het thuiswerk van het arbeidsreglement op.
Artikel 2 - Stelt met ingang van 01/09/2021 hoofdstuk 20 Reglement op het telewerk als volgt vast:
Afdeling I. Definities
Artikel 167.
Telewerk is de werkmodaliteit waarbij het personeelslid vrijwillig in zijn/haar woonplaats of op elke andere door het personeelslid, in overleg met het diensthoofd, gekozen plaats werkt en waarbij er geen toezicht of rechtstreekse controle is van de leidinggevende.
Occasioneel telewerk is telewerk dat incidenteel is en niet op regelmatige basis buiten de werkplaats wordt uitgevoerd.
Structureel telewerk is telewerk dat op regelmatige basis uitgevoerd wordt (wederkerende patroon).
Artikel 168.
Het telewerken is enkel mogelijk voor functies die beeldschermwerk doen.
Telewerken is daardoor niet mogelijk voor:
- Technische uitvoeringsdienst;
- Schoonmaakpersoneel;
- Personeelsleden tewerkgesteld in het IBO en voor het toezicht op de scholen.
Deze lijst is niet limitatief.
Artikel 169.
De telewerker geniet steeds dezelfde arbeidsvoorwaarden als personeelsleden in vergelijkbare functies die voor het lokaal bestuur werken, in het bijzonder:
1° de telewerker geniet dezelfde rechten inzake scholingsfaciliteiten, hetzelfde beoordelingsbeleid en dezelfde collectieve rechten als de andere werknemers.
2° de telewerker organiseert zelf het werk binnen het kader van de gemaakte afspraken. De werkbelasting moet vergelijkbaar zijn met deze van de werknemer tewerkgesteld op de werkplaats.
3° het bestuur stelt de voor telewerk benodigde apparatuur beschikbaar en zorgt voor het nodige onderhoud van de apparatuur en voorziet de nodige systemen.
4° de gewerkte telewerkuren tellen mee voor de berekening van de maaltijdcheques.
Artikel 170.
De telewerker dient zich in te tikken via het digitale tikkloksysteem. Aangezien de telewerker zich intikt dient het personeelslid ook ter beschikking te staan van de werkgever.
Dit wil zeggen dat het uitvoeren van andere taken, privé of voor een andere werkgever, niet gecombineerd kunnen worden met het telewerken.
Afdeling II. Occasioneel telewerk
Onderafdeling 1. Aanvraag
Artikel 171.
Personeelsleden die wensen occasioneel te telewerken vragen dit gemotiveerd aan bij hun afdelingshoofd. Een aanvraag kan enkel uitgaan van het personeelslid zelf; telewerk kan nooit verplicht worden door de leidinggevende.
Het personeelslid dienst ten minste 1 werkdag op voorhand schriftelijk een aanvraag te doen met opgave van redenen. In onderling akkoord kan van deze termijn worden afgeweken.
Artikel 172.
Het personeelslid en de leidinggevende maken steeds in onderling akkoord afspraken rond:
1° de eventueel terbeschikkingstelling door de werkgever van de benodigde apparaten en technische ondersteuning.
Het personeelslid mag vrij de laptop met muis en headset meenemen naar de telewerkplaats. Voor andere benodigdheden dient dit besproken te worden met de leidinggevende.
2° de eventuele bereikbaarheid van de werknemer tijdens het occasioneel telewerken.
3° het adres waar het personeelslid zal occasioneel telewerken. Dit hoeft niet het thuisadres te zijn.
Artikel 173.
Het occasioneel telewerk kan maximum 12 werkdagen per jaar worden toegestaan.
Het occasioneel telewerk kan steeds geweigerd worden. De weigering wordt steeds schriftelijk ter kennis gebracht van de werknemer met een redelijke argumentatie en binnen 1 werkdag.
Onderafdeling 2. Vergoeding
Artikel 174.
Er wordt geen vergoeding voorzien voor het occasioneel telewerken.
Afdeling II. Structureel telewerk
Onderafdeling 1. Aanvraag
Artikel 175.
Personeelsleden die wensen structureel te telewerken vragen dit gemotiveerd aan aan de algemeen directeur. Een aanvraag kan enkel uitgaan van het personeelslid zelf; telewerk kan nooit verplicht worden door de werkgever.
Voor deze aanvraag dient gebruik gemaakt te worden van het document “Aanvraag structureel thuiswerken”, opgenomen als bijlage. Dit document wordt in samenspraak met de leidinggevende ingevuld.
Hierin maken de telewerker en leidinggevende afspraken rond de bereikbaarheid en de beschikbaarheid van de telewerker, de opvolging en prestatiemetingen van de opgelegde taken.
De algemeen directeur wijst op grond van het advies van de leidinggevende de personeelsleden aan die uiteindelijk in aanmerking komen voor structureel telewerk.
Deze beslissing wordt ten laatste 1 maand na het indienen van de aanvraag genomen.
Onderafdeling 2. Bijlage aan de arbeidsovereenkomst of aanstellingsbesluit
Artikel 176.
§1. Het structureel telewerken wordt contractueel vastgelegd als bijlage aan de arbeidsovereenkomst of met een bijlage aan het aanstellingsbesluit voor een statutair personeelslid.
De overeenkomst wordt voor de start van het telewerken opgesteld en door beide partijen ondertekend.
Volgende bepalingen worden opgenomen in de bijlage:
1° frequentie van het telewerken met volgende maxima:
2° periodes tijdens welke het personeelslid bereikbaar moet zijn via e-mail, Teams en/of telefoon met oog op de continuïteit van de werkzaamheden;
3° de periodes en de manieren waarop de telewerker beroep kan doen op technische ondersteuning;
4° de plaatsen die de telewerker heeft gekozen om het werk te verrichten;
5° bepalingen rond het stopzetten van het structureel telewerken.
Onderafdeling IV. Vergoeding
Artikel 177.
Er wordt geen vergoeding voorzien voor het structureel telewerken.
Onderafdeling V. Stopzetten structureel telewerken
Artikel 178.
Het structureel telewerken kan eenzijdig stopgezet worden door beide partijen.
In geval dat het bestuur het structurele telewerken stopzet dient dit schriftelijk te gebeuren met een opgave van de reden en een aanpassingsperiode van 2 weken startende van de eerste maandag volgend op de schriftelijke aanvraag.
In geval dat het personeelslid het structureel telewerken stopzet dient dit schriftelijk te gebeuren met een aanpassingsperiode van 1 week startende van de eerste maandag volgend op de schriftelijke aanvraag.
Onderafdeling VI. Schorsing structureel telewerken
Artikel 179.
Het structureel telewerken kan in uitzonderlijke gevallen tijdelijk geschorst worden door de leidinggevende. Dit zal steeds schriftelijk gebeuren en dient steeds beargumenteerd te worden.
Dit kan enkel in uitzonderlijke gevallen waarbij de dienstverlening en continuïteit van de dienst in het gedrang is.
Afdeling III. Verzekering
Artikel 180.
Als telewerker blijft men gedekt door de arbeidsongevallenverzekering. Bij een arbeidsongeval dienen de leidinggevende en de personeelsdienst onmiddellijk op de hoogte gesteld te worden. De telewerker volgt de procedure van arbeidsongevallenaangifte.
Het arbeidsongeval kan uiteraard slechts aanvaard worden als het ongeval tijdens de uren van het toegekende rooster gebeurt en op het adres dat doorgegeven werd als telewerkadres. Bij telewerk dat niet thuis gebeurt, is er geen sprake van arbeidsweg.
De werkgever is niet verantwoordelijke voor de gekozen telewerklocatie en kan niet verantwoordelijke gesteld worden voor schade veroorzaakt aan de woning of andere elementen tijdens het telewerken.
De medewerker neemt contact op met de eigen verzekeringsagent om na te gaan of persoonlijke verzekeringspolissen voldoende dekking bieden.
Afdeling IV. Informatieveiligheid en communicatiemiddelen
Artikel 181.
De verplichtingen inzake informatieveiligheid zijn ook van toepassing bij thuiswerk.
Het bestuur treft de nodige maatregelen met het oog op het beschermen van de gegevens die door de telewerker voor professionele doeleinden worden gebruikt en verwerkt, in het bijzonder ten aanzien van de software.
Personeelsleden loggen in op het netwerk van het bestuur en werken daarop. Er wordt geen informatie gekopieerd naar eigen ICT-middelen.
Artikel 182.
Het bestuur is verantwoordelijk voor het ter beschikking stellen, het installeren en het onderhouden van de benodigde communicatiemiddelen en materialen voor het uitvoeren van het telewerk. De werkgever stelt de telewerker overigens de nodige faciliteiten beschikbaar met het oog op technische ondersteuning voor uitvoeren van het telewerk.
De telewerker gaat zorgvuldig om met de ter beschikking gestelde communicatiemiddelen en materialen. Een privégebruik van de communicatiemiddelen is niet toegestaan.
In voorkomend geval brengt de telewerker onmiddellijk de werkgever op de hoogte van een defect aan de ter beschikking gestelde communicatiemiddelen en materialen, of van een geval van overmacht waardoor het telewerk niet kan worden uitgevoerd.
Afdeling IV. Preventie en veiligheid
Artikel 183.
Het bestuur informeert de telewerker over de beschermings- en preventiemaatregelen die van toepassing zij in het kader van het welzijn op het werk, in het bijzonder op vlak van veiligheid en gezondheid op de werkplaats.
De telewerker past die maatregelen toe.
Artikel 3 - Maakt deze beslissing, overeenkomst artikel 286 en 287 van het Decreet over het lokaal bestuur, binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke website en brengt de toezichthoudende overheid, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur hiervan dezelfde dag op de hoogte.
Dit punt werd geagendeerd op vraag van Barbara Maes, fractievoorzitter Groen.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd in te stemmen om een Onument in te richten in de gemeente Bonheiden.
De gemeenteraad gaat niet akkoord.
Exact een jaar geleden agendeerde de Groen fractie naar aanleiding van de coronacrisis de vraag naar een troostplek. Tijdens de zitting van november 2020 stemde deze gemeenteraad in om een bezinningsplek in de gemeente op te richten.
Vandaag is er in onze gemeente nog geen troostplek gerealiseerd. Hopelijk zal dit in 2021 wel lukken.
Aanvullend op het voorstel om een troostplek in te richten, vraagt Groen om een Onument op de begraafplaats van Rijmenam.
Onumenten passen qua ontwerp en idee ook een natuurgebied. Indien de begraafplaats van Rijmenam niet haalbaar is, kan een plek in of nabij natuurgebied een optie zijn.
“Onumenten zullen in verschillende steden, gemeenten en natuurgebieden geplaatst worden om mensen een plek te geven om te herdenken, te herbronnen en weer verbinding te vinden. Iedereen die iets of iemand heeft verloren, kan er terecht.”
Op https://www.onumenten.org/ staat concreter beschreven wat een onument kan zijn:
Met Onumenten willen we letterlijk een plaats geven aan gemeenschappelijke en individuele verlieservaringen. Onumenten zijn plaatsen waar we verbinding kunnen voelen, samenhorigheid en troost. Ze nodigen uit tot het organiseren van momenten, evenementen, rituelen, die stil of luid, klein of groots, samen of alleen kunnen worden beleefd.
Minister van Binnenlands Bestuur Bart Somers voorziet subsidies voor het project Onumenten.
Het Decreet over het lokaal bestuur.
Het is echt belangrijk dat we zowel het leed als de positieve elementen van de coronacrises blijven herdenken en dat er voor deze periode voor jong en oud plekken bestaan om te bezinnen.
Dit project kan ook deel gaan maken van ‘kunst in openbare ruimte’.
Enig artikel - De gemeenteraad stemt niet in om een Onument in te richten in de gemeente Bonheiden.
Dit punt werd geagendeerd op vraag van Guido Vaganée, fractievoorzitter N-VA.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd aan het college van burgemeester en schepenen te vragen:
De gemeenteraad gaat hier niet op in.
De Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt (VREG) heeft als taak om de Vlaamse energiemarkt efficiënt te laten verlopen. Zij bepaalt wat het maximaal toegestaan inkomen van een DNB is en als gevolg daarvan hoeveel de distributienetbeheerders (DNB’s) mogen aanrekenen aan de consument.
Als autonome regulator doet ze dit in alle onafhankelijkheid binnen de bevoegdheden die ze rechtstreeks van Europa en ook van Het Vlaamse Parlement gekregen heeft. Vanaf 1 januari 2021 is een nieuwe berekening van kracht die de nettarieven voor de consument doet dalen en die Fluvius aanzet tot verdere besparingen.
Dit zorgt voor minder cashflow voor netbeheerder Fluvius waardoor de DNB’s ook lagere dividenden zal kunnen uitkeren aan haar aandeelhouders: de Vlaamse steden en gemeenten.
Tariefmethodologie
De VREG omschrijft het als volgt:
“De tariefmethodologie omvat de regels, de rapporteringen en de berekeningen waarmee de tarieven voor de elektriciteits- en aardgasdistributie worden bepaald. De distributienetbeheerders moeten de tariefmethodologie gebruiken voor het opstellen van hun tariefvoorstellen.”
Na afloop van het bepalen van het maximaal toegelaten inkomen berekent Fluvius het tarief dat de DNB’s zullen aanrekenen aan de consument voor het leveren van elektriciteit en gas en legt dit ter goedkeuring voor aan VREG. Met deze inkomsten worden uitgaven gedekt als beheer en onderhoud van de infrastructuur, personeel, gebruik hoogspanningsnet Elia, Openbare Dienstverplichtingen, vergoeding van kapitaal…
Wat is er veranderd
Om de hoge energiekosten voor gezinnen en bedrijven onder controle te houden zijn er verschillende maatregelen genomen. De meest zichtbare daarvan was de fusie van netbeheerders Infrax en Eandis. In haar tariefmethodologie houdt de VREG nu voor het eerst rekening met de efficiëntiewinsten van Fluvius.
Verder houdt VREG rekening met de gedaalde kosten van het kapitaal (eigen en vreemd vermogen). Ook dit heeft een directe impact op de marge om dividenden uit te keren.
Hierdoor dalen de nettarieven voor gas en elektriciteit. Hierdoor genereert Fluvius minder inkomsten waardoor ze de geplande dividendenstroom niet meer in stand kan houden. Om
Fluvius en de DNB’s financieel gezond te houden zullen er minder dividenden moeten vloeien naar de steden en gemeenten.
Wat betekent dit voor Bonheiden
De impact op de meerjarenplannen van onze gemeente is enorm
Volgens de laatste aanpassing van de meerjarenplannen AP-27 staat er een inkomsten ingeschreven van 3.018.486 euro ( 2020-2025)
De nieuwe geschatte inkomsten voor dezelfde periode zijn 2.080.410 euro
Dit is een verschil van maar liefst 938.076 euro
Artikel 1 - De gemeenteraad gaat niet in op het verzoek aan het college van burgemeester en schepenen te vragen dringend een commissie financiën te organiseren met verdere toelichting over de nieuwe financiële situatie van onze gemeente
Artikel 2 - De gemeenteraad gaat niet in op het verzoek aan het college van burgemeester en schepenen te vragen dringend de begroting en meerjarenplannen aan te passen via een begrotingsaanpassing.
Dit punt werd geagendeerd op vraag van Guido Vaganée, fractievoorzitter N-VA.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd aan het college van burgemeester en schepenen te vragen een MER-studie op te starten voor het gebied waarmee tevens de watergevoeligheid in kaart kan gebracht worden alvorens verdere uitspraken te doen in een mogelijke nieuwe aanvraag tot bouwvergunning.
De gemeenteraad gaat hier niet op in.
Wallonië en een deel van Vlaanderen heeft zwaar geleden onder de wateroverlast.
De beelden van de ravage en de schade voor mens en dier staan op ons netvlies gebrand.
Deze gebeurtenis zorgt er tevens voor dat de problematiek met betrekking tot het bouwen in watergevoelig gebied terug bovenaan op de agenda komt.
Ook in onze gemeente moeten we waakzaam zijn en in ons vergunningenbeleid rekening houden met het voorkomen van dergelijke situaties.
Iedereen weet het : “Ondoordacht bouwen in overstromingsgevoelig gebied verhoogt het risico op waterschade. Niet alleen voor uw eigendom, maar ook voor de gebouwen en mensen in de omgeving. Er wordt immers ruimte afgenomen die anders zou kunnen ingenomen worden door overstromingswater. Dit water moet dan een weg gaan zoeken naar de omliggende gebieden.”
Tijdens vorige gemeenteraden hebben wij de problematiek van de watergevoeligheid van het bouwperceel met nummer = 0315/00C000 waar het woningproject van de woningmaatschappij Duffelse Goedkope Woningen gepland staat, al eens aangekaart.
Dit perceel ligt enerzijds deels in effectief overstromingsgebied en anderzijds deels in mogelijk overstromingsgebied ( zie watertoets Vlaamse overheid).
Ook specialisten die boringen hebben uitgevoerd op het terrein gaven aan de buurtbewoners te kennen dat bouwen op deze site best afgeraden wordt.
Verder en uitgebreid onderzoek is dus zeker op zijn plaats.
Enig artikel - De gemeenteraad gaat niet in op het verzoek aan het college van burgemeester en schepenen te vragen een MER-studie op te starten voor het gebied waarmee tevens de watergevoeligheid in kaart kan gebracht worden alvorens verdere uitspraken te doen in een mogelijke nieuwe aanvraag tot bouwvergunning.
Dit punt werd geagendeerd op vraag van Guido Vaganée, fractievoorzitter N-VA.
Een inwoner van Bonheiden werd geselecteerd voor de nationale ploeg voor Tokio 2020. Die selectie op zich is omwille van de grote Belgische concurrentie al een prestatie om ‘U’ tegen te zeggen.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd aan het college van burgemeester en schepenen te vragen om een initiatief te nemen om deze persoon als Bonheidens Olympiër publiek te eren voor zijn uitzonderlijke prestaties.
De gemeenteraad vraagt een initiatief te nemen om alle olympiërs van Bonheiden te eren.
De presentator van Sporza gaf weer wat eigenlijk de logica zou moeten zijn wanneer een inwoner van de gemeente mee de arena instapt op de olympische spelen :“Bonheiden zit op het puntje van zijn stoel, en wij ook“.
Nadat de in Rijmenam geboren ruiter-legende Eric Wauters in 1976 brons behaalde op de olympische spelen van Montreal ,is een nieuwe Bonheidense Olympier opgestaan.
Niels Bruynseels werd geselecteerd voor de nationale ploeg voor Tokio 2020. Die selectie op zich is omwille van de grote Belgische concurrentie al een prestatie om ‘U’ tegen te zeggen.
Bonheiden schreef op 3 augustus geschiedenis; een geschiedenis die decennia geleden ontstond bij de grootvader en de vader van Niels op de Muizensteenweg in Bonheiden: 3 generaties werkten keihard in een moeilijke en specifieke branche, en met succes.
Paarden vormen de rode draad door verschillende generaties van de familie Bruynseels. Niels zijn grootvader en vader verdienden hun strepen als instructeurs en handelaars.
“Hard werken is de basis van elk succes”. Dat was het motto bij de stal van vader Harry Bruynseels, en vandaag de dag gonst de leuze nog steeds door de sportcarrière van Niels.
Hoewel hij later in het zadel kroop dan zijn leeftijdsgenoten, maakte Niels Bruynseels snel de achterstand goed en sloot hij zijn Young Riders carriers af, pronkend met een zilveren medaille op het Europees Kampioenschap.
De handelsstal stelde Niels al op jonge leeftijd voor de lastige uitdaging om zich telkens weer aan te passen aan nieuwe paarden met andere karakters, types en talenten.
Maar de uitdaging werd een gave, het probleem werd een talent. Vandaag is zijn aanpassingsvermogen een kenmerk dat hem onderscheidt van andere ruiters.
De combinatie van normen en waarden die hij zichzelf eigen heeft gemaakt samen met talentrijke paarden die zijn pad hebben gekruist, maken van Niels één van de meest succesvolle Belgische ruiters van deze eeuw. Sterker nog, dankzij zijn overwinningen in de 5* Grote Prijzen van ’s Hertogenbosch, Waregem, Knokke, Brussel, Cannes en Basel is Niels niet weg te denken uit het hoogste echelon van de mondiale springsport.
2021 was, zoals men dat in de sector weergeeft, een tot nu toe echt boerejaar voor Niels. Naast ettelijke overwinningen in 2, 3 en 4 sterren tornooien won Niels goud in Doha en onlangs de bronzen medaille op de Global Champions Tour in Londen met Ilusionata van 't Meulenhof.
De selectie van Niels als kapitein van de Belgische ploeg was dan ook geen verrassing.
Hoopvol werd uitgekeken naar medaillewinst voor onze Bonheidense trots.
Maar het mocht niet zijn: voor aanvang van de finale van het individueel tornooi geraakt het paard van Niels gekwetst en geraakt niet meer onder controle , met 2 weigeringen en de uitsluiting tot gevolg.
Niels nam als kapitein van de het Belgische team een moedige beslissing in het belang van het voltallige team en liet zich vervangen tijdens de landencompetitie. Een juist keuze blijkt: het Belgische team behaalde 35 jaar na Montreal een bronzen medaille.
We waren dan ook verbaasd dat er geen enkel initiatief genomen was door het gemeentebestuur om zijn olympiër tijdens het Olympisch springtornooi te ondersteunen vanuit het thuisfront.
Om de gemeente wat wakker te schudden gaf onze fractieleider op de Bonheidense Facebookgroepen een mooie voorzet.
Het bleef spijtig genoeg oorverdovend stil… tot de schepen van sport werd gecontacteerd kwam er in laatste instantie dan toch een melding op de gemeentelijke facebookpagina.
Maar het bleef “to late & to little”.
Onze topatleten in de kijker zetten zorgt voor een boost in het engagement van onze jeugd voor het actief beoefenen van sport.
Een gezonde geest in een gezond lichaam is een belangrijke instelling en zeker tijdens deze coronatijden van cruciaal belang.
Onze N-VA fractie vraagt dan ook met aandrang om onze Olympiër via bijvoorbeeld een publieke ontvangst op het gemeentehuis (of op het plein voor het gemeentehuis) en een uitgebreide reportage in een speciale editie van de Rijmheide ( zoals we al eens gedaan hebben voor de memorial van Coninxloo) naar waarde te schatten. Dat is het minste dat we kunnen doen….
De meerderheidsfracties (BR - CD&V - Open VLD) wensen dit punt te amenderen als volgt:
"De gemeenteraad vraagt een initiatief te nemen om alle olympiërs van Bonheiden te eren".
Met eenparigheid van stemmen wordt dit amendement aangenomen.
Enig artikel - De gemeenteraad vraagt een initiatief te nemen om alle olympiërs van Bonheiden te eren.
De voorzitter sluit de zitting op 25/08/2021 om 23:20.
Namens Gemeenteraad,
Ethel Van den Wijngaert
algemeen directeur
Julie De Clerck
voorzitter gemeenteraad