De voorzitter opent de zitting op 20/12/2023 om 20:03.
De notulen van de vergadering van de gemeenteraad van 29/11/2023 worden ter goedkeuring voorgelegd.
29/11/2023: Vergadering gemeenteraad waarvan de notulen ter goedkeuring worden voorgelegd.
Enig artikel - Keurt de notulen van de vergadering van de gemeenteraad van 29/11/2023 goed.
Op de gemeenteraad van 24/11/2021 werd kennis genomen van de gezamenlijke akte van voordracht van BR30, CD&V en Open-VLD. Hierin werden Eddy Michiels (BR30) voor de periode 01/01/2022 t.e.m. 31/12/2023 en de heer Daan Versonnen (CD&V) voor de periode 01/01/2024 t.e.m. einde legislatuur voorgedragen voor opname van het schepenmandaat van vierde schepen alsook van de ontvankelijkheidsverklaring ervan door de voorzitter van de gemeenteraad.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd het per 01/01/2024 opengevallen schepenmandaat terug in te vullen.
Aan de heer Daan Versonnen wordt gevraagd de eed als schepen af te leggen voor de opname van het schepenmandaat vanaf 01/01/2024 tot en met het einde van de legislatuur.
Op 02/09/2021 besliste de heer Luc De Weerdt zijn oorspronkelijk mandaat als vierde schepen voor de periode van 01/01/2022 tem 31/12/2023 niet op te nemen.
Conform artikel 43,§1, tweede alinea van het decreet lokaal bestuur is het aan de opvolger in de oorspronkelijke voordrachtsakte om het mandaat vervroegd op te nemen. De opvolger was Daan Versonnen voor de periode van 01/01/2024 tem 31/12/2024. De heer Versonnen zag op 24/09/2021 af van de vervroegde opname van het mandaat.
Gevolg was dat het vierde schepenambt opviel.
Op 08/11/2021 ontving de algemeen directeur de bijgevoegde voordrachtsakte. In deze akte werden voorgedragen als vierde schepen:
Conform artikel 43 het Decreet over het lokaal bestuur bezorgde de algemeen directeur de voordrachtsakte aan de burgemeester en aan de voorzitter van de gemeenteraad.
De voorzitter dient na te gaan of de gezamenlijke akte van voordracht ontvankelijk is overeenkomstig de voorwaarden vermeld in artikel 43,§1 van het Decreet over het lokaal bestuur:
‘Behalve de schepenen die benoemd zijn overeenkomstig artikel 42,§1, derde lid, en §3, tweede en derde lid, verkiest de gemeenteraad de schepenen onder de gemeenteraadsleden op basis van een gezamenlijke akte van voordracht van de kandidaat-schepenen, ondertekend door meer dan de helft van de verkozenen op de lijsten die aan de verkiezingen deelnamen. Om ontvankelijk te zijn moet die gezamenlijke akte van voordracht voor elk van de kandidaat-schepenen ook ondertekend zijn door een meerderheid van de personen die op dezelfde lijst zijn verkozen als de voorgedragen kandidaten. Als de lijst waarop een kandidaat-schepen voorkomt, maar twee verkozenen telt, volstaat de handtekening van een van hen. Niemand kan meer dan één gezamenlijke akte van voordracht ondertekenen. Overtreding van dit verbod wordt gesanctioneerd overeenkomstig artikel 7,§2. De gezamenlijke akte van voordracht kan ook de einddatum van het mandaat van een kandidaat-schepen vermelden. In dat geval kan op de akte van voordracht de naam vermeld worden van een of meer personen die hem zullen opvolgen voor de resterende duurtijd van het mandaat. In voorkomend geval is de schepen bij het bereiken van de einddatum van het mandaat van rechtswege ontslagnemend en wordt hij van rechtswege opgevolgd door de persoon die in de akte van voordracht als opvolger is vermeld. Als het mandaat eindigt voor de einddatum, vermeld in de akte, of als de persoon die in de akte van voordracht werd vermeld als de persoon die de schepen zou opvolgen, zijn mandaat niet opneemt, neemt de eerstvolgende opvolger vervroegd het mandaat op. Als de persoon die als laatste opvolger is vermeld, het mandaat niet kan opnemen of als er geen opvolger is vermeld, wordt tot vervanging overgegaan overeenkomstig artikel 49. Die akte wordt uiterlijk acht dagen voor de installatievergadering van de gemeenteraad aan de algemeen directeur bezorgd. De algemeen directeur bezorgt een afschrift van de akte aan de burgemeester.’
De voorzitter van de gemeenteraad verklaarde de gezamenlijke akte van voordracht ontvankelijk.
Op basis van deze ontvankelijk verklaarde gezamenlijke akte van voordracht werd Eddy Michiels vierde schepen vanaf 01/01/2022. Deze periode loopt tot en met 31/12/2023 en hij zal van rechtswege opgevolgd worden door Daan Versonnen vanaf 01/01/2024 tot en met het einde van de legislatuur.
Conform artikel 43,§4 van het Decreet over het lokaal bestuur wordt de rang van de schepen bepaald door de rangorde vermeld op de gezamenlijke voordrachtsakte.
Overeenkomstig artikel 44 van het Decreet over het lokaal bestuur dient Daan Versonnen de eed als schepen af te leggen:
‘Voor ze hun mandaat aanvaarden, leggen de schepenen in openbare vergadering van de gemeenteraad de volgende eed af in handen van de burgemeester: "Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen."
Het Decreet over het lokaal bestuur, inzonderheid artikelen 43, 44, 48 en 49.
De meerderheidsfracties stellen volgend amendement voor:
In de laatste zin van het tekstvak ‘samenvatting’ het tekstfragment vanaf 01/01/2022 tot en met 31/12/2023’ te vervangend door ‘vanaf 01/01/2024 tot en met het einde van de legislatuur’.
Dit amendement wordt met eenparigheid van stemmen goedgekeurd.
Artikel 1 - Neemt kennis van het openvallen van het mandaat van vierde schepen vanaf 01/01/2024.
Artikel 2 - Beslist het opengevallen mandaat opnieuw in te vullen vanaf 01/01/2024.
Artikel 3 - Neemt kennis van de gezamenlijke akte van voordracht van 08/11/2021 waarbij Eddy Michiels werd voorgedragen het betreffende schepenmandaat op te nemen voor de periode van 01/01/2022 tot en met 31/12/2023 en waarbij Daan Versonnen werd voorgedragen het betreffende mandaat op te nemen voor de periode van 01/01/2024 tot en met het einde van de legislatuur.
Artikel 4 - Neemt kennis van de eedaflegging van Daan Versonnen in openbare zitting van deze gemeenteraad in handen van de burgemeester:
Daan Versonnen wordt ter zitting uitgenodigd en verzocht in openbare vergadering en in handen van de burgemeester de voorgeschreven eed af te leggen, waarin hij voldoet als volgt:
"Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen".
Van deze eedaflegging wordt een afzonderlijke akte opgesteld.
Artikel 5 - Neemt kennis van de installatie van schepen Daan Versonnen als vierde schepen voor de periode 01/01/2024 tot en met 31/12/2024, met volgende door het college van burgemeester en schepenen overeengekomen bevoegdheden:
Hilde Schueremans deelde bij brief van 11/09/2023 mee dat zij per 01/01/2024 ontslag wenst te nemen als gemeenteraadslid.
Het ontslag als raadslid is definitief zodra de voorzitter van de gemeenteraad de kennisgeving ontvangt.
Overeenkomstig het Decreet over het lokaal bestuur blijft Hilde Schueremans haar mandaten van gemeenteraadslid vervullen tot de installatie van haar opvolger in die mandaten.
Gemeenteraadsleden kunnen voor het verstrijken van hun ambtsperiode eenzijdig een einde stellen aan hun mandaat door ontslag. Het ontslag als gemeenteraadslid moet schriftelijk (kan ook via e-mail) worden ingediend bij de voorzitter van de gemeenteraad. De schriftelijke indiening van het ontslag geldt als een substantiële vormvereiste.
De ontslagnemende gemeenteraadsleden dienen de continuïteit van hun mandaat waar te nemen tot hun opvolger is geïnstalleerd.
Hilde Schueremans zetelt in:
Indien er over het ontslag uit het mandaat van gemeenteraadslid een betwisting ontstaat, dan kan het geschil aanhangig worden gemaakt bij de Raad voor Verkiezingsbetwistingen.
Het Decreet over het lokaal bestuur, meer bepaald artikel 13.
Enig artikel - Neemt kennis van het ontslag van Hilde Schueremans als gemeenteraadslid.
Hilde Schueremans neemt per 01/01/2024 ontslag als gemeenteraadslid.
Peter Keuleers werd als derde opvolger verkozen op de lijst CD&V. Hij deed op 09/10/2023 afstand van zijn mandaat.
Willy Hellemans werd als vierde opvolger verkozen op de lijst CD&V. Hij deed op 17/10/2023 afstand van zijn mandaat.
Afstand van mandaat wordt definitief zodra de gemeenteraad daarvan heeft kennis genomen.
Een verkozen gemeenteraadslid dat voor zijn installatie afstand wil doen van zijn mandaat, brengt de voorzitter van de gemeenteraad daarvan schriftelijk op de hoogte.
Om geldig te zijn moet de afstand van mandaat van gemeenteraadslid schriftelijk worden meegedeeld aan de voorzitter van de gemeenteraad en moet hij vervolgens ter kennis gebracht worden van de gemeenteraad.
Peter Dehaes deed als eerste opvolger op 07/01/2020 afstand van mandaat naar aanleiding van het ontslag van Steven Morrens per 29/01/2020. Julie De Clerck nam als tweede opvolger zijn plaats in. Met het ontslag van Hilde Schueremans, komt de derde opvolger, zijnde Peter Keuleers, in aanmerking voor het mandaat als gemeenteraadslid. Peter Keuleers deed op 09/10/2023 afstand van mandaat. Ook de vierde opvolger, zijnde Willy Hellemans, deed vervolgens op 17/10/2023 afstand van mandaat.
Zolang de raad nog geen akte heeft genomen van de afstand van mandaat kan deze nog eenzijdig worden herroepen door de betrokkenen. Eenmaal de raad kennis heeft genomen van de geldig gedane afstand wordt deze definitief en kan het niet meer ongedaan worden gemaakt.
Het Decreet over het lokaal bestuur, meer bepaald artikel 8.
Artikel 1 - Neemt kennis van de brief van Peter Keuleers waarin hij afstand doet van zijn mandaat van gemeenteraadslid.
Artikel 2 - Neemt kennis van de brief van Willy Hellemans waarin hij afstand doet van zijn mandaat van gemeenteraadslid.
Bij brief van 11/09/2023 diende schepen Hilde Schueremans haar ontslag in. De voorzitter van de gemeenteraad nam van dit ontslag kennis op 11/09/2023.
Overeenkomstig de bepalingen van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet wordt een vacature opgevuld door de eerstvolgende opvolger. Zowel de derde opvolger (Peter Keuleers) als de vierde opvolger (Willy Hellemans) deden afstand van mandaat. Voor de fractie CD&V gaat per 01/01/2024 het mandaat des gevolge naar de vijfde opvolger; Lola Vanderweyen.
Vooraleer tot de installatie van deze opvolger kan worden overgegaan dient de gemeenteraad de geloofsbrieven te onderzoeken.
Als opvolger moet geïnstalleerd worden de persoon die overeenkomstig artikel 169 van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet als eerste opvolger is aangewezen voor de lijst waartoe het te vervangen raadslid, dus het raadslid wiens mandaat te begeven is, behoort. Kan de eerste opvolger niet geïnstalleerd worden, dan is het de tweede opvolger van deze lijst die moet worden opgeroepen, enz.
Om tot gemeenteraadslid of stadsdistrictsraadslid verkozen te kunnen worden en blijven, moet men kiezer zijn en moet men de kiesvoorwaarden behouden (artikel 58 van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet) Deze voorwaarden zijn:
1° Belg zijn;
2° de leeftijd van achttien jaar hebben bereikt;
3° in de bevolkingsregisters van de gemeente ingeschreven zijn;
4° zich niet bevinden in één van de gevallen van uitsluiting of schorsing, vermeld in hoofdstuk 4 van deze titel.
Zowel de derde als de vierde opvolger hebben ervoor gekozen het mandaat van gemeenteraadslid niet op te nemen. Lola Vanderweyen werd als vijfde opvolger verkozen op de lijst CD&V. Zij voldoet nog aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden.
De opvolger moet zo vlug mogelijk worden geïnstalleerd. De taak van de gemeenteraad bij het onderzoek van de geloofsbrieven van opvolgers die tijdens de zittijd worden geïnstalleerd, bestaat er in na te gaan of:
Uit het verslag van het onderzoek van de geloofsbrieven, opgesteld door Evelien Hoefnagels, diensthoofd burgerlijke stand, blijkt dat Lola Vanderweyen:
Enig artikel - Keurt de geloofsbrieven van Lola Vanderweyen goed.
Vervolgens wordt overgegaan tot de eedaflegging;
Lola Vanderweyen wordt ter zitting uitgenodigd en verzocht in openbare vergadering en in handen van de voorzitter de voorgeschreven eed af te leggen, waarin zij voldoet als volgt:
"Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen".
Van deze eedaflegging wordt een afzonderlijke akte opgesteld.
Lola Vanderweyen wordt door de voorzitter per 01/01/2024 als gemeenteraadslid aangesteld verklaard.
Door deze aanstelling als gemeenteraadslid maakt zij van rechtswege per 01/01/2024 ook deel uit van de raad voor maatschappelijk welzijn en de raad van bestuur van het AGBPB.
Luc De Weerdt deelde bij brief van 24/11/2023 mee dat hij ontslag wenst te nemen als gemeenteraadslid per 01/01/2024.
Het ontslag als raadslid is definitief zodra de voorzitter van de gemeenteraad de kennisgeving ontvangt.
Overeenkomstig het Decreet over het lokaal bestuur blijft Luc De Weerdt zijn mandaten van gemeenteraadslid vervullen tot de installatie van zijn opvolger in die mandaten.
Gemeenteraadsleden kunnen voor het verstrijken van hun ambtsperiode eenzijdig een einde stellen aan hun mandaat door ontslag. Het ontslag als gemeenteraadslid moet schriftelijk (kan ook via e-mail) worden ingediend bij de voorzitter van de gemeenteraad. De schriftelijke indiening van het ontslag geldt als een substantiële vormvereiste.
De ontslagnemende gemeenteraadsleden dienen de continuïteit van hun mandaat waar te nemen tot hun opvolger is geïnstalleerd.
Luc De Weerdt zetelt in:
Indien er over het ontslag uit het mandaat van gemeenteraadslid een betwisting ontstaat, dan kan het geschil aanhangig worden gemaakt bij de Raad voor Verkiezingsbetwistingen.
Het Decreet over het lokaal bestuur, meer bepaald artikel 13.
Enig artikel - Neemt kennis van het ontslag van Luc De Weerdt als gemeenteraadslid per 01/01/2024.
Luc De Weerdt neemt per 01/01/2024 ontslag als gemeenteraadslid.
Julien Stephani werd als tweede opvolger verkozen op de lijst BR30. Hij deed op 06/11/2023 afstand van zijn mandaat.
Jeanine Janssens werd als derde opvolger verkozen op de lijst BR30. Zij deed eveneens op 06/11/2023 afstand van haar mandaat.
Afstand van mandaat wordt definitief zodra de gemeenteraad daarvan heeft kennis genomen.
Een verkozen gemeenteraadslid dat voor zijn installatie afstand wil doen van zijn mandaat, brengt de voorzitter van de gemeenteraad daarvan schriftelijk op de hoogte.
Om geldig te zijn moet de afstand van mandaat van gemeenteraadslid schriftelijk worden meegedeeld aan de voorzitter van de gemeenteraad en moet hij vervolgens ter kennis gebracht worden van de gemeenteraad.
Met de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 waren zowel Frans Uytterhoeven als Wendy Uytterhoeven (zijn dochter) verkozen om te zetelen in de gemeenteraad. Wendy Uytterhoeven deed omwille van onverenigbaarheden afstand van haar mandaat als gemeenteraadslid en Hilde Smets nam als eerste opvolger haar plaats in.
Met het ontslag van Luc De Weerdt gaat het mandaat van gemeenteraadslid naar de tweede opvolger op de lijst BR30, zijnde Julien Stephani. Hij deed op 06/11/2023 afstand van mandaat. Ook de derde opvolger, zijnde Jeannine Janssens, deed op 06/11/2023 afstand van mandaat.
Zolang de raad nog geen akte heeft genomen van de afstand van mandaat kan deze nog eenzijdig worden herroepen door de betrokkene. Eenmaal de raad kennis heeft genomen van de geldig gedane afstand wordt deze definitief en kan hij niet meer ongedaan worden gemaakt.
Het Decreet over het lokaal bestuur, meer bepaald artikel 8.
Artikel 1 - Neemt kennis van de brief van Julien Stephani waarin hij afstand doet van zijn mandaat van gemeenteraadslid.
Artikel 2 - Neemt kennis van de brief van Jeannine Janssens waarin zij afstand doet van haar mandaat van gemeenteraadslid.
Bij brief van van 18/10/2023 diende raadslid Luc De Weerdt zijn ontslag in als gemeenteraadslid per 01/01/2024.
Overeenkomstig de bepalingen van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet wordt een vacature opgevuld door de eerstvolgende opvolger. Zowel de tweede opvolger (Julien Stephani) als de derde opvolger (Jeannine Janssens) deden afstand van mandaat. Voor de fractie BR30 gaat per 01/01/2024 het mandaat des gevolge naar de vierde opvolger; Veerle Stephani.
Vooraleer tot de installatie van deze opvolger kan worden overgegaan dient de gemeenteraad de geloofsbrieven te onderzoeken.
Als opvolger moet geïnstalleerd worden de persoon die overeenkomstig artikel 169 van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet als eerste opvolger is aangewezen voor de lijst waartoe het te vervangen raadslid, dus het raadslid wiens mandaat te begeven is, behoort. Kan de eerste opvolger niet geïnstalleerd worden, dan is het de tweede opvolger van deze lijst die moet worden opgeroepen, enz.
Om tot gemeenteraadslid of stadsdistrictsraadslid verkozen te kunnen worden en blijven, moet men kiezer zijn en moet men de kiesvoorwaarden behouden (artikel 58 van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet) Deze voorwaarden zijn:
1° Belg zijn;
2° de leeftijd van achttien jaar hebben bereikt;
3° in de bevolkingsregisters van de gemeente ingeschreven zijn;
4° zich niet bevinden in één van de gevallen van uitsluiting of schorsing, vermeld in hoofdstuk 4 van deze titel.
Zowel de twee de als de derde opvolger hebben ervoor gekozen het mandaat van gemeenteraadslid niet op te nemen. Veerle Stephani werd als vierde opvolger verkozen op de lijst BR30. Zij voldoet nog aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden.
De opvolger moet zo vlug mogelijk worden geïnstalleerd. De taak van de gemeenteraad bij het onderzoek van de geloofsbrieven van opvolgers die tijdens de zittijd worden geïnstalleerd, bestaat er in na te gaan of:
Uit het verslag van het onderzoek van de geloofsbrieven, opgesteld door Evelien Hoefnagels, diensthoofd burgerlijke stand, blijkt dat Veerle Stephani:
De meerderheidsfracties stellen volgend amendement voor:
Dit amendement wordt met eenparigheid van stemmen goedgekeurd.
Enig artikel - Keurt de geloofsbrieven van Veerle Stephani goed.
Vervolgens wordt overgegaan tot de eedaflegging;
Veerle Stephani wordt ter zitting uitgenodigd en verzocht in openbare vergadering en in handen van de voorzitter de voorgeschreven eed af te leggen, waarin zij voldoet als volgt:
"Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen".
Van deze eedaflegging wordt een afzonderlijke akte opgesteld.
Veerle Stephani wordt door de voorzitter per 01/01/2024 als gemeenteraadslid aangesteld verklaard.
Door deze aanstelling als gemeenteraadslid maakt zij van rechtswege per 01/01/2024 ook deel uit van de raad voor maatschappelijk welzijn en de raad van bestuur van het AGBPB.
Ingevolge het ontslag van Hilde Schueremans en Luc De Weerdt als gemeenteraadsleden en de installatie van Lola Vanderweyen en Veerle Stephani als opvolgers, dient de rangorde van de gemeenteraadsleden te worden aangepast.
Artikel 1 - Stelt de rangorde van de raadsleden per 01/01/2024 vast als volgt:
Nr |
Voornaam en naam |
Geboortedatum |
Anciënniteit als raadslid |
Fractie |
Aantal stemmen |
1 |
Frans Uytterhoeven |
1948-09-18 |
28 jaar |
BR30 |
618 |
2 |
Jan Fonderie |
1958-11-07 |
22 jaar |
Groen |
629 |
3 |
Yves Goovaerts |
1971-06-14 |
16 jaar |
BR30 |
463 |
4 |
Guido Vaganée |
1967-03-24 |
10 jaar |
N-VA |
1.231 |
5 |
Lode Van Looy |
1967-04-20 |
10 jaar |
BR30 |
713 |
6 |
Mieke Van den Brande |
1973-03-28 |
10 jaar |
CD&V |
620 |
7 |
Eddy Michiels |
1953-12-29 |
10 jaar |
BR30 |
487 |
8 |
Barbara Maes |
1975-05-18 |
10 jaar |
Groen |
289 |
9 |
Annick Van den Broeck |
1956-05-29 |
10 jaar |
Groen |
247 |
10 |
Wim Van der Donckt |
1965-06-06 |
5 jaar 3 maanden |
N-VA |
228 |
11 |
Hilde Smets |
1965-04-18 |
5 jaar |
BR30 |
407 |
12 |
Daan Versonnen |
1987-06-09 |
5 jaar |
CD&V |
317 |
13 |
Bart Vanmarcke |
1986-01-08 |
5 jaar |
Open VLD |
300 |
14 |
Rudi Withaegels |
1965-03-01 |
5 jaar |
Onafhankelijk |
295 |
15 |
Geert Teughels |
1969-08-25 |
5 jaar |
N-VA |
241 |
16 |
Pascal Vercammen |
1969-03-14 |
5 jaar |
Open VLD |
222 |
17 |
Karl Theerens |
1962-05-13 |
4 jaar 2 maand |
N-VA |
200 |
18 |
Marcel Claes |
1948-09-10 |
4 jaar 1 maand |
N-VA |
177 |
19 |
Julie De Clerck |
1975-03-09 |
3 jaar 11 maanden |
CD&V |
259 |
20 |
Sofie Crauwels |
1983-05-16 |
6 maanden |
Groen |
179 |
21 |
Hilde De Ruysscher |
1960-07-05 | 4 maanden |
N-VA |
175 |
22 |
Lola Vanderweyen | 1994-07-14 | 0 maanden |
CD&V | 185 |
23 |
Veerle Stephani | 1980-06-17 | 0 maanden |
BR30 | 267 |
Artikel 2 - Door de eedaflegging als gemeenteraadslid zijn Lola Vanderweyen en Veerle Stephani van rechtswege ook lid van de raad voor maatschappelijk welzijn. De rangorde van de gemeenteraadsleden geldt ook voor de raad voor maatschappelijk welzijn.
De raad van bestuur van het AGBPB stelde op 20/12/2023 het AGBPB Meerjarenplan 2020-2025, aanpassing 4 vast.
Dit meerjarenplan is onderworpen aan de goedkeuring van de gemeenteraad. Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om AGBPB Meerjarenplan 2020-2025, aanpassing 4 goed te keuren.
De financiële toelagen van de gemeente aan het AGBPB zorgen er voor dat het resultaat op kasbasis en de autofinancieringsmarge positief is, en bedragen:
Actie (met omschrijving) | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 |
A23.6: AGBPB: werkingstoelage | 34.000,00 | 10.000,00 | 10.000,00 | 10.000,00 |
Actie (met omschrijving) | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 |
A12.2.28: AGB: vernieuwing brandmeldcentrale en sturing rookkoepels | 15.000,00 | |||
A12.2.29: AGB: herstelling lichtstraat NAC | 10.000,00 | 10.000,00 | ||
A12.2.3: AGBPB: Gemeentehuis: vernieuwen noodverlichtingsarmaturen gemeentehuis | 20.000,00 | |||
A7.14.15: AGBPB: Gemeentehuis: Bijkomende warmtebron via warmtepomp | 60.000,00 | |||
A12.2.19: AGBPB: Bib: zonnewering | 26.400,00 | |||
A4.4.7: AGBPB: Feestzaal Sint Martinus: renovatie | 1.269.772,28 |
Artikel 1 – Keurt het AGBPB Meerjarenplan 2020-2025, aanpassing 4 goed, zoals gevoegd als bijlage bij dit besluit en met onderstaande staat van het financieel evenwicht - schema M2:
Artikel 2 - Maakt de beslissing, overeenkomstig artikel 286 en 287 van het Decreet over het lokaal bestuur, binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke website en brengt de toezichthoudende overheid, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur hiervan dezelfde dag op de hoogte.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd het deel van de aanpassing meerjarenplan 5 2020-2025 dat betrekking heeft op de gemeente, vast te stellen;
Art. 257 van het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat minstens één keer per jaar het meerjarenplan aangepast wordt, waarbij in elk geval de kredieten voor het volgende boekjaar worden vastgesteld. Als dat nodig is, kunnen daarbij ook de kredieten voor het lopende boekjaar worden aangepast. Bij elke aanpassing van het meerjarenplan wordt het resultaat van de intussen vastgestelde jaarrekeningen verwerkt. Een aanpassing van het meerjarenplan omvat minstens een aangepaste financiële nota, een toelichting en de eventuele wijzigingen van de strategische nota.
In de aanpassing meerjarenplan 5 2020-2025 worden de kredieten van 2023 alsook 2024-2025-2026 aangepast.
Het evenwicht van het meerjarenplan blijkt uit twee parameters, meer bepaald het beschikbaar budgettair resultaat en de autofinancieringsmarge.
Artikel 1 – Stelt het deel van de gemeente van het meerjarenplan 2020-2025, aanpassing 5, vast zoals gevoegd als bijlage bij dit besluit en met onderstaande schema van de kredieten M3:
Artikel 2 - Maakt deze beslissing, overeenkomstig artikel 286 en 287 van het Decreet over het lokaal bestuur, binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke website en brengt de toezichthoudende overheid, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur hiervan dezelfde dag op de hoogte.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd het deel van het Meerjarenplan 2020-2025, aanpassing 5 dat betrekking heeft op het OCMW, goed te keuren. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel (gemeente én OCMW) geacht definitief vastgesteld te zijn.
Art. 257 van het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat minstens een keer per jaar het meerjarenplan aangepast wordt, waarbij in elk geval de kredieten voor het volgende boekjaar worden vastgesteld. Als dat nodig is, kunnen daarbij ook de kredieten voor het lopende boekjaar worden aangepast. Bij elke aanpassing van het meerjarenplan wordt het resultaat van de intussen vastgestelde jaarrekeningen verwerkt. Een aanpassing van het meerjarenplan omvat minstens een aangepaste financiële nota, een toelichting en de eventuele wijzigingen van de strategische nota.
In het Meerjarenplan 2020-2025, aanpassing 5 worden de kredieten van 2023 alsook 2024-2025-2026 aangepast.Het evenwicht van het meerjarenplan blijkt uit twee parameters, meer bepaald het beschikbaar budgettair resultaat en de autofinancieringsmarge.
Artikel 1 - Keurt meerjarenplan 2020-2025, aanpassing 5/Deel OCMW, zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 20/12/2023 goed.
Artikel 2 - Door deze goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel, zoals hieronder wordt voorgesteld in schema M2 - Staat van het financieel evenwicht, geacht definitief te zijn:
Artikel 3 - Maakt de beslissing, overeenkomstig artikel 286 en 287 van het Decreet over het lokaal bestuur, binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke website en brengt de toezichthoudende overheid, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur hiervan dezelfde dag op de hoogte.
De voorgenomen financiële verbintenissen die resulteren in een uitgaande nettokasstroom zijn onderworpen aan een voorafgaand visum, voordat enige verbintenis kan worden aangegaan. De financieel directeur staat in volle onafhankelijkheid in voor deze voorafgaande krediet- en wetmatigheidscontrole. Hij verleent visum als uit dat onderzoek de wettigheid en regelmatigheid van de voorgenomen verbintenis blijkt. Hij kan voorwaarden koppelen aan zijn visum.
De gemeenteraad bepaalt, na advies van de financieel directeur, de nadere voorwaarden waaronder de financieel directeur deze controle uitoefent.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om de voorwaarde aan te passen waaronder de financieel directeur de krediet- en wetmatigheidscontrole uitoefent voor wat betreft de verrichtingen met betrekking tot het dagelijks bestuur. Voorgesteld wordt deze vrij te stellen van voorafgaand visum indien het bedrag niet hoger is dan € 3.000 (excl. btw).
Het managementteam verleende op 06/09/2023 gunstig advies aan de voorgestelde aanpassing van de visumplicht als onderdeel van het 'organisatiebeheersingssysteem de uitgavenprocedure gemeente/OCMW/AGBPB' en dit op voorstel van de financieel directeur.
In het 'organisatiebeheerssysteem: de uitgavenprocedure gemeente/OCMW/AGBPB' zijn onder meer een aantal regels vastgesteld voor het aangaan van verbintenissen. De drempelbedragen die hierin zijn opgenomen, komen overeen met de drempelbedragen voor het al dan niet aanvragen van een voorafgaand visum. In de aanpassing goedgekeurd door de algemeen directeur per 28/11/2023, wordt het drempelbedrag voor het aanvragen van een bestelbon verhoogd van € 2.500 naar € 3.000 excl. btw n.a.v. de gewijzigde wetgeving overheidsopdrachten en de oprichting van een aankoopdienst.
Door de doortrekking van deze drempelbedragen voor zowel aangaan van verbintenissen als aanvragen van voorafgaand visum vormt dit een logisch en werkbaar geheel.
Bovendien zijn in bovenstaand organisatiebeheersingssysteem ook de modaliteiten bepaald die gelden om advies te kunnen aanvragen aan de financieel directeur over de wettigheid en regelmatigheid van verrichtingen, die van de visumverplichting zijn uitgesloten.
Enig artikel - Bepaalt volgende voorwaarden waaronder de financieel directeur de krediet- en wetmatigheidscontrole uitoefent:
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om voor de periode 2023-2025 de lijst van nominatief toe te kennen subsidies goed te keuren.
De lijsten zoals ze in de beleidsnota van de oude BBC (nominatieve subsidies, delegatie overheidsopdrachten, …) vervat zaten, bestaan niet meer. Het Decreet lokaal bestuur heeft de huidige lijsten bij het budget losgekoppeld van de beleidsrapporten. Gelet op het feit dat de lijsten losgekoppeld zijn van de beleidsrapporten, nemen ze nu de vorm aan van afzonderlijke besluiten van de raad. Deze kunnen nog altijd gebundeld worden op een lijst, maar dit hoeft niet meer.
Aangezien ze niet meer worden opgenomen in het meerjarenplan, kan de raad er afzonderlijk over beslissen, zonder een aanpassing van het meerjarenplan door te voeren, wat de flexibiliteit vergroot. In de documentatie bij het meerjarenplan wordt wel nog een overzicht opgenomen van de toegestane werkings- en investeringssubsidies, waaronder ook de nominatief toegekende subsidies behoren. Dat overzicht houdt echter niet langer een beslissing in, maar is louter informatief. De documentatie maakt geen deel uit van het meerjarenplan en moet enkel ter beschikking worden gesteld aan de raadsleden.
De bevoegdheid voor “het toekennen van nominatieve subsidies” komt toe aan de raad. De raad moet dus een besluit nemen tot nominatieve toekenning van elke subsidie afzonderlijk. Om niet elk dossier apart voor te leggen aan de raad, wordt thans globaal een lijst van nominatief toe te kennen subsidies voorgelegd aan de gemeenteraad, die deze kan goedkeuren voor uitbetaling in 2023-2025. Wanneer bij de toekenning van deze bedragen zou afgeweken worden of wanneer een nieuwe nominatieve subsidie zou toegekend worden aan een begunstigde die niet in deze overzichtslijst is opgenomen én deze binnen de grenzen van de globale exploitatie of investeringen blijft, dient dat betreffend dossier apart aan de gemeenteraad voorgelegd te worden voor goedkeuring, zonder dat een aanpassing van het meerjarenplan vereist is.
De gemeenteraad geeft hiermee de opdracht aan het college van burgemeester en schepenen om de nominatieve subsidies uit te keren binnen het voorziene krediet per begunstigde, zoals opgenomen in de bijlage. Een nominatieve subsidie wordt uitgekeerd op basis van een (dotatie)besluit of een subsidieaanvraag en dit conform de afspraken in het organisatiebeheerssysteem, namelijk:
Nominatieve subsidies die van verantwoording worden vrijgesteld (≤ € 1.240) kunnen rechtstreeks aangerekend worden door de financiële dienst, waardoor de goedkeuring door college van burgemeester en schepenen / vast bureau / directiecomité van het AGBPB loopt via de goedkeuring van de verzamelstaat van de aanrekeningen.
Nominatieve subsidies die niet van verantwoording worden vrijgesteld (> € 1.240), dienen steeds ter goedkeuring voor betaling aan college van burgemeester en schepenen / vast bureau / directiecomité van het AGBPB worden voorgelegd.
Zij worden enkel ten informatieve titel opgenomen in de lijst.
Artikel 1 - Keurt de lijst met toe te kennen nominatieve subsidies 2023-2025 als volgt goed:
Werkingssubsidies
Actie (met omschrijving) | Beleidsitem | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 |
A23.6: AGBPB: werkingstoelage | 0119-99 | 34.000,00 | 10.000,00 | 10.000,00 | 10.000,00 |
A8.5.3: Project YOUCA ( voorheen Zuiddag) | 0160-00 | 600,00 | 600,00 | 600,00 | 600,00 |
A8.5.5: Noodhulp: Koerdische Rode Halve Maan | 0160-00 | 4.500,00 | |||
A8.5.6: Noodhulp: Rode Kruis Vlaanderen | 0160-00 | 1.500,00 | |||
A9.6.12: Mondiale raad (voorheen GROS) | 0160-00 | 1.735,00 | 1.735,00 | 1.735,00 | 1.735,00 |
A15.6: IVAREM: afvalverwerking huishoudelijk afval (diftar, huur containers) | 0300-00 | 570.647,00 | 584.528,00 | 560.917,00 | 578.339,00 |
A15.9: IVAREM: ophalen grof vuil | 0300-00 | 3.039,00 | 3.065,00 | 3.090,00 | 3.116,00 |
A15.11: IVAREM: huur ondergrondse en permanent geplaatste container | 0309-00 | 27.088,00 | 27.631,00 | 28.100,00 | 28.584,00 |
A15.12: IVAREM: verzamelen papier/karton aan huis | 0309-00 | 14.350,00 | 30.013,00 | 31.154,00 | 32.374,00 |
A15.13: IVAREM: bijdragen voor aanvoer van afvalstoffen of m.b.t. de toegang containerpark | 0309-00 | 77.866,00 | 78.528,00 | 79.189,00 | 79.851,00 |
A15.17: IVAREM: verwerking GFT | 0309-00 | 0,00 | 237.721,00 | 246.436,00 | |
A15.4: IVAREM: statutaire bijdrage in de werkingskosten | 0309-00 | 125.354,00 | 128.891,00 | 132.091,00 | 135.455,00 |
A15.5: IVAREM: verwerking groenafval (incl TD) | 0309-00 | 35.771,00 | 37.305,00 | 38.701,00 | 40.118,00 |
A15.7: IVAREM: exploitatie containerpark | 0309-00 | 370.764,00 | 453.058,00 | 464.710,00 | 477.046,00 |
A8.3.2: Toelage Ecoso/Stad Mechelen: project Foodsavers | 0309-00 | 3.000,00 | 3.000,00 | 3.000,00 | |
A13.14.3: IGEMO: statutaire bijdrage in de werkingskosten | 0329-00 | 22.881,00 | 22.881,00 | 22.881,00 | 22.881,00 |
A13.14.4: Samenwerking PIH | 0329-00 | 2.200,00 | 1.000,00 | 1.000,00 | 1.000,00 |
A7.10.11: Natuurpunt: toelage voor bossen in beheer van Natuurpunt | 0340-00 | 7.500,00 | 7.500,00 | 7.500,00 | 7.500,00 |
A7.10.16: Deelname aan project Natuurpark Rivierenland | 0340-00 | 8.603,00 | 8.775,00 | 8.951,00 | 9.130,00 |
A7.6.15: Igemo: Opvolging BHP | 0340-00 | 5.000,00 | 5.000,00 | 5.000,00 | |
7.11.4: Project ORIOM 3.0 | 0349-00 | 3.600,00 | 3.600,00 | ||
A7.10.3: Natuurpunt: toelage uitbouw onthaal, publiek en bezoekerscentrum Beneden Dijlevallei | 0349-00 | 3.000,00 | 3.000,00 | 3.000,00 | 3.000,00 |
A7.6.12: Toelage Regionaal Landschap | 0349-00 | 4.500,00 | 4.500,00 | 4.500,00 | 4.500,00 |
A7.9.6: SUPRA project - Renovatiecoaches STEKR | 0349-00 | 3.977,00 | 3.977,00 | 3.977,00 | 3.977,00 |
A8.2.3: De gemeente zet Ivarem in om asbestophalingen in platenzakken te organiseren. | 0349-00 | 1.180,00 | 1.190,00 | 1.200,00 | 1.210,00 |
A13.14.7: Bond Beter Leefmilieu: toelage | 0390-00 | 750,00 | 750,00 | 750,00 | 750,00 |
A9.6.11: Milieuraad | 0390-00 | 1.735,00 | 1.735,00 | 1.735,00 | 1.735,00 |
A24.2: BODUKAP: bijdrage in de werkingskosten | 0400-00 | 1.960.567,00 | 2.372.276,00 | 2.455.786,00 | 2.504.901,00 |
A24.4: Brandweerdienst hulpverleningszone Rivierenland: bijdrage in de werkingskosten | 0410-00 | 734.478,00 | 734.478,00 | 734.478,00 | 734.478,00 |
A24.1: GAS Rivierenland- afhandeling GAS-boetes | 0480-00 | 101.805,00 | 142.500,00 | 142.500,00 | 142.500,00 |
A24.9: Noodplanningszone Waterkant | 0490-00 | 17.880,00 | 18.000,00 | 18.000,00 | 18.000,00 |
A4.1.1: Raad voor lokale economie | 0500-00 | 1.735,00 | 1.735,00 | 1.735,00 | 1.735,00 |
A4.1.10: BRON (Bonheiden Rijmenam Onderneemt): toelage netwerkinitiatief lokale economie | 0500-00 | 3.250,00 | 3.250,00 | 3.250,00 | 3.250,00 |
A4.1.2: Toelagen middenstandsorganisatie Bonheiden Winkelt | 0500-00 | 3.250,00 | 3.250,00 | 3.250,00 | 3.250,00 |
A4.1.3: Toelagen middenstandsorganisatie Rijmenam Explosief | 0500-00 | 3.250,00 | 3.250,00 | 3.250,00 | 3.250,00 |
A4.1.4: Toelagen middenstandsorganisatie Stieweg | 0500-00 | 3.250,00 | 3.250,00 | 3.250,00 | 3.250,00 |
A2.3.4: Horecatechnics: toelage voor organisatie Kasteelfeesten | 0520-00 | 2.000,00 | 2.000,00 | 2.000,00 | 2.000,00 |
A1.2.2: Wonen langs Dijle & Nete | 0600-00 | 63.500,00 | 63.500,00 | 63.500,00 | 63.500,00 |
A11.1.8: Omgevinghandhavingscel (via Igemo) | 0600-00 | 31.500,00 | 31.500,00 | 31.500,00 | 31.500,00 |
A13.5.13: Samenwerking Regiobib | 0703-01 | 1.815,00 | 1.815,00 | 1.815,00 | |
A13.5.9: Luisterpunt: toelage | 0703-01 | 698,00 | 250,00 | 250,00 | 250,00 |
A13.12.7: Krankhoeve vzw: toelage voor gemeentelijke bijdrage in de leningslasten van lening 't Blikveld | 0705-00 | 119.164,00 | 120.589,00 | 122.013,00 | 123.486,00 |
A2.2.4: Krankhoeve vzw: financiële ondersteuning van de programmatie-vzw | 0705-00 | 125.000,00 | 138.160,00 | 139.000,00 | 139.000,00 |
A4.2.1: Krankhoeve vzw: toelage voor organiseren/ondersteunen van lokale activiteiten. | 0705-00 | 7.500,00 | 7.500,00 | 7.500,00 | 7.500,00 |
A4.2.4: Vzw Krankhoeve: toelage jubileumactiviteit | 0705-00 | 20.000,00 | 20.000,00 | ||
A4.2.13: Davidsfonds: toelage voor organisatie Guldensporenviering | 0710-00 | 750,00 | 750,00 | 750,00 | 750,00 |
A4.2.11: Rijmrock: toelage | 0712-00 | 4.500,00 | 4.500,00 | 4.500,00 | 4.500,00 |
A4.2.12: VKG De Krekels: toelage voor de organisatie van het Bonheidansfestival | 0712-00 | 4.000,00 | 4.000,00 | 4.000,00 | 4.000,00 |
A13.12.10: Stichting Kempens Landschap: lidmaatschapstoelage | 0720-00 | 3.092,00 | 3.120,00 | 3.150,00 | 3.180,00 |
A2.3.1: Kempens Landschap: toelage Kasteel Zellaer | 0720-00 | 50.000,00 | 50.000,00 | 50.000,00 | 50.000,00 |
A2.4.3: Igemo: Valorisatie- en herinventarisatie van de inventaris bouwkundig erfgoed | 0729-00 | 4.880,00 | 4.880,00 | 4.880,00 | 4.880,00 |
A9.6.6: Cultuurraad | 0739-00 | 1.735,00 | 5.235,00 | 5.235,00 | 5.235,00 |
A3.1.2: Sportraad: toelage voor de organisatie van mei-maand sportmaand | 0740-00 | 15.000,00 | 15.000,00 | 15.000,00 | 15.000,00 |
A3.3.2: Provincie Antwerpen: jaarlijkse participatie in de exploitatie van het zwembad De Nekkerpool | 0740-00 | 87.200,00 | 90.000,00 | 95.000,00 | 100.000,00 |
A3.3.3: vzw Berentrode: toelage voor aflossing kleine lening | 0740-00 | 0,00 | 0,00 | 0,00 | |
A3.3.4: vzw Berentrode: tussenkomst in huur sportaccomodatie (indoor-outdoor) voor -18-jarigen | 0740-00 | 32.000,00 | 35.000,00 | 35.000,00 | 35.000,00 |
A3.3.5: vzw Berentrode: werkingstoelage | 0740-00 | 65.000,00 | 56.000,00 | 56.000,00 | 56.000,00 |
A4.2.10: vzw De Rijmenamse Wielervrienden: toelage voor organisatie van wielerwedstrijden | 0740-00 | 6.250,00 | 6.250,00 | 6.250,00 | 6.250,00 |
A9.6.1: Sportraad | 0740-00 | 1.735,00 | 1.735,00 | 1.735,00 | 1.735,00 |
A13.6.4: VZW Berentrode: werkingstoelage jobstudenten | 0742-00 | 29.354,00 | 29.941,00 | 30.541,00 | |
A4.3.6: vzw Weyneshof: toelage voor speelpleinwerking (verhoging 2024 onder voorbehoud) | 0750-00 | 500,00 | 15.000,00 | 500,00 | 500,00 |
A4.3.7: De Rode Planeet: toelage voor speelpleinwerking | 0750-00 | 500,00 | 500,00 | 500,00 | 500,00 |
A9.6.3: Kindergemeenteraad | 0750-00 | 1.735,00 | 1.735,00 | 1.735,00 | 1.735,00 |
A9.6.4: Jeugdraad | 0750-00 | 1.735,00 | 1.735,00 | 1.735,00 | 1.735,00 |
A29.1: Kerkfabriek Sint-Martinus: exploitatietoelage | 0790-00 | 15.663,00 | 25.293,00 | 20.757,00 | 20.757,00 |
A29.2: Kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw: exploitatietoelage | 0790-00 | 8.213,00 | 13.627,00 | 30.101,00 | 30.101,00 |
A29.4: Kerkfabriek Sint-Ludwina: exploitatietoelage | 0790-00 | 0,00 | 4.799,00 | 15.960,00 | 15.960,00 |
A29.6: Kerkfabriek Sint-Jozef: exploitatietoelage | 0790-00 | 2.673,00 | 1.745,00 | 2.548,00 | 2.548,00 |
A13.22.30: Oudercomité Knipoog: toelage | 0800-99 | 1.200,00 | 1.200,00 | 1.200,00 | 1.200,00 |
A13.22.31: Oudercomité Sint-Mariaschool: toelage | 0800-99 | 1.200,00 | 1.200,00 | 1.200,00 | 1.200,00 |
A13.22.32: Oudercomité Klim Op: toelage | 0800-99 | 1.200,00 | 1.200,00 | 1.200,00 | 1.200,00 |
A5.1.33: Gebo: scholengemeenschap Anker toelage | 0800-99 | 1.310,00 | 1.310,00 | 1.310,00 | 1.310,00 |
A5.4.1: Stad Mechelen: ondersteuning filiaal conservatorium en academie voor beeldende kunsten | 0820-00 | 10.000,00 | 10.000,00 | 10.000,00 | 10.000,00 |
A5.4.3: Toelage voor lln conservatorium Mechelen uit Bonheiden | 0820-00 | 7.085,00 | 7.100,00 | 7.100,00 | 7.100,00 |
A1.5.20: Sterrenkinderen toelage | 0943-00 | 1.000,00 | 1.000,00 | 1.000,00 | 1.000,00 |
A1.5.18: Subsidie Family Justice Center | 0944-00 | 13.800,00 | 13.800,00 | 13.800,00 | 13.800,00 |
A9.6.5: Lokaal Overleg Kinderopvang | 0945-00 | 1.735,00 | 1.735,00 | 1.735,00 | 1.735,00 |
A9.6.13: Seniorenraad | 0959-00 | 1.735,00 | 1.735,00 | 1.735,00 | 1.735,00 |
A1.7.3: Dierenbescherming Mechelen: toelage | 0984-00 | 6.281,00 | 6.900,00 | 6.900,00 | 6.900,00 |
A1.2.12: Igemo: welzijnskoepel | 0986-00 | 6.792,00 | 6.928,00 | 7.066,00 | 7.100,00 |
A1.5.17: Kind en Preventie: toelage | 0989-00 | 500,00 | 500,00 | 500,00 | 500,00 |
Investeringssubsidies
Actie (met omschrijving) | Beleidsitem | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 |
A12.2.28: AGB: vernieuwing brandmeldcentrale en sturing rookkoepels | 0119-00 | 15.000,00 | |||
A12.2.29: AGB: herstelling lichtstraat NAC | 0119-00 | 10.000,00 | 10.000,00 | ||
A12.2.3: AGBPB: Gemeentehuis: vernieuwen noodverlichtingsarmaturen gemeentehuis | 0119-99 | 20.000,00 | |||
A7.14.15: AGBPB: Gemeentehuis: Bijkomende warmtebron via warmtepomp | 0119-99 | 60.000,00 | |||
A10.2.15: Marthe: investeringstoelage | 0200-00 | 8.580,00 | |||
A24.3: BODUKAP: bijdrage in de investeringskosten | 0400-00 | 69.120,00 | 112.320,00 | 83.160,00 | 83.160,00 |
A24.5: Brandweerdienst hulpverleningszone Rivierenland: bijdrage in de investeringskosten | 0410-00 | 17.750,00 | 17.750,00 | 17.750,00 | 17.750,00 |
A12.2.19: AGBPB: Bib: zonnewering | 0703-01 | 26.400,00 | |||
A2.2.1: Krankhoeve vzw: Toekennen van jaarlijkse investeringstoelage | 0705-00 | 43.740,81 | 25.000,00 | 25.000,00 | 25.000,00 |
A4.4.7: AGBPB: Feestzaal Sint Martinus: renovatie | 0709-00 | 1.269.772,28 | |||
A3.3.1: vzw Berentrode: toekennen van jaarlijkse investeringstoelage | 0740-00 | 51.320,70 | 35.000,00 | 35.000,00 | 35.000,00 |
A3.3.13: vzw Berentrode grasmaaier | 0740-00 | 78.000,00 | |||
A29.3: Kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw: investeringstoelage | 0790-00 | 24.000,00 |
Artikel 2 - Geeft de opdracht aan het college van burgemeester en schepenen om de nominatieve subsidies uit te keren binnen het voorziene krediet per begunstigde, zoals opgenomen in de lijst. Een nominatieve subsidie wordt uitgekeerd op basis van een (dotatie)besluit of een subsidieaanvraag en dit conform de afspraken in het organisatiebeheerssysteem.
Artikel 3 - Maakt deze beslissing, overeenkomstig artikel 286 en 287 van het Decreet over het lokaal bestuur, binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke website en brengt de toezichthoudende overheid, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur hiervan dezelfde dag op de hoogte.
De vaststelling van het gemeentelijk politiereglement is een bevoegdheid van de gemeenteraad.
In de vier BODUKAP-gemeenten (Bonheiden, Duffel, Sint-Katelijne-Waver en Putte) wordt er evenwel naar gestreefd een zo uniform mogelijk politiereglement vast te stellen. Aldus wensen de vier gemeenten een aantal aanpassingen aan te brengen aan het gemeentelijk politiereglement.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld het politiereglement aldus aan te passen.
Advies wordt conform art. 4,§5 van de wet op de gemeentelijke administratieve sancties van 24/06/2013 gevraagd aan de jeugdraad betreffende de wijzigingen aan art. 9.1.1 tot 9.2.2
Met het oog op een actualisatie en uniformisering van het politiereglement voor de 4 gemeenten van de politiezone BODUKAP werd het politiereglement grondig nagekeken en waar nodig voorstellen tot wijziging, aanpassing of toevoeging van artikels gedaan.
De meerderheidsfracties stellen volgend amendement voor:
Het amendement wordt met eenparigheid van stemmen goedgekeurd.
Artikel 1 - Past het politiereglement aan als volgt:
Artikel 1.3.3
Ieder die zich in de openbare ruimte bevindt of in een voor het publiek toegankelijke plaats, moet zich onmiddellijk schikken naar de verzoeken of bevelen van de politie met het oog op:
- de vrijwaring van de openbare veiligheid, rust, netheid of gezondheid;
- de vereenvoudiging van de taken van de hulpdiensten en de bijstand aan personen in gevaar;
- het doen naleven van de wetten, decreten, reglementen en besluiten.
Deze verplichting is tevens van toepassing op personen die zich in een privaat domein bevinden, wanneer de politie of een gemachtigde ambtenaar er is binnengegaan op verzoek van de bewoners of in geval van brand, overstroming of hulpgeroep.
Artikel 2.4.4.1.1
§1. Onverminderd de naleving van andere federale, regionale of lokale bepalingen van toepassing op de publiek toegankelijke inrichtingen, is de uitbater van een publiek toegankelijke inrichting verplicht, vooraleer de inrichting te openen, te voldoen aan alle maatregelen tot het voorkomen en bestrijden van brand, opgenomen in de Zonale Politieverordening Hulpverleningszone Rivierenland houdende maatregelen tot het voorkomen en bestrijden van brand in publiek toegankelijke inrichtingen, goedgekeurd door de gemeenteraad. Deze verplichting geldt niet voor publiek toegankelijke inrichtingen waar een specifieke reglementering voor de brandveiligheid van toepassing is.
§2. Onverminderd de strafbepalingen en maatregelen voorzien onder hoofdstuk 11 van dit reglement, kan de politie bij vaststelling van uitbating van inrichtingen in strijd met de verplichtingen in §1 de inrichting onmiddellijk en ter plaatse sluiten.
Artikel 2.5.2
Gebouwen zijn ongezond als ze een bedreiging vormen voor de openbare gezondheid of niet beantwoorden aan de elementaire veiligheids-, gezondheids-, en kwaliteitsnormen, zoals onder andere bepaald krachtens het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode, het Integratiedecreet van 29-03-2013, het besluit van de Vlaamse Regering van 12-07-2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen, en het besluit van de Vlaamse regering van 11 juni 2004 houdende maatregelen tot bestrijding van de gezondheidsrisico’s door verontreiniging van het binnenmilieu.
Artikel 2.5.2
Gebouwen zijn ongezond als ze een bedreiging vormen voor de openbare gezondheid of niet beantwoorden aan de elementaire veiligheids-, gezondheids-, en kwaliteitsnormen, zoals bepaald in de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het besluit van de Vlaamse regering van 11 juni 2004 houdende maatregelen tot bestrijding van de gezondheidsrisico’s door verontreiniging van het binnenmilieu.
Artikel 3.1.7.2
Deze vergunning kan bekomen worden door de bewoner van het achterliggende pand na het indienen van een schriftelijke aanvraag vergezeld van
- Identiteit en adres van de aanvrager
- een duidelijke schets door de bewoner van het achterliggende pand, met vermelding van de afmetingen van het tuintje en de voorziene beplanting
- Een foto waarop muur of afsluiting en voetpad te zien zijn
- breedte van het voetpad en aard van de verharding
Indien deze bewoner huurder is, een schriftelijk akkoord van de eigenaar van het pand
Artikel 3.1.7.16
Mogelijke schade, veroorzaakt door het uitgraven van een tegeltuintje, aan leidingen en nutsbedrijven (Belgacom, ...) vallen ten laste van de uitvoerder. De vergunninghouder moet zich op voorhand tot de nutsbedrijven (E.G.W.,Belgacom., enz. ...) te wenden, teneinde de ligging van deze leidingen te kennen.
Artikel 3.1.8.15
Mogelijke schade, veroorzaakt door het uitgraven van een tegeltuintje, aan leidingen en nutsbedrijven vallen ten laste van de uitvoerder. De vergunninghouder moet zich op voorhand tot de te wenden, teneinde de ligging van deze leidingen te kennen.
- bewoner huurder is, een schriftelijk akkoord van de eigenaar van het pand
3.1.9 Inzamelen, verkopen, uitdelen en samplen in de openbare ruimte
Artikel 3.1.9.1
§1. Naar aanleiding van de uitdeling van kosteloze producten, voorwerpen, drukwerken of geschriften in de openbare ruimte mogen voorbijgangers of aanwezigen niet worden lastig gevallen, tegengehouden of aangegrepen.
§2. Iedere verdeler moet zelf of via een helper onmiddellijk de weggeworpen exemplaren of voorwerpen oprapen die het publiek in de omgeving achterliet.
§3. Producten, voorwerpen, drukwerken of geschriften mogen niet zonder voorafgaandelijke toelating worden geplaatst op geparkeerde voertuigen met uitzondering van boetes.
Artikel 3.2.2.2
Het is in openbare zweminrichtingen verboden:
1° zich toegang te verschaffen in staat van dronkenschap.
2° zich toegang te verschaffen indien men open of etterende wonden vertoont of aangetast is met een besmettelijke ziekte of een huidaandoening waardoor de openbare gezondheid en hygiëne in het gedrang zou worden gebracht
3° samenscholingen te veroorzaken, de doorgangen te belemmeren of zich te gedragen in strijd met de openbare orde en goede zeden;
4° zich toegang te verschaffen met honden of deze in de zweminrichting te laten rondlopen;
5° zich in de zwemgelegenheid te bevinden na de sluiting of na het einde van de voorziene zwemperiode;
6° zich elders te ontkleden dan in de daartoe bestemde kleedkamers. Tijdens het ontkleden zijn de deuren van de kleedkamers steeds gesloten;
7° stenen, zeep of andere voorwerpen in het water te werpen;
8° enige substantie in het zwemwater te brengen die de gezondheid van de gebruikers kan schaden of waardoor het water kan bevuild worden;
9° andere gebruikers op één of andere manier lastig te vallen of te intimideren.
= ondervangen door verwijzing naar huishoudelijk reglement 3.2.1.1
Artikel 3.2.3.2
Iedereen die de speelpleinen, speelterreinen en andere sportterreinen betreedt, moet zich houden aan het huishoudelijk reglement indien van toepassing.
3.3.4 Het tijdelijk plaatsverbod
Artikel 3.3.4.1
§ 1. De burgemeester kan, in geval van verstoring van de openbare orde veroorzaakt door individuele of collectieve gedragingen, of in geval van herhaaldelijke inbreuken op de reglementen en verordeningen van de gemeenteraad gepleegd op eenzelfde plaats of ter gelegenheid van gelijkaardige gebeurtenissen en die een verstoring van de openbare orde of een overlast met zich meebrengen, beslissen over te gaan tot een tijdelijk plaatsverbod van een maand, tweemaal hernieuwbaar, jegens de dader of de daders van deze gedragingen.
§ 2. Onder tijdelijk plaatsverbod wordt verstaan het verbod binnen te treden in een of meerdere duidelijke perimeters van plaatsen die als toegankelijk voor het publiek worden bepaald, gelegen binnen gemeente, zonder evenwel het geheel van het grondgebied te beslaan. Worden beschouwd als plaats die toegankelijk is voor het publiek elke plaats die gelegen is in de gemeente die niet enkel toegankelijk is voor de beheerder van de plaats, voor diegene die er werkt of voor degenen die er individueel worden uitgenodigd, met uitzondering van de woonplaats, de plaats van het werk of de plaats van de onderwijs- of opleidingsinstelling van de overtreder.
§ 3. De in § 1. bedoelde beslissing moet aan de volgende voorwaarden voldoen:
1° met redenen omkleed zijn op basis van de hinder die verband houdt met de openbare orde;
2° bevestigd worden door het college van burgemeester en schepenen, bij de eerstvolgende vergadering, na de dader of de daders van die gedragingen of hun raadsman te hebben gehoord en nadat hij de mogelijkheid heeft gehad ter gelegenheid hiervan zijn verdedigingsmiddelen schriftelijk en mondeling te doen gelden, behalve indien hij, na te zijn uitgenodigd via een aangetekende brief, zich niet heeft gemeld en geen geldige motieven naar voren gebracht heeft voor zijn afwezigheid of zijn verhindering.
§ 4. De beslissing kan worden genomen, ofwel na een door de burgemeester betekende schriftelijke verwittiging die de dader of de daders van die gedragingen op de hoogte brengt van het feit dat een nieuwe inbreuk op een identieke plaats of ter gelegenheid van gelijkaardige gebeurtenissen aanleiding zou kunnen geven tot een plaatsverbod, ofwel, met het oog op de ordehandhaving, zonder verwittiging.
§ 5. In geval van niet-naleving van het tijdelijk plaatsverbod, kan de dader of kunnen de daders van die gedragingen gestraft worden met een administratieve geldboete zoals voorzien door de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties en eventuele latere aanpassingen.
Artikel 3.4.3.2
§1 De aanvraag tot het verkrijgen van het attest vermeld in hoofdstuk 3, afdeling 3.4.2.1 dient op voorhand en schriftelijk ingediend te worden bij de burgemeester, die binnen 21 dagen na ontvangst van de aanvraag een beslissing neemt. De beslissing van de burgemeester bepaalt de modaliteiten en de duurtijd van de toelating. Het niet tijdig betekenen van de beslissing door de burgemeester wordt beschouwd als een weigering van de aanvraag.
§2 Bij de aanvraag van dit attest dient een situeringsplan gevoegd te worden waarop de ligging van het terrein of de inrichting ten opzichte van oriënteringspunten kan bepaald worden en waarbij ook volgende gegevens worden bezorgd:
Het bewijs dat voldaan wordt aan de bepalingen van de wet van 30 juli 1979 betreffende de preventie van brand en ontploffing en betreffende de verplichte verzekering van de burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke gevallen.
Artikel 3.5.1.1.1
§1 Iedere ingebruikname van de openbare ruimte is enkel toegelaten mits voorafgaande schriftelijke toelating van de burgemeester. De aanvraag hiervoor dient 21 dagen voor aanvang te worden ingediend. De toelatingen en voorwaarden voor de ingebruikname van de openbare ruimte bij evenementen en sportwedstrijden worden echter geregeld in hoofdstuk 3.3. De ingebruikname van de openbare ruimte bij kermissen en ambulante activiteiten wordt geregeld in respectievelijk een huishoudelijk ‘kermisreglement’ en een huishoudelijk reglement ‘ambulante activiteiten op de openbare markten en op het openbaar domein buiten de openbare markten’.
§2 Het innemen van de openbare ruimte kan slechts in geval van uiterste noodzakelijkheid worden toegestaan, dit wil zeggen wanneer geen alternatieven voorhanden zijn.
§1 Iedere ingebruikname van de openbare ruimte is enkel toegelaten mits voorafgaande schriftelijke toelating van de burgemeester, die op verzoek van een gemachtigd ambtenaar onmiddellijk moet voorgelegd kunnen worden. De toelatingen en voorwaarden voor de ingebruikname van de openbare ruimte bij evenementen en sportwedstrijden worden echter geregeld in hoofdstuk 3.3. De ingebruikname van de openbare ruimte bij kermissen en ambulante activiteiten wordt geregeld in respectievelijk een huishoudelijk ‘kermisreglement’ en een huishoudelijk reglement ‘ambulante activiteiten op de openbare markten en op het openbaar domein buiten de openbare markten’.
Artikel 3.5.2.2
Onverminderd de wettelijke bepalingen inzake stedenbouw kan aan de uitbaters van horecabedrijven gelegen op het niveau van de openbare weg, een toelating door de burgemeester worden afgeleverd tot het plaatsen van (seizoensgebonden) terrassen of windschermen, op voorwaarde dat:
Windschermen moeten bovendien aan volgende voorwaarden voldoen:
8. In het geval dat het terras of de windschermen - mits het beschikken over een voorafgaandelijke toelating - de gevelbreedte overschrijdt, dient het terras of de windschermen op schriftelijk verzoek van de rechthebbende of bij elke wijziging van rechthebbende binnen de maand verwijderd te worden (Putte). Niet voor Duffel en SKW
Artikel 3.5.5.1
Graaf- en andere werken op de openbare weg zijn verboden, tenzij toestemming van de burgemeester.
Dit reglement doet geen afbreuk aan het KB van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en alle wijzigingen nadien. Dit reglement doet eveneens geen afbreuk aan het MB van 7 mei 1999 betreffende het signaleren van werken en verkeersbelemmeringen op de openbare weg en alle wijzigingen nadien..
Artikel 3.5.5.2
Deze werken dienen gesignaleerd te worden, overeenkomstig de bepalingen van KB van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en alle wijzigingen nadien en het MB van 7 mei 1999 betreffende het signaleren van werken en verkeersbelemmeringen op de openbare weg en alle wijzigingen nadien...
Artikel 3.6.2
Bij ijzel zijn de inwoners verplicht het voet- en fietspad ijsvrij te maken over een breedte van 1,20 meter van hun woning of daarvan afhangende en aanpalende gebouwen om de veiligheid van de voetgangers te verzekeren, zonder daarbij de openbare gezondheid te schaden, of goederen van derden te beschadigen.
Artikel 3.6.3
§1. Bij sneeuw zijn de bewoners verplicht onverwijld de sneeuw van het voet- en fietspad te verwijderen over een breedte van 1,20 meter langsheen hun eigendom. De sneeuw en het ijs zullen langs het voetpad opgehoopt worden met vrijlating van rioolmonden, straatkolken en goten.
Zij zijn er ook toe verplicht de deksels of luiken die de ondergrondse hydranten en de zuignappen afsluiten, vrij te maken.
§2. In verkeersvrije straten en pleinen en straten waar geen voet- of fietspad is aangelegd, dienen de bewoners de verplichtingen voorzien in artikel 3.6.3. §1 uit te voeren over een breedte van minimum 1,20 meter gemeten vanaf de gevel of vanaf de rooilijn.
3.8. Exploitatie van deelsystemen voor voertuigen
Artikel 3.8.1
§1. Omwille van redenen van openbare orde is het verboden een deelsysteem voor voertuigen te exploiteren zonder voorafgaande toelating van de gemeente.
Onder ‘deelsysteem voor voertuigen’ wordt verstaan: een systeem/netwerk van voertuigen (met uitzondering van auto’s) die in de openbare ruimte ter beschikking gesteld worden om voor beperkte duur, al dan niet tegen betaling, gebruikt te worden overeenkomstig de gebruiksvoorwaarden zoals bepaald door de exploitant. De voertuigen moeten voor aanvang en na afloop van elke gebruikssessie gestationeerd te worden in de uitsluitend hiervoor bestemde openbare ruimte (al dan niet met behulp van stallingsinfrastructuur eigen aan het deelsysteem).
§2. De exploitant moet de voorwaarden van de toelating van de gemeente te allen tijde naleven.
§3. De exploitant is ertoe gehouden de nodige maatregelen te treffen om elke vorm van verstoring van de openbare orde, met inbegrip van overlast, waarbij een voertuig betrokken is dat door hem ter beschikking werd gesteld, te voorkomen.
De exploitant voorziet in een registratiesysteem waardoor hij de werkelijke gebruiker van het voertuig te allen tijde kan registreren en identificeren. Het registratiesysteem is dermate uitgerust dat misbruik van het deelsysteem vermeden wordt. De exploitant zal de identiteit van de gebruiker op eerst verzoek meedelen aan de politie- en/of stadsdiensten.
Bij verstoring van de openbare orde ten gevolge van de exploitatie van het deelsysteem voor voertuigen, zal de exploitant aansprakelijk gesteld worden indien de overtreder zelf niet geïdentificeerd kan worden door de bevoegde diensten.
Artikel 3.8.2
De aanbieders die al deelsystemen voor voertuigen exploiteerden in de gemeente voor de inwerkingtreding van deze rubriek genieten van een overgangsperiode van 3 maanden ingaand op het moment van de inwerkingtreding van deze rubriek om een toelating van de gemeente aan te vragen.
Artikel 4.1.2.2
§1 Het is zonder voorafgaande schriftelijke toelating van de burgemeester verboden de bermen van baangrachten langs de kant van de openbare weg te maaien van 15 november tot 15 juni voor de eerste maaibeurt en voor 15 september voor een tweede maaibeurt. Deze toelating kan enkel om redenen van verkeersveiligheid of natuurbehoud worden verleend.
§1bis De gemeente Bonheiden heeft een door de Vlaamse overheid goedgekeurd bermbeheerplan dat voor een aantal bermen een uitzondering op de maaidata uit het Bermbesluit bepaalt. [Bonheiden]
§1 Het is zonder voorafgaande schriftelijke toelating van de burgemeester verboden de bermen van baangrachten langs de kant van de openbare weg te maaien van 15 november tot 15 juni voor de eerste maaibeurt en voor 15 september voor een tweede maaibeurt, behoudens andersluidende bepalingen in een door de bevoegde overheid goedgekeurd bermbeheerplan. Deze toelating kan enkel om redenen van verkeersveiligheid of natuurbehoud worden verleend.
§1bis De gemeente Bonheiden heeft een door de Vlaamse overheid goedgekeurd bermbeheerplan dat voor een aantal bermen een uitzondering op de maaidata uit het Bermbesluit bepaalt. [Bonheiden]
§2 Eveneens is het verboden de vegetatie op die plaatsen te vernietigen zonder voorafgaandelijk schriftelijke toelating van de burgemeester. Deze toelating kan gegeven worden in functie van de verbetering van de verkeersveiligheid.
§3 De overhangende takken en struiken langs en in de grachten moeten worden verwijderd om o.a. het ruimen van de grachten te vergemakkelijken.
§4 Dit artikel geldt onverminderd het Besluit van de Vlaamse Regering van 27 juni 1984 houdende maatregelen inzake natuurbehoud op de bermen beheerd door publiekrechtelijke rechtspersonen en eventuele latere wijzigingen.
Artikel 5.2.1
Met behoud van de toepassing van het Veldwetboek, het Bosdecreet van 13 juni 1990 en het decreet Natuurbehoud van 21 oktober 1997, is de verbranding in open lucht van welke stoffen ook verboden, behalve als het gaat om:
1° het maken van vuur in open lucht in bos- en natuurgebieden, als beheermaatregel wanneer afvoer of verwerking ter plaatse van het biomassa-afval niet mogelijk is. Die activiteit mag pas plaatsvinden als de gemeentelijke overheid schriftelijke toestemming heeft gegeven of als die activiteit als beheermaatregel is opgenomen in een goedgekeurd beheerplan of vergund door het Agentschap voor Natuur en Bos zoals voorzien in het Bosdecreet en het decreet Natuurbehoud;
2° de verbranding in open lucht van plantaardige afvalstoffen die afkomstig zijn van eigen bedrijfslandbouwkundige werkzaamheden, als afvoer of verwerking ter plaatse van het biomassa-afval niet mogelijk is;
3° de verbranding in open lucht van plantaardige afvalstoffen die afkomstig zijn van het onderhoud van landschapselementen, als afvoer of verwerking ter plaatse van het biomassa-afval niet mogelijk is;
4° de verbranding in open lucht van plantaardige afvalstoffen als dat vanuit fytosanitair oogpunt noodzakelijk is;
5° het verbranden van droog onbehandeld hout bij het maken van een kampvuur;
6° het verbranden van droog onbehandeld hout of een vaste fossiele brandstof in een sfeerverwarmer;
7° het verbranden van dierlijk afval, in overeenstemming met de bepalingen, vermeld in artikel 6 van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 juni 2013 betreffende dierlijke bijproducten en afgewerkte producten. Die activiteit mag pas plaatsvinden met schriftelijke toestemming van de toezichthouder;
8° het verbranden van droog brandbaar materiaal, met uitzondering van afvalstoffen, droog onbehandeld hout en onversierde kerstbomen met vrije kluit in het kader van folkloristische evenementen. Die activiteit mag pas plaatsvinden als de gemeentelijke overheid schriftelijke toestemming heeft gegeven en de activiteit op een afstand van meer dan 100 meter van bewoning plaatsvindt;
9° de verbranding in open lucht, met uitzondering van afvalstoffen, in het kader van blusoefeningen, uitgevoerd door de brandweer van een gemeente, regio of bedrijf of door de civiele bescherming.
Artikel 5.3.6
Indien op eenzelfde dag meerdere inzamelingen plaatsvinden, moeten de diverse fracties afvalstoffen, duidelijk gescheiden ter inzameling aangeboden worden. Bij aanbieding met de grabber moet er 30 cm spatie zijn tussen de grabber en een ander obstakel.
Artikel 5.4.1.3.3
Het gewicht van het aangeboden huisvuil mag per inzamelcontainer niet hoger zijn dan:
a) 12 kg voor de inzamelcontainer met een inhoudsvolume van 40 liter;
b) 40 kg voor de inzamelcontainer met een inhoudsvolume van 140 liter;
c) 70 kg voor de inzamelcontainer met een inhoudsvolume van 240 liter;
d) 105 kg voor de inzamelcontainer met een inhoudsvolume van 360 liter;
e) 230 kg voor de inzamelcontainer met een inhoudsvolume van 770 liter;
f) 330 kg voor de inzamelcontainer met een inhoudsvolume van 1.100 liter.
Deze containers zijn niet meer ter beschikking.
5.4.1.3 Wijze van aanbieding
Artikel 5.4.1.3.1
Het huisvuil en de vergelijkbare restfractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval moet aangeboden worden in een door de gemeente voorgeschreven recipiënt.
Deze recipiënten zijn:
- Standaardvuilniszakken die te verkrijgen zijn bij de door het gemeentebestuur aangeduide verkooppunten;
- Mini-containers (1 100 l) ter beschikking gesteld door het gemeentebestuur. De mini-containers worden met een maximum van drie eenheden en voor zover het gemeentebestuur er beschikbaar heeft ter beschikking gesteld van:
- verenigingen aangesloten bij de cultuurraad, sportraad of jeugdraad;
- niet-commerciële instellingen met sociaal, cultureel of educatief karakter.
De mini-containers blijven eigendom van het gemeentebestuur en moeten goed gereinigd teruggegeven worden van zodra de instelling ophoudt te bestaan, de gemeente verlaat of zich in een straat vestigt waar het huisvuil niet regelmatig opgehaald wordt .
Artikel 5.4.1.3.3
Het gewicht van het aangeboden huisvuil mag per vuilniszak niet meer bedragen dan 12kg. Producenten van vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen mogen slechts een maximale hoeveelheid van 3 x 48l per 2 weken gemengde bedrijfsafvalstoffen, 1m³ papier en karton en 240l PMD aanbieden voor de inzameling tijdens de gemeentelijke huisvuilronde.
Artikel 5.4.2.2.1
§1 Het grofvuil mag zowel per voorwerp als verpakt of samengebundeld worden aangeboden ter hoogte van het perceel waar de aanbieder gevestigd is, aan de rand van de openbare weg, zonder evenwel het verkeer van voertuigen, fietsers en voetgangers te hinderen. Grofvuil moet steeds apart aangeboden worden, niet verpakt. Elk voorwerp moet steeds zichtbaar zijn voor de ophalers.
§2 Zo dit omwille van de aard of de omstandigheden niet mogelijk is, mag het grofvuil worden aangeboden op de openbare weg, aansluitend aan de gevel of de voortuinstrook van het perceel van de aanbieder, derwijze gestapeld dat het verkeer van voertuigen, fietsers en voetgangers niet wordt gehinderd. Grofvuil moet steeds aangeboden worden op de openbare weg.
Artikel 5.4.2.2.5
De aanbieder mag geen grofvuil aanbieden dat de ophalers kan kwetsen.
Alle voorwerpen moeten zodanig verpakt worden dat ze geen gevaar kunnen opleveren voor de ophalers van het grofvuil. Grofvuil mag niet verpakt worden.
Artikel 5.4.4.2.1
Het papier en karton mag enkel gebundeld met een stevig natuurtouw of in een stevige kartonnen verpakking of papieren zak aangeboden worden.
Papier en karton dient aangeboden te worden in de door IVAREM voorziene papier- en kartoncontainers. [Duffel Bonheiden]
Artikel 5.4.4.2.2
Het gewicht van de bundel, de kartonnen verpakking of papieren zak mag niet hoger zijn dan15 kg.
Het gewicht in de voorziene papier- en kartoncontainers mag niet hoger zijn dan 12 kg in een container van 40L, 40 kg in een container van 240L of 70 kg in een container van 770L. [Duffel Bonheiden]
Artikel 5.4.6.1.1
Groenafval wordt ingezameld op de Ivarem-recyclageparken.
Enkel de fractie snoeihout wordt ingezameld via een ophaalronde huis-aan-huis.
Artikel 5.4.6.1.2
§1Enkel de fractie ‘snoeihout’ van het groenafval wordt minimum 4 maal per jaar huis-aan-huis op afroep ingezameld langsheen de voor de ophaler toegankelijke straten, wegen en pleinen op de door de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen (Ivarem), in overleg met het college van burgemeester en schepenen, vastgestelde tijdstippen.
§2 Aanbieders die ofwel niet gevestigd zijn langsheen een weg die op een normale wijze toegankelijk is voor de ophaalwagen van de ophaler ofwel gevestigd zijn op een perceel dat niet aan de openbare weg grenst, kunnen verplicht worden of de toelating krijgen het snoeihout op een door de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen (Ivarem), in overleg met het college van burgemeester en schepenen, nader vastgestelde plaats aan te bieden. Dit bevel of deze toelating wordt schriftelijk aan de betrokken aanbieder overgemaakt. Een afschrift van dit bevel of deze toelating wordt ter kennisgeving overgemaakt aan het gemeentebestuur.
§3 In voorkomend geval kan de burgemeester, indien één of meerdere aansluitpunten onbereikbaar zijn ingevolge infrastructuur- of andere werken aan straten, wegen en/of pleinen, bevelen dat de aanbieders die aldaar gevestigd zijn, het snoeihout moeten aanbieden op een nader vastgestelde plaats. Dit bevel wordt schriftelijk aan de betrokken aanbieder overgemaakt. Een afschrift van dit bevel wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen (Ivarem).
§4 Snoeihout wordt opgehaald door het technisch centrum na voorafgaande betaling op de financiële dienst.
[enkel Duffel]
Artikel 5.4.6.1.3
De ophaling gebeurt door de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen (Ivarem) of door een aangestelde daarvan.
Het snoeihout mag niet worden meegegeven met andere inzamelingen.
5.4.6.2 Wijze van aanbieding
Artikel 5.4.6.2.1
Het snoeihout moet samengebundeld met natuurtouw worden aangeboden. Indien het onmogelijk is om dit snoeihout samen te bundelen mag het in bakken of dozen worden aangeboden.
Artikel 5.4.6.2.2
Het gewicht van het samengebundeld snoeihout mag niet hoger zijn dan 20 kg.
Artikel 5.4.6.2.3
De lengte, breedte en hoogte van het gestapeld of samengebundeld snoeihout mag niet meer zijn dan 2 meter. De diameter van het snoeihout mag niet meer zijn dan 15 cm.
Artikel 5.4.6.2.4
Het totale volume van het snoeihout dat ter inzameling wordt aangeboden mag niet meer bedragen dan 3 m³ wanneer het aangeboden wordt langs de openbare weg en 10 m³ wanneer het aangeboden wordt op privéterrein.
Artikel 5.4.6.2.5
Het snoeihout dient te worden aangeboden in een toestand die geen risico inhoudt voor de veiligheid en/of de gezondheid van de ophaler.
Artikel 5.4.6.2.6
Zowel de ophaler als het daartoe bevoegde gemeentelijk personeel kan het aangeboden snoeihout controleren.
5.4.7 Selectieve inzameling van metalen
5.4.7.1 Inzameling
Artikel 5.4.7.1.1
Metalen worden ingezameld op de Ivarem-recyclageparken
Artikel 5.4.7.1.2
§1 De metalen worden eveneens minimum 4 maal per jaar huis-aan-huis op afroep ingezameld langsheen de voor de ophaler toegankelijke straten, wegen en pleinen op de door de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen (Ivarem), in overleg met het college van burgemeester en schepenen vastgestelde tijdstippen. Deze ophaling gebeurt samen met de ophaling van het grofvuil.
§2 Aanbieders die ofwel niet gevestigd zijn langsheen een weg die op een normale wijze toegankelijk is voor de ophaalwagen van de ophaler ofwel gevestigd zijn op een perceel dat niet aan de openbare weg grenst, kunnen verplicht worden of de toelating krijgen de metalen op een door de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen (Ivarem), in overleg met het college van burgemeester en schepenen, nader vastgestelde plaats aan te bieden. Dit bevel of deze toelating wordt schriftelijk aan de betrokken aanbieder overgemaakt. Een afschrift van dit bevel of deze toelating wordt ter kennisgeving overgemaakt aan het gemeentebestuur.
§3 In voorkomend geval kan de burgemeester, indien één of meerdere aansluitpunten onbereikbaar zijn ingevolge infrastructuur- of andere werken aan straten, wegen en/of pleinen, bevelen dat de aanbieders die aldaar gevestigd zijn, de metalen moeten aanbieden op een nader vastgestelde plaats. Dit bevel wordt schriftelijk aan de betrokken aanbieder overgemaakt. Een afschrift van dit bevel wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen (Ivarem).
Artikel 5.4.7.1.3
De ophaling gebeurt door de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen (Ivarem) of door een aangestelde daarvan. De metalen mogen niet worden meegegeven met de andere inzamelingen.
5.4.7.2 Wijze van aanbieding
Artikel 5.4.7.2.1
De metalen moeten afzonderlijk en ontdaan van niet-metalen worden aangeboden.
Artikel 5.4.7.2.2
Het gewicht van een afzonderlijk metalen voorwerp mag niet hoger zijn dan 50 kg.
Artikel 5.4.7.2.3
De lengte, breedte en hoogte van de metalen voorwerpen mag niet meer zijn dan 2 meter.
Artikel 5.4.7.2.4
Het totale volume van het metaal dat ter inzameling wordt aangeboden mag niet meer bedragen dan 2 m³.
Artikel 5.4.7.2.5
De metalen moeten worden aangeboden in een toestand die geen risico inhoudt voor de veiligheid en/of de gezondheid van de ophaler.
Artikel 5.4.7.2.6
De aanbieder mag geen metalen voorwerpen aanbieden die de ophalers kunnen kwetsen.
Alle voorwerpen moeten zodanig verpakt worden dat ze geen gevaar kunnen opleveren voor de ophalers van de metalen.
Artikel 5.4.7.2.7
Zowel de ophaler als het daartoe bevoegde gemeentelijk personeel kan de aangeboden metaalfractie controleren.
5.4.7 Selectieve inzameling van afgedankte elektrische en elektronische apparaten
IVAREM mag geen AEEA meer ophalen aan huis. We zamelen dit nog wel in op onze recyclageparken.
Artikel 5.5.3.3
§1 Wanneer op het evenement voedingswaren en/of dranken worden aangeboden met het oog op onmiddellijke consumptie, is het gebruik van herbruikbare consumptiematerialen (glazen of bekers, borden en bestek) verplicht.
§2 Een afwijking hiervoor kan toegestaan worden indien minimaal 95% van de geserveerde verpakkingen ingezameld worden voor recyclage. De bewijslast hiervoor ligt bij de organisator.
Artikel 6.1.5.1
§1 Onverminderd het Besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995, het Besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM II) en de latere wijzigingen en artikel 3.3.1.3 van het politiereglement inzake de organisatie van feesten en vermakelijkheden, dient de uitbater van een herberg of openbare drankgelegenheid de muziek of de luidruchtige activiteiten in en om deze herbergen, drankgelegenheden en evenementen te dempen vanaf 22u tot 7u, zodat de omwonenden niet worden gestoord. De uitbater of de organisator treft de nodige maatregelen om de geluidsproductie aan de bron en de geluidsoverdracht naar de omgeving toe te beperken.
6.2.1 Algemeen
Artikel 6.2.1.1
Iedereen is verplicht zich zodanig te gedragen dat anderen niet meer dan noodzakelijk door geluid gehinderd worden. Elk gerucht of rumoer bij dag is verboden, wanneer het zonder noodzaak wordt veroorzaakt, wanneer het te wijten is aan een gebrek aan voorzorg en wanneer het van aard is de rust van de inwoners te verstoren en de veroorzaker hierop attent werd gemaakt.
Artikel 6.2.1.2
In beginsel wordt een geluid als niet-hinderlijk beschouwd wanneer het het gevolg is van (niet-limitatieve opsomming):
- werken aan de openbare weg of voor het aanleggen van openbare nutsvoorzieningen, uitgevoerd met toestemming van de daartoe bevoegde overheid of in opdracht van die overheid;
- van werken die op werkdagen en zaterdagen aan private eigendommen worden uitgevoerd, waarvoor de bevoegde overheid een vergunning heeft verleend, en van verbeterings-, verbouwings- of onderhoudswerken aan dergelijke eigendommen die zonder vergunning kunnen worden uitgevoerd, en waarbij de nodige voorzorgen worden getroffen om overdreven of niet noodzakelijk lawaai te voorkomen;
- van werken of handelingen die dringend of zonder verder uitstel moeten worden uitgevoerd ter bescherming van personen of eigendommen, of ter voorkoming van rampen;
- van een door het gemeentebestuur vergunde manifestatie of activiteit, voorzover de in de vergunning opgelegde voorwaarden worden nageleefd.
- spelende kinderen, in zoverre de spelen de openbare rust niet storen bijvoorbeeld door het gebruik van geluidsversterking en/of motoren.
- veldwerkzaamheden in het kader van land- en tuinbouwactiviteiten door land- en tuinbouwwerktuigen op het veld of het weghalen en aanleveren van veldproducten, met dien verstande dat bij nachtgerucht, het de normale uitoefening van het beroep betreft, in normale en gewone voorwaarden, dat de activiteiten noodwendig zijn en er redenen zijn waarom die bezigheid niet evengoed overdag kan uitgevoerd worden.
Artikel 6.2.2.2
§1 Het is de bestuurder van een voertuig verboden elektronisch versterkte muziek in voertuigen te produceren die hoorbaar is buiten het voertuig of toe te laten dat dergelijke muziek wordt geproduceerd. De overtredingen tegen deze bepaling, die aan boord van voertuigen worden begaan, worden verondersteld door de bestuurder te zijn begaan, tot bewijs van het tegendeel. De bestuurder van een voertuig is verantwoordelijk voor de naleving van deze verbodsbepaling.
§2 De voertuigen die zich op de openbare weg of andere delen van het openbaar domein of op private eigendommen bevinden en die uitgerust zijn met een alarmsysteem, mogen in geen enkel geval de buurt onnodig lang verstoren. De eigenaar van een voertuig waarvan het alarm afgaat, moet daar zo spoedig mogelijk een eind aan stellen. Wanneer de eigenaar niet opdaagt binnen de 15 minuten na het afgaan van het alarm, kunnen de politiediensten de nodige maatregelen treffen om een einde te stellen aan deze hinder, op kosten en risico van de eigenaar, bezitter of gebruiker van het voertuig.
§3. De bestuurder van een (motor)voertuig moet het nodige doen om ervoor te zorgen dat deze voertuigen geen overdreven lawaai noch rook (afkomstig van uitlaat[1]pijpen, banden, motoren, …) verspreiden die de voorbijgangers, buurtbewoners of andere derden kunnen hinderen, storen of opschrikken.
Artikel 6.2.2.3
In open lucht is het gebruik van werktuigen aangedreven door ontploffings- of elektrische motoren (vb. grasmaaiers, houtzagen,…) verboden op zondagen en wettelijke feestdagen alsook tussen 22u ’s avonds en 7u ’s morgens op weekdagen, tenzij anders bepaald in de omgevingsvergunning.
Dit verbod geldt niet:
- Voor foor- en marktkramers tijdens de officiële kermissen en op de openbare markten of beurzen;
- Voor het uitvoeren van dringende werken, waarvan uitstel ernstig gevaar zou opleveren;
- Voor de landbouwmachines aangewend voor de normale exploitatie van een landbouwbedrijf.
[Duffel]
In open lucht is het gebruik van werktuigen aangedreven door ontploffings- of elektrische motoren (vb. grasmaaiers, houtzagen, haagscharen, bladblazers…) verboden op zondagen, wettelijke feestdagen alsook tussen 22u ’s avonds en 7u ’s morgens op weekdagen. Het is verboden tussen 18 uur en 9 uur automatische maaiers te gebruiken.
Artikel 6.2.3.1
§1 Deze afdeling heeft betrekking op het opstellen en het gebruik in een niet ingedeelde inrichting van motoren, compressoren, hydroforen, ventilatoren, extractoren, industriële centrifugale drogers, luidsprekers, jukeboxen, muziekinstrumenten en andere toestellen die storende trillingen of geluiden veroorzaken.
§2 Deze toestellen moeten zodanig geplaatst zijn, dat zij geen storende trillingen overbrengen op het gebouw waar zij opgesteld zijn en naar de omgeving. Indien nodig moeten zij voorzien zijn van funderingen, vasthechtingen of onderstellen die een trillingdempende tussenlaag bevatten bestaande uit veren, kurk, rubber of ander elastisch materiaal. Toestellen die geen draaiende delen bevatten, zoals luidsprekers, muziekinstrumenten e.d., moeten van het gebouw of de muur waarop zij zijn vastgemaakt geïsoleerd worden door middel van rubberbouten of tussenstukken die laag frequente trillingen opslorpen indien zij geluidshinder veroorzaken.
Artikel 6.2.3.2
Het geluidsniveau in openlucht mag geen overdreven lawaai verspreiden die de voorbijgangers, buurtbewoners of andere derden kunnen hinderen, schrikken of storen.
6.7 Magneetvissen en metaaldetectie
Artikel 6.7.1
Het is verboden om zonder begeleiding van de Dienst voor Opruiming en Vernietiging van Ontploffingstuigen (DOVO) activiteiten van metaaldetectie en/of metaalophaling uit te voeren in de wateren van het grondgebied van de politiezone Bodukap.
6.8 Het plaatsen en verwijderen van rijwielen in de openbare ruimte.
Artikel 6.8.1.
Voor de toepassing van deze afdeling wordt verstaan onder:
Artikel 6.8.2.
Onverminderd de verplichtingen die voortvloeien uit de verkeersreglementering, is het verboden in de openbare ruimte rijwielen te stallen buiten de daarvoor voorziene stallingen, wanneer dit verbod zichtbaar wordt aangeduid. Rijwielen die ingevolge hun vorm of bouw niet in de stallingen kunnen geplaatst worden, moeten (voor zover mogelijk en zonder inname van autoparkeerplaatsen) opgesteld worden onmiddellijk naast de stallingen.
Rijwielen die in de openbare ruimte worden geplaatst in strijd met bovenvermelde bepalingen kunnen door de bevoegde instanties onmiddellijk worden weggehaald op kosten en risico van de eigenaar/gebruiker.
Artikel 6.8.3.
Wrakken en achtergelaten rijwielen mogen niet in de openbare ruimte worden geplaatst en/of achtergelaten ook niet in de stallingen.
Artikel 6.8.4.
Naar aanleiding van evenementen, onderhoudswerken of andere situaties die dit vereisen, kunnen stallingen in de openbare ruimte via een besluit van het college van burgemeester en schepenen tijdelijk buiten gebruik worden gesteld en worden ontruimd. Behoudens bij hoogdringendheid wordt dit besluit minimaal één week vooraf op deze locaties aangekondigd met de vermelding van tijdstip van ontruiming.
Artikel 6.8.5.
Vermoedelijk achtergelaten rijwielen worden door de bevoegde instanties voorzien van een label. Drie weken na het bevestigen van het label kan het rijwiel door de bevoegde instanties worden weggehaald op kosten en risico van de eigenaar/gebruiker.
Artikel 6.8.6.
Een wrak kan onmiddellijk op kosten en risico van de eigenaar/gebruiker door de bevoegde instanties worden weggehaald en worden verkocht of vernietigd.
Artikel 6.8.7.
Rijwielen die op datum van de ontruiming zoals bedoeld in artikel 6.8.4 worden aangetroffen op de desbetreffende plaatsen, kunnen door de bevoegde instanties onmiddellijk worden weggehaald op kosten en risico van de eigenaar/gebruiker. Bij ontruiming bij hoogdringendheid in het kader van dit artikel gebeurt het weghalen niet op kosten en risico van de eigenaar/gebruiker.
Artikel 6.8.8.
Met uitzondering van wrakken, zoals omschreven in artikel 6.8.1 B, worden alle andere rijwielen die ingevolge bovenstaande bepalingen werden verwijderd, bewaard door de gemeente overeenkomstig de geldende regelgeving.
Artikel 6.8.9.
Behoudens bij onmiddellijke ontruiming bij hoogdringendheid, zoals omschreven in artikel 6.8.4, gebeurt het weghalen van rijwielen, met inbegrip van onder meer het losmaken en/of verwijderen van sloten, op kosten en risico van de eigenaar of gebruiker van het rijwiel, die hiervoor hoofdelijk aansprakelijk zijn. Voor het bewaren van fietsen is de aansprakelijkheid van de gemeente beperkt tot de aansprakelijkheid overeenkomstig de bepalingen van de bewaargeving uit noodzaak. In geen geval kan de gemeente of de door haar aangestelde uitvoerders van deze afdeling aansprakelijk worden gesteld voor schade die aan het rijwiel of toebehoren zou zijn toegebracht door de uitvoering van deze afdeling.”
Artikel 7.1.6.bis Slachten van dieren
§1 Eveneens is het verboden dieren te slachten, elders dan in een slachthuis, tenzij met schriftelijke en voorafgaande toelating afgeleverd overeenkomstig volgend artikel van dit reglement, en voor zover het vlees uitsluitend bestemd is om te voorzien in de behoeften van de eigenaar of bezitter van het dier en zijn gezin, mits naleving van de andere wettelijke bepalingen met betrekking tot dierenwelzijn.
Runderen en eenhoevigen moeten altijd in een slachthuis geslacht worden.
§2 Rituele slachtingen van dieren mogen uitsluitend plaatsvinden in erkende slachthuizen. Rituele slachtingen thuis zijn te allen tijde verboden.
Artikel 7.2.1
Het is verboden zich met een hond, zelfs aan de leiband, te begeven op plaatsen aangeduid door een rond bord met rode rand waarop in zwarte kleur het profiel van een hond staat. Het gemeentebestuur kan tevens de plaatsen en tijdstippen aanduiden waar het tijdelijk verboden is zich met een hond, zelfs aan de leiband, te begeven.
Deze bepaling geldt niet voor blinden en andere personen met een handicap, die gebruik maken van een assistentiehond geleidehond of andere personen met en handicap die een attest kunnen voorleggen en politieambtenaren en agenten van bewakingsondernemingen met waak-, verdedigings- en speurhonden en hulpverleningsdiensten.
Artikel 7.2.3
§1 Onbewaakte loslopende honden aangetroffen op openbare wegen of openbare plaatsen, worden door de bevoegde personen of in opdracht van de bevoegde personen, gevangen genomen en overgebracht naar het dierenasiel of andere geschikte locaties, onverminderd de bepalingen van artikel 30 van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt en artikel 36, 1° van de wet van 14 augustus 1986 op de bescherming en het welzijn der dieren en eventuele latere wijzigingen.
§2 Alle hieraan verbonden kosten vallen ten laste van de eigenaar, bezitter of houder van de hond.
Artikel 9.1.1
§1. Kunnen gestraft worden met de respectievelijke straffen bepaald in het strafwetboek (art 526 SWB) of met een administratieve geldboete van maximum 350 euro zij die zich schuldig maken aan vernielen, neerhalen, verminken of beschadigen van: Grafsteden, gedenktekens of grafstenen; Monumenten, standbeelden of andere voorwerpen die tot algemeen nut of tot openbare versiering bestemd zijn en door de bevoegde overheid of met haar machtiging zijn opgericht; Monumenten, standbeelden, schilderijen of welke kunstvoorwerpen ook, die in kerken, tempels of andere openbare gebouwen zijn geplaatst.
§2. Onverminderd de strafbepalingen voorzien onder paragraaf 1 van dit artikel, kan de politie bij inbreuken op de voorschriften van dit artikel de voorwerpen waarmee deze overtredingen werden gepleegd in beslag nemen. In dat geval worden deze voorwerpen, op verzoek van de bezitter of eigenaar, teruggegeven aan de bezitter of eigenaar. De voorwerpen worden gedurende zes maanden na inbeslagname ter beschikking gehouden van de bezitter of de eigenaar. De voorwerpen die na het verstrijken van deze periode door de bezitter of eigenaar niet werden opgehaald, zullen worden vernietigd. De kosten van inbeslagname en vernietiging kunnen verhaald worden op de overtreder.
Artikel 9.1.2
§1. Kunnen gestraft worden met de respectievelijke straffen bepaald in het strafwetboek (art. 543 bis) of met een administratieve geldboete van maximum 350 euro zij die zonder toestemming graffiti aanbrengen op andere roerende of onroerende goederen.
§2. Onverminderd de strafbepalingen voorzien onder paragraaf 1 van dit artikel, kan de politie bij inbreuken op de voorschriften van dit artikel de voorwerpen waarmee deze overtredingen werden gepleegd in beslag nemen. In dat geval worden deze voorwerpen, op verzoek van de bezitter of eigenaar, teruggegeven aan de bezitter of eigenaar. De voorwerpen worden gedurende zes maanden na inbeslagname ter beschikking gehouden van de bezitter of de eigenaar. De voorwerpen die na het verstrijken van deze periode door de bezitter of eigenaar niet werden opgehaald, zullen worden vernietigd. De kosten van inbeslagname en vernietiging kunnen verhaald worden op de overtreder.
Artikel 9.1.3
§1. Kunnen gestraft worden met de respectievelijke straffen bepaald in het strafwetboek (art 534 ter SWB) of met een administratieve geldboete van maximum 350 euro zij die zich schuldig maken aan het opzettelijk beschadigen van andermans onroerende eigendommen.
§2. Onverminderd de strafbepalingen voorzien onder paragraaf 1 van dit artikel, kan de politie bij inbreuken op de voorschriften van dit artikel de voorwerpen waarmee deze overtredingen werden gepleegd in beslag nemen. In dat geval worden deze voorwerpen, op verzoek van de bezitter of eigenaar, teruggegeven aan de bezitter of eigenaar. De voorwerpen worden gedurende zes maanden na inbeslagname ter beschikking gehouden van de bezitter of de eigenaar. De voorwerpen die na het verstrijken van deze periode door de bezitter of eigenaar niet werden opgehaald, zullen worden vernietigd. De kosten van inbeslagname en vernietiging kunnen verhaald worden op de overtreder.
Artikel 9.1.4
Kunnen gestraft worden met de respectievelijke straffen bepaald in het strafwetboek (art 537) of met een administratieve geldboete van maximum 350 euro zij die kwaadwillig een of meer bomen omhakken of zodanig snijden, verminken of ontschorsen dat zij vergaan, of een of meer enten vernielt.
Artikel 9.1.5
§1. Kunnen gestraft worden met de respectievelijke straffen bepaald in het strafwetboek (art 545 en 563.2° SWB) of met een administratieve geldboete van maximum 350 euro zij die zich schuldig maken aan het vernielen of opzettelijk beschadigen van hetzij landelijke of stedelijke afsluitingen, uit welke materialen ook gemaakt of het geheel of ten dele dempen van grachten, afhakken of uitrukken van levende of dode hagen, verplaatsen of verwijderen van grenspalen, hoekbomen of andere bomen, geplant of erkend om de grenzen tussen de verschillende erven te bepalen.
§2. Onverminderd de strafbepalingen voorzien onder paragraaf 1 van dit artikel, kan de politie bij inbreuken op de voorschriften van dit artikel de voorwerpen waarmee deze overtredingen werden gepleegd in beslag nemen. In dat geval worden deze voorwerpen, op verzoek van de bezitter of eigenaar, teruggegeven aan de bezitter of eigenaar. De voorwerpen worden gedurende zes maanden na inbeslagname ter beschikking gehouden van de bezitter of de eigenaar. De voorwerpen die na het verstrijken van deze periode door de bezitter of eigenaar niet werden opgehaald, zullen worden vernietigd. De kosten van inbeslagname en vernietiging kunnen verhaald worden op de overtreder.
Artikel 9.1.6
§1. Kunnen gestraft worden met de respectievelijke straffen bepaald in het strafwetboek (art 559, 1° SWB) of met een administratieve geldboete van maximum 350 euro zij die zich – buiten de gevallen omschreven in boek II, Titel IX, hoofdstuk III van het SWB, schuldig maken aan het opzettelijk beschadigen of vernielen van andermans roerende eigendom.
§2. Onverminderd de strafbepalingen voorzien onder paragraaf 1 van dit artikel, kan de politie bij inbreuken op de voorschriften van dit artikel de voorwerpen waarmee deze overtredingen werden gepleegd in beslag nemen. In dat geval worden deze voorwerpen, op verzoek van de bezitter of eigenaar, teruggegeven aan de bezitter of eigenaar. De voorwerpen worden gedurende zes maanden na inbeslagname ter beschikking gehouden van de bezitter of de eigenaar. De voorwerpen die na het verstrijken van deze periode door de bezitter of eigenaar niet werden opgehaald, zullen worden vernietigd. De kosten van inbeslagname en vernietiging kunnen verhaald worden op de overtreder.
Artikel 9.1.7
Kunnen gestraft worden met de respectievelijke straffen bepaald in het strafwetboek (art 561/1) of met een administratieve geldboete van maximum 350 euro zij die zich schuldig maken aan nachtgerucht of nachtrumoer waardoor de rust van de inwoners kan worden verstoord.
Artikel 9.1.8
Kunnen gestraft worden met de respectievelijke straffen bepaald in het strafwetboek (art 563/2) of met een administratieve geldboete van maximum 350 euro zij die stedelijke of landelijke afsluitingen, uit welke materialen ook gemaakt, opzettelijk beschadigen.
Artikel 9.1.9
§1. Kunnen gestraft worden met de respectievelijke straffen bepaald in het strafwetboek of met een administratieve geldboete van maximum 350 euro, daders van feitelijkheden of lichte gewelddaden, mits zij niemand gewond of geslagen hebben en mits de feitelijkheden niet tot de klasse van de beledigingen behoren; in het bijzonder zij die opzettelijk, doch zonder het oogmerk om te beledigen, enig voorwerp op iemand werpen dat hem kan hinderen of bevuilen.
§2. Onverminderd de strafbepalingen voorzien onder paragraaf 1 van dit artikel, kan de politie bij inbreuken op de voorschriften van dit artikel de voorwerpen waarmee deze overtredingen werden gepleegd in beslag nemen. In dat geval worden deze voorwerpen, op verzoek van de bezitter of eigenaar, teruggegeven aan de bezitter of eigenaar. De voorwerpen worden gedurende zes maanden na inbeslagname ter beschikking gehouden van de bezitter of de eigenaar. De voorwerpen die na het verstrijken van deze periode door de bezitter of eigenaar niet werden opgehaald, zullen worden vernietigd. De kosten van inbeslagname en vernietiging kunnen verhaald worden op de overtreder.
Artikel 9.1.10
Kunnen gestraft worden met de respectievelijke straffen bepaald in het strafwetboek (art 563 bis) of met een administratieve geldboete van maximum 350 euro zij die zich, behoudens andersluidende wetsbepalingen, in de voor het publiek toegankelijke plaatsen begeven met het gezicht geheel of gedeeltelijk bedekt of verborgen, zodat zij niet herkenbaar zijn.
Het eerste lid geldt echter niet voor hen die zich in de voor het publiek toegankelijke plaatsen begeven met het gezicht geheel of gedeeltelijk bedekt of verborgen, zodat zij niet herkenbaar zijn, en wel krachtens arbeidsreglementen of een politieverordening naar aanleiding van feestactiviteiten.
Artikel 9.1.11
§1. Kunnen gestraft worden met de respectievelijke straffen bepaald in het strafwetboek (art 559, 1° SWB) of met een administratieve geldboete van maximum 350 euro zij die zich – buiten de gevallen omschreven in boek II, Titel IX, hoofdstuk III van het SWB - schuldig maken aan het opzettelijk beschadigen van andermans motorvoertuig.
§2. Onverminderd de strafbepalingen voorzien onder paragraaf 1 van dit artikel, kan de politie bij inbreuken op de voorschriften van dit artikel de voorwerpen waarmee deze overtredingen werden gepleegd in beslag nemen. In dat geval worden deze voorwerpen, op verzoek van de bezitter of eigenaar, teruggegeven aan de bezitter of eigenaar. De voorwerpen worden gedurende zes maanden na inbeslagname ter beschikking gehouden van de bezitter of de eigenaar. De voorwerpen die na het verstrijken van deze periode door de bezitter of eigenaar niet werden opgehaald, zullen worden vernietigd. De kosten van inbeslagname en vernietiging kunnen verhaald worden op de overtreder.
9.2 Zware gemengde inbreuken of categorie GAS 3
Artikel 9.2.1
§1. Kunnen gestraft worden met de respectievelijke straffen bepaald in het strafwetboek (art 398 SWB) of met een administratieve geldboete van maximum 350 euro zij die zich schuldig maken aan opzettelijk verwondingen of slagen toebrengen indien er geen sprake is van voorbedachtheid.
§2. Onverminderd de strafbepalingen voorzien onder paragraaf 1 van dit artikel, kan de politie bij inbreuken op de voorschriften van dit artikel de voorwerpen waarmee deze overtredingen werden gepleegd in beslag nemen. In dat geval worden deze voorwerpen, op verzoek van de bezitter of eigenaar, teruggegeven aan de bezitter of eigenaar. De voorwerpen worden gedurende zes maanden na inbeslagname ter beschikking gehouden van de bezitter of de eigenaar. De voorwerpen die na het verstrijken van deze periode door de bezitter of eigenaar niet werden opgehaald, zullen worden vernietigd. De kosten van inbeslagname en vernietiging kunnen verhaald worden op de overtreder.
Artikel 9.2.2
§1. Kunnen gestraft worden met de respectievelijke straffen bepaald in het strafwetboek (art 521, 3° SWB) of met een administratieve geldboete van maximum 350 euro zij die zich schuldig maken aan gehele of gedeeltelijke vernieling of van onbruikbaarmaking, met het oogmerk om te schaden, van rijtuigen, wagons en motorvoertuigen.
§2. Onverminderd de strafbepalingen voorzien onder paragraaf 1 van dit artikel, kan de politie bij inbreuken op de voorschriften van dit artikel de voorwerpen waarmee deze overtredingen werden gepleegd in beslag nemen. In dat geval worden deze voorwerpen, op verzoek van de bezitter of eigenaar, teruggegeven aan de bezitter of eigenaar. De voorwerpen worden gedurende zes maanden na inbeslagname ter beschikking gehouden van de bezitter of de eigenaar. De voorwerpen die na het verstrijken van deze periode door de bezitter of eigenaar niet werden opgehaald, zullen worden vernietigd. De kosten van inbeslagname en vernietiging kunnen verhaald worden op de overtreder.
Artikel 10.1.5
Het College van Burgemeester en Schepenen kan de vergunning voor de vestiging van een nachtwinkel of van een privaat bureau voor telecommunicatie weigeren op grond van:
- De ruimtelijke ligging
Er wordt geen vergunning voor de vestiging van een nachtwinkel verleend indien de vestigingseenheid zich in een van de volgende gevallen bevindt:
Er wordt geen vergunning voor de vestiging van een privaat bureau voor telecommunicatie verleend indien de vestigingseenheid zich in een van de volgende gevallen bevindt:
Onverminderd de bovenstaande opsomming geldt voor het hele grondgebied dat het aantal vestigingen van nachtwinkels en/of privaat bureaus voor telecommunicatie de sociale en ruimtelijke draagkracht van het gebied niet mag overschrijden. Hiervoor baseert het College van Burgemeester en Schepenen zich op een advies van de (inter-) gemeentelijke diensten m.b.t de sociale draagkracht van het gebied.
- De handhaving van de openbare orde, veiligheid en rust
Hiervoor baseert het College van Burgemeester en Schepenen zich op een advies van de politiediensten met betrekking tot de mogelijke verstoring van de openbare orde, veiligheid en rust door deze handelszaak en tot eventuele aanbevelingen om deze verstoring te voorkomen.
10.3. Inrichtingen waar producten op basis van cannabis worden verkocht.
Artikel 10.3.1
Voor de toepassing van deze afdeling wordt verstaan onder:
Artikel 10.3.2
Deze afdeling is van toepassing op alle nieuw te openen en bestaande vestigingseenheden op het grondgebied van de gemeente.
Artikel 10.3.3
De vestiging van een inrichting waar producten op basis van cannabis worden verkocht is onderworpen aan een voorafgaande vestigingsvergunning verleend door het College van Burgemeester en Schepenen.
Deze voorafgaande vestigingsvergunning is niet vereist:
Artikel 10.3.4
Voor het verkrijgen van een vestigingsvergunning dient de uitbater een digitale aanvraag in bij het College van Burgemeester en Schepenen aan de hand van het daartoe voorziene aanvraagformulier, overeenkomstig de bepalingen opgenomen op de gemeentelijke website.
Artikel 10.3.5
Het College van Burgemeester en Schepenen kan de vergunning voor de vestiging van een inrichting waar producten op basis van cannabis worden verkocht, weigeren op grond van:
-De ruimtelijke ligging
Het aantal vestigingen van inrichtingen waar producten op basis van cannabis worden verkocht mag voor het hele grondgebied de sociale en ruimtelijke draagkracht van het gebied niet overschrijden. Hiervoor baseert het College van Burgemeester en Schepenen zich op een advies van de (inter-) gemeentelijke diensten m.b.t de sociale draagkracht van het gebied.
-De handhaving van de openbare orde, veiligheid en rust
Hiervoor baseert het College van Burgemeester en Schepenen zich op een advies van de politiediensten met betrekking tot de mogelijke verstoring van de openbare orde, veiligheid en rust door het wedkantoor en tot eventuele aanbevelingen om deze verstoring te voorkomen.
Artikel 10.3.6
De vestigingsvergunning vervalt van rechtswege, op het ogenblik dat de uitbating van de inrichting voor een periode van langer dan zes maanden feitelijk onderbroken is.
Artikel 10.3.7
§1. De uitbating van een inrichting waar producten op basis van cannabis worden verkocht is onderworpen aan een voorafgaande uitbatingsvergunning verleend door de burgemeester. Voor het verkrijgen van een uitbatingsvergunning dient de uitbater een digitale aanvraag in bij de burgemeester aan de hand van het daartoe voorziene aanvraagformulier, overeenkomstig de bepalingen opgenomen op de gemeentelijke website.
§2. Een nieuwe aanvraag is niet vereist indien een uitbater reeds over een uitbatingsvergunning beschikt en zijn uitbating wijzigt onder de vorm van natuurlijk persoon tot uitbating onder de vorm van vennootschap of in omgekeerde volgorde op dezelfde locatie.
Artikel 10.3.8
De uitbater moet in alle gevallen een vestigingsvergunning kunnen voorleggen, voorafgaand aan de indiening van de aanvraag tot uitbatingsvergunning.
Artikel 10.3.9
De uitbatingsvergunning kan enkel worden afgeleverd indien de inrichting voldoet aan :
Artikel 10.3.10
De uitbatingsvergunning kan enkel worden verleend door de burgemeester na een administratief onderzoek dat volgende componenten bevat:
a) Een brandveiligheidsonderzoek: een onderzoek of de vestigingseenheid waar de handelsactiviteit wordt uitgeoefend, voldoet aan de minimumnormen inzake brandpreventie zoals omschreven in de Politieverordening Hulpverleningszone Rivierenland houdende maatregelen tot het voorkomen en bestrijden van brand in publiek toegankelijke inrichtingen, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door de brandweer;
b) Een onderzoek naar de naleving van de verzekeringsverplichtingen zoals omschreven door de wet betreffende de preventie van brand en ontploffing en betreffende de verplichte verzekering van de burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke gevallen;
c) Een financieel onderzoek: een onderzoek naar de betaling van alle verschuldigde gemeentefacturen en aanslagbiljetten, van welke aard ook, die betrekking hebben op de vestigingseenheid en de uitbater. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door de (inter-) gemeentelijke diensten. Het financieel onderzoek wordt uitgevoerd op de exploitant. Indien de exploitant een rechtspersoon is, wordt het financieel onderzoek uitgevoerd op de organen van de exploitant en/of de vertegenwoordigers;
d) Een omgevingsonderzoek: een onderzoek naar de naleving van de geldende stedenbouwkundige - en milieuvoorwaarden en het beschikken over de benodigde vergunningen, zowel op gemeentelijk als op Vlaams en federaal niveau. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door de (inter-) gemeentelijke diensten;
e) Een moraliteitsonderzoek: dit onderzoek wordt verricht door de lokale politie en bestaat uit:
Dit onderzoek wordt, al naargelang het geval, uitgevoerd op de private doch voor het publiek toegankelijke plaats, op de exploitant, op de organen en/of vertegenwoordigers van de exploitant en op de natuurlijke personen die in feite belast zijn met de exploitatie. Deze personen dienen meerderjarig te zijn en een uittreksel uit het strafregister voor te leggen van het land van de woonplaats of een hieraan gelijkwaardig document, desgevallend behoorlijk beëdigd vertaald.
Voor andere personen die in welke hoedanigheid ook, deelnemen of zullen deelnemen aan de exploitatie van de instelling, dient de exploitant te verklaren dat niemand van hen valt onder de weigeringsgronden. Alle voormelde personen dienen het bewijs te leveren van hun identiteitsgegevens, met inbegrip van een officiële woonplaats.
Het onderzoek wordt verricht door de politie of de daartoe bevoegde diensten. De burgemeester kan steeds alle nuttige inlichtingen inwinnen bij de politie en beslist discretionair of het resultaat van het moraliteitsonderzoek zwaarwichtig genoeg is om de uitbatingsvergunning al dan niet te weigeren waarbij hij steeds het gevaar voor de openbare orde voor ogen zal houden.
f) Een onderzoek naar de naleving van de hygiënevereisten. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door de (inter-) gemeentelijke diensten waar nodig in samenwerking met lokale en bovenlokale instanties;
g) Een onderzoek naar de vestigingsformaliteiten: een onderzoek naar de vestigingsformaliteiten als ondernemer (inclusief beroepskaart) of enige andere vergunning die wettelijk voorgeschreven is;
h) Een onderzoek naar de handhaving van de openbare orde, veiligheid en rust: een onderzoek naar de mogelijke verstoring van de openbare orde, veiligheid en rust door de vestigingseenheid en naar eventuele aanbevelingen om deze verstoring te voorkomen. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door de lokale politie;
Artikel 10.3.11
De uitbatingsvergunning kan enkel worden afgeleverd indien de uitbating voldoet aan alle Vlaamse, federale en internationale regelgeving met betrekking tot de verkoop van producten op basis van cannabis.
Artikel 10.3.12
§1. De uitbatingsvergunning wordt verleend voor onbepaalde duur. De burgemeester kan de duurtijd van de vergunning beperken. In voorkomend geval moet de duurtijd minstens 1 jaar bedragen.
§2. De burgemeester kan in uitzonderlijke gevallen een tijdelijke uitbatingsvergunning toekennen. Deze tijdelijke uitbatingsvergunning kan te allen tijde ingetrokken worden.
Artikel 10.3.13
De uitbatingsvergunning vervalt van rechtswege, op het ogenblik dat de uitbating van de inrichting voor een periode van langer dan zes maanden feitelijk onderbroken is.
Artikel 10.3.14
De burgemeester kan beslissen in de uitbatingsvergunning bijzondere voorwaarden op te nemen afhankelijk van specifieke omstandigheden, bv. de ligging van de inrichting.
Artikel 10.3.15
De uitbatingsvergunning is geldig, te rekenen vanaf de datum van ondertekening door de burgemeester.
Artikel 10.3.16
De uitbatingsvergunning wordt afgeleverd aan een uitbater voor een welbepaalde vestigingseenheid en kan niet worden overgedragen aan een andere uitbater of worden overgedragen naar een andere vestigingseenheid.
Artikel 10.3.17
De exploitant is verplicht te melden aan de burgemeester wanneer zijn instelling definitief sluit. De exploitant is tevens verplicht alle wijzigingen in de inrichting die een verandering uitmaken ten opzichte van de veiligheid, en alle wijzigingen van gegevens opgegeven in de aanvraag met inbegrip van elke bestemmingswijziging, onmiddellijk schriftelijk te melden aan de burgemeester.
Artikel 10.3.18
De uitbatingsvergunning moet steeds aanwezig zijn in de zaak en zichtbaar worden aangebracht aan de inrichting, zodat ze leesbaar is vanop de openbare ruimte.
Artikel 2 - Maakt deze wijzigingen aan het politiereglement bekend overeenkomstig de bepalingen van het Decreet over het lokaal bestuur.
Artikel 3 - Zendt een afschrift van dit besluit dadelijk toe aan:
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd de gemeentelijke dotatie dienstjaar 2023 van de gemeente Bonheiden voor de politiezone BODUKAP te verlagen van € 2.209.175 naar € 1.960.567. De bijdrage voor de buitengewone dienst verhoogt naar € 69.120.
Op 05/12/2023 verleende de raad van de politiezone BODUKAP zijn principiële goedkeuring aan de begrotingswijziging 1 (gewone dienst) en 2 (buitengewone dienst) 2023.
In de gewone dienst wordt de gemeentelijke bijdrage vanwege Bonheiden verminderd met € 248.608.
In de buitengewone dienst wordt de bijdrage vermeerderd met € 4.666.
In de meergemeentenzone wordt de begroting van het lokale politiekorps goedgekeurd door de politieraad, overeenkomstig de door de Koning vastgestelde minimale begrotingsnormen. De begroting van deze politiezone komt ten laste van de verschillende gemeenten van de zone en van de Federale Staat. Wanneer de meergemeentenzone niet over voldoende middelen beschikt om de uitgaven te dekken die voortkomen uit de vervulling van haar opdracht, wordt het verschil gedragen door de gemeenten die er deel van uitmaken.
Elke gemeenteraad van de gemeenten die deel uitmaken van de zone stemt de dotatie die aan het lokaal politiekorps moet worden toegekend en die aan de politiezone wordt gestort.
Bij de bepaling van de gemeentelijke dotatie dienstjaar 2023 werd rekening gehouden met de nieuwe verdeelsleutel, namelijk Bonheiden 21,6%, Duffel 29%, Sint-Katelijne-Waver 28,1% en Putte 21,3%.
De bijdragen van de verschillende gemeenten worden als volgt aangepast:
Gewone dienst:
Buitengewone dienst:
Enig artikel - Verlaagt de gewone dotatie aan de politiezone BODUKAP voor het dienstjaar 2023 van € 2.209.175 naar € 1.960.567 en vermeerdert de buitengewone dotatie van € 64.454 naar € 69.120.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd de gemeentelijke dotatie dienstjaar 2024 van de gemeente Bonheiden voor de politiezone BODUKAP te stemmen.
Op 05/12/2023 stelde de politieraad van de politiezone BODUKAP zijn begroting voor het dienstjaar 2024 vast.
In deze begroting is de gemeentelijke toelage voor de gewone dienst voor de gemeente Bonheiden voor het dienstjaar 2024 vastgesteld op € 2.372.276 en voor de buitengewone dienst op € 112.320.
In de meergemeentenzone wordt de begroting van het lokale politiekorps goedgekeurd door de politieraad, overeenkomstig de door de Koning vastgesteld minimale begrotingsnormen.
De begroting van deze politiezone komt ten laste van de verschillende gemeenten van de zone en van de Federale Staat. Wanneer de meergemeentenzone niet over voldoende middelen beschikt om de uitgaven te dekken die voortkomen uit de vervulling van haar opdracht, wordt het verschil gedragen door de gemeenten die er deel van uitmaken.
Elke gemeenteraad van de gemeenten die deel uitmaken van de zone stemt de dotatie die aan het lokaal politiekorps moet worden toegekend en die aan de politiezone wordt gestort.
Bij de bepaling van de gemeentelijke dotatie dienstjaar 2024 werd er rekening gehouden met de nieuwe verdeelsleutel, namelijk Bonheiden 21,6%, Duffel 29%, Sint-Katelijne-Waver 28,1% en Putte 21,3%.
De bijdragen gewone dotatie (GD) van de verschillende gemeenten worden als volgt vastgesteld:
• Bonheiden | € 2.372.276; |
• Duffel | € 3.185.001; |
• Sint-Katelijne-Waver | € 3.086.156; |
• Putte | € 2.339.328. |
De bijdragen buitengewone dotatie (BD) van de verschillende gemeenten worden als volgt vastgesteld :
• Bonheiden | € 112.320; |
• Duffel | € 150.800; |
• Sint-Katelijne-Waver | € 146.120; |
• Putte | € 110.760. |
Artikel 1 – Stemt de dotatie die voor het jaar 2024 aan de politiezone BODUKAP wordt toegekend als volgt:
Artikel 2 – Zendt dit besluit binnen de 10 dagen digitaal naar de toezichthoudende overheid.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd het Actieplan van de IGOHC (Intergemeentelijke Omgevingshandhavingscel) voor 2024 goed te keuren.
Een performant vergunningenbeleid kan pas slagen wanneer er ook een handhavingsbeleid tegenover staat. Gelet op het feit dat beperkte middelen en beperkte tijd vragen om een efficiënte en realistische aanpak, wordt gewerkt met een aantal doelstellingen die in het beleidsplan zijn uiteengezet en worden prioriteiten bepaald, waaraan concrete acties worden gekoppeld in het actieplan.
In het actieplan worden de doelstellingen jaarlijks concreet gemaakt, en worden de intergemeentelijke en lokale prioriteiten bepaald. De prioriteitenbepaling heeft invloed op het handhavingstraject van een dossier. Voor wat ruimtelijke ordening betreft, is de prioriteitenbepaling van cruciaal belang. Het openbaar ministerie kan namelijk rekening houden met de door de gemeenteraad goedgekeurde prioriteitenbepaling voor de eventuele strafrechtelijke vervolging.
Tevens houdt de afdeling Handhaving van het departement Omgeving voor de bestuurlijke beboeting rekening met de door de gemeenteraad goedgekeurde prioriteiten inzake ruimtelijke ordening. Dit volgt uit het beleidskader van de Vlaamse Regering van 22/06/2018. Wanneer een bepaalde belangrijke schending voor een lokaal bestuur, noch voor het openbaar ministerie, noch voor het Vlaams Gewest prioritair is, zal deze door de afdeling Handhaving, wanneer het dossier door het handhavingstraject bij hen is terechtgekomen, niet bestuurlijk worden beboet, behoudens in uitzonderlijke gevallen.
Wanneer daarentegen een lokaal bestuur een door de gemeenteraad goedgekeurde prioriteitenbepaling heeft, houdt de afdeling Handhaving hier rekening mee en kan er bestuurlijk worden beboet.
Algemene prioriteiten (intergemeentelijk):
Naast de prioriteiten de gewestelijke prioriteiten en prioriteiten van het openbaar ministerie, vermeld in de Omzendbrief COL 04/2019, kunnen de handhavingsdossiers op grond van de volgende algemene criteria in elk lokaal bestuur, dat deel uitmaakt van de IGOHC, prioritair zijn. De volgorde van deze criteria is willekeurig gekozen.
Verder zal de IGOHC in elke gemeente ook een aantal proactieve controles uitvoeren om een ontradend effect te creëren. Voor de gemeente Bonheiden zullen er controles gebeuren rond het niet aanplanten van bomen, zoals opgelegd in verleende vergunningen.
Bij het bepalen van de prioritaire acties is het belangrijk dat het bestuur zich de vraag stelt of het voor deze acties ook effectief bereid is om -indien nodig en het dossier dit vereist- verder te gaan in het handhavingstraject, wanneer een schending van het prioritair thema zich voordoet (bestuurlijke handhaving, herstelvordering, bestuurlijke beboeting, … indien aan de orde in het dossier).
De prioriteiten van 2023 zijn nog actueel, en kunnen overgenomen worden in 2024.
Enig artikel - Keurt het Actieplan 2024 van de IGOHC goed.
De projectcoördinator van het Natuurpark Rivierenland vraagt aan de gemeenteraden uit de gebiedscoalitie om de samenwerkingsovereenkomst, waarin ook de structuur van de samenwerking verankerd wordt, goed te keuren.
Op het schepenenoverleg werd de ontwerp-samenwerkingsovereenkomst met de verschillende schepenen uit de gebiedscoalitie besproken. Na een feedbackronde langs de verschillende gemeenten, wordt nu een aangepaste versie voorgelegd. Er wordt beoogd deze samenwerkingsovereenkomst nog in 2023 in de verschillende gemeenten te kunnen ondertekenen.
In de overeenkomst staan ook de financiële bepalingen. 70% van de bijdrage van de gemeenten wordt berekend op basis van het aantal inwoners. De overige 30% wordt berekend aan de hand van het aantal hectare natuurkern gelegen op het grondgebied. Het college van burgemeester en schepenen ging op 08/11/2022 reeds principieel akkoord met deze verdeelsleutel, en met het voorzien van een financiële bijdrage voor het Natuurpark Rivierenland van € 8.603/jaar, voor een periode van 4 jaar.
Als structuur wordt een feitelijke vereniging voorgesteld. Er wordt niet gekozen voor een vzw, intercommunale of iets dergelijks, aangezien dit een bijkomende administratieve last op vlak van statuten, boekhouding, etc. zou betekenen, waarvoor het natuurpark momenteel geen personeel heeft. In deze fase wordt geopteerd om vooral te werken aan effectieve natuurwinsten. De samenwerkingsovereenkomst loopt over een periode van 4 jaar. Na deze 4 jaar kan er bekeken worden welke bijsturing nodig is in de structuur.
Het Decreet over het lokaal bestuur.
De meerderheidsfracties stellen volgend amendement voor:
Dit amendement wordt met 20 stemmen voor (Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Hilde Smets, Daan Versonnen, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher) en 1 stem tegen (Rudi Withaegels), goedgekeurd.
De financiële bijdrage die aan de gemeente Bonheiden gevraagd wordt is € 8.603/jaar voor een periode van 4 jaar. Dit budget is voorzien in de meerjarenplanning.
Het visum van de financieel directeur wordt toegekend aan deze verbintenis. Daarmee wordt bevestigd dat er geen enkele aanwijzing is gevonden dat deze uitgave onwettig, onregelmatig of zonder voldoende krediet in het lopende boekjaar of zonder verbintenis mogelijk binnen het meerjarenplan, zou worden aangegaan.
Gunstig visum Visum 2023/0406 van Els Van Bever van 04 december 2023
Geheime stemming over de afvaardiging van het effectief lid van de stuurgroep:
Publieke stemming over het punt:
met 20 stemmen voor (Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Hilde Smets, Daan Versonnen, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher) en 1 stem (Rudi Withaegels) tegen, goedgekeurd.
Artikel 1 - Keurt de samenwerkingsovereenkomst met het Natuurpark Rivierenland principieel goed onder opschortende voorwaarden van beantwoording van de vragen en opmerkingen in artikel 2 en 4 van deze beslissing.
Samenwerkingsovereenkomst Natuurpark Rivierenland
Tussen
Gebiedscoalitiepartners Adres Vertegenwoordigd door Functie
Gemeente Bonheiden
Gemeente Boortmeerbeek
Gemeente Duffel
Gemeente Haacht
Gemeente Keerbergen
Gemeente Sint-Katelijne-Waver
Stad Mechelen
En
Natuurpunt Beheer vzw, met zetel te Coxiestraat 11, 2800 Mechelen, vertegenwoordigd door diensthoofd Liesbet Cleynhens,
wordt overeengekomen wat volgt:
Artikel 1. Kader en doel van de samenwerking
1.1. Aanleiding en kader
Tussen Leuven, Brussel en Antwerpen groeit stilaan één grootstedelijk gebied. Maar in de ruime regio rond Mechelen, in het hart van Vlaanderen, kleurt de Vlaamse ruit nog opvallend groen. We vinden hier een machtig rivierlandschap met de getijdenrivieren Dijle, Zenne, Rupel en Nete en met fijnmazige beekvalleien. De groenblauwe aders zijn de belangrijkste dragers van de grote stukken natuur die er te vinden zijn. Het gaat om zeldzame zoetwaterslikken en -schorren, broekgebieden, wetlands, bossen en waardevolle open weidelandschappen. Heel wat zeldzame dieren en planten - zoals de kamsalamander, zomertaling, blauwborst, watersnip, roerdomp, grote modderkruiper, dotterbloemen, slangenwortel en grote pimpernel - vinden in het uitgestrekt gebied hun thuis. Samen met duizenden eenden en massa’s moeras- en graslandplanten. Ook de bever zakte af naar het gebied waar zoveel rivieren samenvloeien. En hij is er al een echte landschapsbouwer geworden. Het is niet verwonderlijk dat de eerste waarnemingen van de otter, na tientallen jaren afwezigheid in Vlaanderen, net hier gebeurden. De otter staat symbool voor de nieuwe natuurkansen die het hele Rivierenland biedt. Het is uitzonderlijk dat ondanks de grote stedelijke druk, middenin het economisch hart van Vlaanderen, nog zo veel (ook grotere) groengebieden bewaard bleven die de verschillende woonkernen omarmen.
Door te kiezen voor Natuurpark Rivierenland als overkoepelende benaming, creëren we een duidelijk project, bestemming én identiteit die bevattelijk is voor projectpartners, bewoners, ondernemers en toeristen. Hiermee krijgt de natuur in het Rivierenland een gezicht en wordt het natuurpark een kapstok om acties op korte en middellange termijn ter bevordering van de natuur aan op te hangen.
1.2. Doelstelling en ambities
Met deze samenwerkingsovereenkomst wordt de verderzetting van de projectcoördinatie van Natuurpark Rivierenland beoogd. Dit project is gericht op de feitelijke realisatie van het masterplan dat in 2023/2024 participatief tot stand zal komen en tot doel heeft de 2200 hectare versnipperde natuurkern uit te breiden naar een meer verbonden natuurkern(en) van op termijn meer dan 10.000 hectare.
Doelstellingen
1 Het beschermen, versterken, verbinden, uitbreiden en beheren van de bestaande (zeer) waardevolle en robuuste natuur om de biodiversiteit te behouden en te vergroten en onderlinge migratie mogelijk te maken. In de kerngebieden streven we de hoogste natuurkwaliteit na.
2 Het toekomstbestendig maken van de regio via natuurgebaseerde oplossingen (‘Nature based solutions’) voor de mitigatie van en adaptatie aan de klimaatverandering: het vastleggen van CO2 in verschillende landschapstypes, het creëren van kansen voor waterbuffering, het tegengaan van droogte en hittestress.
3 Het creëren van een gezonde leefomgeving met plaats voor stilte, beweging, avontuur en ontspanning en het mogelijk maken van authentieke, duurzame natuurervaringen voor de bewoners en bezoekers van de regio. Het creëren van verbindingen tussen de gebieden verbetert de functionele en recreatieve routes voor actieve weggebruikers doorheen de regio. Dit levert extra gezondheidsvoordelen en versterkt de transitie naar een duurzamer mobiliteitsmodel.
Ambities
1 De biodiversiteit in de kerngebieden behouden, versterken en uitbreiden.
2 Verbinden van de natuur in een sterk verstedelijkt gebied
3 Toekomstbestendig maken van de regio
4 Naar een kwaliteitsvolle en evenwichtige beleving van het park
5 Draagvlak creëren via een sterke samenwerking
De gemeenten tekenden reeds eerder een engagementsverklaring. Met deze samenwerkingsovereenkomst worden de afspraken omtrent aansturing, samenwerking, rapportage en financiering van Natuurpark Rivierenland geformaliseerd.
Artikel 2. Organisatie van de samenwerking
Artikel 2.1. Stuurgroep
De stuurgroep wordt twee keer per jaar bijeen geroepen en omvat:
Partners duiden één vertegenwoordiger en een vervanger aan voor de stuurgroep. Voor Natuurpunt is dit op afdelingsniveau. Er wordt voor een vooraf bepaalde termijn een voorzitter gekozen door de leden van de stuurgroep. Leden kunnen hiervoor iemand voordragen. Mogelijk is dit een onafhankelijk persoon.
De stuurgroep bepaalt de beleidslijnen van het masterplan en strategische prioriteiten. De stuurgroep staat in voor de aansturing van het hele project en zet de belangrijkste strategische lijnen uit het masterplan uit op het vlak van inhoudelijke accenten, planning, realisatie en beheer, alsook op financieel en communicatief vlak. De stuurgroep beslist over het formuleren van gezamenlijke adviezen/standpunten, het goedkeuren van subsidieaanvragen, het bewaken en goedkeuren van visies, strategieën en actieplannen (studies, terreinrealisaties…), het goedkeuren van wijzigingen in de projectstructuur en van te betrekken partners.
Bijkomende stuurgroepvergaderingen kunnen steeds ingepland worden op eenvoudige vraag van de leden.
De stuurgroep zal telkens volgens een beurtrol in één van de partnergemeenten worden georganiseerd.
De voorzitter wordt gekozen in de stuurgroep. Het voorzitterschap kan wisselen. De stuurgroep vergadert in consensus. Bij het vastleggen van stuurgroepdata wordt rekening gehouden met de gemeenteraden van de gemeenten uit de gebiedscoalitie.
Artikel 2.2. Parkbureau
Het parkbureau is het dagelijks bestuur van Natuurpark Rivierenland. Het omvat de leden van het coördinatieteam en twee afgevaardigden van Natuurpunt, twee van Agentschap Natuur en Bos en twee politieke vertegenwoordigers voor de steden en gemeenten uit de gebiedscoalitie, wisselend en op uitnodiging aangevuld met experts.
Op basis van de agenda van het parkbureau kunnen bijkomende gemeenten uitgenodigd worden.
Het parkbureau komt één keer per maand samen en bewaakt de uitgangspunten en uitvoering van de ambitienota en het masterplan. Ze waakt over de gecoördineerde uitvoer van het actieprogramma, de werking van en afstemming binnen de projectstructuur, begroting en financiën, netwerk en communicatieacties en bereidt de stuurgroepvergaderingen voor.
De financiële rapportage wordt 3 maandelijks toegelicht in het parkbureau.
Artikel 2.3. Coördinatieteam
Het coördinatieteam bestaat uit de projectcoördinator en medewerkers afgevaardigd door de gebiedscoalitiepartners die hiervoor kiezen. Het coördinatieteam staat in voor de dagdagelijkse werking van Natuurpark Rivierenland. Ze vormt de draaischijf tussen de verschillende overleg- en stuurorganen en zorgt voor de agenda, verslagen, uitvoering en opvolging van de opdrachten en afspraken. Het is de stuwende kracht die ervoor zorgt dat de verschillende overheden en stakeholders de acties uit het masterplan realiseren.
Natuurpunt Beheer vzw neemt voor de projectcoördinator de volledige taak van werkgever op in het kader van deze overeenkomst (personeelsadministratie, verzekeringen, kantoorbenodigdheden, communicatieve ondersteuning…). De projectcoördinator zal echter op regelmatige basis werken op de kantoren van de gebiedscoalitiepartners die medewerkers voor het coördinatieteam afvaardigen om een vlotte terugkoppeling en samenwerking met de desbetreffende ambtenaren te onderhouden.
Artikel 2.4. Kernteams
Vanuit de drie kernteams Dijle, Zenne en Nete/Rupel wordt het actieprogramma ten uitvoering gebracht onder leiding van de projectcoördinator en/of een medewerker uit het coördinatieteam. Deze kernteams kunnen naar werking verder onderverdeeld worden in tandems die over de gemeentegrenzen heen samenwerken rond de gedeelde ambities.
Artikel 2.5. Rapportage
Het coördinatieteam geeft op elke vergadering van het projectbureau en de stuurgroep een overzicht van de ondernomen, geplande acties en de financiële consequenties. Verder zal twee keer per jaar een inhoudelijk en financieel voortgangsrapport en één keer per jaar een begroting worden overgemaakt en worden toegelicht aan het projectbureau en de stuurgroep.
Artikel 3. Onafhankelijkheid van het coördinatieteam
Het coördinatieteam kan (op eigen initiatief) spreken met wie nodig is voor het project. Ondanks dat de coördinator wordt ondergebracht bij Natuurpunt, mogen de belangen van Natuurpunt niet de overhand krijgen in de acties van de projectcoördinator. De doelstellingen, ambities en visies van Natuurpark Rivierenland, zoals bepaald binnen de structuren (stuurgroep en parkbureau), primeren op deze van elke afzonderlijke projectpartner.
Om onafhankelijk te kunnen werken, kan het coördinatieteam standpunten innemen die ingaan tegen de individuele belangen van de projectpartner waarin ze zijn ondergebracht. Indien hierover betwistingen zijn zal het parkbureau dit rechtstreeks met de projectpartner bespreken en tot een oplossing proberen te komen. Anderzijds moeten reeds genomen beslissingen en bevoegdheden van de actoren worden gerespecteerd en kan het coördinatieteam geen schriftelijke of formele standpunten daartegen innemen of inbrengen.
Artikel 4. Communicatie
Het communicatieteam wordt getrokken door de projectcoördinatoren van Natuurpark Rivierenland en strategisch project ORIOM en omvat medewerkers communicatie, beleving en toerisme van de betrokken partners. Het communicatieteam heeft tot doel het park te branden, een gedragen communicatiestrategie uit te werken en uit te voeren en het onthaal te organiseren. Natuurpark Rivierenland heeft de ambitie om middelen te zoeken om professionele communicatiemedewerkers in te schakelen die deel uitmaken van het coördinatieteam.
Gedurende de overeenkomst zal op regelmatige basis gecommuniceerd worden over Natuurpark Rivierenland en de realisaties. Natuurpark Rivierenland engageert zich tot het plaatsen van regelmatige social media-berichten, twee nieuwsbrieven per jaar en de organisatie van minstens twee publieksevenementen per jaar (bijvoorbeeld RUN FOR NATURE, WALK FOR NATURE, …)
De gemeenten, en bij uitbreiding alle partners, hebben het recht om op eigen initiatief te communiceren rond hun deelname aan het project. Zij zullen echter steeds bij de communicatie inhoudelijk terugkoppelen met het coördinatieteam. Op externe communicatiemomenten stelt het coördinatieteam zich voor als projectcoördinator en/of medewerker(s) van Natuurpark Rivierenland en niet als medewerker van Natuurpunt, van de initiatiefnemende gemeenten of van andere partners.
De gemeenten engageren zich om een bijdrage te leveren aan de uitvoering van de communicatie die in kader van dit project uitgewerkt zal worden met het doel de doelgroepen en het grote publiek te informeren en te sensibiliseren. Ze stellen allen hun opgebouwde expertise, kennis en contacten ter beschikking van het project.
Natuurpark Rivierenland hanteert een communicatiehandboek waarin communicatierichtlijnen vervat zitten. Zie bijlage II.
Artikel 5. Vrijwilligerswerking
Het uitbouwen van een eigen vrijwilligerswerking is geen aparte doelstelling van het Natuurpark Rivierenland. Net zoals bij het verwerven van gronden, bouwt het verder op wat er op dit moment al bestaat aan vrijwilligerswerking en streeft het naar een totale som die groter is dan de delen.
De vrijwilligerswerking van Natuurpunt is hiervan het belangrijkste onderdeel: Natuurpunt heeft een decennialange ervaring met bottom-up vrijwilligerswerk en het op die manier creëren van lokale betrokkenheid.
Ook andere vrijwilligersinitiatieven die rond het creëren van natuur of de beleving ervan draaien, komen ten goede van het natuurpark. Denk maar aan de aanplantingsacties van scholen, bedrijven of vrijwilligersorganisaties zoals Klimaan, maar ook aan de inspanningen van gemeenten waarbij inwoners betrokken worden.
Artikel 6. Financiële bepalingen
Artikel 6.1. Bijdragen gemeenten voor loon- en werkingskosten
De gemeentelijke bijdragen worden aangewend voor de loonkost van een projectcoördinator en een algemene werkingskost. De raming hiervoor bedraagt €98.000.
De bijdragen van de gemeenten voor deze loon- en werkingskost van € 98.000 worden aan de hand van een verdeelsleutel berekend. 70% van de bijdrage wordt berekend op basis van het aantal inwoners. De overige 30% wordt berekend aan de hand van het aantal hectaren natuurkern gelegen op het grondgebied. De volledige berekeningstabel wordt als bijlage I gevoegd bij deze overeenkomst. Deze gemeentelijke bijdragen kunnen aangevuld worden met andere financieringskanalen.
De bijdragen van de gemeenten worden boekhoudkundig ingeschreven op de kostenplaats voor de exploitatie (coördinator + werkingskosten), BE56 2930 2120 7588 (Natuurpunt Beheer vzw). Hiervoor wordt kostenplaats I08-01-51 vermeld. De bijdragen worden geïndexeerd. Om de continuïteit te garanderen wordt er een engagement van minstens 4 jaar gevraagd.
Natuurpunt Beheer vzw bezorgt jaarlijks, in de winterperiode van 2023, 2024, 2025 en 2026 een schuldvordering aan de gemeenten.
Voor rapportage wordt verwezen naar artikel 2.4.
Artikel 6.2. Aanwending van het projectbudget en financiële verantwoording
Het projectbudget vermeld onder art 6.1. wordt integraal ingezet voor de personeelsinzet en projectmatige uitgaven van het coördinatieteam met o.a. de projectcoördinator. Dit omvat:
Natuurpunt staat in voor:
Het coördinatieteam en het parkbureau waken over de besteding van de geldelijke middelen en een evenwichtige inhoudelijke verdeling van de werktijd voor de initiatiefnemende gemeenten en staat in voor de terugkoppeling naar de stuurgroep.
Artikel 6.3. Verdeling van inkomsten
Inkomsten van acties van het natuurpark worden, na aftrek van de aan de actie verbonden kosten, gestort op de projectrekeningen van de rechthebbende Natuurpunt-afdelingen van de gebiedscoalitie. De projectrekeningen kunnen alleen aangewend worden voor aankopen ter ontsnippering van de natuur.
De verdeling van deze inkomsten loopt volgens 2 principes:
Ontvangen subsidies en fondsen zijn projectgericht en vallen dus buiten de bovenstaande verdeling.
Artikel 7. Looptijd van de overeenkomst
De looptijd van deze overeenkomst heeft betrekking op de periode van vier jaar, dus van 1 januari 2023 tot en met 31 december 2026.
Artikel 8. Wijzigingen
Wijzigingen van of aanvullingen op de bepalingen van deze overeenkomst worden na wederzijds akkoord tussen partijen van kracht door middel van een door de partijen ondertekend schrijven, dat aan deze overeenkomst wordt gehecht. Indien een bepaling van deze overeenkomst nietig is of al dan niet door een rechterlijke uitspraak wordt vernietigd, zullen de overige bepalingen van deze overeenkomst van kracht blijven. Partijen zullen over deze nietig verklaarde bepalingen overleg plegen teneinde een vervangende regeling te treffen in de geest van deze overeenkomst. De in het hoofd van deze overeenkomst genoemde adressen van partijen gelden als adressen aan welke partijen rechtsgeldig tegenover elkaar kennisgevingen kunnen richten.
Artikel 9. Betwistingen
De partijen gaan de verbintenis aan onderhavige overeenkomst te goeder trouw uit te voeren en in geval van betwisting te zoeken naar een minnelijke schikking. Elke partij is verplicht het coördinatieteam onmiddellijk te informeren over elk feit dat de uitvoering van de overeenkomst in gevaar brengt. In geval een projectpartner na herhaaldelijke aanmaning van het projectbureau of het coördinatieteam bepaalde verplichtingen niet naleeft, kan het projectbureau deze partner zo nodig en na ingebrekestelling, met onmiddellijke ingang uitsluiten van verdere deelname aan het project. De overeenkomst en alle geschillen die hieruit voortvloeien of er verband mee houden zijn onderworpen aan de nationale en regionale regelgeving. Voor alle geschillen en betwistingen betreffende deze overeenkomst die niet in der minne kunnen geregeld worden zijn de rechtbanken van Antwerpen bevoegd.
Opgesteld te Mechelen in 3 exemplaren op XX/XX/XXXX
Voor de projectcoördinator
Voor de gemeenten
Voor Natuurpunt Beheer vzw
Bijlage I: Verdeelsleutel bijdragen gemeenten (zie tabel in bijlage)
Bijlage II: Communicatierichtlijnen
Communicatie onder de vlag van natuurpark Rivierenland kan alleen maar als deze handelt over onderstaande ambities.
Ambitie 1 - De biodiversiteit in de kerngebieden behouden, versterken en uitbreiden
Ambitie 2 - Verbinden van natuur in een sterk verstedelijkt gebied
Ambitie 3 - Toekomstbestendig maken van de regio
Ambitie 4 - Naar een kwaliteitsvolle en evenwichtige beleving van het natuurpark
Ambitie 5 - Draagvlak creëren via een sterke samenwerking
Artikel 2 - Geeft de volgende opmerkingen mee en vraagt aan de gebiedscoalitiepartners om deze op te nemen in een addendum bij de overeenkomst:
Artikel 2bis - Na beantwoording van de vragen, dient de samenwerkingsovereenkomst terug geagendeerd te worden op de gemeenteraad.
Artikel 3 - Vaardigt voor de stuurgroep Mieke Van den Brande af als effectief lid, en Cynthia Berardocco als plaatsvervanger.
Artikel 4 – Staat erop dat er in de stuurgroep ook steeds een ambtelijke vertegenwoordiging van de gemeente aanwezig kan zijn.
De multifunctionele kopieertoestellen en netwerkprinters op de verschillende gemeentelijke diensten werden gehuurd voor een periode van 60 maanden. De huurovereenkomst voor deze apparaten loopt af in april 2024.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om opnieuw een beroep te doen op de aankoopcentrale van Creat voor de huur en het onderhoud van multifunctionele kopieertoestellen en netwerkprinters, voor een periode van 60 maanden. Het gaat om de onderdelen 'Oplossingen voor (het beheer van) een printerpark - juli 2023' en 'Plotters - december 2019'.
De gemeente kan van de mogelijkheid tot afname van een raamovereenkomst via een opdrachtencentrale gebruik maken, waardoor zij krachtens artikel 47, §2 van de Wet van 17/06/2017 is vrijgesteld van de verplichting om zelf een gunningsprocedure te organiseren.
Aan het toetreden tot de raamcontracten 'Oplossingen voor (het beheer van) een printerpark - juli 2023' en 'Plotters - december 2019' zijn geen kosten verbonden.
Raming huur en onderhoud van kopieer toestellen, inclusief software, cardreaders en afdrukken:
Raming aankoop, huur en onderhoud plotter:
Financieel advies:
Gunstig visum FA 2023/00286 van Els Van Bever van 08 december 2023
Artikel 1 - Doet beroep op de aankoopcentrale Creat voor de huur en het onderhoud van multifunctionele kopieertoestellen en netwerkprinters, voor een periode van 60 maanden.
Artikel 2 - Doet beroep op de aankoopcentrale Creat voor de aankoop, huur en onderhoud van een plotter, voor een periode van 60 maanden.
De mobiele telefonie, datacommunicatie, vaste telefonie en data op de verschillende gemeentelijke diensten worden afgenomen via het raamcontract van Vlaanderen. Deze overeenkomst loopt af in februari 2024.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om een beroep te doen op de aankoopcentrale Creat voor de raamcontracten 'Telecom - Mobiele telefonie en datacommunicatie' en 'Telecom - vaste telefonie en data', voor de duur van de raamcontracten.
De gemeente kan van de mogelijkheid tot afname van een raamovereenkomst via een opdrachtencentrale gebruik maken, waardoor zij krachtens artikel 47, §2 van de Wet van 17/06/2017 is vrijgesteld van de verplichting om zelf een gunningsprocedure te organiseren.
Aan het toetreden tot de raamcontracten 'Telecom - mobiele telefonie en datacommunicatie' en 'Telecom - vaste telefonie en data' zijn geen kosten verbonden.
Geraamd bedrag uitgaven in 2024: € 61.000 incl. btw (zie meerjarenplanning).
Visum:
Gunstig visum FA 2023/00285 van Financiele dienst van 04 december 2023
Enig artikel - Doet beroep op de aankoopcentrale Creat voor de raamcontracten 'Telecom - mobiele telefonie en datacommunicatie' en 'Telecom - vaste telefonie en data', en dit voor de duur van de raamcontracten.
Het gemeentelijk patrimonium wordt verhuurd aan diverse gebruikers, zowel verenigingen als particulieren. Om de toegangscontrole bij dit verhuur te faciliteren op een klantvriendelijke wijze wordt voorgesteld om de toegang te laten verlopen via een digitaal systeem, zodat het afhalen van sleutels door gebruikers niet meer hoeft te gebeuren.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld de voorwaarden van de overheidsopdracht en de wijze van gunning vast te stellen.
Raming: € 57.851,24 excl. btw of € 70.000,00 incl. 21% btw.
Het gemeentelijk patrimonium wordt verhuurd aan diverse gebruikers, zowel verenigingen als particulier.
Het beheer van de toegang verloopt met behulp van sleutels. Huurders dienen fysiek zich te begeven naar de balie van de cultuurdienst of de sportdienst om de sleutel van het gehuurde pand af te halen. Nadien volgt eenzelfde beweging voor de teruggave van de sleutel.
Om de dienstverlening te verbeteren wordt geopteerd te werken met digitaal doorstuurbare toegangscodes, hetzij een numerieke code, hetzij een QR-code. Op instelbare tijdstippen geeft de digitale code toegang tot het gebouw. Permanente gebruikers, zoals personeelsleden i.f.v.h. onderhoud, kunnen met behulp van een badge in het gebouw. Gebruikers zonder digitale hulpmiddelen kunnen eveneens met behulp van een ingestelde badge het gebouw betreden.
Volgende gebouwen worden uitgerust met het digitale toegangscontrolesysteem: de sportkeet, de feestzaal Sint-Martinus, Sint-Maartensberg, de Krankhoeve, ’t Kranske, de Pastorij, turnzaal Gekko en turnzaal Gentiaan, al dan niet uit te breiden met ander patrimonium, indien dit nodig zou blijken.
De eerste fase van uitvoering zal in de sportkeet gebeuren in het voorjaar van 2024. Daar wordt ook het beheerssysteem geïnstalleerd.
Nadien verloopt, in onderling overleg tussen opdrachtgever en uitvoerder, de uitvoering van de volgende gebouwen.
Raming: € 57.851,24 excl. btw of € 70.000,00 incl. 21% btw.
Financieel advies:
Gunstig mits aanpassing visum FA 2023/00283 van Financiele dienst van 04 december 2023
Artikel 1 - Stelt de voorwaarden van de overheidsopdracht 'Toegangscontrole gemeentelijk patrimonium lokaal bestuur Bonheiden' vast, zoals vermeld in het bestek met nr. 2023/1308, opgesteld door de technische dienst en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt € 57.851,24 excl. btw of € 70.000,00 incl. 21% btw.
Artikel 2 - Kiest als wijze van gunning voor de onderhandelingsprocedure zonder bekendmakingsregels bij de aanvang van de procedure, doch indien mogelijk, na raadpleging van meerdere ondernemers.
De dienst omgeving wordt regelmatig geconfronteerd met langdurige afwezigheden van medewerkers, waardoor de werking van de dienst in het gedrang komt. Het oplopen van vertragingen bij de dossierafhandeling, kan leiden tot stilzwijgende weigeringen. Om dit te vermijden is ondersteuning van de dienst noodzakelijk.
IGEMO kan professionele ondersteuning bieden. Zij hebben hiervoor ook een standaard raamovereenkomst ter beschikking, zodat bij noodwendigheden snel kan ingegrepen worden.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om dit raamcontract voor ondersteuning van de dienst omgeving goed te keuren.
Op 26/08/2023 sluit de gemeenteraad een raamovereenkomst met IGEMO af voor de ondersteuning van de dienst omgeving voor een periode van 3 jaar. Deze overeenkomst is intussen afgelopen.
Sinds oktober 2023 is één van de dossierbehandelaars van omgevingsvergunningsaanvragen met ziekteverlof, nog minstens tot eind januari 2024. Het is niet zeker of deze medewerker nadien terug voltijds aan de slag kan gaan. Ondersteuning van de dienst is noodzakelijk.
Gezien de vele deadlines die het procesverloop van de omgevingsvergunningen bevatten, is het aangewezen dat in uitzonderlijke situaties en wanneer stilzwijgende weigeringen dreigen, snel beroep kan gedaan worden op externe hulp om erger te voorkomen.
De prestaties van IGEMO worden gefactureerd op basis van de werkelijk gepresteerde uren aan een uurloontarief van:
Bovenvermelde prijzen zijn de uurloontarieven voor het jaar 2024.
De uurloontarieven worden op 1 januari van elk jaar geactualiseerd op basis van enerzijds de evolutie van de spilindex (loonindexatie) en anderzijds de loopbaanevolutie (samen 4,5% op jaarbasis).
Onder prestaties wordt o.a. begrepen: de effectieve prestaties in functie van de opdracht, alsook de eventuele verplaatsingstijd vanaf IGEMO naar externe locaties.
Indien er externe kosten zijn (bv. scan of kopiewerk), zal dit steeds op voorhand met de gemeente worden besproken. De externe kosten worden integraal doorgerekend aan de gemeente.
De gemeente wordt door IGEMO aan het einde van iedere maand verzocht om een negatieve balans van de projectrekening aan te zuiveren tot nul euro (€ 0,00). Bij het afsluiten van de opdracht wordt het effectief aantal opgenomen budget aan de gemeente meegedeeld.
Financieel advies:
Gunstig mits aanpassing visum FA 2023/00284 van Financiele dienst van 04 december 2023
Enig artikel - Keurt de raamovereenkomst met IGEMO houdende de ondersteuning van de dienst omgeving van de gemeente Bonheiden goed, waarvan de tekst luidt als volgt:
RAAMOVEREENKOMST HOUDENDE DE ONDERSTEUNING VAN DE DIENST OMGEVING VAN DE GEMEENTE BONHEIDEN
OVEREENKOMST IGEMO – BONHEIDEN
Tussen de ondertekenden
Enerzijds
De intergemeentelijke vereniging voor ontwikkeling van het gewest Mechelen en omgeving (IGEMO), publieke rechtspersoon die de vorm van een dienstverlenende vereniging overeenkomstig het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, heeft aangenomen, met maatschappelijke zetel gevestigd te 2800 Mechelen, Schoutetstraat 2 en KBO nr. 0213.349.124, vertegenwoordigd door Seppe Jacobs, Clustermanager;
Hierna “IGEMO” genoemd en
Anderzijds
De gemeente Bonheiden, vertegenwoordigd door de heer Lode Van Looy, burgemeester, en mevrouw Ethel van den Wijngaert, Algemeen directeur;
Hierna “de gemeente” genoemd,
Is overeengekomen wat volgt:
ARTIKEL 1: VOORWERP VAN DE OVEREENKOMST
De gemeente sluit een raamovereenkomst af met IGEMO voor het ondersteunen van de gemeentelijke dienst omgeving (dienst milieu en stedenbouw / ruimtelijke ordening) op juridisch, technisch en administratief vlak.
IGEMO stelt de expertise die binnen de organisatie aanwezig is ter beschikking van de lokale besturen om de dienst omgeving te ondersteunen.
De raamovereenkomst gaat uit van een duurzame samenwerking tussen IGEMO en de gemeente. Dit wil zeggen dat de taken worden uitgevoerd hetzij door de gemeente, hetzij door IGEMO.
De bepalingen van onderhavige overeenkomst zullen van toepassing zijn telkens wanneer de gemeente een bestelling plaats bij IGEMO voor het leveren van diensten.
ARTIKEL 2: OPDRACHTOMSCHRIJVING
De opdracht omvat ondersteuning op juridisch, technisch en administratief vlak inzake milieu, ruimtelijke ordening en stedenbouw.
Deze ondersteuning kan omvatten:
De bovenstaande lijst is niet-limitatief en exemplarisch. De effectieve inhoud van een ondersteuningsopdracht wordt met het lokaal bestuur vastgelegd bij het plaatsen van een bestelling conform artikel 3.
IGEMO behoudt zich het recht voor om taken die indruisen tegen de belangen van IGEMO te weigeren.
ARTIKEL 3: UNIEKE CONTACTPERSOON (SPOC)
Voor het beheren van de raamovereenkomst en het organiseren en opvolgen van de ondersteuningstaken stelt IGEMO een unieke contactpersoon (SPOC) aan. De SPOC aanvaardt de taken en opdrachten die de gemeente op afroep toevertrouwt aan IGEMO en draagt er zorg voor dat de medewerker met de juiste expertise en/of competenties wordt ingezet om de taak of opdracht tot een goed einde te brengen.
Ook de gemeente duidt voor het beheren van de raamovereenkomst een unieke contactpersoon aan.
ARTIKEL 4: PLAATSEN VAN EEN BESTELLING
Voor het bestellen van diensten in het kader van deze raamovereenkomst is de volgende procedure van toepassing.
De SPOC zal met de feedback rekening houden bij het uitvoeren van volgende bestellingen.
ARTIKEL 5: KOSTPRIJS
De prestaties van IGEMO worden gefactureerd op basis van de werkelijk gepresteerde uren aan een uurloontarief van:
Bovenvermelde prijzen zijn de uurloontarieven voor het jaar 2024.
De uurloontarieven worden op 1 januari van elk jaar geactualiseerd op basis van enerzijds de evolutie van de spilindex (loonindexatie) en anderzijds de loopbaanevolutie (samen 4,5% op jaarbasis).
Onder prestaties wordt o.a. begrepen: de effectieve prestaties in functie van de opdracht, alsook de eventuele verplaatsingstijd vanaf IGEMO naar externe locaties.
Indien er externe kosten zijn (bv. scan of kopie werk) zal dit steeds op voorhand met de gemeente worden besproken. De externe kosten worden integraal doorgerekend aan de gemeente.
ARTIKEL 6: PROJECTREKENING
Bij het voorstel tot ondersteuning wordt een inschatting gemaakt van de nodige tijdsbesteding (in uren) om de opdracht uit te voeren en het type expert.
De gemeente wordt door IGEMO aan het einde van iedere maand verzocht om een negatieve balans van de projectrekening aan te zuiveren tot nul EURO (0€). Bij het afsluiten van de opdracht wordt het effectief aantal opgenomen budget aan de gemeente meegedeeld.
IGEMO zal een gedetailleerd overzicht bijhouden van de projectrekening en dit ter beschikking stellen via SharePoint. De projectrekening van de gemeente wordt beheerd door de SPOC.
ARTIKEL 7: WIJZE VAN BETALING
Als een bestelde opdracht is afgelopen wordt een factuur opgemaakt op basis van een gedetailleerd overzicht van de in de voorbije periode gepresteerde uren en de vermelde uurloontarieven. Loopt de opdracht langer dan een kwartaal, wordt er per kwartaal een tussentijdse factuur opgemaakt.
De prestaties van de SPOC in het kader van deze raamovereenkomst worden per kwartaal gefactureerd.
Het gefactureerde bedrag wordt, indien voldoende saldo, na verzending van de factuur automatisch door de SPOC in mindering gebracht van de projectrekening. Een factuur “voldaan” wordt overgemaakt aan de gemeente.
ARTIKEL 8: EINDE VAN DE OVEREENKOMST
De overeenkomst heeft een duurtijd van 3 jaar.
ARTIKEL 9: WIJZIGINGEN
Beide partijen verbinden zich ertoe de bepalingen van deze overeenkomst te goeder trouw uit te voeren. Zo deze uitvoering ernstig verstoord wordt door een nieuw en belangrijk element, dan zal dit dadelijk tussen de beide partijen besproken worden teneinde de bepalingen van deze overeenkomst eventueel schriftelijk aan te passen.
ARTIKEL 10: TOEPASSELIJK RECHT EN BEVOEGDE RECHTBANK
Deze overeenkomt wordt beheerst door en geïnterpreteerd volgens het Belgisch recht.
Beide partijen zullen alles in het werk stellen om de betwistingen en geschillen voortspruitend uit deze overeenkomst in der minne te regelen. Zo dat niet mogelijk is, zijn de rechtbanken van het arrondissement Mechelen bevoegd uitspraak te doen.
Deze overeenkomst werd ondertekend te Mechelen op datum van 29/11/2023 in twee originelen. Iedere betrokken partij erkent door ondertekening van deze overeenkomst één exemplaar te hebben ontvangen.
Namens de gemeente
Lode Van Looy, burgemeester Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur
Namens IGEMO
Ivan Blauwhoff, voorzitter Seppe Jacobs, clustermanager
Het reglement wordt voorgelegd omdat er naast sociale voordelen ook andere voordelen worden aan toegevoegd, met name een tussenkomst voor de meerdaagse schoolreis van lagere schoolkinderen.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd de aanpassingen goed te keuren.
Dankzij het flankerend onderwijsbeleid kunnen gemeenten een beleid voeren waarmee ze alle kinderen bereiken die op hun grondgebied school lopen.
Flankerend onderwijsbeleid wordt gedefinieerd als het geheel van acties van een lokaal bestuur om een onderwijsbeleid te ontwikkelen in samenwerking met de lokale actoren en legt een sterke focus op gelijke onderwijskansen.
Het kader werd vastgelegd in het Decreet betreffende het flankerend onderwijsbeleid op lokaal niveau.
Het Decreet bestaat uit twee onderdelen: de sociale voordelen en andere voordelen.
De sociale voordelen hebben een verplichtend karakter. Zodra de gemeente beslist een sociaal voordeel toe te kennen, is ze verplicht dit toe te kennen aan al de scholen binnen de gemeente.
De lijst met sociale voordelen is limitatief:
De andere voordelen zijn meer vrijblijvend. Ze moeten pas worden toegekend als de gemeente ze toekent aan één school, waarvan zijzelf niet de inrichter is.
Het gemeentebestuur mag ervoor kiezen om dit voordeel als inrichter alleen in de eigen scholen toe te kennen.
Financieel advies:
Gunstig visum FA 2023/00288 van Johan Muyldermans van 04 december 2023
Artikel 1 - Heft met ingang van 01/01/2024 volgend besluit op:
Artikel 2 - Stelt met ingang van 01/01/2024 het kader voor maatregelen in het kader van flankerend onderwijsbeleid vast als volgt:
1. VISIE
Het idee achter de reglementering rond de sociale voordelen is dat een lokaal bestuur geen concurrentievoordeel mag creëren ten opzichte van de andere onderwijsnetten door vanuit het gemeentebudget, niet de werkingstoelagen of remgelden, uitsluitend voor de eigen scholen dingen te organiseren en te financieren.
Het gemeentebestuur wilt, binnen de budgettaire mogelijkheden, een beleid voeren waarmee ze alle kinderen bereiken die op hun grondgebied naar school gaan en het onderwijs steunen in zijn maatschappelijk taak om gelijke kansen te creëren.
2. TOEPASSINGSGEBIED
Dit reglement is van toepassing op alle basisscholen van andere schoolbesturen die gelegen zijn op het grondgebied van Bonheiden.
3. BEGRIPPEN EN ALGEMENE PRINCIPES
In dit reglement wordt verstaan onder:
1° Sociale voordelen
Sociale voordelen zijn een onderdeel van het decreet betreffende het flankerend onderwijsbeleid op lokaal niveau van 30/11/2007 en zijn latere wijzigingen.
Het gemeentebestuur is verplicht om dezelfde voordelen toe te kennen aan de scholen van andere schoolbesturen, gelegen op hun grondgebied, als die erom verzoeken. De andere scholen worden pas rechthebbend als zij zich minimaal aan dezelfde voorwaarden houden als door het gemeentebestuur opgelegd aan de eigen scholen.
2° Soorten sociale voordelen
3° Ochtend- en avondtoezicht: is elke vorm van toezicht die voor of na de normale aanwezigheid georganiseerd wordt. De ‘normale aanwezigheid van de leerlingen’ begint een kwartier voor het belsignaal tot een kwartier na het belsignaal. Dit geldt zowel voor ‘s morgens als ‘s avonds. Binnen deze periode vallen de leerlingen onder de hoede van de school.
4° Middagtoezicht: Dit betreft zowel middag-als middagmaaltoezicht gedurende één uur op volledige schooldagen. Woensdagmiddagtoezicht blijft dus buiten de scope van sociaal voordeel.
5° Andere voordelen: elk voordeel dat wordt toegekend dat niet opgenomen is in de lijst van de sociale voordelen. De voordelen zijn steeds kindgericht.
4. OCHTEND- EN AVONDTOEZICHT
Artikel 1 Voorwaarden
§1 Het toekennen van sociaal voordeel ochtend- en avondtoezicht is van toepassing zolang de gemeente dit sociaal voordeel toekent aan de gemeentescholen rekening houdend met de budgettaire mogelijkheden.
§2 De schoolbesturen die gebruik willen maken van dit sociaal voordeel moeten:
De tarieven volgen vastgelegd in de buitenschoolse kinderopvang, De Wiebelboom, heden bepaald op € 1 per begonnen half uur .
§3 Dit sociaal voordeel heeft betrekking op de (bruto) vergoeding incl. vakantiegeld, eindejaartoelage, fietsvergoeding en maaltijdcheques van de toezichters.
§4 Toezichters worden aangeworven door het schoolbestuur die het voordeel geniet.
Artikel 2 Berekening
§1 Het beschikbare budget van € 100 per leerling per dienstjaar voor ochtend- en avondtoezicht toezicht wordt verdeeld op basis van het leerlingenaantal van de telling van 1 februari van het jaar waarin het sociaal voordeel wordt gerekend.
§2 Het toegekende bedrag mag nooit meer zijn dan de effectieve uitgave aan toezicht. De financiële dienst kan dit bekijken op basis van loonstaten of onkostennota’s.
§ 3 Er wordt toegestaan dat er een overheadkost van 5 % op de bewezen kosten wordt gerekend.
§4 De afrekening gebeurt twee keer op een jaar:
§5 De scholen bezorgen ten laatste eind maart een kopie van het document van de Vlaamse overheid waarin vermeld staat hoeveel leerlingen er zijn ingeschreven op 1 februari aan de financiële dienst.
§6 Bijkomend ontvangt elke vestiging van de scholen per jaar een budget van € 150 voor spelmateriaal. Dit wordt uitbetaald na voorlegging van aankoopbewijzen.
§7 De financiële dienst zorgt voor de uitbetaling na de goedkeuring van het college van burgemeester en schepenen.
5. MIDDAGTOEZICHT
Artikel 3 Voorwaarden
§1 Het toekennen van sociaal voordeel middag toezicht is van toepassing zolang de gemeente dit sociaal voordeel toekent aan de gemeentescholen rekening houdend met de budgettaire mogelijkheden.
§2 Het middagtoezicht gebeurt in de lokalen waar de leerlingen hun middagmaal nuttigen.
§3 Het middagtoezicht is kosteloos voor de ouders.
§4 Het personeel wordt minimaal vergoed ofwel via loonbarema 202 (onderwijs) ofwel niveau C (gemeente)
§5 Dit sociaal voordeel heeft enkel betrekking op de (bruto) vergoeding incl. vakantiegeld, eindejaartoelage, fietsvergoeding en maaltijdcheques van de toezichters.
§6 Toezichters worden aangeworven door het schoolbestuur die het voordeel geniet.
Artikel 4. Berekening
§1 Er wordt een toelage verleend per volledige schijf van 50 leerlingen.
§2 Het aantal rechthebbende leerlingen wordt bepaald op basis van het gemiddelde van tijdens de middagbewaking aanwezige leerlingen tijdens de maanden september, oktober en november. De gemeente doet hiervoor een steekproef.
§3 De vergoeding wordt als volgt berekend:
Minimaal bruto uurloon x aantal toezichters x 160 (dagen) = € …
Het minimaal bruto uurloon is gelijk aan B1 0de jaar anciënniteit of C1 0de jaar anciënniteit
(loonschaal gemeente).
Hiervan wordt het bedrag dat vervat zit in de werkingstoelagen afgetrokken: Aantal leerlingen op 01/02 x bedrag vervat in werkingstoelage € = € X.
§4 Het toegekende bedrag mag nooit meer zijn dan de effectieve uitgave aan toezicht. De personeelsdienst/financiële dienst kan dit bekijken op basis van loonstaten of onkostennota’s.
§5 De afrekening gebeurt in de maand maart van jaar X+1.
§6 De financiële dienst zorgt voor de uitbetaling na de goedkeuring van het college van burgemeester en schepenen.
6. TOEGANG TOT HET ZWEMBAD
Artikel 5. Principe
§1 Dit sociaal voordeel omvat de vergoeding van € 1 voor de toegang tot het zwembad voor de leerlingen lager onderwijs.
§2 De kosten verbonden aan het verstrekken van één schooljaar gratis zwemmen, waar elke leerling lager onderwijs recht op heeft, worden niet als sociaal voordeel beschouwd.
§3 Het busvervoer van en naar het zwemmen valt niet onder toepassing van het sociaal voordeel.
§4 De schoolbesturen die gebruik willen maken van dit sociaal voordeel mogen dit niet door factureren aan de ouders.
§5 Het sociaal voordeel wordt uitgerekend op basis van het reëel aantal kinderen die gezwommen hebben.
§6 De afrekening gebeurt na voorleggen van de facturen en een schrijven tot terugbetaling aan de financiële dienst en dit tenminste jaarlijks in december.
§7 De financiële dienst zorgt voor de uitbetaling na de goedkeuring van het college van burgemeester en schepenen.
7. LEERLINGENVERVOER
Artikel 6. Principe
§1 De gemeente voorziet 2 busritten ’s morgens en ’s avonds op de dagen dat de scholen geopend zijn.
§2 Eén busrit vindt plaats op grondgebied Bonheiden, de andere op grondgebied Rijmenam.
§3 Er wordt door de gemeente 1 toezichter aangesteld per begonnen schijf van 30 leerlingen.
8. ANDER VOORDEEL - SUBSIDIE VOOR VERVOER VOOR MEERDAAGSE SCHOOLREIS BINNEN BELGIE
Artikel 7. Principe
§1 De gemeente voorziet voor elke lagere school, onafhankelijk van het aantal vestigingen een financiële tussenkomst voor vervoer voor een meerdaagse schoolreis binnen België.
§2 Onder meerdaagse schoolreis wordt verstaan: een schoolreis georganiseerd voor leerlingen uit het lager onderwijs met minstens 1 overnachting.
§3 De school kan deze subsidie inzetten voor leerlingenvervoer of voor goederenvervoer naar de bestemming en voor de terugrit. Extra ritten zijn niet mogelijk.
§4 De financiële tussenkomst bedraagt maximaal €750 en kan slechts 1 keer per schooljaar worden aangevraagd.
§5 De subsidie wordt uitbetaald na voorleggen van de facturen en een schrijven tot terugbetaling aan de financiële dienst en dit tenminste jaarlijks in december.
§6 De financiële dienst zorgt voor de uitbetaling na goedkeuring van het college van burgemeester en schepenen
Artikel 3 - Maakt deze beslissing, overeenkomstig artikel 286 en 287 van het Decreet over het lokaal bestuur, binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke website en brengt de toezichthoudende overheid, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur hiervan dezelfde dag op de hoogte.
Om de organisatie van de wedstrijd Bonheidense streekproducten in goede banen te laten lopen, dient er een reglement voor opgesteld te worden.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd dit reglement goed te keuren.
21/03/2023: Beslissing van het college van burgemeester en schepenen inzake goedkeuring missie en visie van lokale economie in het kader van het opstellen van reglementering.
Het Decreet over het lokaal bestuur.
De labeling van Bonheidense streekproducten heeft als een doel om streekproducten te herkennen naar de consument toe, en ook een erkenning naar de productiewijze van de producent. Het label ondersteunt de producent in zijn bedrijfsvoering. De doelstelling van het label is het profileren en vermarkten van de Bonheidense streekproducten naar de consumenten toe en kan ook dienst doen als marketing tool.
Artikel 1 - Keurt het reglement 'Wedstrijd Bonheidense streekproducten' goed als volgt:
Wedstrijd Bonheidense streekproducten
Artikel 1: doelstelling
Het gemeentebestuur wil door middel van het label “Bonheidense streekproduct”, deze op de kaart zetten en zo herkenbaar maken voor de consument.
Naast de herkenning naar de consument toe is het label ook een erkenning naar de productiewijze van de producent. Het label ondersteunt de producent in zijn bedrijfsvoering.
De doelstelling van het label is het profileren en vermarkten van de Bonheidense streekproducten naar de consumenten toe. Deze kan ook dienst doen als marketing doel.
Artikel 2: definiëring streekproducten
Bonheidense streekproducten, zijn eet- of drinkbaar, en op één of andere manier verbonden met de streek:
ofwel zijn de ingrediënten afkomstig uit de streek
ofwel is de bereidingswijze streekgebonden
ofwel is er een link met de geschiedenis of de traditie van Bonheiden.
Artikel 3: wie komt in aanmerking?
Een onderneming die in Bonheiden is gevestigd.
De onderneming moet voldoen aan alle wettelijke verplichtingen op vlak van voedselveiligheid, etikettering en op vlak van handelswetgeving.
Er is een aankooppunt (fysiek of online) aanwezig binnen de gemeente.
De producten moeten vrij zijn van merk- en naamregistratie.
Artikel 4: Criteria: Om in aanmerking te komen voor het label als ´Bonheidens streekproduct´ dient het product ten minste te voldoen aan één van de volgende criteria:
De grondstoffen zijn – voor zover mogelijk – afkomstig uit de streek
De producten worden geteeld in Bonheiden.
Er dient een duidelijke verwijzing van herkomst te zijn in de productnaam of anderszins op het etiket / verpakking van het product.
De verwerking van de grondstoffen vindt in Bonheiden plaats op een ambachtelijke wijze. Indien er geen passende verwerkingsmogelijkheden in Bonheiden zijn, kan hiervoor ontheffing worden verleend.
Artikel 5: Procedure
De aanvraag voor het verkrijgen van het label ´Bonheidens streekproduct´ vindt plaats door het volledig ingevulde aanmeldformulier (digitaal) in te vullen voor 15/03/2024. De aanvrager mag zijn schriftelijke motivatie met begeleidende foto van het voorgestelde streekproduct én naamvoorstel voor het product beschrijven.
SELECTIERONDES
Artikel 6: Erkenningsperiode
De toegekende label is geldig voor 3 jaar.
Artikel 7: Promotie
De erkende producent verbindt zich ertoe om de aangereikte label correct te gebruiken voor het streek product. Het logo dient enkel voor eigen gebruik en mag niet aan derden worden doorgegeven. Het gemeentebestuur verbindt zich ertoe om gericht promotie te voeren voor de erkende Bonheidense streekproducten.
Artikel 8: wijziging in de bedrijfsuitbating
Bij grondige wijzigingen in de bedrijfsuitbating (overname, stopzetting, …) is de producent verplicht deze wijzigingen zo snel mogelijk schriftelijk of per mail door te geven aan het College van burgemeester en schepenen.
Artikel 2 - Maakt dit reglement binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke webtoepassing, overeenkomstig artikelen 286 en 287 van het Decreet over het lokaal bestuur en brengt de toezichthoudende overheid hiervan dezelfde dag op de hoogte, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur.
Vlaanderen zet € 6,5 miljoen in vanuit het Europese Fonds Asiel, Migratie en Integratie om de coördinatiekost van de lokale besturen tijdens de Oekraïnecrisis te compenseren. Europa Werk & Sociale Economie (WSE) beheert die middelen, het Agentschap Binnenlands Bestuur (ABB) treedt op als promotor. Op basis van enkele objectieve criteria zoals het aantal geregistreerde ontheemden en de creatie van opvangplekken, selecteerde de Vlaamse Regering de lokale besturen die in aanmerking komen voor die subsidie. Bonheiden is een van de 146 gemeente die aanspraak kan maken op de subsidies.
In het kader van de aanvraag dient er een partnerschapovereenkomst te worden goedgekeurd. Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om deze overeenkomst goed te keuren.
28/11/2023: Principieel akkoord van het college van burgemeester en schepenen tot het indienen van het aanvraagdossier extra middelen Europees Fonds voor Asiel, Migratie en Integratie (AMIF).
Het Decreet over het lokaal bestuur.
Artikel 1 - Keurt onderstaande partnerovereenkomst goed:
Artikel 1
Context
Na Europese goedkeuring kunnen de AMIF-middelen (uit het Europees Fonds voor Asiel, Migratie en Integratie betreffende de vorige periode 2014- 2020) gericht worden aangewend ten voordele van de opvang van ontheemde Oekraïners. Kosten die de lokale besturen in verband met de coördinatie van de opvang van de ontheemde Oekraïners hebben gemaakt kunnen via de AMIF-middelen (gedeeltelijk) worden gerecupereerd.
Voorwaarde hiertoe is dat deze kosten niet worden gesubsidieerd vanuit de reguliere subsidiëring van de opvang van de ontheemden (wat o.m. geregeld wordt in het Besluit van de Vlaamse Regering (BVR) van 08 april 2022).Het projectopzet gaat uit van Europa WSE die de AMIF-middelen beheert (beheersautoriteit) waarbij het Agentschap Binnenlands Bestuur als promotor een appel doet op de lokale besturen om een aanvraagdossier in te dienen. Per provincie is er een vertegenwoordiger van de promotor. Die bestaat uit medewerkers van het VLOT-team en de diensten van de gouverneur. Zij ontvangen de aanvragen van de lokale besturen en bundelen deze tot 1 aanvraag per provincie.
De hierboven vermelde partner dient via de vertegenwoordiger van de promotor een aanvraagdossier in om AMIF-middelen te kunnen aanwenden. De ondertekening van deze overeenkomst en de indiening van het aanvraagdossier vormen hiertoe formele stappen.
Doel
Deze overeenkomst verankert de afspraken van het partnerschap met het oog op de verdere goedkeuring en afhandeling van het projectdossier nadat het lokale bestuur een aanvraag tot subsidiëring heeft ingediend.
Het projectopzet strekt ertoe een deel van de kosten te recupereren van de lokale coördinatie en het management van de opvang van de ontheemde Oekraïners op het grondgebied van het lokaal bestuur.
Meerdere lokale besturen hebben immers een gemeentelijke coördinator aangeduid om opvang en begeleiding van de ontheemden te organiseren, sturen en managen.
Daarnaast kunnen andere coördinerende functies in de aanvraag worden opgenomen voor zover die aantoonbaar niet gesubsidieerd worden door het reguliere BVR (08 april 2022) en gaan over het managen van de opvang en begeleiding van de ontheemden. In dit verband zijn de functies die de begeleiding van de ontheemden omvatten en de functies in het kader van het nooddorp uitgesloten
(alle gesubsidieerd vanuit het reguliere BVR van 08 april 2022)
Artikel 2
Voorwerp
In deze overeenkomst worden de werkwijze, de criteria en de modaliteiten om een aanvraagdossier in te dienen omschreven, naast de afspraken en verbintenissen die gelden binnen het partnerschap.
De overeenkomst beoogt het project zoals beschreven in artikel 1 van deze overeenkomst verder te duiden en aan te geven hoe dit gestaafd kan worden met het oog op de verdere afhandeling door de vertegenwoordiger van de promotor en de daaropvolgende beoordeling en uitbetaling door Europa WSE (beheersautoriteit).
Artikel 3
Duur
De overeenkomst wordt afgesloten voor de duur van het AMIF-project met begindatum 1 maart 2022 en de einddatum 31 december 2023 met indiening rapporteringen op ten laatste 31 januari 2024 (eindrapportering).
Artikel 4
Periode en timing
Het project en het aanvraagdossier zijn van toepassing op de periode 2022 - 2023. De periode heeft betrekking op het verleden naast een uiterst beperkt resterende tijd in 2023. Dit laat de lokale besturen toe administratief de stavingstukken tegelijk met de vraag voor subsidiëring van de coördinatiekosten in te dienen.
Het volledig aanvraagdossier wordt per mail (mailadres: vlot@vlaanderen.be) bezorgd aan de vertegenwoordiger van de promotor, uiterlijk tegen 30 november 2023. Dit geldt als formele voorwaarde. Na controle van de aanvraagdossiers bundelt de vertegenwoordiger de aanvragen in een projectdossier dat via de promotor aan Europa WSE wordt bezorgd uiterlijk op 15 december 2023. Uitzondering wordt voorzien voor de ondertekende partnerschapsovereenkomst. Indien deze niet gevoegd wordt bij het aanvraagdossier dient deze uiterlijk tegen 15 januari 2024 te worden bezorgd aan de vertegenwoordiger van de promotor.
Artikel 5
Beschrijving van het project en subsidiegrond
Voor het creëren van opvanglocaties voor ontheemde Oekraïners en het opzetten van de effectieve begeleiding en zorg ontvangen de lokale besturen vanuit de reguliere omkadering subsidies (cf. besluit van de Vlaamse Regering van 08 april 2022).
Tegelijk moet het geheel worden gecoördineerd, aangestuurd en gemanaged. Om dit te verwezenlijken werd door het lokale bestuur doorgaans een gemeentelijke coördinator aangesteld die instaat voor de algemene planning, supervisie en opvolging van de ontheemden. Tevens legt de gemeentelijke coördinator de nodige contacten met het college van Burgemeester en Schepenen en met de gewestelijke diensten (onder meer VLOT). Deze overkoepelende functie is te onderscheiden van de concrete realisatie van plekken en de begeleiding van ontheemden zelf, en wordt niet bekostigd door
het vermelde besluit van de Vlaamse Regering van 08 april 2022, maar wel uit de reguliere middelen waarover het lokale bestuur beschikt. Minder grote lokale besturen hebben in dit verband mogelijk een intergemeentelijke coördinator aangeduid. De aanvraag tot subsidiëring hiervan dient dan wel via het lokaal bestuur, die deze intergemeentelijke coördinator heeft aangesteld, te gebeuren (dezelfde subsidieratio’s worden gehanteerd).
Andere coördinerende functies kunnen in het aanvraagdossier worden opgenomen voor zover die aantoonbaar niet gesubsidieerd worden door het reguliere BVR (08 april 2022) en gaan over het managen van de opvang en begeleiding van de ontheemden. Het project en het aanvraagdossier strekken ertoe de kost van de coördinerende opdracht deels te recupereren via AMIF- middelen. Er wordt een subsidie verstrekt van 70 % van de kost van de voltijdse equivalent (VTE), waarbij de kost van de functionaris bestaat uit de loonkost verhoogd met 15 % voor
de werkingskosten. Voor de werkingskosten zijn geen stavingstukken vereist (voor de andere stavingstukken zie artikel 7 van deze overeenkomst). Bij overschrijding van het totale subsidiebedrag wordt het subsidiepercentage aangepast, opdat de mindering in uitgekeerde subsidie proportioneel wordt verdeeld over de gemeenten.
Artikel 6
Criteria
In functie van het in aanmerking komen voor het project en het aantonen van de extra inspanningen van het lokaal bestuur worden volgende criteria door de vertegenwoordiger van de promotor cumulatief beoordeeld. Binnen de vooropgestelde periode van het project (maart 2022 tot eind 2023) moeten de lokale besturen gedurende eenzelfde periode:
Artikel 7
Op te maken aanvraagdossier
Wanneer het lokaal bestuur wenst in te gaan op de oproep worden in functie van het op te maken aanvraagdossier volgende stappen ondernomen:
Het volledige aanvraagdossier wordt per mail (mailadres: vlot@vlaanderen.be) bezorgd aan de vertegenwoordiger van de promotor, uiterlijk tegen 30 november 2023 (wat geldt als formele voorwaarde). Indien deze niet gevoegd wordt bij het aanvraagdossier dient deze uiterlijk tegen 15 januari 2024 te worden bezorgd aan de vertegenwoordiger van de promotor.
Artikel 8
Werkwijze projectverloop
De projectoproep gaat uit van Europa WSE waarbij het Agentschap Binnenlands Bestuur optreedt als promotor. VLOT en de diensten van de gouverneur fungeren per provincie als vertegenwoordiger van de promotor.
De promotor bezorgt de lokale besturen de duidingsnota (inclusief situering, procedure, subsidiabele kosten, stavingstukken), de partnerschapsovereenkomst, het addendum en de lijst van de lokale besturen op basis van de criteria. De promotor doet een appel op de lokale besturen om een aanvraagdossier in te dienen.
De lokale besturen beslissen vrij om in te gaan op de projectoproep. Indien het lokaal bestuur hierop wenst in te gaan hecht het goedkeuring aan de partnerschapsovereenkomst en wordt deze ondertekend.
Het lokaal bestuur vervolledigt het aanvraagdossier door toevoeging van de gevraagde documenten zoals omschreven in artikel 6 van deze overeenkomst. Het volledige aanvraagdossier wordt bezorgd aan de vertegenwoordiger van de promotor. Indien de aanvraag niet volledig is, vraagt de vertegenwoordiger van de promotor de ontbrekende gegevens op. Per provincie maakt de vertegenwoordiger van de promotor op basis van de stukken aangeleverd in de aanvraagdossiers het projectdossier op. Hierbij wordt telkenmale per lokaal bestuur de stavingstukken nagegaan en wordt de berekening van de subsidie toegevoegd. Vóór indiening van de projectdossiers per provincie gaan de vertegenwoordigers van de promotor gezamenlijk na of het totaalbedrag aan berekende subsidie (over alle provincies heen) het bedrag van de beschikbare AMIF-middelen al dan niet overschrijdt. Bij overschrijding wordt het subsidiepercentage aangepast, opdat de mindering in uitgekeerde subsidie proportioneel wordt verdeeld over de gemeenten. De aldus gecorrigeerde subsidiebedragen worden opgenomen in het projectdossier. Per provincie bezorgen de vertegenwoordigers van de promotor het gebundelde projectdossier aan de promotor die dit vervolgens overmaakt aan de Europa WSE voor beoordeling en verdere afhandeling. De gegevens worden ingebracht in een tool daartoe voorzien door Europa WSE. Tijdens het verloop van het project kan Europa WSE ondersteuning bieden in functie van het optimaal procesverloop (o.m. het aanbieden van een concreet stappenplan, ondersteuning in toepassing tool).
Artikel 9
Financiële bepalingen
Na beoordeling en goedkeuring van het projectdossier maakt Europa WSE het subsidiebedrag over aan de promotor. Dit betreft het totale subsidiebedrag van de deelnemende lokale besturen waarvan Europa WSE de rechtmatigheid van de subsidie heeft vastgesteld. De promotor staat vervolgens in door de verdeling van de subsidies onder de lokale besturen. Inzake de financiering zijn de criteria en regels van Europa WSE van toepassing en zodoende bindend voor alle partijen.
Artikel 10
Controle en opvolging
Alle partners verbinden zich ertoe om:
Artikel 11
Verbintenissen partnerschap
De partners verbinden zich ertoe loyaal samen te werken om het partnerschap en het project tot een goed einde te brengen, binnen het kader van de projectaanvraag en de verdere beslissingen die daaromtrent binnen het partnerschap worden genomen. De vertegenwoordiger van de promotor ziet erop toe de nodige formaliteiten te vervullen om het projectverloop in goede banen te leiden met het oog op het kunnen ontvangen van de subsidies. De vertegenwoordiger van de promotor zet de nodige stappen om voor Europa WSE de passende bewijs- of stavingstukken te bekomen. Om het partnerschap en de afhandeling van het projectdossier tot een goed einde te brengen,verbinden partijen zich tot het volgende:
Artikel 12
Diverse
De partnerschapsovereenkomst wordt beheerst door het Belgisch recht, inbegrepen de relevante Europese wetgeving en reglementering. Alle geschillen in verband met de uitvoering van de partnerschapsovereenkomst worden beslecht door de bevoegde rechtbank van het gebied van de betrokken gemeente.
Artikel 2 - Machtigt Lode Van Looy, burgemeester, en Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur, om de partnerschapsovereenkomst te tekenen.
Vanaf 01/07/2023 werd de maatregel lokale diensteneconomie ingekanteld in het kader van individueel maatwerk. In de overgangsfase tussen 2023-2025 krijgen lokale besturen een jaarlijkse werkingssubsidie vastgesteld op basis van bestaande samenwerkingsverbanden. Om de middelen te kunnen uitkeren aan de lokale diensteneconomie dient een afsprakennota te worden opgemaakt.
01/07/2023: Inkanteling lokale diensteneconomie (LDE) in het kader van individueel maatwerk (brief van de Vlaamse overheid als bijlage).
De financiële gevolgen zijn budgetneutraal: Bonheiden ontvangt een bedrag van de Vlaamse overheid en stort dit integraal door naar de verschillende sociale economiepartners die er recht op hebben. In de addenda wordt vermeld dat de uitbetaling onder voorbehoud van goedkeuring van de ontvangst van de Vlaamse middelen is.
Deze financiële middelen zijn geoormerkt en kunnen uitsluitend hiervoor gebruikt worden. Bij de BBC-rapportering dient hiervoor de externe rapporteringscode WSE-ALD (Werk en Sociale Economie – Aanvullend Lokaal Dienstenaanbod) gebruikt te worden.
Artikel 1- Keurt onderstaande afsprakennota aanvullende lokale diensten goed:
AFSPRAKENNOTA AANVULLENDE LOKALE DIENSTEN
Ecoso vzw
2023-2025
1. CONTACTGEGEVENS
Ondersteuningsverstrekker
Lokaal bestuur: Bonheiden
Adres: Jacques Morrensplein 10, 2820 Bonheiden
Ondernemingsnummer: BE 0207 534 171
Ontvanger
Organisatie: Ecoso
Contactpersoon: Leen Ardui
Adres: Oude Baan 1F, 2800 Mechelen
Telefoonnummer: 0476/936004
E-mailadres: leen@ecoso.be
Rekeningnummer: BE76 5230 8004 6495
Ondernemingsnummer: BE 0629 934 529
2. LOOPTIJD
Deze afsprakennota loopt van 1/7/2023 tot en met 31/12/2025.
De afsprakennota eindigt automatisch bij het einde van de periode waarvoor ze werd afgesloten. Ze is niet stilzwijgend verlengbaar. Een verlenging is enkel mogelijk na schriftelijk akkoord van de ondersteuningsverstrekker.
3. DOEL VAN DE ONDERSTEUNING
De ontvanger was tot op 30/06/2023 erkend als LDE-organisatie door de Vlaamse overheid en voerde in opdracht van het lokale bestuur taken van algemeen economisch belang uit. De Vlaamse overheid besliste op 15/07/2022 (Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 14 januari 2022 over maatwerk bij individuele inschakeling) de vroegere SINE-middelen over te hevelen naar de lokale besturen voor de verderzetting van de lokale diensteneconomie.
Het lokaal bestuur Bonheiden geeft opdracht aan Ecoso vzw, met zetel Oude baan 1F 2800 Mechelen om op haar grondgebied de diensten van Algemeen Economisch Belang uit te voeren:
Deze taken voldoen aan volgende voorwaarden lokale diensteneconomie zoals omschreven in het Decreet Individueel maatwerk van 14/01/2022:
4. WAT WORDT ER ONDERSTEUND
Deze ondersteuning vervangt de vroegere SINE-middelen en compenseert het tekort tussen de gesubsidieerde (loon)kost binnen collectief of individueel maatwerk en de totale kostprijs van de niet-commerciële dienstverlening/lokale dienst omschreven in de het opdrachtbesluit.
De financiële ondersteuning mag alleen gebruikt worden voor de bovengenoemde opdracht/taken.
5. FINANCIËLE ONDERSTEUNING
Lokaal bestuur Bonheiden ontvangt jaarlijks van departement Werk en Sociale Economie Vlaanderen een toegekende werkingssubsidie Aanvullende Lokale Diensten.
Jaarlijks wordt het % van de toegekende Werkingssubsidie Aanvullende Lokale Diensten aan Ecoso vastgelegd.
Het lokaal bestuur kent geen exclusieve of bijzonder rechten toe aan de organisatie. De opdracht is niet overdraagbaar door de projectpartner aan andere partijen.
De ondersteuningsverstrekker stort het ondersteuningsbedrag uiterlijk 31 december van het desbetreffende jaar.
Voor 2023 bedraagt het percentage 100% van de toegekende werkingssubsidie Aanvullende Lokale Diensten.
6. REGELGEVING
Volgende regelgeving is van toepassing:
Artikel 2 - Machtigt Lode Van Looy, burgemeester, en Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur, om namens de gemeenteraad deze afsprakennota te ondertekenen.
Dit punt werd geagendeerd door Guido Vaganée, fractieleider N-VA:
Ouders van stilgeboren kinderen, waarvan de zwangerschap minder dan 140 dagen duurde, kunnen het heengaan van hun kind op geen enkele manier aangeven en daar zouden wij in Bonheiden graag verandering in zien komen.
De N-VA fractie wil de gemeenteraad dan ook vragen, het college van Burgemeester en Schepenen de opdracht te geven de mogelijkheid te bekijken om een register te openen voor sterrenkinderen. Ouders zouden dan het overlijden van hun sterrenkind officieel kunnen aangeven en hiervoor ook een registratieakte ontvangen. De registratie mag uiteraard geen verplichting zijn en heeft geen verdere juridische gevolgen maar het kan wel een troost betekenen voor rouwende ouders.
Het mislopen van een zwangerschap of het verlies van een pasgeboren kind is voor ouders een zeer pijnlijke ervaring. Wanneer een kind vroegtijdig tijdens de zwangerschap komt te sterven dan heb je als ouder geen troostende herinneringen. Je blijft je je hele leven lang afvragen hoe je zoon of dochter er zou uitgezien hebben op latere leeftijd, wat hij of zij gestudeerd zou hebben, wat zouden zijn of haar talenten geweest zijn, enz…
Er zijn in Vlaanderen al enkele steden en gemeenten die zo’n register hebben ingevoerd. ‘Boven de wolken’, de vereniging die sterrenouders ondersteunt, is zeer positief over de initiatieven die momenteel her en der genomen worden en hoopt dat in de toekomst in heel Vlaanderen sterrenkinderen zullen kunnen worden geregistreerd
Onze gemeente heeft met de materniteit een uitstekende reputatie en kan in samenwerking met het Imeldaziekenhuis een waardige voortrekkersrol vervullen. De N-VA fractie hoopt dan ook dat u allen oren heeft naar ons voorstel en dat Bonheiden alvast een stukje Vlaanderen mag worden waar ouders kunnen rouwen en hun verdriet ook erkend zal worden via het in te voeren register.
De registratie is louter ceremonieel en heeft geen wettelijke of juridische waarde. Via het sterrenregister kunnen we het kindje de gepaste erkenning geven.
Ouders die hun kindje verloren hebben, kunnen onbeperkt in de tijd hun kindje laten registreren. Er zijn verschillende gemeenten die het de voorbije maanden invoerden.
De meerderheidsfracties stellen volgend amendement voor:
Dit amendement wordt met eenparigheid van stemmen goedgekeurd.
Artikel 1 - De gemeenteraad gaat principieel akkoord om een register voor sterrenkinderen te openen.
Artikel 2 - De gemeenteraad geeft aan het college van Burgemeester en schepenen de opdracht de mogelijkheid te bekijken hoe een register te openen voor sterrenkinderen in Bonheiden.
Artikel 3 - Ouders die hun kindje verloren hebben, kunnen onbeperkt in de tijd hun kindje laten registreren.
De voorzitter sluit de zitting op 20/12/2023 om 23:16.
Namens Gemeenteraad,
Ethel Van den Wijngaert
algemeen directeur
Julie De Clerck
voorzitter gemeenteraad