Besluit
Artikel 1 - Stelt het reglement 'Retributie op het parkeren in de blauwe zone vanaf 01/01/2026 tot en met 31/12/2031' vast als volgt:
Artikel 1 - Verleende dienst waarvoor de retributie wordt geheven
De gemeente heft een retributie op het parkeren in de blauwe zone.
Artikel 2 - De periode van heffing
De retributie wordt geheven voor de periode vanaf 01/01/2026 tot en met 31/12/2031.
Artikel 3 - Definities
Voor de toepassing van dit retributiereglement wordt verstaan onder:
- Parkeerschijf: Schijf die op een zichtbare plaats aan de binnenkant van de voorruit van het voertuig wordt aangebracht voor het instellen van de parkeerduurtijd. De parkeerschijf stemt overeen met het model bepaald door de federale overheid.
- Parkeerduurtijd: Is de duurtijd die men mag parkeren indien de parkeerschijf wordt gelegd. Zonder nadere bepaling bedraagt deze 2 uren. Indien deze afwijkt wordt dit kenbaar gemaakt door verkeersborden.
- plaats voor 'kort parkeren': plaats waar een voertuig tijdens de dagen en uren die ter plaatse zijn aangegeven, maximum 30 minuten kan geparkeerd worden zonder gebruik te maken van een parkeerschijf. De controle gebeurt volledig digitaal met een automatische activatie via een sensor. De beschikbare parkeertijd in minuten wordt in groene cijfers aangegeven op een display ter plaatse. Van zodra een voertuig de maximale parkeerduur overschrijdt, wordt de verstreken tijd in rode cijfers aangegeven. Buiten de opgegeven uren en dagen is de normale regeling van een 'blauwe zone' van toepassing.
- Persoon met een handicap: Het statuut van 'persoon met een handicap' wordt beoordeeld op het ogenblik van het parkeren door het aanbrengen op een zichtbare plaats achter de voorruit van het voertuig van de speciale parkeerkaart voor gehandicapten uitgereikt overeenkomstig de modaliteiten bepaald bij Ministerieel Besluit.
- Attest 'inname openbaar domein': Attest afgeleverd door de gemeentediensten aan bestuurders aan wie een vergunning werd afgeleverd voor de inname van het openbaar domein ter gelegenheid van bouwwerken en verbouwingswerken. Dit attest vermeldt de naam en het adres van diegene aan wie de vergunning werd uitgereikt, alsook de periode waarvoor de vergunning werd uitgereikt.
Artikel 4 - De retributieplichtige
De retributie is verschuldigd door de houder van de nummerplaat van het voertuig.
Artikel 5 - Berekeningsgrondslag en tarief
De retributie wordt als volgt vastgesteld:
- Voor parkeren in de blauwe zone met uitzondering van plaatsen 'kort parkeren'
- Maximale toegelaten parkeerduurtijd: gratis
- Voor elke 24 uur volgend op de periode die gratis is: forfaitair bedrag van € 30.
- Indien de parkeerschijf niet zichtbaar achter de voorruit van het voertuig is geplaatst of in geval de gebruiker de pijl niet op het streepje plaatst dat volgt op het tijdstip van aankomst of indien de gebruiker de aanduidingen wijzigt zonder dat het voertuig de parkeerplaats heeft verlaten, wordt de gebruiker steeds geacht te kiezen voor het forfaitair tarief van € 30.
- Voor parkeren in blauwe zone enkel voor plaatsen 'kort parkeren' tijdens dagen en uren ter plaatse aangegeven:
- Voor maximaal 30 minuten toegelaten door verkeersbord E9a met onderborden GVIIc (met opschrift '30 min') en GV (met opschrift 'van maandag tot zaterdag' - 09.00u tot 18.00u): Gratis
- Voor elke 24 uur volgend op de periode die gratis is: forfaitair bedrag van € 30.
De in dit reglement opgenomen bedragen worden jaarlijks, op 1 januari geïndexeerd op basis van de evolutie van de consumptie-index zoals gepubliceerd door de FOD Economie (STATBEL) volgens de volgende formule:
Basisbedrag x Nieuw indexcijfer (november)
----------------------------------------------------- = geïndexeerd bedrag
aanvangsindexcijfer (november 2025)
Waarbij:
- basisbedrag: oorspronkelijk vastgesteld tarief
- aanvangsindexcijfer: consumptie-indexcijfer van de maand november 2025 (basis=2013)
- nieuw indexcijfer: consumptie-indexcijfer van de maand november van het afgelopen jaar (basis=2013)
De aldus bekomen bedragen worden afgerond naar een veelvoud van 10 cent. Dit betekent dat een geïndexeerd bedrag dat eindigt op 1, 2, 3 of 4 cent wordt afgerond naar het lagere veelvoud van 10 cent.
Een geïndexeerd bedrag dat eindigt op 5, 6, 7, 8 of 9 wordt afgerond naar het hogere veelvoud van 10 cent.
Indien de index negatief evolueert, blijven de bedragen op het niveau van het voorgaande jaar.
Artikel 6 - Vrijstellingen en/of verminderingen
Zijn van de retributie vrijgesteld:
- Voor parkeren in de blauwe zone met uitzondering van plaatsen 'kort parkeren':
- Personen met een handicap die de speciale parkeerkaart voor gehandicapten op een zichtbare plaats achter de voorruit van het voertuig hebben geplaatst.
- Bewoners die de door de gemeente uitgereikte officiële bewonerskaart op een zichtbare plaats achter de voorruit van het voertuig hebben geplaatst.
- Bestuurders aan wie een vergunning werd afgeleverd voor de inname van het openbaar domein ter gelegenheid van bouwwerken en verbouwingswerken. Deze vrijstelling wordt beoordeeld op het ogenblik van het parkeren, door het aanbrengen van een attest 'Inname openbaar domein' afgeleverd door de gemeentediensten op een zichtbare plaats achter de voorruit van het voertuig.
- Voor parkeren in blauwe zone enkel voor plaatsen 'kort parkeren' tijdens dagen en uren ter plaatse aangegeven:
- Personen met een handicap die de speciale parkeerkaart voor gehandicapten op een zichtbare plaats achter de voorruit van het voertuig hebben geplaatst.
Artikel 7 - Wijze van inning en betalingstermijn
Bij toepassing van het hierboven vermelde forfait, brengt de aangestelde van de gemeente een uitnodiging om de retributie binnen de vijf dagen te betalen aan op de voorruit van het voertuig.
Bij gebreke aan betaling van de verschuldigde retributie wordt een aanmaningsprocedure opgestart door de aangestelde firma van de concessieovereenkomst. De retributie die niet betaald wordt volgens de richtlijnen vermeld staande op de retributieheffing (afgeleverd door de parkeerwachter op de wagen, of toegestuurd per post) volgt de minnelijke aanmaningsprocedure (hetzij B2B, hetzij B2C), met administratieve kosten ten laste van de wanbetaler:
- T.a.v. ondernemingen
- Eerste betaalherinnering: + € 10,00
- Tweede betaalaanmaning: (€ 10,00) + € 10,00
- Minnelijke aanmaning gerechtsdeurwaarder: tarief burgerlijke en handelszaken K.B. 30-11-1976 (niet limitatief onder andere aanmaning met dreiging – inlichting – postzegel –dossierkost – kostprijs inlichtingen - kwijtings-en inningsrecht)
- T.a.v. consumenten (binnen- en buitenlandse nummerplaathouders) en conform de wetgeving consumentenschulden ( Boek XIX – W.E.R. art 4.2 ea )
- Eerste betaalherinnering : gratis + wettelijke wachtperiode
- Ingebrekestelling door advocaat of gerechtsdeurwaarder met verhoging forfaitaire vergoeding voor de invorderingskosten volgens wettelijk bepaalde plafonds:
- € 20,00 als het verschuldigde saldo lager dan of gelijk is aan € 150,00
- € 30,00 vermeerderd met 10 % van het verschuldigde bedrag op de schijf tussen € 150,01 en € 500,00 als het verschuldigde saldo tussen € 150,01 en € 500,00 is
- € 65,00 vermeerderd met 5 % van het verschuldigde bedrag op de schijf boven € 500,00 met een maximum van € 2.000,00 als het verschuldigde saldo hoger is dan € 500,00
De gevorderde verwijlintresten worden gerekend vanaf de ingebrekestelling op de nog te betalen som tegen de referentie-intrestvoet vermeerderd met acht procentpunten bedoeld in art 5, lid 2 van de Wet van 02/08/2002 betreffende de bestrijding van de betaalachterstand bij handelstransacties (zie ook: Art XIX.4, 1° WER)
Artikel 8 - Inwerkingtreding
Het reglement treedt in werking op 01/01/2026 en vervangt alle voorgaande reglementen, inzake dezelfde materie.
Artikel 2 - Maakt deze beslissing, overeenkomstig artikel 285 en 288 van het Decreet over het lokaal bestuur, binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke website en brengt de toezichthoudende overheid, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur hiervan dezelfde dag op de hoogte.