Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om voor de periode 2026-2031 een retributie te heffen op laadsessies van elektrische voertuigen (EV) aan laadpalen die gekoppeld zijn aan gemeentelijk patrimonium, waarbij de stroom rechtstreeks van het publieke gebouw wordt afgenomen. Voor laadsessies aan een gewone laadpaal wordt een vergoeding van € 0,4235 (€ 0,35/kWh excl. btw) voorgesteld. Voor laadsessies aan een snellaadpaal wordt een vergoeding van € 0,5445 (€ 0,45/kWh excl. btw) voorgesteld. Tevens wordt voorgesteld de bevoegdheid om de tarieven aan te passen binnen de voorwaarden vastgesteld door de gemeenteraad, aan het college van burgemeester en schepenen te delegeren, teneinde sneller te kunnen inspelen op fluctuaties van de elektriciteitsmarkt.
Sinds 01/01/2025 bestaat er een verplichting vanuit de Vlaamse regelgeving, voor de installatie van oplaadpunten op parkeerterreinen van niet voor bewoning bestemde gebouwen met een parkeerterrein met meer dan 20 parkeerplaatsen.
De gemeente beschikt over semi-publieke laadpalen aan gemeentelijk patrimonium, waarbij de stroom rechtstreeks van het publieke gebouw wordt afgenomen. Om deze laadpalen publiek beschikbaar te stellen, heeft het college van burgemeester en schepenen een Charging Point Operator (CPO) aangesteld, die de transacties met de EV-rijders afrekent. Hiertoe dient een tarief voor het gebruik van de afgenomen elektriciteit vastgesteld te worden. Dit bedrag wordt geïnd door de laadpasaanbieders en via de CPO doorgestort aan de gemeente.
Het is gerechtvaardigd een billijke financiële tussenkomst te vragen voor de dienst die de gemeente aanbiedt, gelet op de financiële toestand van het lokaal bestuur en de wettelijke verplichting om een financieel evenwicht te handhaven.
De ontvangst is voorzien in het meerjarenplan 2026-2031: A13.02 Retributie tussenkomst elektriciteit laadpalen.
Financieel advies:
Gunstig visum FA 2025/00316 van Financiele dienst van 30 november 2025
Artikel 1 - Stelt het reglement 'Retributie op het gebruik van gemeentelijke laadpalen vanaf 01/01/2026 tot en met 31/12/2031' vast als volgt:
Artikel 1 - Verleende dienst waarvoor de retributie wordt geheven
De gemeente heft een retributie op laadsessies aan gemeentelijke laadpalen die gekoppeld zijn aan gemeentelijk patrimonium waarbij de stroom rechtstreeks van het publieke gebouw wordt afgenomen.
Artikel 2 - De periode van heffing
De retributie wordt geheven voor de periode vanaf 01/01/2026 tot en met 31/12/2031.
Artikel 3 - De retributieplichtige
De retributie is verschuldigd door de laadpaalbeheerder.
Artikel 4 - Berekeningsgrondslag en tarief
De verschuldigde retributie wordt als volgt vastgesteld:
Deze tarieven zijn exclusief eventuele kosten die aangerekend worden door de laadpasaanbieders aan de afnemer.
Artikel 5 - Wijze van inning en betalingstermijn
Artikel 6 - Machtiging college burgemeester en schepenen tot aanpassing retributietarieven
De bevoegdheid om de retributietarieven te wijzingen wordt aan het college van burgemeester en schepenen gedelegeerd binnen de volgende grenzen:
Artikel 2 - Maakt deze beslissing, overeenkomstig artikel 285 en 288 van het Decreet over het lokaal bestuur, binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke website en brengt de toezichthoudende overheid, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur hiervan dezelfde dag op de hoogte.