De voorzitter opent de zitting op 15/12/2021 om 20:12.
De notulen van de vergadering van de gemeenteraad van 24/11/2021 worden ter goedkeuring voorgelegd.
24/11/2021: Vergadering gemeenteraad waarvan de notulen ter goedkeuring worden voorgelegd.
Enig artikel - Keurt de notulen van de vergadering van de gemeenteraad van 24/11/2021 goed.
In het kader van de bestrijding van het Covid-19-virus nam de burgemeester een beslissing om verdere verspreiding van het virus tegen te gaan.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd navermeld besluit te bekrachtigen:
25/11/2021: Besluit van de burgemeester betreffende de organisatie van vergaderingen van de lokale bestuursorganen.
Gezien de hoogdringendheid en gelet de verstrengde maatregelen betreft het tegengaan van de verspreiding van Covid-19, besliste de burgemeester passende maatregelen te nemen voor de organisatie van de lokale bestuursorganen. Tot nader order zullen de vergaderingen van de gemeenteraad, raad voor maatschappelijk welzijn, de raad van bestuur van het AGBPB en de gemeenteraadscommissies digitaal plaats vinden. Waar verplicht, zullen de vergaderingen middels livestream voor de burgers te volgen zijn.
Enig artikel - Bekrachtigt het besluit van de burgemeester van 25/11/2021 betreffende de organisatie van vergaderingen van de lokale bestuursorganen.
De raad van bestuur van het AGBPB stelde op 15/12/2021 het AGBPB Meerjarenplan 2020-2025, aanpassing 2 vast.
Dit meerjarenplan is onderworpen aan de goedkeuring van de gemeenteraad. Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om AGBPB Meerjarenplan 2020-2025, aanpassing 2 goed te keuren.
De financiële toelagen van de gemeente aan het AGBPB zorgen er voor dat het resultaat op kasbasis en de autofinancieringsmarge positief is, en bedragen:
Artikel 1 – Keurt het AGBPB Meerjarenplan 2020-2025, aanpassing 2 goed zoals gevoegd als bijlage bij dit besluit en met onderstaande schema van de kredieten M3:
Artikel 2 - Maakt de beslissing, overeenkomstig artikel 286 en 287 van het Decreet over het lokaal bestuur, binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke website en brengt de toezichthoudende overheid, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur hiervan dezelfde dag op de hoogte.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd het deel van het Meerjarenplan 2020-2025, aanpassing 3 dat betrekking heeft op het OCMW, goed te keuren. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel (gemeente én OCMW) geacht definitief vastgesteld te zijn.
Art. 257 van het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat minstens een keer per jaar het meerjarenplan aangepast wordt, waarbij in elk geval de kredieten voor het volgende boekjaar worden vastgesteld. Als dat nodig is, kunnen daarbij ook de kredieten voor het lopende boekjaar worden aangepast. Bij elke aanpassing van het meerjarenplan wordt het resultaat van de intussen vastgestelde jaarrekeningen verwerkt. Een aanpassing van het meerjarenplan omvat minstens een aangepaste financiële nota, een toelichting en de eventuele wijzigingen van de strategische nota.
In het Meerjarenplan 2020-2025, aanpassing 3 worden de kredieten van 2021, 2022 alsook 2023-2025 aangepast.De Omzendbrief KB/ABB 2020/3 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.
Het evenwicht van het meerjarenplan blijkt uit twee parameters, meer bepaald het beschikbaar budgettair resultaat en de autofinancieringsmarge.
Artikel 1 - Keurt Meerjarenplan 2020-2025, aanpassing 3/Deel OCMW, zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 15/12/2021 goed.
Artikel 2 - Door deze goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel, zoals hieronder wordt voorgesteld, geacht definitief te zijn:
Artikel 3 - Maakt de beslissing, overeenkomstig artikel 286 en 287 van het Decreet over het lokaal bestuur, binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke website en brengt de toezichthoudende overheid, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur hiervan dezelfde dag op de hoogte.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd het deel van de aanpassing meerjarenplan 3 2020-2025 dat betrekking heeft op de gemeente, vast te stellen;
Art. 257 van het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat minstens een keer per jaar het meerjarenplan aangepast wordt, waarbij in elk geval de kredieten voor het volgende boekjaar worden vastgesteld. Als dat nodig is, kunnen daarbij ook de kredieten voor het lopende boekjaar worden aangepast. Bij elke aanpassing van het meerjarenplan wordt het resultaat van de intussen vastgestelde jaarrekeningen verwerkt. Een aanpassing van het meerjarenplan omvat minstens een aangepaste financiële nota, een toelichting en de eventuele wijzigingen van de strategische nota.
De Omzendbrief KB/ABB 2020/3 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.
De N-VA-fractie wenst dit punt te amenderen als volgt:
"Actiecode A7.3.6. Bonheiden investeert in fietsparkeerinfrastructuur (oa Mobipunten) aan te passen als volgt:
Met 6 stemmen voor (Guido Vaganée, Karolien Huibers, Wim Van der Donckt, Geert Teughels, Karl Theerens en Marcel Claes), 13 stemmen tegen (Frans Uytterhoeven, Luc De Weerdt, Yves Goovaerts, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Eddy Michiels, Hilde Smets, Hilde Schueremans, Daan Versonnen, Bart Vanmarcke, Rudi Withaegels, Pascal Vercammen en Julie De Clerck) en 3 onthoudingen (Jan Fonderie, Barbara Maes en Annick Van den Broeck), wordt dit amendement verworpen.
Vervolgens wenst de N-VA-fractie dit punt te amenderen als volgt:
"Alle budgetten ivm TAAS die zijn opgenomen in deze tabel in mindering te brengen van de uitgaven.
Met 9 stemmen voor (Jan Fonderie, Guido Vaganée, Karolien Huibers, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Geert Teughels, Karl Theerens en Marcel Claes) en 13 stemmen tegen (Frans Uytterhoeven, Luc De Weerdt, Yves Goovaerts, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Eddy Michiels, Hilde Smets, Hilde Schueremans, Daan Versonnen, Bart Vanmarcke, Rudi Withaegels, Pascal Vercammen en Julie De Clerck), wordt dit amendement verworpen.
Het evenwicht van het meerjarenplan blijkt uit twee parameters, meer bepaald het beschikbaar budgettair resultaat en de autofinancieringsmarge.
Artikel 1 – Stelt het deel van de gemeente van het Meerjarenplan 2020-2025, aanpassing 3 vast zoals gevoegd als bijlage bij dit besluit en met onderstaande schema van de kredieten M3:
Artikel 2 - Maakt deze beslissing, overeenkomstig artikel 286 en 287 van het Decreet over het lokaal bestuur, binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke website en brengt de toezichthoudende overheid, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur hiervan dezelfde dag op de hoogte.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om voor de periode 2022-2025 een retributiereglement vast te stellen voor de projecten met ondersteuning van de kwaliteitskamer.
Voor de projecten bedoeld in artikel 2 wordt een tarief van € 3.000,00 voorgesteld.
Ruimtelijke projecten die enige complexiteit vertonen of een impact hebben op de omgeving binnen het grondgebied van de gemeente verdienen de nodige aandacht, ze dragen immers bij aan de ruimtelijke kwaliteit en de identiteit van de gemeente. Het evalueren van deze projecten vereist een grote inzet van de administraties en het bestuur. In die omstandigheden kan de gemeente zich beroepen op de kwaliteitskamer die een onafhankelijk advies kan verstrekken over het project, in zoverre de initiatiefnemer van het project hiermee akkoord gaat. De kosten voor het raadplegen van de kwaliteitskamer inclusief, de voorbereiding, de bespreking en het verslag vallen ten laste van de initiatiefnemer van het project. De multidisciplinaire kwaliteitskamer van IGEMO heeft een expertenpool die het lokale bestuur hierin adviseert en ondersteunt.
29/10/2021: Advies team omgeving.
Ruimtelijke projecten die enige complexiteit vertonen of een impact hebben op de omgeving binnen het grondgebied van de gemeente verdienen de nodige aandacht, ze dragen immers bij aan de ruimtelijke kwaliteit en de identiteit van de gemeente. Het evalueren van deze projecten vereist een grote inzet van de administraties en het bestuur. In die omstandigheden is het aangewezen dat de gemeente zich laat bijstaan door een team van experten, waarmee wordt ingezet op de kwaliteit van het project en de inpasbaarheid in z’n omgeving. In het kader van een dergelijke kwaliteitstoets wordt tevens aandacht besteed aan de impact van het project op het algemeen belang, wat bijdraagt tot een beter draagvlak bij de omwonenden/burgers.
De kwaliteitskamer ad hoK (“huis voor omgevingsKwaliteit”) is een adviescommissie voor ruimtelijke projecten die bestaat uit onafhankelijke, externe deskundigen/experten met bijzondere kennis inzake o.m. architectuur, stedenbouw, ruimtelijke ordening, erfgoed, mobiliteit, milieu en landschap.
Om de kwaliteit en de inpasbaarheid van een project te beoordelen, kan de gemeente aan de initiatiefnemer van een project adviseren om voorafgaandelijk aan het indienen van de aanvraag tot omgevingsvergunning het project voor te leggen aan de kwaliteitskamer. Door de omgevingsdienst van de gemeente kan in geval van akkoord door de initiatiefnemer aan de kwaliteitskamer een advies worden gevraagd.
Voor de aanvrager van de omgevingsvergunning of initiatiefnemer van het project heeft de kwaliteitskamer het voordeel dat er naast een kwaliteitstoets op basis van een externe beoordeling een objectief, deskundig en omstandig gemotiveerd advies wordt opgemaakt en overgemaakt aan de omgevingsdienst van de gemeente. Dit maakt proactieve bijsturing gedurende het ontwerpproces mogelijk en kan het latere vergunningstraject vlotter doen verlopen. Tevens komt dit de transparantie t.a.v. het project en gerichte communicatie tussen alle partijen ten voordele. Het onderwerpen van een project aan het advies van de kwaliteitskamer geeft echter geen garanties op het bekomen van een vergunning.
Met onderhavig retributiereglement wordt een reglementair kader geboden op grond waarvan de kosten voor de organisatie van de kwaliteitskamer en de voorbereiding en bespreking en verslag van het project ten laste van de initiatiefnemer van het project vallen voor het raadplegen van de kwaliteitskamer.
Gemeenten en steden hebben financiële middelen nodig voor hun werking en investeringen in het kader van hun bevoegdheden op vlak van vergunningverlening. In die zin dient de initiatiefnemer of aanvrager van het project voorafgaandelijk en tijdig op de hoogte gebracht te worden door de gemeente en uitdrukkelijk akkoord te gaan met de ondersteuning van de kwaliteitskamer alsook de modaliteiten en vooropgestelde prijs zoals bepaald in onderhavig retributiereglement.
Teneinde een vlotte en kwaliteitsvolle behandeling van het aanvraagdossier te garanderen, dient de initiatiefnemer of aanvrager van het project voorafgaandelijk aan de zitting van de kwaliteitskamer de kosten te betalen en de stukken van het dossier tijdig te bezorgen.
Er is vanaf 2022 in het meerjarenplan een ontvangstenkrediet voorzien van € 9.000,00 op budgetsleutel A28.32/0600-00/7020000.
Artikel 1 - Stelt het retributiereglement voor projecten met ondersteuning van de kwaliteitskamer 2022-2025 vast als volgt:
Artikel 1 - Er is door de natuurlijke persoon of rechtspersoon, die akkoord gaat om een project waarvan hij/zij initiatiefnemer is in de kwaliteitskamer te bespreken, vanaf 01/01/2022 een retributie verschuldigd voor de bespreking van dat project in de kwaliteitskamer.
Artikel 2 - Volgende niet-cumulatieve criteria bepalen of het project onderworpen kan worden aan het advies van de kwaliteitskamer:
Artikel 3 - De retributie is verschuldigd uiterlijk vijf werkdagen voorafgaand aan de bespreking van het project in de kwaliteitskamer.
Artikel 4 - De retributie bedraagt € 3000,00 voor de projecten bedoeld in artikel 2 besproken in de kwaliteitskamer
Artikel 5 - De retributie is niet verschuldigd voor projecten waarvan de stad, de gemeente, het autonoom gemeentebedrijf, het OCMW, de intercommunale waarbij de gemeente is aangesloten, de bouw van sociale huurwoningen door de VMSW en door de haar erkende huisvestingsmaatschappijen en hogere overheden (het Rijk, het Vlaams Gewest en de provincie), de initiatiefnemer van het project is.
Artikel 6 - De retributie wordt door middel van een factuur aan de heffingsplichtige overgemaakt.
Artikel 2 - Maakt deze beslissing, overeenkomstig artikel 286 en 287 van het Decreet over het lokaal bestuur, binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke website en brengt de toezichthoudende overheid, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur hiervan dezelfde dag op de hoogte.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd de gemeentelijke dotatie dienstjaar 2021 van de gemeente Bonheiden voor de politiezone Bodukap te verlagen van € 1.717.203,00 naar € 1.545.714,00. De bijdrage voor de buitengewone dienst blijft ongewijzigd.
Op 07/12/2021 verleende de raad van de politiezone Bodukap zijn principiële goedkeuring aan de begrotingswijziging 1 (gewone dienst) en 2 (buitengewone dienst) 2021.
In de gewone dienst wordt de gemeentelijke bijdrage vanwege Bonheiden verminderd met € 171.489,00.
In de meergemeentenzone wordt de begroting van het lokale politiekorps goedgekeurd door de politieraad, overeenkomstig de door de Koning vastgestelde minimale begrotingsnormen. De begroting van deze politiezone komt ten laste van de verschillende gemeenten van de zone en van de Federale Staat. Wanneer de meergemeentenzone niet over voldoende middelen beschikt om de uitgaven te dekken die voortkomen uit de vervulling van haar opdracht, wordt het verschil gedragen door de gemeenten die er deel van uitmaken.
Elke gemeenteraad van de gemeenten die deel uitmaken van de zone stemt de dotatie die aan het lokaal politiekorps moet worden toegekend en die aan de politiezone wordt gestort.
Bij de bepaling van de gemeentelijke dotatie dienstjaar 2021 werd rekening gehouden met de nieuwe verdeelsleutel, namelijk Bonheiden 21,6%, Duffel 29%, Sint-Katelijne-Waver 28,1% en Putte 21,3%.
De bijdragen van de verschillende gemeenten worden als volgt aangepast:
Gewone dienst:
Buitengewone dienst:
Enig artikel - Verlaagt de gewone dotatie aan de politiezone Bodukap voor het dienstjaar 2021 van € 1.717.203,00 naar € 1.545.714,00. Voor de buitengewone dotatie blijft de bijdrage ongewijzigd.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd de gemeentelijke dotatie dienstjaar 2022 van de gemeente Bonheiden voor de politiezone Bodukap te stemmen.
Op 07/12/2021 stelde de politieraad van de politiezone Bodukap zijn begroting voor het dienstjaar 2022 vast.
In deze begroting is de gemeentelijke toelage voor de gewone dienst voor de gemeente Bonheiden voor het dienstjaar 2022 vastgesteld op € 1.858.505,00 en voor de buitengewone dienst op € 69.120,00.
In de meergemeentenzone wordt de begroting van het lokale politiekorps goedgekeurd door de politieraad, overeenkomstig de door de Koning vastgesteld minimale begrotingsnormen.
De begroting van deze politiezone komt ten laste van de verschillende gemeenten van de zone en van de Federale Staat. Wanneer de meergemeentenzone niet over voldoende middelen beschikt om de uitgaven te dekken die voortkomen uit de vervulling van haar opdracht, wordt het verschil gedragen door de gemeenten die er deel van uitmaken.
Elke gemeenteraad van de gemeenten die deel uitmaken van de zone stemt de dotatie die aan het lokaal politiekorps moet worden toegekend en die aan de politiezone wordt gestort.
Bij de bepaling van de gemeentelijke dotatie dienstjaar 2022 werd er rekening gehouden met de nieuwe verdeelsleutel, namelijk Bonheiden 21,6%, Duffel 29%, Sint-Katelijne-Waver 28,1% en Putte 21,3%.
De bijdragen van de verschillende gemeenten worden als volgt vastgesteld:
• Bonheiden | € 1.858.505,00 |
• Duffel | € 2.495.215,00 |
• Sint-Katelijne-Waver | € 2.417.777,00 |
• Putte | € 1.832.692,00 |
De N-VA-fractie wenst dit punt te amenderen als volgt:
"De actiecode AP 24.A2.2.Bodukap aan te passen als volgt:
Met 6 stemmen voor (Guido Vaganée, Karolien Huibers, Wim Van der Donckt, Geert Teughels, Karl Theerens en Marcel Claes), 13 stemmen tegen (Frans Uytterhoeven, Luc De Weerdt, Yves Goovaerts, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Eddy Michiels, Hilde Smets, Hilde Schueremans, Daan Versonnen, Bart Vanmarcke, Rudi Withaegels, Pascal Vercammen en Julie De Clerck) en 3 onthoudingen (Jan Fonderie, Barbara Maes en Annick Van den Broeck), wordt dit amendement verworpen.
Artikel 1 – Stemt de dotatie die voor het jaar 2022 aan de politiezone Bodukap wordt toegekend als volgt:
Artikel 2 – Zendt dit besluit binnen de 10 dagen digitaal naar de toezichthoudende overheid.
De Intergemeentelijke Omgevingshandhavingscel (verder: IGOHC) werd opgericht door een samenwerkingsovereenkomst tussen IGEMO en een aantal gemeenten om de handhaving inzake ruimtelijke ordening en milieu te optimaliseren. De IGOHC werkte een handhavingsprogramma uit aan de hand van een intergemeentelijk omgevingshandhavingsplan, een samenwerkingsprotocol en een jaarlijks actieplan dat algemene en thematische prioriteiten uiteenzet.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om het Actieplan 2022 goed te keuren.
Een performant vergunningenbeleid kan pas slagen wanneer er ook een handhavingsbeleid tegenover staat. Gelet op het feit dat beperkte middelen en beperkte tijd vragen om een efficiënte en realistische aanpak, wordt gewerkt met een aantal doelstellingen die in het beleidsplan zijn uiteengezet en worden prioriteiten bepaald, waaraan concrete acties worden gekoppeld in het actieplan.
In het actieplan worden de doelstellingen jaarlijks concreet gemaakt, en worden de intergemeentelijke en lokale prioriteiten bepaald.
De prioriteitenbepaling heeft invloed op het handhavingstraject van een dossier. Voor wat ruimtelijke ordening betreft, is de prioriteitenbepaling van cruciaal belang.
Het openbaar ministerie kan namelijk rekening houden met de door de gemeenteraad goedgekeurde prioriteitenbepaling voor de eventuele strafrechtelijke vervolging.
Tevens houdt de afdeling Handhaving van het departement Omgeving voor de bestuurlijke beboeting rekening met de door de gemeenteraad goedgekeurde prioriteiten inzake ruimtelijke ordening.
Dit volgt uit het beleidskader van de Vlaamse Regering van 22/06/2018. Wanneer een bepaalde belangrijke schending voor een lokaal bestuur noch voor het openbaar ministerie noch voor het Vlaams Gewest prioritair is, zal deze door de afdeling Handhaving, wanneer het dossier door het handhavingstraject bij hen is terechtgekomen, niet bestuurlijk worden beboet, behoudens in uitzonderlijke gevallen.
Wanneer daarentegen een lokaal bestuur een door de gemeenteraad goedgekeurde prioriteitenbepaling heeft, houdt de afdeling Handhaving hier rekening mee en kan er bestuurlijk worden beboet.
Algemene prioriteiten (intergemeentelijk):
Naast de prioriteiten de gewestelijke prioriteiten en prioriteiten van het openbaar ministerie vermeld in de Omzendbrief COL 04/2019, kunnen de handhavingsdossiers op grond van de volgende algemene criteria in elk lokaal bestuur dat deel uitmaakt van de IGOHC, prioritair zijn. De volgorde van deze criteria is willekeurig gekozen.
1. De ernst van de schending:
Voor de gemeente Bonheiden waren de thematische prioriteiten voor 2021:
Verder zal de IGOHC in elke gemeente ook een aantal proactieve controles uitvoeren om een ontradend effect te creëren. Voor de gemeente Bonheiden zullen er controles gebeuren rond het niet aanplanten van bomen en groen zoals opgelegd in verleende vergunningen.
Bij het bepalen van de prioritaire acties is het belangrijk dat het bestuur zich de vraag stelt of het voor deze acties ook effectief bereid is om -indien nodig en het dossier dit vereist- verder te gaan in het handhavingstraject wanneer een schending van het prioritair thema zich voordoet (bestuurlijke handhaving, herstelvordering, bestuurlijke beboeting,… indien aan de orde in het dossier).
In het voorgestelde actieplan worden de prioriteiten voor 2022 overgenomen van 2021, maar wordt volgende prioriteit toegevoegd:
Verder wordt ook de prioriteit "niet naleven van bijzondere voorwaarden in omgevingsvergunningen m.b.t. groenaanleg" algemener geformuleerd, zodat deze van toepassing is op alle bijzondere voorwaarden in de omgevingsvergunning:
Enig artikel - Neemt kennis van het Actieplan 2022 van de IGOHC en keurt dit goed.
PIDPA en Aquafin plannen de aanleg van een gescheiden rioleringsstelsel in een aantal straten van de gemeenten Keerbergen en Bonheiden nl.:
Aangezien PIDPA het grootste aandeel heeft, treden ze op als bouwheer. PIDPA stelt voor om voor een eventueel gemeentelijk aandeel in de werken een samenwerkingsovereenkomst met de gemeente af te sluiten.
Het gemeentelijk aandeel zou bestaan uit het herinrichten en/of verfraaien van de wegenis.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld de samenwerkingsovereenkomst voor de gezamenlijke werken goed te keuren waarbij PIDPA zal optreden als opdrachtgevend bestuur voor het gehele project.
In uitvoering van de overeenkomst met PIDPA met betrekking tot de implementatie van project Hidrorio staat deze laatste in voor de aanleg en/of uitbreiding van het
rioleringsstelsel in de gemeente.
In dat kader plant PIDPA samen met Aquafin project K-11-055, weg- en rioleringswerken Rivierenlaan, Dennenlaan, Taboralaan, Raambeeklaan, Watermolenstraat, Kleine Paalstraat en Nieuwe Dreef.
De kosten voor de sleufwerken en het wegherstel worden door PIDPA en Aquafin gedragen.
Als de gemeente opteert voor de totale vernieuwing of verfraaiing van de rijweg waar rioleringsprojecten worden uitgevoerd zijn deze kosten ten laste van de gemeente.
De uitvoering van rioleringswerken in de bovenvermelde straten enerzijds en de heraanleg van het wegdek in de straten waar de riolering wordt aangelegd anderzijds kunnen als afzonderlijke aannemingen worden beschouwd die door verschillende partijen, namelijk PIDPA, Aquafin en de gemeenten, worden uitgevoerd
Overeenkomstig artikel 48 van de Wet van 17/06/2016 inzake overheidsopdrachten kunnen twee of meer aanbestedende overheden overeenkomen om bepaalde specifieke opdrachten gezamenlijk te plaatsen.
De regels van de samenwerking tussen de gemeenten, Aquafin en PIDPA worden in een samenwerkingsovereenkomst vastgelegd.
Het afsluiten van de samenwerkingsovereenkomst op zich heeft geen financiële gevolgen.
Aangezien alle partijen financieel instaan voor hun aandeel in het project moeten in eerste instantie kredieten worden voorzien voor de studieopdracht met betrekking tot het gemeentelijk aandeel en later ook voor de uitvoering ervan.
Artikel 1 - Keurt de samenwerkingsovereenkomst met PIDPA goed voor de projecten K-11-055 “Gemeente Bonheiden en Keerbergen: Weg- en rioleringswerken Rivierenlaan, Dennenlaan, Taboralaan, Raambeeklaan, Watermolenstraat, Kleine Paalstraat en Nieuwe Dreef”, die als bijlage aan dit besluit wordt gehecht.
Artikel 2 - De burgemeester en de algemeen directeur zullen de samenwerkingsovereenkomst namens de gemeente ondertekenen.
Op 27/10/2021 keurde de gemeenteraad de concessieovereenkomst met TAAS (Trajectcontrole as-a-service), goed.
Deze beslissing werd door de gemeenteraad ingetrokken op 17/11/2021.
De algemeen directeur maakte in de notulen van de zitting van de gemeenteraad van 27/10/2021 een kantmelding en brengt de gemeenteraad hiervan op de hoogte.
Het Decreet over het lokaal bestuur, inzonderheid de artikelen 278 en 284.
Enig artikel - Neemt kennis van het aanbrengen van een kantmelding in de notulen van 27/10/2021 door de algemeen directeur naar aanleiding van de intrekking van het besluit "Mobiliteit - Concessieovereenkomst TAAS: Goedkeuring" door de gemeenteraad in zitting van 17/11/2021.
Na overleg wordt punt nr. 12 "Begraafplaatsen - Oplossing dubbele grafzerken: Akkoord", met eenparigheid van stemmen, van de agenda afgevoerd.
Omwille van een dynamisch personeelsbeleid en met het oog op een efficiëntere werking van de diensten van de gemeente en het OCMW wordt voorgesteld het gemeenschappelijk organogram te wijzigen.
Voorstel tot wijziging van het gemeenschappelijk organogram:
1) Opsplitsing afdeling grondgebiedszaken in afdelingen 'Omgeving' en 'Infrastructuur'.
Gevolgen:
Functie 'afdelingshoofd grondgebiedszaken' verdwijnt.
Het betreffende afdelingshoofd wordt afdelingshoofd van de afdeling 'Infrastructuur'.
De afdeling 'Omgeving' heeft voorlopig geen afdelingshoofd. De algemeen directeur neemt deze functie bijkomend waar.
2) Uitbreiding stafdienst secretariaat.
Gevolgen:
Extra functie 'diensthoofd secretariaat/beleidsmedewerker' op A-niveau.
3) Uitbreiding afdeling financiën en IT met een juridische cel.
Gevolgen:
Extra functie 'sanctionerend ambtenaar - jurist' op A-niveau.
Wijziging benaming 'afdeling financiën en IT' naar afdeling 'ondersteuning'.
4) Upgrade binnen afdeling 'Ondersteuning', cel IT.
Gevolgen:
In het organogram verdwijnt de functie 'medewerker It' op D-niveau. Deze functie wordt geüpgrade naar een B-functie, 'diensthoofd IT'.
5) Upgrade binnen afdeling 'Vrije Tijd', cultuurdienst.
Gevolgen:
In het organogram verdwijnt de functie 'administratief medewerker evenementen' op C-niveau. Deze functie wordt geüpgrade naar een B-functie, 'evenementencoördinator'.
6) Verschuiving 'scholen' van stafdiensten naar afdeling 'Mens en Zorg'.
Gevolgen:
De directies van GEBO en GEKKO ressorteren onder het afdelingshoofd Mens en Zorg en niet langer rechtstreeks onder de algemeen directeur.
Zie ook de powerpoint als bijlage.
Het Besluit van de Vlaamse Regering van 07/12/2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid Titel III. De personeelsformatie.
Het Decreet over het lokaal bestuur, inzonderheid de artikelen 32, 50, vijfde lid, 277 en 278,§1.
Visum:
Gunstig visum FA 2021/00232 van Financiele dienst van 06 december 2021
Artikel 1 - Gaat akkoord met volgende wijzigingen aan het gemeenschappelijk organogram:
Opsplitsing afdeling grondgebiedszaken in afdelingen 'Omgeving' en 'Infrastructuur'.
Met volgende gevolgen:
- Functie 'afdelingshoofd grondgebiedszaken' verdwijnt.
- Het betreffende afdelingshoofd wordt afdelingshoofd van de afdeling 'Infrastructuur'.
- De afdeling 'Omgeving' heeft voorlopig geen afdelingshoofd. De algemeen directeur neemt deze functie bijkomend waar.
Uitbreiding stafdienst secretariaat met een contractuele functie 'diensthoofd secretariaat/beleidsmedewerker' op A1-A3 niveau.
Wijziging van benaming afdeling 'financiën en IT' naar afdeling 'Ondersteuning'
Uitbreiding afdeling 'Ondersteuning', juridische cel met een contractuele functie 'sanctionerend ambtenaar - jurist' op A1-A3 niveau.
Verdwijnen van de functie 'medewerker IT' op D1-D3 niveau en upgraden van deze functie naar een contractuele functie op B1-B3 niveau 'diensthoofd IT'.
Verdwijnen van de functie 'administratief medewerker evenementen' op C1-C3 niveau. Deze functie wordt geüpgrade naar een contractuele B1-B3 functie, 'evenementencoördinator'.
Verschuiving van de 'scholen' GEKKO en GEBO naar de afdeling 'Mens en Zorg'.
Het sectoraal akkoord van de publieke sector omvat drie verplichte delen:
- Maaltijdcheques: recurrente verhoging koopkracht met € 100 per VTE
- Recurrente koopkrachtverhoging van € 200 per VTE
- Verhoging minimale bijdragevoet tweede pensioenpijler naar 2,5% voor contractuelen
Voor 2020 werd volgend voorstel uitgewerkt door het managementteam, na onderhandeling met het lokale vakbondsoverleg: verhoging MTC naar €7,50 + éénmalige ecocheque van € 100.
In Bonheiden werd de bijdragevoet van de tweede pensioenpijler voor contractuelen van 2,5% naar 3% opgetrokken en was er dus al voldaan aan deze voorwaarde uit het sectoraal akkoord.
Daarnaast bereikten de sociale partners een akkoord over de vervroegde uitkanteling van de publieke socio-culturele sector uit de VIA-akkoorden, de compensatie aan de lokale besturen voor het personeel dat niet onder het toepassingsgebied van het VIA6-akkoord valt, en de koopkrachtmaatregelen voor deze groep van niet-VIA personeelsleden. Deze maatregel maakt een einde aan de indirecte discriminatie van vorige VIA-akkoorden. Het voelde voor een lokaal bestuur als werkgever immers onrechtvaardig aan om alléén voor VIA-medewerkers een koopkrachtverhoging toe te passen.
Hieruit volgt dat het variabele gedeelte van de eindejaarstoelage van alle personeelsleden van de lokale en provinciale besturen vanaf 2021 verhoogd zal worden van 2,5 % naar 3,6 % van het jaarsalaris.
De rechtspositiebesluiten voor het personeel van de lokale en provinciale besturen zullen overeenkomstig het bovenstaande aangepast worden.
Tot slot bereikten de sociale partners een akkoord over het handhaven van de sociale vrede in de sector van de lokale en provinciale besturen. Van nu af aan zal slechts 1 sectoraal akkoord rond koopkrachtverhoging per bestuursperiode worden onderhandeld.
Voor 2021 en 2022 moet nog worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
Volgend voorstel werd uitgewerkt door het managementteam, na onderhandeling met het lokale vakbondsoverleg:
Hiermee voldoet het lokaal bestuur aan de in het sectoraal akkoord gevraagde koopkrachtverhoging.
Voor 2021 en volgende jaren wordt er geopteerd om deze koopkrachtverhoging om te zetten in ecocheques, onder voorbehoud van wijzigende wetgeving terzake.
Op 01/01/2020 reeds verhoogde het lokaal bestuur Bonheiden de tweede pensioenpijler voor contractuelen van 2,5% naar 3%.
Hiermee voldoet het lokaal bestuur sedert 2020 aan de gevraagde verhoging in het sectoraal akkoord.
Advies van het managementteam: Gunstig.
Advies van de financieel en algemeen directeur: Gunstig.
Sectoraal akkoord publieke sector van 10/04/2020.
In 2020 werden de maaltijdcheques verhoogd van € 6,50 naar € 7,50 en werd er een éénmalige ecocheque van € 100 per voltijds equivalent uitgekeerd. Dit is niet genoeg om te voldoen aan de recurrente koopkrachtverhoging uit het sectoraal akkoord van 10/04/2020 uit de publieke sector die bestaat uit:
De bepalingen van het sectoraal akkoord dienen verplicht ingevoerd te worden bij elk lokaal bestuur. Maaltijdcheques kunnen niet retro-actief gewijzigd worden. Door deze beslissing kan de verhoging ingang vinden vanaf 01/01/2022. Om de koopkrachtverhoging te garanderen is volgend voorstel, goedgekeurd door het managementteam, de algemeen directeur, de financieel directeur en vakbonden, uitgewerkt:
Op 06/12/2021 werd het sectoraal akkoord besproken op het lokale vakbondsoverleg en werd het protocol opgesteld door de gemeente goedgekeurd.
Visum:
Gunstig visum FA 2021/00233 van Financiele dienst van 08 december 2021
Artikel 1 - Besluit het sectoraal akkoord voor de publieke sector te vertalen in:
Om tegemoet te komen aan de koopkrachtverhoging die in 2021 niet gerealiseerd is, wordt dit gecompenseerd door:
Artikel 2 - Besluit de desbetreffende artikelen in de rechtspositieregeling en in het arbeidsreglement in die zin aan te passen.
De voorzitter sluit de zitting op 15/12/2021 om 22:45.
Namens Gemeenteraad,
Ethel Van den Wijngaert
algemeen directeur
Julie De Clerck
voorzitter gemeenteraad