In april 2020 werd het kader voor maatregelen in het flankerend onderwijs aangepast. Er wordt voorgesteld om dit met ingang van 01/09/2022 opnieuw aan te passen en te werken met een enveloppenfinanciering.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd dit nieuwe kader goed te keuren.
Dankzij het flankerend onderwijsbeleid kunnen gemeenten een beleid voeren waarmee ze alle kinderen bereiken die op hun grondgebied school lopen.
Flankerend onderwijsbeleid wordt gedefinieerd als het geheel van acties van een lokaal bestuur om een onderwijsbeleid te ontwikkelen in samenwerking met de lokale actoren en legt een sterke focus op gelijke onderwijskansen.
Het kader werd vastgelegd in het Decreet betreffende het flankerend onderwijsbeleid op lokaal niveau.
Het Decreet bestaat uit twee onderdelen: de sociale voordelen en andere voordelen.
De sociale voordelen hebben een verplichtend karakter. Zodra de gemeente beslist een sociaal voordeel toe te kennen is ze verplicht dit toe te kennen aan al de scholen binnen de gemeente.
De lijst met sociale voordelen is limitatief:
De andere voordelen zijn meer vrijblijvend. Ze moeten pas worden toegekend als de gemeente ze toekent aan één school waarvan zijzelf niet de inrichter is.
Het gemeentebestuur mag ervoor kiezen om dit voordeel als inrichter alleen in de eigen scholen toe te kennen.
In 2006 werd een kader opgemaakt voor ochtend-, middag- en avondtoezicht, dit kader werd met ingang van september 2020 herzien.
Er is echter een grote ongelijkheid tussen de verschillende scholen omtrent het aantal leerlingen per toezichter omdat elke school, ongeacht de grootte, eenzelfde urenpakket krijgt. Bovendien wordt het toezicht momenteel georganiseerd door de gemeente, hierdoor is er niet altijd voldoende voeling met de school en de specifieke cultuur op school.
Om de ongelijkheid tussen de scholen recht te trekken, wordt voorgesteld een budget uit te keren per ingeschreven leerling. Dit budget wordt aan de scholen uitbetaald en er wordt van hen verwacht dat zij - binnen het vooropgestelde kader - toezicht organiseren. Ze kunnen met dit budget zelf eigen accenten leggen.
Om het budget per leerling te bepalen is er gekeken naar de effectieve uitgaven van de voor- en naschoolse opvang in de voorbije schooljaren. Dit budget is evenredig verdeeld over alle leerlingen die school lopen op grondgebied Bonheiden. Zo werd een toelage van € 90 per kind per jaar bekomen voor de organisatie van het ochtend- en avondtoezicht.
Bijkomend wordt er per school een eenmalige subsidie per jaar toegekend voor de aankoop van spelmateriaal. Er zal ook de mogelijkheid worden geboden om deel te nemen aan vormingen georganiseerd door de gemeente.
Aan de voorwaarden wordt weinig gewijzigd. Om in aanmerking te komen voor de subsidies dienen scholen het ochtendtoezicht minimaal één uur aan te bieden en het avondtoezicht minimaal twee uur aan te bieden.
Aan de scholen wordt wel de mogelijkheid gegeven om aan de ouders een financiële tussenkomst te vragen waarbij dezelfde maxima worden gehanteerd als in de erkende buitenschoolse opvang, momenteel bepaald op € 1 per begonnen half uur. We laten de scholen hierin de vrijheid omdat ze zo de mogelijkheid hebben om het aantal leerlingen per begeleider sterk te verminderen en op deze wijze de kwaliteit nog meer te verhogen.
Bij de evaluatie van het huidig kader werd gezien dat de uitbetaling van het middagtoezicht in praktijk anders verloopt dan hoe was opgenomen in het reglement. Het reglement wordt in die zin aangepast.
De regeling omtrent toegang tot het zwembad, leerlingenvervoer van huis naar school en terug en het ter beschikking stellen van de voor het publiek toegankelijke gemeentelijke infrastructuur blijft momenteel behouden.
Gunstig mits aanpassing visum FA 2022/00095 van Johan Muyldermans van 16 mei 2022
Artikel 1 - Heft met ingang van 01/09/2022 volgend besluit op:
Artikel 2 - Stelt met ingang van 01/09/2022 het kader voor maatregelen in het kader van flankerend onderwijsbeleid vast als volgt:
1. VISIE
Het idee achter de reglementering rond de sociale voordelen is dat een lokaal bestuur geen concurrentievoordeel mag creëren ten opzichte van de andere onderwijsnetten door vanuit het gemeentebudget, niet de werkingstoelagen of remgelden, uitsluitend voor de eigen scholen dingen te organiseren en te financieren.
Het gemeentebestuur wilt, binnen de budgettaire mogelijkheden, een beleid voeren waarmee ze alle kinderen bereiken die op hun grondgebied naar school gaan en het onderwijs steunen in zijn maatschappelijk taak om gelijke kansen te creëren.
2. TOEPASSINGSGEBIED
Dit reglement is van toepassing op alle basisscholen van andere schoolbesturen die gelegen zijn op het grondgebied van Bonheiden.
3. BEGRIPPEN EN ALGEMENE PRINCIPES
In dit reglement wordt verstaan onder:
1° Sociale voordelen
Sociale voordelen zijn een onderdeel van het decreet betreffende het flankerend onderwijsbeleid op lokaal niveau van 30/11/2007 en zijn latere wijzigingen.
Het gemeentebestuur is verplicht om dezelfde voordelen toe te kennen aan de scholen van andere schoolbesturen, gelegen op hun grondgebied, als die erom verzoeken. De andere scholen worden pas rechthebbend als zij zich minimaal aan dezelfde voorwaarden houden als door het gemeentebestuur opgelegd aan de eigen scholen.
2° Soorten sociale voordelen
3° Ochtend- en avondtoezicht: is elke vorm van toezicht die voor of na de normale aanwezigheid georganiseerd wordt. De ‘normale aanwezigheid van de leerlingen’ begint een kwartier voor het belsignaal tot een kwartier na het belsignaal. Dit geldt zowel voor ‘s morgens als ‘s avonds. Binnen deze periode vallen de leerlingen onder de hoede van de school.
4° Middagtoezicht: Dit betreft zowel middag-als middagmaaltoezicht gedurende één uur op volledige schooldagen. Woensdagmiddagtoezicht blijft dus buiten de scope van sociaal voordeel.
4. OCHTEND- EN AVONDTOEZICHT
Artikel 1 Voorwaarden
§1 Het toekennen van sociaal voordeel ochtend- en avondtoezicht is van toepassing zolang de gemeente dit sociaal voordeel toekent aan de gemeentescholen rekening houdend met de budgettaire mogelijkheden.
§2 De schoolbesturen die gebruik willen maken van dit sociaal voordeel moeten:
De tarieven volgen vastgelegd in de buitenschoolse kinderopvang, De Wiebelboom, heden bepaald op € 1 per begonnen half uur .
§3 Dit sociaal voordeel heeft enkel betrekking op de (bruto) vergoeding incl. vakantiegeld, eindejaartoelage, fietsvergoeding en maaltijdcheques van de toezichters.
§4 Toezichters worden aangeworven door het schoolbestuur die het voordeel geniet.
Artikel 2 Berekening
§1 Het beschikbare budget van € 90 per leerling per dienstjaar voor ochtend- en avondtoezicht toezicht wordt verdeeld op basis van het leerlingenaantal van de telling van 1 februari van het jaar waarin het sociaal voordeel wordt gerekend.
§2 Het toegekende bedrag mag nooit meer zijn dan de effectieve uitgave aan toezicht. De
financiële dienst kan dit bekijken op basis van loonstaten of onkostennota’s.
§3 De afrekening gebeurt twee keer op een jaar:
§4 De scholen bezorgen ten laatste eind maart een kopie van het document van de Vlaamse overheid waarin vermeld staat hoeveel leerlingen er zijn ingeschreven op 1 februari aan de financiële dienst.
§5 Bijkomend ontvangen de scholen per jaar een budget van € 150 voor spelmateriaal. Dit wordt uitbetaald in december na voorlegging van aankoopbewijzen.
§6 De financiële dienst zorgt voor de uitbetaling na de goedkeuring van het college van burgemeester en schepenen.
5. MIDDAGTOEZICHT
Artikel 3 Voorwaarden
§1 Het toekennen van sociaal voordeel middag toezicht is van toepassing zolang de gemeente dit sociaal voordeel toekent aan de gemeentescholen rekening houdend met de budgettaire mogelijkheden.
§2 Het middagtoezicht gebeurt in de lokalen waar de leerlingen hun middagmaal nuttigen.
§3 Het middagtoezicht is kosteloos voor de ouders.
§4 Het personeel wordt minimaal vergoed ofwel via loonbarema 202 (onderwijs) ofwel niveau C (gemeente)
§5 Dit sociaal voordeel heeft enkel betrekking op de (bruto) vergoeding incl. vakantiegeld, eindejaartoelage, fietsvergoeding en maaltijdcheques van de toezichters.
§6 Toezichters worden aangeworven door het schoolbestuur die het voordeel geniet.
Artikel 4. Berekening
§1 Er wordt een toelage verleend per volledige schijf van 50 leerlingen.
§2 Het aantal rechthebbende leerlingen wordt bepaald op basis van het gemiddelde van tijdens de middagbewaking aanwezige leerlingen tijdens de maanden september, oktober en november. De gemeente doet hiervoor een steekproef.
§3 De vergoeding wordt als volgt berekend:
Minimaal bruto uurloon x aantal toezichters x 160 (dagen) = € …
Het minimaal bruto uurloon is gelijk aan B1 0de jaar anciënniteit of C1 0de jaar anciënniteit
(loonschaal gemeente).
Hiervan wordt het bedrag dat vervat zit in de werkingstoelagen afgetrokken: Aantal leerlingen op 01/02 x bedrag vervat in werkingstoelage € = € X.
§4 Het toegekende bedrag mag nooit meer zijn dan de effectieve uitgave aan toezicht. De personeelsdienst/financiële dienst kan dit bekijken op basis van loonstaten of onkostennota’s.
§5 De afrekening gebeurt in de maand maart van jaar X+1.
§6 De financiële dienst zorgt voor de uitbetaling na de goedkeuring van het college van burgemeester en schepenen.
6. TOEGANG TOT HET ZWEMBAD
Artikel 5. Principe
§1 Dit sociaal voordeel omvat de vergoeding van € 1 voor de toegang tot het zwembad voor de leerlingen lager onderwijs.
§2 De kosten verbonden aan het verstrekken van één schooljaar gratis zwemmen, waar elke leerling lager onderwijs recht op heeft, worden niet als sociaal voordeel beschouwd.
§3 Het busvervoer van en naar het zwemmen valt niet onder toepassing van het sociaal voordeel.
§4 De schoolbesturen die gebruik willen maken van dit sociaal voordeel mogen dit niet door factureren aan de ouders.
§5 Het sociaal voordeel wordt uitgerekend op basis van het reëel aantal kinderen die gezwommen hebben.
§6 De afrekening gebeurt na voorleggen van de facturen en een schrijven tot terugbetaling aan de financiële dienst en dit tenminste jaarlijks in december.
§7 De financiële dienst zorgt voor de uitbetaling na de goedkeuring van het college van burgemeester en schepenen.
7. LEERLINGENVERVOER
Artikel 6. Principe
§1 De gemeente voorziet 2 busritten ’s morgens en ’s avonds op de dagen dat de scholen geopend zijn.
§2 Eén busrit vindt plaats op grondgebied Bonheiden, de andere op grondgebied Rijmenam.
§3 Er wordt door de gemeente 1 toezichter aangesteld per begonnen schijf van 30 leerlingen.
8. OVERGANGSMAATREGELEN
Artikel 7. Datum invoegen.
Het kader treedt in voege op 01/09/2022. Voor artikel 5 geldt volgende overgangsmaatregel: het beschikbare budget wordt per dienstjaar verminderd a rato van 6/10de.
Artikel 3 - Maakt deze beslissing, overeenkomstig artikel 286 en 287 van het Decreet over het lokaal bestuur, binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke website en brengt de toezichthoudende overheid, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur hiervan dezelfde dag op de hoogte.