Terug
Gepubliceerd op 31/10/2023

Notulen  Gemeenteraad

wo 27/09/2023 - 20:00 raadzaal van het gemeentehuis, Jacques Morrensplein 10, 2820 Bonheiden
Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
Lode Van Looy, burgemeester
Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

De voorzitter opent de zitting op 27/09/2023 om 19:33.

  • Openbaar

    • Gemeenteraad - Notulen vergadering 30/08/2023: Goedkeuring

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      De notulen van de vergadering van de gemeenteraad van 30/08/2023 worden ter goedkeuring voorgelegd.

      Voorgeschiedenis

      30/08/2023: Vergadering gemeenteraad waarvan de notulen ter goedkeuring worden voorgelegd.

      Feiten en context
      • De notulen van de vergadering van de gemeenteraad worden onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur opgesteld.
      • Elk gemeenteraadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen van de vorige vergadering.  Als die opmerkingen door de gemeenteraad worden aangenomen, worden de notulen in die zin aangepast.
      • Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen van de vorige vergadering, worden de notulen als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur.
      Juridische grond
      • Het Decreet over het lokaal bestuur, inzonderheid de artikelen 32, 50, vijfde lid, 277 en 278,§1.
      • Het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, inzonderheid Hoofdstuk 7.
      Publieke stemming
      Aanwezig: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, Ethel Van den Wijngaert
      Voorstanders: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      Besluit

      Enig artikel - Keurt de notulen van de vergadering van de gemeenteraad van 30/08/2023 goed.

    • Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden - Toelichting IVAREM door Mieke Van den Brande: Kennisneming

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat er tweemaal per jaar in een openbare zitting van de gemeenteraad een toelichting moet worden gegeven over de uitoefening van de bevoegdheden en taken van de raad van bestuur van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden.

      Aan de gemeenteraad wordt gevraagd kennis te nemen van de toelichting over IVAREM door Mieke Van den Brande.

      Besluit

      Enig artikel - Neemt kennis van de uitoefening van de bevoegdheden en taken van de raad van bestuur van IVAREM.

    • Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden - Toelichting PIDPA door Mieke Van den Brande: Kennisneming

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat er tweemaal per jaar in een openbare zitting van de gemeenteraad een toelichting moet worden gegeven over de uitoefening van de bevoegdheden en taken van de raad van bestuur van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden.

      Aan de gemeenteraad wordt gevraagd kennis te nemen van de toelichting over PIDPA door Mieke Van den Brande.

      Besluit

      Enig artikel - Neemt kennis van de uitoefening van de bevoegdheden en taken van de raad van bestuur van PIDPA.

    • Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden - Toelichting CIPAL door Bart Vanmarcke: Kennisneming

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat er tweemaal per jaar in een openbare zitting van de gemeenteraad een toelichting moet worden gegeven over de uitoefening van de bevoegdheden en taken van de raad van bestuur van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden.

      Aan de gemeenteraad wordt gevraagd kennis te nemen van de toelichting over CIPAL door Bart Vanmarcke.

      Besluit

      Enig artikel - Neemt kennis van de uitoefening van de bevoegdheden en taken van de raad van bestuur van CIPAL.

    • Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden - Toelichting TMVS/CREAT/FARYS door Eddy Michiels: Kennisneming

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat er tweemaal per jaar in een openbare zitting van de gemeenteraad een toelichting moet worden gegeven over de uitoefening van de bevoegdheden en taken van de raad van bestuur van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden.

      Aan de gemeenteraad wordt gevraagd kennis te nemen van de toelichting over TMVS/CREAT/FARYS door Eddy Michiels.

      Besluit

      Enig artikel - Neemt kennis van de uitoefening van de bevoegdheden en taken van de raad van bestuur van TMVS/CREAT/FARYS.

    • Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden - Toelichting IGEMO door Pascal Vercammen: Kennisneming

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat er tweemaal per jaar in een openbare zitting van de gemeenteraad een toelichting moet worden gegeven over de uitoefening van de bevoegdheden en taken van de raad van bestuur van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden.

      Aan de gemeenteraad wordt gevraagd kennis te nemen van de toelichting over IGEMO door Pascal Vercammen.

      Besluit

      Enig artikel - Neemt kennis van de uitoefening van de bevoegdheden en taken van de raad van bestuur van IGEMO.

    • Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden - Toelichting IVERLEK door Pascal Vercammen: Kennisneming

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat er tweemaal per jaar in een openbare zitting van de gemeenteraad een toelichting moet worden gegeven over de uitoefening van de bevoegdheden en taken van de raad van bestuur van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden.

      Aan de gemeenteraad wordt gevraagd kennis te nemen van de toelichting over IVERLEK door Pascal Vercammen.

      Besluit

      Enig artikel - Neemt kennis van de uitoefening van de bevoegdheden en taken van de raad van bestuur van IVERLEK.

    • Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden - Toelichting PONTES door Luc De Weerdt: Kennisneming

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat er tweemaal per jaar in een openbare zitting van de gemeenteraad een toelichting moet worden gegeven over de uitoefening van de bevoegdheden en taken van de raad van bestuur van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden.

      Aan de gemeenteraad wordt gevraagd kennis te nemen van de toelichting over PONTES door Luc De Weerdt.

      Besluit

      Enig artikel - Neemt kennis van de uitoefening van de bevoegdheden en taken van de raad van bestuur van PONTES.

    • Intergemeentelijke samenwerking - Statutenwijziging van de dienstverlenende vereniging CIPAL: Standpuntbepaling

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Op 12/10/2023 vindt er een buitengewone algemene vergadering plaats van de dienstverlenende vereniging CIPAL. De behandeling van de statutenwijziging staat geagendeerd op deze buitengewone algemene vergadering.

      Aangezien de vertegenwoordiger van de gemeente in vergaderingen van deze dienstverlenende vereniging moet handelen volgens de instructies van de gemeenteraad, moet de agenda van deze algemene vergadering vooraf aan de gemeenteraad worden voorgelegd.

      Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld de agenda goed te keuren.

      Voorgeschiedenis
      • 27/02/2019: Besluit van de gemeenteraad houdende aanduiding van Rudi Withaegels als vertegenwoordiger en Bart Vanmarcke als plaatsvervanger voor de huidige legislatuur op de algemene vergaderingen van CIPAL.
      • 29/03/2023: Besluit van de gemeenteraad houdende aanduiding van Bart Vanmarcke als vertegenwoordiger en Pascal Vercammen als plaatsvervanger voor de huidige legislatuur op de algemene vergaderingen van CIPAL.
      • 17/07/2023: Brief van CIPAL houdende de oproeping van de buitengewone algemene vergadering op 12/10/2023 en een statutenwijziging.
      Feiten en context
      • De gemeente Bonheiden is deelnemer aan de dienstverlenende vereniging CIPAL.
      • Op 12/10/2023 om 16.00 u. vindt er digitale buitengewone algemene vergadering plaats. 
      • Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld de agenda goed te keuren.
      Juridische grond
      • Decreet van 06/07/2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, inzonderheid artikel 44.
      • De Omzendbrief BA/2002/01 van 11/01/2002 betreffende de toepassing van het Decreet van 06/07/2001, houdende de intergemeentelijke samenwerking en de Omzendbrief BA 2003/09 betreffende de toepassing van artikel 11 van het Decreet van 06/07/2001, houdende de intergemeentelijke samenwerking.
      • De statuten van de dienstverlenende vereniging CIPAL.
      Argumentatie

      Er zijn geen redenen voorhanden om de goedkeuring van de agendapunten te weigeren.

      Publieke stemming
      Aanwezig: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, Ethel Van den Wijngaert
      Voorstanders: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      Besluit

      Artikel 1 -  Keurt de agenda van de buitengewone algemene vergadering van CIPAL op 12/10/2023 goed als volgt:

      1. Wijziging aan artikel 4 van de statuten (“maatschappelijke doelstellingen”), om er na §1, tweede lid, volgend lid aan toe te voegen: “Daarbij behoren ook volgende verrichtingen: 
        • Alle verrichtingen met betrekking tot de digitale transformatie van lokale overheden, over diverse beleidsdomeinen heen, inclusief adviesverlening, consultancy, begeleiding, ondersteuning, uitbesteding beheer, en zo meer; 
        • De organisatie van raamcontracten waarbij Cipal optreedt als aankoopcentrale zoals voorzien in de Wetgeving overheidsopdrachten; 
        • Het ter beschikking stellen van informatieveiligheidsconsulenten en functionarissen voor gegevensbescherming en het verlenen van advies en ondersteuning rond informatieveiligheid, privacywetgeving, cybersecurity en informatiebeheer; 
        • Het ter beschikking stellen van sanctionerend ambtenaren ter ondersteuning van het lokale handhavingsbeleid (gemeentelijke administratieve sancties) waartoe bij de lokale overheden ook slimme informatie- en communicatietechnologie wordt ingezet; 
        • Het aanbieden als technologische “end-to-end oplossing” van trajectcontroles ter verhoging van de lokale verkeersveiligheid en de verbetering van de lokale verkeersleefbaarheid; 
        • Het aanbieden van datacenter diensten.” 
      2. Wijziging aan artikel 4 van de statuten (“maatschappelijke doelstellingen”), door schrapping van §2. 
      3. Verplaatsing van de zetel naar 2440 Geel, Cipalstraat 3 en bijgevolg wijziging van de eerste zin van artikel 5 van de statuten. 
      4. Wijziging aan artikel 1 van de statuten, om er na de eerste zin volgende zin toe te voegen: “De vereniging kan haar activiteiten ook voeren onder de naam “C-smart”.” 
      5. Wijziging aan artikel 2 van de statuten, om er het eerste lid te vervangen door volgende tekst: “Naast gemeenten kunnen uitsluitend aan de vereniging deelnemen: autonome gemeentebedrijven, openbare centra voor maatschappelijk welzijn en de publiekrechtelijke verenigingen ervan, andere samenwerkingsverbanden, gevormd krachtens deel 3, titel 3 van het Vlaams Decreet van 22 december 2017 over het Lokaal Bestuur (hierna aangeduid als "het decreet"), politiezones, hulpverleningszones, alsook elke andere persoon waarvan de deelname decretaal is toegestaan.” 
      6. Wijziging aan artikel 2 van de statuten, om er het tweede lid te schrappen. 
      7. Wijziging aan artikel 3 van de statuten, om dit artikel te vervangen door volgende tekst: “De vereniging heeft de rechtsvorm van een dienstverlenende vereniging in de zin van artikel 398, §2, 2° van het decreet. Zij is onderworpen aan de bepalingen van het decreet. Voor al wat niet uitdrukkelijk geregeld is door het decreet of deze statuten, zijn de bepalingen van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen die gelden voor de vennootschapsvorm van de coöperatieve vennootschap van toepassing. Overeenkomstig artikel 397 van het decreet is de vereniging een publiekrechtelijke rechtspersoon.” 
      8. Wijziging aan artikel 4bis van de statuten, om er §1 te vervangen door volgende tekst: “§1. De vereniging mag, overeenkomstig artikel 472 van het decreet en met behoud van de toepassing van andere wettelijke of decretale bepalingen, deelnemen in publiekrechtelijke en privaatrechtelijke rechtspersonen die zelf niet de rechtsvorm van de vereniging hebben aangenomen, op voorwaarde dat het maatschappelijk doel van deze rechtspersonen overeenstemt met de eigen doelstellingen en op voorwaarde dat de wetgeving op de overheidsopdrachten waar toepasselijk wordt nageleefd.” 
      9. Wijziging aan de tweede zin van artikel 5 van de statuten om er het woord “hemzelf’ te vervangen door “haarzelf”. 
      10. Wijziging aan artikel 6 van de statuten, om er de laatste zin van het eerste lid te schrappen. 
      11. Wijziging aan artikel 6 van de statuten, om er de laatste zin van het vijfde lid te vervangen door volgende zin: “Artikel 425, vierde en vijfde lid, van het decreet zijn op hen van toepassing.” 
      12. Wijziging aan artikel 6 van de statuten, om er het laatste lid te schrappen. 
      13. Wijziging aan artikel 9 van de statuten, om er in de eerste zin van het tweede lid het woord "kapitaalplaatsing” te vervangen door het woord “inbreng”. 
      14. Wijziging aan artikel 11 van de statuten, om dit artikel te vervangen door volgende tekst: “De vereniging ziet erop toe dat zij over een eigen vermogen beschikt dat, mede gelet op andere financieringsbronnen, toereikend is in het licht van haar bedrijvigheid.” 
      15. Wijziging aan artikel 12 van de statuten, om dit artikel te vervangen door volgende tekst: “Als vergoeding voor de inbreng(en) kunnen aandelen worden uitgegeven. De aandelen hebben een gelijke nominale waarde van honderd vijfentwintig euro per aandeel. De aandelen kunnen niet worden overgedragen zonder de uitdrukkelijke toestemming van de algemene vergadering en slechts onder deelnemers van dezelfde categorie en voor zover dat de overdracht van de aandelen geen afbreuk doet aan de goede uitvoering van de aangegane verbintenissen.” 
      16. Wijziging aan artikel 13, §2, eerste zin van de statuten, om er de woorden “Het maatschappelijk kapitaal” te vervangen door de woorden “De inbreng”. 
      17. Wijziging aan artikel 13, §2, tweede zin van de statuten om er de woorden “in kapitaal” te schrappen. 
      18. Wijziging aan artikel 13, §3 van de statuten, om er de woorden “het kapitaal” te vervangen door de woorden “de inbreng”. 
      19. Wijziging aan artikel 13 van de statuten, om er na §3 volgende paragraaf toe te voegen: “§4. Alle huidige en toekomstige inbrengen worden geboekt op een beschikbare eigen vermogensrekening.” 
      20. Wijziging aan artikel 15, §1, eerste lid van de statuten, om er in de laatste zin de woorden “over het lokaal bestuur” te schrappen. 
      21. Wijziging aan artikel 15, §1 van de statuten, om er het laatste lid te schrappen. 
      22. Wijziging aan artikel 15, §3 van de statuten, om deze te hernummeren tot artikel 15, §2 en in de laatste zin de woorden “over het lokaal bestuur” te schrappen. 
      23. Wijziging aan artikel 13, §4 van de statuten, om deze te hernummeren tot artikel 15, §3. 
      24. Wijziging aan artikel 18 van de statuten, om dit artikel te vervangen door volgende tekst: “De raad van bestuur kiest in zijn schoot een voorzitter en drie ondervoorzitters. De voorzitter en minstens één ondervoorzitter worden gekozen tussen de bestuurders, die tevens gemeenteraadslid, burgemeester of schepen van een aangesloten gemeente zijn. Deze mandaten zijn, behoudens ontslag door de mandataris of herroeping door de raad van bestuur, van dezelfde duur als het mandaat van bestuurder zelf en hernieuwbaar. Indien voortijdig moet worden voorzien in de opvolging van de voorzitter of van een ondervoorzitter, is de duur van het mandaat van de nieuwbenoemde titularis beperkt tot de resterende duur van het mandaat van degene in wiens plaats hij treedt. De raad van bestuur duidt tevens een secretaris aan, die hij buiten zijn schoot mag kiezen.” 
      25. Wijziging aan artikel 20 van de statuten, om er in de tweede zin de woorden “op voordracht van de deelnemende gemeenten benoemde” te schrappen evenals in de derde zin de woorden “de op voordracht van de deelnemende gemeenten” en de woorden “op voordracht van de deelnemende gemeenten benoemde”. 
      26. Wijziging aan artikel 21 van de statuten, om er het eerste en tweede lid van §1 te vervangen door volgende tekst: “§1. De raad van bestuur kan alleen geldig beraadslagen en besluiten wanneer de gewone meerderheid van zijn leden aanwezig of vertegenwoordigd is. Het lid met raadgevende stem in de raad van bestuur telt niet mee voor de berekening van het aanwezigheidsquorum. De besluiten worden genomen bij gewone meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen, onthoudingen niet meegerekend.” 
      27. Wijziging aan artikel 21 van de statuten, om er de eerste zin van paragraaf 2 te vervangen door volgende tekst: “Ieder bestuurder kan aan een ander bestuurder schriftelijk of digitaal volmacht geven om hem te vertegenwoordigen voor een welbepaalde vergadering van de raad van bestuur.” 
      28. Wijziging aan artikel 22 van de statuten, om er in de tweede zin tussen de woorden “aangetekend” en “verzonden” de woorden “of digitaal” in te voegen. 
      29. Wijziging aan artikel 23 van de statuten, om er in §1, eerste lid, na de tweede zin volgende zin toe te voegen: “Met uitzondering van de beslissingen welke wettelijk niet zijn toegestaan, kunnen de bestuurders schriftelijk of digitaal via videoconferentie, conference call of andere telecommunicatiemiddelen alle besluiten nemen die tot de bevoegdheid van de raad van bestuur behoren.” 
      30. Wijziging aan artikel 23 van de statuten, om er de derde paragraaf te vervangen door volgende tekst: “§3. Een lid van de raad van bestuur of een door de raad van bestuur hiertoe gemandateerde brengt minstens tweemaal per jaar, tijdens een openbare vergadering van elk van de deelnemende gemeenten, verslag uit over de uitoefening van de bevoegdheden en taken van de raad, en verstrekt toelichting bij het beleid van de vereniging.” 
      31. Schrapping van de artikelen 25 en 25bis van de statuten en hernummering van de daaropvolgende artikelen. 
      32. Wijziging aan artikel 26 van de statuten, om dit artikel te vervangen voor volgende tekst: “De raad van bestuur stelt overeenkomstig artikel 458 van het decreet de rechtspositieregeling, het arbeidsreglement en de deontologische code op. De rechtspositieregeling, het arbeidsreglement en de deontologische code worden meegedeeld aan alle deelnemers en aan de toezichthoudende overheid. De raad van bestuur is bevoegd voor alle personeelsaangelegenheden, maar kan, met uitzondering van de benoeming en het ontslag van het management en het door de raad van bestuur aangewezen kaderpersoneel, alle aangelegenheden die betrekking hebben op de uitvoering van de rechtspositieregeling, de deontologische code en het arbeidsreglement, in het kader van het individuele personeelsbeheer, verder delegeren.” 
      33. Wijziging aan artikel 26, tweede lid van de statuten, om er het getal “36” te vervangen door het getal “33”. 
      34. Wijziging aan artikel 28 van de statuten, om er in de eerste zin het woord “vennootschap” te vervangen door het woord “vereniging”. 
      35. Schrapping van de artikelen 32 en 33 van de statuten en hernummering van de daaropvolgende artikelen. 
      36. Wijziging aan artikel 35 van de statuten, om er in de laatste zin van het tweede lid het getal “48” te vervangen door het getal “436”. 
      37. Wijziging aan artikel 35 van de statuten, om er het derde lid te vervangen door volgende tekst: “Voor de gemeenten worden de vertegenwoordigers op de algemene vergadering rechtstreeks aangewezen door de gemeenteraden uit hun leden, en voor de overige deelnemers door de organen die, krachtens de wettelijke, reglementaire of statutaire bepalingen, bevoegd zijn tot deelneming of toetreding te beslissen. De gemeenteraad bepaalt het aantal vertegenwoordigers van de gemeenten op de algemene vergadering aan de hand van twee voor alle deelnemende gemeenten op dezelfde wijze geldende criteria, waarbij in gelijke mate rekening gehouden wordt met zowel de omvang van de bevolking volgens de laatst gepubliceerde officiële bevolkingscijfers, als met de inbreng. Iedere gemeente duidt steeds minstens één vertegenwoordiger aan. Desgewenst kan de gemeente overeenkomstig de in de voorgaande alinea bepaalde criteria, bijkomende vertegenwoordigers aanduiden per volledige schijf van twintig procent van respectievelijk haar bevolkingscijfer in verhouding tot het totale bevolkingscijfer van het gemeentelijk ambtsgebied van de vereniging, en haar inbreng in verhouding tot de totale inbreng van de deelnemers in de vereniging. De oproeping voor de algemene vergadering vermeldt voor iedere gemeente de daartoe benodigde cijfergegevens, aan de hand van de laatst gepubliceerde officiële bevolkingscijfers en van de laatst goedgekeurde jaarrekeningen. Desgewenst kan de gemeente ook per vertegenwoordiger één of meer plaatsvervanger(s) met vermelding van hun onderlinge rangorde aanduiden.” 
      38. Wijziging aan artikel 36 van de statuten, om er in §1, derde lid, laatste zin de woorden “het maatschappelijk kapitaal” te vervangen door de woorden “de totale inbreng van de deelnemers in de vereniging” en om er in §1, vierde lid de woorden “het maatschappelijk kapitaal” te vervangen door “de totale inbreng van de deelnemers in de vereniging”. 
      39. Wijziging aan artikel 36 van de statuten, om er in §1, laatste lid het getal “37” te vervangen door het getal “34”. 
      40. Wijziging aan artikel 36 van de statuten, om er in §2, eerste lid, tweede zin de woorden “het maatschappelijk kapitaal” te vervangen door “de totale inbreng van de deelnemers in de vereniging”
      41. Wijziging aan artikel 37 van de statuten, om er in de laatste zin van het tweede lid het getal “37” te vervangen door “34”. 
      42. Wijziging aan artikel 38 van de statuten, om er in de tweede en derde zin telkens de woorden “op voordracht van de deelnemende gemeenten benoemde” te schrappen. 
      43. Wijziging aan artikel 39 van de statuten, om er het derde lid te schrappen. 
      44. Wijziging aan artikel 39 van de statuten, om er in het vierde lid, de eerste zin te vervangen door volgende tekst: “De raad van bestuur kan de deelnemers de mogelijkheid bieden om overeenkomstig artikel 6:75 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen op afstand deel te nemen aan de algemene vergadering door middel van een door de vereniging ter beschikking gesteld elektronisch communicatiemiddel.” 
      45. Wijziging aan artikel 39 van de statuten, om er in het vierde lid, laatste zin de woorden “wetboek van vennootschappen" te vervangen door “Wetboek van vennootschappen en verenigingen”. 
      46. Wijziging aan artikel 39 van de statuten, door toevoeging na het derde lid van volgend lid: “Alvorens de algemene vergadering fysisch bij te wonen, dienen de vertegenwoordigers van de deelnemers de aanwezigheidslijst te tekenen. De aanwezigheidslijst wordt door de stemopnemers echt verklaard en bij de notulen van de vergadering gevoegd. Om de algemene vergadering digitaal bij te wonen, dienen de vertegenwoordigers in het bezit te zijn van inloggegevens die strikt persoonlijk op naam bezorgd worden.” 
      47. Wijziging aan artikel 40 van de statuten, om er in het eerste lid, eerste zin tussen het woord “statuten” en “worden” de woorden “en in de bijlagen” in te voegen. 
      48. Wijziging aan artikel 40 van de statuten, om er in het tweede lid, eerste zin het woord “statutenwijzing” te vervangen door “statutenwijzigingen”. 
      49. Wijziging aan artikel 40 van de statuten, om er in het vijfde lid, de eerste zin te vervangen door volgende tekst: “De wijzigingen worden goedgekeurd door de Vlaamse Regering binnen een termijn van negentig kalenderdagen die ingaat op de dag na de verzending van het verslag naar de toezichthoudende overheid.” 
      50. Wijziging aan artikel 40 van de statuten, om er het zesde lid te vervangen door volgende tekst: “De statutenwijzigingen worden op dezelfde wijze als de oprichtingsakte neergelegd en bekendgemaakt.” 
      51. Wijziging aan artikel 40 van de statuten, om er in het laatste lid, na het woord “verplichting” de woorden “of om het aantal mandaten binnen de vereniging te verminderen” toe te voegen. 
      52. Wijziging aan artikel 42bis van de statuten, om het artikel te vervangen door volgende tekst: “Overeenkomstig artikel 466 van het decreet maakt de voorzitter van de raad van bestuur via de webtoepassing van de vereniging een lijst bekend van de besluiten van de bestuursorganen van de vereniging met een beknopte omschrijving van de daarin geregelde aangelegenheden. Op dezelfde dag als de dag waarop de vereniging de lijst, vermeld in het eerste lid, bekendmaakt op haar webtoepassing, brengt de vereniging de toezichthoudende overheid op de hoogte van de bekendmaking ervan. Overeenkomstig artikel 467 van het decreet maakt de voorzitter van de raad van bestuur de volgende besluiten en de inhoud ervan bekend via de webtoepassing van de vereniging: 1° de besluiten van de vereniging betreffende de rechtspositieregeling van het personeel, vermeld in artikel 25 van de statuten; 2° de voorstellen van de raad van bestuur van de vereniging in verband met het bijzonder plan overeenkomstig artikel 43 van de statuten; 3° de code van goed bestuur, na goedkeuring door de algemene vergadering van de vereniging Op dezelfde dag als de dag waarop de vereniging de lijst, vermeld in het eerste lid, bekendmaakt op haar webtoepassing, brengt de vereniging de toezichthoudende overheid op de hoogte van de bekendmaking ervan.” 
      53. Wijziging aan artikel 44 van de statuten om het laatste lid te vervangen door volgende tekst: “De jaarrekening wordt, binnen een termijn van dertig kalenderdagen na haar goedkeuring door de algemene vergadering, door de raad van bestuur neergelegd bij de Nationale Bank van België.” 
      54. Schrapping van artikel 45 van de statuten en hernummering van de daaropvolgende artikelen. 
      55. Wijziging aan artikel 46 van de statuten, om er §2 te vervangen door volgende tekst: “§2. Overeenkomstig artikel 457 van het decreet roept de raad van bestuur, als het netto actief van de vereniging negatief dreigt te worden of is geworden, de algemene vergadering op om te vergaderen. Die vergadering heeft plaats ten hoogste zestig kalenderdagen na de datum waarop de vermelde toestand is vastgesteld of had moeten worden vastgesteld krachtens de wettelijke of statutaire bepalingen. De algemene vergadering neemt een van de volgende beslissingen: 1° de ontbinding van de vereniging; 2° de invoering van de maatregelen om de continuïteit van de vereniging te vrijwaren, die in de agenda zijn aangekondigd. Tenzij de raad van bestuur de ontbinding van de vereniging voorstelt, zet hij in een bijzonder plan uiteen welke maatregelen hij voorstelt om de continuïteit van de vereniging te vrijwaren. De raad van bestuur verantwoordt zijn voorstellen in dat plan dat uiterlijk drie weken voor de algemene vergadering aan alle deelnemers en aan de toezichthoudende overheid wordt voorgelegd, samen met de oproepingsbrief en alle bijbehorende documenten waaruit de noodzaak van het plan blijkt. De algemene vergadering beslist onder de voorwaarden, vermeld in artikel 427 van het decreet. Als het plan niet of in onvoldoende mate wordt aanvaard, kan artikel 470 van het decreet worden toegepast.” 
      56. Wijziging aan artikel 47 van de statuten, om er §2 te vervangen door volgende tekst: “§2. Bij ontbinding krachtens het voorgaande lid of door het verstrijken van de statutair bepaalde duur die niet verlengd wordt, wijst de algemene vergadering die de ontbinding vaststelt, de vereffenaars aan op dezelfde wijze als bepaald is voor de raad van bestuur. Een beperkt college van vereffenaars kan samengesteld worden. Het totaal aantal leden van dat college bedraagt ten hoogste een derde van dat van de raad van bestuur. De meerderheid komt telkens toe aan de leden die op voordracht van de deelnemende gemeenten zijn benoemd. Alle andere organen vervallen op het ogenblik van ontbinding.” 
      57. Wijziging aan artikel 47 van de statuten, om er in §3, eerste lid het woord “kapitaalinbreng” te vervangen door “inbreng”
      58. Wijziging aan artikel 47 van de statuten, om er in §3, tweede lid, de laatste zin te vervangen door volgende zin: “Het door een deelnemer overgenomen personeel komt, met behoud van zijn geldelijke rechten, terecht in een overgangskader dat uitdovend is.” 
      59. Wijziging aan artikel 47 van de statuten, om er §4 te vervangen door volgende tekst: “§4. De gemeenten hebben een recht van voorkeur bij de overname van de installaties die op hun grondgebied liggen.” 
      60. Wijziging aan artikel 47 van de statuten, om er in §5 het woord “vennoten” te vervangen door “deelnemers” en het woord “vennootschapsvermogen” door “vermogen”. 
      61. Schrapping van “HOOFDSTUK VI. Tijdelijke en overgangsbepalingen”. 
      62. Wijzigingen aan het opschrift van de statuten om deze in overeenstemming te brengen met de genomen besluiten. 
      63. Machten te verlenen tot uitvoering van de genomen besluiten.

      Artikel 2 - Keurt de wijzigingen aan de statuten van CIPAL goed.

      Artikel 3 - Keurt het voorstel tot wijziging aan het opschrift van de statuten van CIPAL om deze in overeenstemming te brengen met de genomen besluiten (agendapunt 62 van de vergadering) goed.

      Artikel 4 - Keurt het voorstel tot het verlenen van machten tot uitvoering van de genomen besluiten (agendapunt 63 van de vergadering) goed.

      Artikel 5 - Verleent aan zijn afgevaardigde(n) in de buitegewone algemene vergadering van 12/10/2023 van de intergemeentelijke vereniging CIPAL het mandaat om te beraadslagen en te beslissen, overeenkomstig voormeld besluit.

      Artikel 4 - Zendt deze beslissing ter kennisgeving aan de dienstverlenende vereniging CIPAL.

    • Intergemeentelijke samenwerking - Afvaardiging in de organen van woonmaatschappij Woonstroom BV: Aanduiding

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      De woonmaatschappij Woonstroom BV vraagt om een effectieve en een plaatsvervangende vertegenwoordiger aan te duiden om deel uit te maken van de toewijzingsraad die de woonmaatschappij zal oprichten binnen het (deel)werkingsgebied Bonheiden, Duffel, Lier en Sint-Katelijne-Waver.

      Voorgeschiedenis
      • 27/10/2021: Besluit van de gemeenteraad houdende de afbakening van werkingsgebieden voor de vorming van de toekomstige woonmaatschappij.
      • 29/06/2022: Verdeling van de stemrechten voor de vorming van de toekomstige woonmaatschappij.
      • 25/08/2023: Mail van woonmaatschappij Woonstroom BV waarin zij vragen een effectieve en een plaatsvervangende vertegenwoordiger aan te duiden om deel uit te maken van de toewijzingsraad, die de woonmaatschappij zal oprichten binnen het (deel)werkingsgebied Bonheiden, Duffel, Lier en Sint-Katelijne-Waver.
      Feiten en context
      • Om een aanpak op maat te realiseren bij de toewijzing van sociale huurwoningen nemen de woonmaatschappijen het initiatief om een toewijzingsraad op te richten. De sociale verhuurders, lokale besturen en relevante welzijnsactoren kunnen op die manier in dialoog gaan met elkaar en afspraken maken, om een geïntegreerd en gedragen toewijzingsbeleid te realiseren.
      • In het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 (BVCW) wordt ruimte gelaten om bij het vastleggen van de toewijzingsregels sociale huur regionale en lokale accenten te leggen. Deze bepalingen worden opgenomen in een toewijzingsreglement. Hierbij wordt een grote rol toebedeeld aan de toewijzingsraad. De toewijzingsraad kan onder bepaalde voorwaarden passende maatregelen uitwerken in een toewijzingsreglement voor het (deel)werkingsgebied van de woonmaatschappij, waarbij wordt afgeweken van de standaardtoewijzingsregels, als de regionale of lokale situatie hierom vraagt. Hierdoor kan maximaal rekening worden gehouden met de specifieke noden.
      • Het BVCW bepaalt dat het in twee gevallen verantwoord is om passende maatregelen uit te werken in een toewijzingsreglement, waar men kan afwijken van de standaardtoewijzingsregels. Een eigen toewijzingsbeleid kan worden ontwikkeld als men rekening wil houden met de langdurige woonbinding van de kandidaat-huurders of met de woonbehoeftigheid van specifieke doelgroepen. De opmaak van een  toewijzingsreglement dient tot stand te komen in nauw overleg met alle relevante lokale huisvestings- en welzijnsactoren. De toewijzingsraad van het (deel)werkingsgebied van de woonmaatschappij speelt hierin de trekkersrol en is verantwoordelijk voor de opmaak van een ontwerp van het toewijzingsreglement. Het BVCW biedt op die manier de kans om een dynamiek te scheppen waarin kan worden gestreefd naar een regionaal gedragen en geïntegreerd toewijzingsbeleid.
      • Alle gemeenten in het (deel)werkingsgebied zijn vertegenwoordigd in de toewijzingsraad. Relevante huisvestings- en welzijnsactoren kunnen zichzelf aanmelden om deel uit te maken van de toewijzingsraad, als ze actief zijn in het (deel)werkingsgebied van de woonmaatschappij. Als er geen consensus is over de samenstelling van de toewijzingsraad, beslist de woonmaatschappij over de samenstelling, waarbij ze rekening houdt met een evenwichtige samenstelling van de toewijzingsraad. De toezichthouder kan optreden wanneer de toewijzingsraad onvoldoende evenwichtig wordt samengesteld.
      • De toewijzingsraad heeft een beleidsmatige opdracht en een operationele opdracht. Dit wordt geregeld in artikel 6.23 van het BVCW.
        • Beleidsmatige opdracht:
          • De toewijzingsraad stelt een ontwerp van toewijzingsreglement op. Hierin kunnen bepalingen over de verstrenging van de langdurige woonbinding en bepalingen voor specifieke doelgroepen worden opgenomen. De leden van de toewijzingsraad streven hierbij naar consensus. Als er geen consensus is, kunnen de deelnemende gemeenten van de toewijzingsraad specifiek voor hun gemeenten over deze bepalingen beslissen.
      • Voor het opnemen van een bepaling over de langdurige woonbinding met het (deel)werkingsgebied is in ieder geval consensus tussen de gemeenten van het (deel)werkingsgebied vereist.
        • Operationele opdracht:
          • De toewijzingsraad staat ook in voor de praktische uitvoering van de regels die betrekking hebben op de versnelde toewijzingen en de toewijzingen aan specifieke doelgroepen. De toewijzingsraad kan afspraken maken over de werkwijze voor de aanmelding en begeleiding van kandidaat-huurders en huurders. Deze afspraken worden opgenomen in het huishoudelijk reglement van de toewijzingsraad.
      • Door het college van burgemeester en schepenen wordt mevr. Hilde Schueremans, schepen, voorgedragen om de gemeente Bonheiden te vertegenwoordigen in de toewijzingsraad. Mevr. Lien Tuymans, afdelingshoofd Mens & Zorg, wordt voorgedragen als plaatsvervangende vertegenwoordiger.
      Juridische grond
      • Het Decreet over het lokaal bestuur.
      • Het besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
      Geheime stemming
      Aanwezig: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, Ethel Van den Wijngaert
      Gestemd: Lode Van Looy, Eddy Michiels, Luc De Weerdt, Rudi Withaegels, Annick Van den Broeck, Yves Goovaerts, Wim Van der Donckt, Marcel Claes, Daan Versonnen, Guido Vaganée, Pascal Vercammen, Jan Fonderie, Hilde De Ruysscher, Geert Teughels, Bart Vanmarcke, Karl Theerens, Julie De Clerck, Mieke Van den Brande, Frans Uytterhoeven, Hilde Smets, Barbara Maes, Sofie Crauwels, Hilde Schueremans
      Stemmen voor: 23
      Stemmen tegen: 0
      Onthoudingen: 0
      Resultaat:

      Geheime stemming over de aanduiding effectieve vertegenwoordiger in de toewijzingsraad van de woonmaatschappij woonstroom bv:

      Stemming 1: Vertegenwoordiger lid toewijzingsraad woonmaatschappij woonstroom bv:

      • met 19 stemmen: Hilde Schueremans; 

      • met 2 stemmen: Daan Versonnen;

      • met 1 stem: Pascal Vercammen;

      • met 1 stem: niet gestemd.

      Stemming 2: Plaatsvervangende vertegenwoordiger lid toewijzingsraad woonmaatschappij woonstroom bv:

      • met 22 stemmen: Lien Tuymans;

      • met 1 stem: niet akkoord.

      Besluit

      Artikel 1 - Duidt Mevr. Hilde Schueremans aan als effectieve vertegenwoordiger om de gemeente Bonheiden te vertegenwoordigen in de toewijzingsraad van de woonmaatschappij binnen het (deel)werkingsgebied Bonheiden, Duffel, Lier en Sint-Katelijne-Waver, bij geheime stemming.

      Artikel 2 - Duidt Mevr. Lien Tuymans aan als plaatsvervangende vertegenwoordiger om de gemeente Bonheiden te vertegenwoordigen in de toewijzingsraad van de woonmaatschappij binnen het (deel)werkingsgebied Bonheiden, Duffel, Lier en Sint-Katelijne-Waver, bij geheime stemming.

    • Gemeenteraad - Beslissing gouverneur van Antwerpen houdende de klacht tegen de besluiten van de gemeenteraad van 21/06/2023 i.v.m. aanpassingen in aanvullend verkeersreglement (1): Kennisneming

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Op 13/07/2023 kreeg het bestuur via het loket van het Agentschap Binnenlands Bestuur, ABB, de melding dat er een klacht was ingediend tegen het besluit van de gemeenteraad van 21/06/2023, houdende de aanpassingen in het aanvullend verkeersreglement.

      Het college van burgemeester en schepenen verzond op 11/08/2023 een antwoord op de klacht. Op 08/09/2023 liet de gouverneur van de provincie Antwerpen in haar antwoord weten dat ze niet zal optreden in dit dossier.

      Aan de gemeenteraad wordt gevraagd kennis te nemen van de beslissingen van de gouverneur van de provincie Antwerpen.

      Voorgeschiedenis
      • 09/07/2023: Er werd een klacht ingediend door enkele burgers bij het Agentschap Binnenlands Bestuur.
      • 13/07/2023: De klacht wordt bezorgd aan het gemeentebestuur met de vraag binnen de 30 dagen een antwoord te geven.
      • 08/08/2023: Besluit van het college van burgemeester en schepenen houdende het antwoord op de klacht.
      • 11/08/2023: Verzending van het antwoord naar het Agentschap Binnenlands Bestuur.
      • 18/08/2023: Het Agentschap Binnenlands Bestuur vraagt per mail om bijkomende informatie.
      • 31/08/2023: Verzending van antwoorden op de bijkomende vragen naar het Agentschap Binnenlands Bestuur.
      • 08/09/2023: Antwoord van de gouverneur van Antwerpen op de klacht.
      Feiten en context

      Op 06/04/2023 kreeg het bestuur via het loket van het Agentschap Binnenlands Bestuur, ABB, een melding dat er een klacht was ingediend tegen de besluiten van de gemeenteraad van 29/03/2023, houdende de vervanging van een raadslid in verschillende samenwerkingsverbanden.

      In de klacht werden de volgende zaken aangehaald:

      • De verzoekers vragen de besluiten van de gemeenteraad van 21/06/2023 inzake ‘mobiliteit – aanvullend verkeersreglement: aanpassingen’, meer bepaald het artikel 1, punt 2, waarbij in artikel 1, A, 2 van het Gemeentelijk Aanvullend Verkeersreglement de woorden ‘Eisenhowerlaan, van einde parking sportvelden naar Oude Kasteellaan’ en ‘Oude Kasteellaan, van Eisenhowerlaan naar Matadilaan’ werden geschrapt, en het negatief standpunt ingenomen omtrent een verzoekschrift i.v.m. de ‘knip’ in de Oude Kasteellaan te Bonheiden te vernietigen, zodat de schrapping van voormelde passages uit het Gemeentelijk Aanvullend Verkeersreglement ongedaan wordt gemaakt.’ De verzoekers menen enerzijds dat de motivering voor deze beslissing ontbreekt en anderzijds dat de beslissing in strijd is met diverse bepalingen. 
      • Tot slot wordt gesteld dat het zorgvuldigheidsbeginsel geschonden wordt.

      De gouverneur van de provincie Antwerpen, mevr. Cathy Berx, schrijft in haar antwoord van 08/09/2023 dat het bestuur wel degelijk zorgvuldig te werk is gegaan bij het doorvoeren van de aanpassingen door onder meer het systematisch verzamelen van gegevens, de standpuntbepalingen in het college van burgemeester en schepenen, het gebruik maken van het advies van de mobiliteitsraad en de besprekingen op de gemeenteraadscommissie. Daarnaast stelt ze geen schending van de motiveringsplicht vast, alsook geen schending van het gemeentelijke mobiliteitsplan.

      Juridische grond

      Het Decreet over het lokaal bestuur.

      Besluit

      Enig artikel - Neemt kennis van het antwoord van de gouverneur van de provincie Antwerpen van 08/09/2023 op de klacht van enkele buurtbewoners tegen het besluit van de gemeenteraad van 21/06/2023, houdende de aanpassingen in het aanvullend verkeersreglement.

    • Gemeenteraad - Beslissing gouverneur van Antwerpen houdende de klacht tegen de besluiten van de gemeenteraad van 21/06/2023 i.v.m. aanpassingen in aanvullend verkeersreglement (2): Kennisneming

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Op 26/07/2023 kreeg het bestuur via het loket van het Agentschap Binnenlands Bestuur, ABB, de melding dat er een klacht was ingediend tegen het besluit van de gemeenteraad van 21/06/2023, houdende de aanpassingen in het aanvullend verkeersreglement.

      Het college van burgemeester en schepenen verzond op 11/08/2023 een antwoord op de klacht. Op 08/09/2023 liet de gouverneur van de provincie Antwerpen in haar antwoord weten dat ze niet zal optreden in dit dossier.

      Aan de gemeenteraad wordt gevraagd kennis te nemen van de beslissingen van de gouverneur van de provincie Antwerpen.

      Voorgeschiedenis
      • 20/07/2023: Er werd een klacht ingediend door de fractie N-VA bij het Agentschap Binnenlands Bestuur.
      • 26/07/2023: De klacht wordt bezorgd aan het gemeentebestuur met de vraag binnen de 30 dagen een antwoord te geven.
      • 08/08/2023: Besluit van het college van burgemeester en schepenen houdende het antwoord op de klacht.
      • 18/08/2023: Het Agentschap Binnenlands Bestuur vraagt per mail om bijkomende informatie.
      • 31/08/2023: Verzending van antwoorden op de bijkomende vragen naar het Agentschap Binnenlands Bestuur.
      • 11/08/2023: Verzending van het antwoord naar het Agentschap Binnenlands Bestuur.
      • 08/09/2023: Antwoord van de gouverneur van Antwerpen op de klacht.
      Feiten en context

      Op 26/08/2023 kreeg het bestuur via het loket van het Agentschap Binnenlands Bestuur, ABB, een melding dat er een klacht was ingediend tegen de besluiten van de gemeenteraad van 21/06/2023, houdende de aanpassingen in het aanvullend verkeersreglement.

      In de klacht werden de volgende zaken aangehaald:

      • De voorgelegde beslissing op de agenda geeft de inhoud en consequenties niet weer van de te nemen beslissingen, waardoor de gemeenteraad en het publiek misleid worden.
      • Er zou geen studie zijn van Studiebureau Mondea, niettegenstaande de schepen zich daar elke vergadering en gemeenteraadraad op beroept.
      • Besluit van het college van burgemeester en schepenen waarin blijkt dat het voorstel van schepen Vanmarcke voor de aanpassing van de circulatie in de Oude Kasteellaan gesteund wordt door het college van burgemeester en schepenen, is niet terug te vinden op datum van 21/06/2023.
      • Op 20/07/2023 zijn de tijdens de gemeenteraad van 21/06/2023 gevraagde documenten nog niet ontvangen.
      • Het gemeentebestuur probeert nu via een beslissing op het agendapunt ”aanpassing aanvullend verkeersreglement” de indruk te wekken dat hiermee de beslissing genomen is tot het aanpassen van de verkeerscirculatie, het wegnemen of uitschakelen van de verkeerslichten in het dorp en het plaatsen van trajectcontroles. Het bestuur heeft zelfs de beslissing van de gemeenteraad op het bewuste agendapunt niet afgewacht voor de uitvoering ervan, wat een gebrek aan respect is voor en een miskenning van de gemeenteraad en de raadsleden.
        • Ten eerste staan deze beslissingen niet geagendeerd in het overzicht van de voorgestelde aanpassingen van het aanvullend verkeersreglement, waardoor de maatregelen onwettelijk zijn.
        • Ten tweede is het nemen van correcte beslissingen zonder het ter beschikking stellen van de relevante cijfers en documenten aan de raadsleden niet mogelijk.
        • Ten derde gaat het bestuur over tot plaatsing van de trajectcontroles en het wegnemen van de circulatiemaatregelen nog voor de gemeenteraad hierover een beslissing heeft genomen.
        • Ten vierde is de beslissing tot aanpassing van het aanvullende verkeersreglement op basis van een niet bestaande studie genomen, waardoor de gemeenteraad bewust is misleid.

      De fractie N-VA vraagt de beslissing van de gemeenteraad te vernietigen, zodat de gemeenteraad in de toekomst met de juiste documenten in alle transparantie een gefundeerde beslissing kan nemen om de verkeersveiligheid en de leefbaarheid te blijven waarborgen in Bonheiden-Rijmenam.

      De gouverneur van de provincie Antwerpen, mevr. Cathy Berx, schrijft in haar antwoord van 08/09/2023 dat er wel degelijk zorgvuldig te werk is gegaan bij het doorvoeren van de aanpassingen. De powerpoint van Mondea was bij het punt gevoegd, en in het besluit werden de wijzigingen duidelijk opgesomd. Ze meldt dat agendering op de gemeenteraad impliceert dat het schepencollege akkoord is. Gegevens zijn systematisch verzameld en er is gebruik gemaakt van advies van de mobiliteitsraad en de besprekingen op de gemeenteraadscommissie.

      De gouverneur wijst er wel op dat, indien de verkeerslichten worden weggenomen of uitgeschakeld, dit tevens opgenomen moet worden in het aanvullend verkeersreglement.

      Juridische grond

      Het Decreet over het lokaal bestuur.

      Besluit

      Enig artikel - Neemt kennis van het antwoord van de gouverneur van de provincie Antwerpen van 08/09/2023 op de klacht van de fractie N-VA m.b.t. het besluit van de gemeenteraad van 21/06/2023, houdende de aanpassingen in het aanvullend verkeersreglement.

    • Financiën - Goedkeuring gouverneur jaarrekening 2022 AGBPB: Kennisneming

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Aan de gemeenteraad wordt gevraagd kennis te nemen van de goedkeuring door de gouverneur van de jaarrekening 2022 AGBPB, die door de raad van bestuur vastgesteld werd op 31/05/2023. In toepassing van artikel 243bis van het Decreet over het lokaal bestuur is er geen gemeentelijk advies nodig, aangezien de gemeenteraad ervoor gekozen heeft om alle leden van de gemeenteraad te benoemen als lid van de raad van bestuur.

      Aan de bestuurders kan pas kwijting worden gegeven na goedkeuring van de rekening door de gouverneur.

      De gouverneur keurde de jaarrekening 2022 goed op 24/08/2023.

      Voorgeschiedenis
      • 08/06/2023: Digitale rapportering.
      • 08/06/2023: Toezending door het autonoom gemeentebedrijf van het dossier aan de gouverneur.
      • 25/08/2023: Mail van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur, Afdeling Lokale Financiën, dat de jaarrekening 2022 van het AGBPB door de gouverneur werd goedgekeurd.
      Feiten en context
      • De gouverneur keurde de jaarrekening 2022 van het AGBPB goed en brengt via het Agentschap voor Binnenlands Bestuur volgende verantwoording ter kennis: Uit het onderzoek van de jaarrekening blijkt niet dat ze onjuist of onvolledig is of dat ze geen waar en getrouw beeld geeft van de financiële toestand.
      • Fasering:
        • 08/06/2023: Digitale rapportering jaarrekening 2022 van het AGBPB en melding van deze publicatie op de gemeentelijke webtoepassing.
        • 24/08/2023: Goedkeuring jaarrekening 2022 van het AGBPB door de gouverneur.
      Juridische grond

       Het Decreet over het lokaal bestuur, inzonderheid art. 332,§1, derde lid dat bepaalt dat het besluit van de gouverneur ter kennis dient gebracht te worden op de eerstvolgende vergadering van de raad.

      Besluit

      Artikel 1 - Neemt kennis van het besluit van de gouverneur van de provincie Antwerpen van 24/08/2023 houdende de goedkeuring van de jaarrekening 2022 van het AGBPB.

      Artikel 2 - Neemt kennis van het feit dat door de goedkeuring van de provinciegouverneur, er kwijting wordt verleend aan de bestuurders van het AGBPB.

    • Openbaar domein/Omgeving - Gedeeltelijke wijziging en opheffing rooilijn omleidingsweg Putsesteenweg i.h.k.v. omgevingsproject OMV_2022099045 'Regularisatie van de doortrekking van R6 - Ring rond Mechelen' (2023/108): Goedkeuring

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Op 19/01/2023 werd door de afdeling Wegen en Verkeer Antwerpen een aanvraag ingediend voor een omgevingsvergunning voor de regularisatie van de doortrekking van R6 - Ring rond Mechelen met als projectnummer omgevingsloket OMV_2022099045 en gemeentelijk projectnummer 2023/108.

      De aanvraag voorziet het plaatselijk wijzigen en opheffen van de rooilijn van de omleidingsweg Putsesteenweg, ter hoogte van de aansluiting van de R6 met de N15 voor het gedeelte op grondgebied Bonheiden.

      Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om, volgens artikel 31 van het Decreet van 25/04/2014 betreffende de omgevingsvergunning, de zogenaamde 'zaak van de wegen', te beslissen over het al dan niet plaatselijk wijzigen en opheffen van de rooilijn van de omleidingsweg Putsesteenweg.

      Voorgeschiedenis
      • 16/12/2010: Stedenbouwkundige vergunning voor de verlenging R6.
      • 01/2012 - 02/2015: Uitvoering van de vergunning.
      • 17/03/2015: Vernietiging van de stedenbouwkundige vergunning voor de verlenging R6 door de Raad voor Vergunningsbetwistingen (RvVb).
      • 25/06/2015: Nieuwe stedenbouwkundige vergunning afgeleverd door het Departement Ruimte Vlaanderen.
      • 27/06/2018: Vernietiging stedenbouwkundige vergunning door RvVb.
      • 26/04/2022: Indiening nieuwe vergunningsaanvraag voor de verlenging R6.
      • 02/05/2022: Adviesvraag van de gewestelijke omgevingsvergunningscommissie aan het college van burgemeester en schepenen.
      • 06/05/2022 - 04/06/2022: Openbaar onderzoek i.h.k.v. de vergunningsaanvraag.
      • 13/07/2022: Intrekking van de aanvraag door de aanvrager.
      • 19/01/2023: Afdeling Wegen en Verkeer Antwerpen dient een nieuwe aanvraag tot omgevingsvergunning in voor de regularisatie van de doortrekking R6 - Ring om Mechelen bij het Departement Omgeving.
      • 05/05/2023: De aanvraag wordt volledig en ontvankelijk verklaard door de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar.
      • 15/05/2023 - 13/06/2023: De organisatie van een openbaar onderzoek.
      • 27/06/2023: Het college van burgemeester en schepenen levert een voorwaardelijk gunstig advies af.
      • 13/07/2023: Indienen van een gewijzigde projectinhoudversie.
      • 18/07/2023: Aanvaarden van de gewijzigde projectinhoudversie.
      • 27/07/2023 - 25/08/2023: Organisatie van een openbaar onderzoek n.a.v. de gewijzigde aanvraag tot omgevingsvergunning.
      • 16/08/2023: Het college van burgemeester en schepenen beoordeelt de gewijzigde aanvraag en levert een voorwaardelijk gunstig advies af.
      Feiten en context
      • Op 19/01/2023 werd door afdeling Wegen en Verkeer Antwerpen een aanvraag ingediend voor een omgevingsvergunning voor de regularisatie van de doortrekking R6 - Ring om Mechelen. De omgevingsvergunningsaanvraag draagt als kenmerk OMV_2022099045 en is gemeentelijk geregistreerd onder het nummer 2023/108. 
      • De aanvraag werd ontvankelijk en volledig verklaard op 05/05/2023 door de vergunningverlenende overheid, waarna de aanvraag onderworpen werd aan een openbaar onderzoek en aan een adviesronde.
      • Uit het openbaar onderzoek en de adviesronde kwamen bepaalde opmerkingen, die vervolgens werden verwerkt in een gewijzigde projectinhoudversie. De gewijzigde projectinhoudversie werd op 13/07/2023 ingediend en op 18/07/2023 aanvaard. Nadien werd er een nieuw openbaar onderzoek georganiseerd van 27/07/2023 tot en met 25/08/2023.
      • De aanvraag voorziet een regularisatie van de doortrekking R6 - Ring om Mechelen. Aan dit omgevingsproject is het plaatselijk wijzigen en opheffen van een aantal bestaande rooilijnen van gemeentewegen voorzien, waaronder de omleidingsweg Putsesteenweg ter hoogte van de rotonde van R6 met N15. Als gevolg van deze plaatselijke wijzigingen van rooilijnen zullen delen van de percelen gelegen Putsesteenweg te 2820 Bonheiden, kadastraal gekend als afdeling 1 sectie A nrs 70D, 78F, 74A, 75D en 75A, in het openbaar domein van deze gemeentewegen opgenomen worden.
      • De geplande infrastructuurwerken omvatten: (her)aanleg van de omleidingsweg Putsesteenweg. De omleidingsweg werd deels verplaatst in functie van de aanleg van de R6 en de rotonde aan de N15. Voor het overige werd de bestaande wegenis heraangelegd.
      • De gemeenteraad heeft op 27/03/2019 en 29/06/2022 gevraagd om de rooilijn van R6 zo te voorzien dat de aanleg van de fietsostrade in de bedding van de R6 mogelijk blijft. De rooilijnplannen van de gewestweg R6 zijn niet vastgesteld en maken ook geen voorwerp uit van deze aanvraag. 
      Openbaar onderzoek
      • De aanvraag doorloopt de gewone procedure. Het openbaar onderzoek werd gestart op 15/05/2023 en eindigde op 13/06/2023. Er werden meerdere bezwaren ingediend tijdens het openbaar onderzoek.
      • Naar aanleiding van de gewijzigde projectinhoudversie werd een tweede openbaar onderzoek georganiseerd van 27/07/2023 tot en met 25/08/2023. Er werden opnieuw meerdere bezwaren ingediend. Al de bezwaren dienen behandeld te worden door de vergunningverlenende overheid.
      Juridische grond
      • Het Decreet over het lokaal bestuur, meer bepaald artikel 2.
      • Het Koninklijk besluit van 28/12/1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen.
      • Het Decreet van 25/04/2014 betreffende de omgevingsvergunning, inzonderheid artikel 15,§1, eerste lid, artikel 17,§4, artikel 23, artikel 30, artikel 31, artikel 32, artikel 65 en artikel 75.
      • Het besluit van de Vlaamse regering van 27/11/2015 tot uitvoering van het Decreet van 25/04/2014 betreffende de omgevingsvergunning, inzonderheid artikel 13, tweede lid (procedure), Titel 3, Hoofdstuk 5 (openbaar onderzoek) en artikel 47 (zaak van de wegen).
      • Het Decreet van 03/05/2019 houdende de gemeentewegen, inzonderheid artikel 3, artikel 4, artikel 8, artikel 10 en artikel 12.
      • De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, inzonderheid op artikel 4.2.1. (vergunningsplichtige handelingen), artikel 4.4.7. (handelingen van algemeen belang) en artikel 4.4.7/1.
      Argumentatie
      • Niemand kan een gemeenteweg aanleggen, wijzigen, verplaatsen of opheffen zonder voorafgaande goedkeuring van de gemeenteraad (artikel 8 van het gemeentewegendecreet).
      • De gemeenten leggen de ligging en de breedte van de gemeentewegen op hun grondgebied vast in gemeentelijke rooilijnplannen, ongeacht de eigenaar van de grond. De gemeentelijke rooilijnplannen komen tot stand op de wijze, vermeld in afdeling 2. De procedure voor het tot stand komen van gemeentelijke rooilijnplannen is ook van toepassing op het wijzigen ervan. De opheffing van een gemeenteweg gebeurt door een besluit tot opheffing van de rooilijn, in voorkomend geval met inbegrip van het daartoe vastgestelde rooilijnplan, op de wijze, vermeld in afdeling 3. (artikel 11 van het gemeentewegendecreet).
      • In afwijking van artikel 11 van het gemeentewegendecreet kan de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg met overeenkomstige toepassing van artikel 31 van het omgevingsvergunningendecreet worden opgenomen in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, voor zover die wijziging past in het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden. Die mogelijkheid geldt voor zover het aanvraagdossier een ontwerp van rooilijnplan bevat, dat voldoet aan de bij en krachtens dit Decreet gestelde eisen op het vlak van de vorm en inhoud van gemeentelijke rooilijnplannen of voor zover het een grafisch plan met aanduiding van de op te heffen rooilijn bevat. (artikel 12, §2 eerste lid van het gemeentewegendecreet).
      • Als de beoogde wijziging, verplaatsing of opheffing betrekking heeft op een gemeentelijk rooilijnplan dat niet in een ruimtelijk uitvoeringsplan is opgenomen, neemt de gemeenteraad eerst een beslissing over het al dan niet wijzigen of opheffen van het gemeentelijk rooilijnplan, alvorens te beslissen over de goedkeuring, vermeld in artikel 31 van het Decreet van 25/04/2014 betreffende de omgevingsvergunning. (artikel 12,§2 tweede lid van het gemeentewegendecreet).
      • De mogelijkheid, vermeld in het eerste lid geldt niet als de beoogde wijziging, verplaatsing of opheffing betrekking heeft op een gemeenteweg, die in een plan van aanleg of ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd is, of op een gemeentelijk rooilijnplan dat in een plan van aanleg of ruimtelijk uitvoeringsplan is opgenomen. In dat geval gelden de procedureregels voor het opstellen van een ruimtelijk uitvoeringsplan. (artikel 12,§2 derde lid van het gemeentewegendecreet).
      • Met betrekking tot de in voormeld omgevingsproject voorgestelde plaatselijke wijziging en opheffing van gemeentewegen werden volgende documenten bij het aanvraagdossier gevoegd:
        • Een ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan 'ROOILIJNPLAN – Gewestweg R6 - deel Putsesteenweg', met de actuele en toekomstige rooilijn van de betrokken gemeentewegen, alsook de op te heffen rooilijn, het op te heffen rooilijnplan of het desbetreffende deel daarvan, de kadastrale vermelding van de sectie, de nummers en de oppervlakte van de getroffen dan wel aanpalende kadastrale percelen en onroerende goederen en de naam van de eigenaars van de getroffen en aanpalende kadastrale percelen en onroerende goederen, volgens kadastrale gegevens of andere gegevens die voor het gemeentebestuur beschikbaar zijn.
      • Bijgevolg is er voldaan aan de bepalingen van artikel 12,§2 van het gemeentewegendecreet en kan de gemeenteraad volgens het tweede lid een beslissing nemen over de goedkeuring, vermeld in artikel 31 van het Decreet van 25/04/2014 betreffende de omgevingsvergunning, de zogenaamde 'zaak van de wegen', voor zover de gemeenteraad eerst een beslissing neemt over het al dan niet wijzigen of opheffen van het gemeentelijk rooilijnplan.
      Financiële gevolgen

      Dit besluit heeft geen financiële gevolgen.

      Publieke stemming
      Aanwezig: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, Ethel Van den Wijngaert
      Voorstanders: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      Besluit

      Enig artikel - Hecht goedkeuring aan de gedeeltelijke wijziging en opheffing van de rooilijn omleidingsweg Putsesteenweg, zoals voorgesteld op het bijgevoegde ontwerp van rooilijnplan 'R6 - ROOILIJNPLAN – 'Putsesteenweg'.

    • Leefmilieu - Beheersoverdracht IVAREM voor de inzameling en verwerking van GFT-afval: Goedkeuring

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Op 26/05/2023 heeft de Vlaamse regering het Lokaal Materialenplan (Uitvoeringsplan huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval 2023-2030) goedgekeurd. Hierin staat een verplichte invoering van inzameling en verwerking van GFT-afval tegen 01/01/2024 (met de mogelijkheid om een gemotiveerde aanvraag tot uitstel in te dienen). De ophaling van GFT-afval valt onder de gemeentelijke zorgplicht. IVAREM biedt de gemeenten de mogelijkheid om een bevoegdheidsoverdracht te verlenen wat betreft het inzamelen, het transport, de voorbehandeling en de verwerking van GFT-afval.

      Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om deze beheersoverdracht te verlenen tot en met 25/04/2039.

      Voorgeschiedenis
      • 25/11/2020: De gemeenteraad keurt de verlenging van de samenwerking tussen de gemeente en IVAREM goed, voor 18 jaar. Deze samenwerkingsovereenkomst loopt tot en met 25/04/2039.
      • 26/05/2023: De Vlaamse regering keurt het Lokaal Materialenplan 2023-2030 goed.
      • 03/07/2023: Mail van IVAREM met de vraag om een eventuele bevoegdheidsoverdracht voor de inzameling en verwerking van GFT-afval te agenderen op de gemeenteraad van september 2023. 
      Feiten en context
      • Begin de jaren ‘90 werd in de IVAREM-regio gestart met selectieve inzamelingen aan huis.
      • In 1992, met het eerste Milieuconvenant tussen het Vlaams Gewest en de gemeenten, kozen de aangesloten gemeenten voor de inzameling van de “droge recycleerbare fractie”. Dat betekende dat er geen GFT zou worden ingezameld (zoals in een GFT-regio), maar droge fracties zoals metalen, papier, karton en plastics. Tegelijkertijd moest het groenafval worden ingezameld op de recyclageparken en het thuiscomposteren worden bevorderd. De huidige IVAREM-regio werd toen een “groenregio”.
      • Sinds die periode organiseert de intercommunale de aankoop van compostvaten en compostbakken voor thuiscomposteren. Bijkomende ondersteuning gebeurt sinds 1997 door compostmeesters, waarvoor de intercommunale de nodige opleidingen organiseert in samenwerking met VLACO, de Vlaamse Compostorganisatie. Het thuiscomposteren blijft een succes bij gezinnen die over de nodige ruimte beschikken.
      • Vanaf 2000 wordt de compostscholenactie intergemeentelijk ondersteund.
      • Op 26/05/2023 heeft de Vlaamse regering het Lokaal Materialenplan (Uitvoeringsplan huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval 2023-2030) goedgekeurd. Met het nieuwe Lokaal Materialenplan (2023-2030) vervalt de opdeling in GFT- en groenregio’s. Dit Lokaal Materialenplan wordt bij de Europese Commissie neergelegd als het afvalbeheerplan en als preventieprogramma, zoals bepaald in artikels 28 en 29 van de Europese kaderrichtlijn afvalstoffen (richtlijn 2008/98/EG -  EU 2018/851). Dit betekent dat het plan moet voldoen aan een reeks voorwaarden van de kaderrichtlijn.
      • Een belangrijk element in de Europese kaderrichtlijn is de verplichting voor de lidstaten om vanaf 01/01/2024 bioafval aan de bron te scheiden. De verplichting voor de burgers en bedrijven wordt verankerd in het Lokaal Materialenplan 2023-2030, en vertaalt dit naar de praktijk wat betreft de implementatie van de selectieve inzameling van het huishoudelijk bioafval door de lokale besturen.
      • Waarom een veralgemeende GFT-inzameling?
        • De basis om de gft-inzameling te veralgemenen ligt bij de goedkeuring van de “European Green Deal”. De European Green Deal is een ambitieus en baanbrekend initiatief van de Europese Unie om de klimaatverandering aan te pakken en Europa te transformeren in een klimaatneutrale en duurzame samenleving. Het doel van de Green Deal is om van Europa tegen 2050 het eerste klimaatneutrale continent ter wereld te maken.
        • De European Green Deal omvat een breed scala aan maatregelen en initiatieven om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen, de biodiversiteit te beschermen, de circulaire economie te bevorderen en de duurzame ontwikkeling te stimuleren. Naast andere belangrijke doelen zal de European Green Deal dus ook de overgang naar een circulaire economie bevorderen, waarbij de nadruk ligt op het verminderen van (rest)afval, hergebruiken en recyclen van grondstoffen.
        • Daarom blijft er een belangrijke focus op selectieve inzamelingen in het Lokaal Materialenplan en verdere inspanningen worden noodzakelijk geacht om de vooropgestelde afvaldoelstellingen, gelinkt aan het Vlaamse energie- en klimaatplan 2021-2030, te bereiken. Studies hebben aangetoond dat een veralgemeende selectieve inzameling van GFT-afval in Vlaanderen in bakken het grootste reductiepotentieel biedt voor het huisvuil. Bovendien kent het inzamelscenario met bakken, gecombineerd met voorvergisting en nacompostering, ook de grootste milieubaat.
      • Beschrijving aanbod IVAREM:
        • IVAREM biedt de gemeenten de mogelijkheid om een bevoegdheidsoverdracht te verlenen wat betreft het inzamelen, het transport, de voorbehandeling en de verwerking van GFT-afval. Gezinnen zullen de kans krijgen om hun GFT-afval aan te bieden. Deze aanbieding van gft-afval is geen verplichting voor de gezinnen. Zij kunnen er ook nog altijd voor opteren om thuis te composteren en/of tuinafval naar het recyclagepark te brengen. Het voorstel bevat standaard een tweewekelijkse inzameling aan huis in containers en/of een inzameling via brengpunten, waar dit aangewezen blijkt. Gezinnen die dit wensen zullen kunnen kiezen tussen 2 formaten van container: 40 l of 140 l.
      • De specifieke en praktische modaliteiten zullen in overleg met alle betrokken gemeenten later bepaald worden.
      Adviezen
      Juridische grond
      • De Europese kaderrichtlijn afvalstoffen (richtlijn 2008/98/EG -  EU 2018/851).
      • Het Materialendecreet van 23/12/2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen, en meer bepaald artikel 26 met betrekking tot de gemeentelijke zorgplicht.
      • Het besluit van de Vlaamse Regering van 17/02/2012 tot vaststelling van het Vlaams Reglement voor het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA).
      • Het Decreet over het lokaal bestuur, en meer bepaald artikels 40-41 (bevoegdheid), artikel 398 (bevoegdheidsoverdracht).
      • Het Lokaal Materialenplan (Uitvoeringsplan huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval 2023-2030), goedgekeurd door de Vlaamse regering op 26/05/2023.
      • De statuten van IVAREM, en meer bepaald artikel 4 dat het maatschappelijk doel van de vereniging bepaalt, en stelt welke bevoegdheden kunnen worden toevertrouwd aan de vereniging met het oog op de realisatie van dit doel door de gemeente. De gemeente kan met een uitdrukkelijke gemeenteraadsbeslissing één of meerdere bevoegdheden verlenen aan de vereniging. Zo ook de bevoegdheid tot “inzameling, transport, voorbehandeling en verwerking” van gft-afval.
      Argumentatie
      • Met de goedkeuring van het Lokaal Materialenplan 2023 – 2030 legde de Vlaamse regering ook de modaliteiten vast waaraan een GFT-inzameling en verwerking moet voldoen. Op basis van deze definitieve modaliteiten kan de intercommunale (na een beheersoverdracht) de zaken definitief uitwerken.
      • Het Lokaal Materialenplan 2023 – 2030 voorziet een verplichte invoering van inzameling en verwerking van GFT-afval tegen 01/01/2024, met de mogelijkheid om een gemotiveerde aanvraag tot uitstel in te dienen. Dit eventuele uitstel kan nooit langer zijn dan 2 jaar.
      • Omwille van praktische zaken (aankoop vrachtwagens, uitzetten van containers, bijkomend personeel, brede communicatiecampagne,...) kan de implementatie in de IVAREM-regio ten vroegste starten in het najaar van 2024. De invoering van de inzameling en verwerking van GFT-afval moet afgerond zijn in de loop van 2025, want ten laatste op 01/01/2026 moet elk gezin de kans krijgen om zijn GFT-afval gescheiden aan te bieden.
      • De officiële vraag tot uitstel moet ten laatste bij OVAM ingediend worden op 01/11/2023. Daarom moet ten laatste op de gemeenteraad van september beslist worden of er een beheersoverdracht aan IVAREM wordt gegeven voor het inzamelen en verwerken van GFT-afval.
      Financiële gevolgen

      IVAREM heeft op basis van een standaard tweewekelijkse inzameling in containers (bakken), waarbij 35 kg per inwoner per jaar aan GFT ingezameld wordt, de totale kostprijs voor de gemeente ingeschat op € 29 per gezin per jaar voor de inzameling en € 98 per ton voor de verwerking van het gft-afval via voorvergisting en nacompostering. De tarieven (contantbelasting) voor de gezinnen zullen in overleg met alle gemeenten voorgesteld worden en ter goedkeuring voorgelegd worden aan de gemeenteraad.

      De Vlaamse overheid adviseert om een financiële aanmoediging te voorzien (verschillend tarief voor huisvuil en GFT-afval) om de gezinnen aan te sporen tot het gescheiden aanbieden van hun GFT-afval.

      Financieel advies:

      Adviezen
      • Gunstig visum FA 2023/00192 van Financiele dienst van 11 september 2023

      Publieke stemming
      Aanwezig: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, Ethel Van den Wijngaert
      Voorstanders: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      Besluit

      Artikel 1 - Gaat akkoord om op 27/09/2023 haar beheersrechten met betrekking tot de opdracht “inzameling, transport, overslag, voorbehandeling en verwerking van GFT-afval” over te dragen aan IVAREM en dit tot en met 25/04/2039.

      Artikel 2 - Verleent aan IVAREM het mandaat om een gemotiveerde aanvraag tot uitstel van de selectieve inzameling en verwerking van GFT-afval in te dienen bij OVAM.

      Artikel 3 - Maakt deze beslissing ter kennisgeving over aan IVAREM.

    • Leefmilieu - Herziening subsidiereglement Klimaatbudget: Vaststelling

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Aan de gemeenteraad wordt gevraagd de aanpassing in het subsidiereglement 'Klimaatbudget', ter bevordering van klimaatacties door inwoners van de gemeente, vast te stellen.

      De wijzigingen werden opgenomen na een evaluatie van de voorbije aanvragen binnen dit reglement en dienen ervoor te zorgen dat de drempel om deze ondersteuning aan te vragen kleiner wordt, zodat het aantal opstartende projecten in aantal kan toenemen en de participatie aan het lokale klimaatbeleid door inwoners en verenigingen kan vergroten.

      Voorgeschiedenis
      • 30/03/2016: De gemeenteraad keurt de deelname aan het Europees burgemeestersconvenant voor klimaat en energie goed.
      • 28/03/2018: De gemeenteraad keurt het klimaatactieplan (SECAP) goed, dat is opgesteld in functie van het Europees burgemeestersconvenant.
      • 09/02/2021: Het college van burgemeester en schepenen geeft een principiële goedkeuring voor het voorstel tot subsidiereglement Klimaatbudget.
      • 10/02/2021: Advies van de milieuraad betreffende het voorstel van het subsidiereglement Klimaatbudget.
      • 31/03/2021: De gemeenteraad stelt het subsidiereglement Klimaatbudget vast.
      Feiten en context
      • De gemeente Bonheiden heeft binnen de burgemeestersconvenant de ambitie om 40% CO2-reductie te realiseren tegen 2030 en de gemeente te wapenen tegen de gevolgen van klimaatsverandering.
      • Binnen het burgemeestersconvenant wordt er een nadruk gelegd op participatie van de inwoners van de gemeente voor het bereiken van deze doelstellingen.
      • Het gemeentelijk subsidiereglement 'Klimaatbudget' wenst inwoners en verenigingen aan te zetten om mee projecten op te starten, die kaderen binnen de doelstellingen van het burgemeestersconvenant. 
      • Tijdens de afgelopen 2 jaar werden een aantal projecten succesvol gerealiseerd binnen dit reglement. Een aantal elementen zorgden echter dat mogelijke aanvragen niet of moeilijk konden gebruikmaken van deze ondersteuning, terwijl de maatschappelijke meerwaarde hier wel duidelijk was. 
      Adviezen
      Juridische grond

      Het Decreet over het lokaal bestuur.

      Argumentatie
      • Bij de ondertekening van het Europees burgemeestersconvenant voor klimaat en energie werd de ambitie gesteld om 40% CO2 te besparen tegen 2030 en de gemeente te wapenen tegen de gevolgen van een wijzigend klimaat. Binnen het klimaatactieplan dat werd opgesteld voor het bereiken van deze doelstellingen werd er conform het convenant aandacht besteed aan de participatie van de bevolking voor het bereiken van deze doelstellingen.
      • Door inwoners de kans te bieden een gemeentelijke ondersteuning te krijgen bij de opstart van een actie die kadert binnen het klimaatactieplan, betrekt de gemeente de inwoners in haar ambities van het burgemeestersconvenant.
      • Binnen dit reglement kunnen inwoners een ondersteuning aanvragen voor projecten die bijdragen aan mitigerende maatregelen of adaptatiemaatregelen. Projecten dienen wel steeds zichtbaar te zijn voor de bevolking en open te staan voor de inwoners van de gemeente.
      • Binnen het oude subsidiereglement werden er twee indienmomenten voorzien. Om projecten mee te kunnen ondersteunen die al klaar staan voor uitwerking, maar waar de middelen ontbreken, wordt ervoor gekozen om binnen het nieuwe reglement niet langer te voorzien in twee vaste indienmomenten, maar projecten de kans te geven om doorlopend tijdens het jaar een aanvraag in te dienen. De nood aan deze doorlopende indieningsperiode bleek in het verleden al noodzakelijk om bepaalde projecten alsnog te kunnen weerhouden voor ondersteuning.
      • Om de ruime bevolking reeds vooraf te betrekken bij deze projecten, werd er voorzien in een burgerjury waarbij de bevolking mee zijn stem kon geven in de beoordeling van de projecten. In het nieuwe reglement wordt er enkel nog gewerkt met een expertenjury om projecten te beoordelen. Door te werken met een doorlopende indieningsperiode is er immers geen vast moment meer waarbij meerdere ingediende projecten kunnen vergeleken worden met elkaar en vervalt dan ook de mogelijkheid om hier op in te zetten. Het geeft ook de mogelijkheid projecten sneller te beoordelen, waardoor de goedkeuring niet in het gedrang komt met de al vooropgestelde planning van het project. Binnen de beoordeling van de jury zal er wel gekeken worden naar het participatieve karakter van het project. 
      • In de meerjarenplanning werden er reeds middelen voorzien voor dit subsidiereglement op de actie van subsidie voor natuur en klimaatprojecten (A7.11.1).
      Financiële gevolgen

      Dit subsidiereglement maakt gebruik van het beschikbare krediet op A7.11.1 Subsidie natuur- en klimaatprojecten.

      Financieel advies:

      Adviezen
      • Gunstig visum FA 2023/00197 van Financiele dienst van 11 september 2023

      Publieke stemming
      Aanwezig: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, Ethel Van den Wijngaert
      Voorstanders: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      Besluit

      Artikel 1 - Wijzigt het Subsidiereglement Klimaatbudget als volgt:

      GEMEENTELIJK SUBSIDIEREGLEMENT KLIMAATBUDGET

      Kader

      De gemeente Bonheiden heeft de ambitie om tegen 2030 een CO2-besparing van 40% te realiseren over het ganse grondgebied. Het ondertekende hiervoor het Europees burgemeestersconvenant en stelde hiervoor een klimaatactieplan op om deze ambities waar te maken.

      Burgers, middenveldorganisaties, scholen, … moeten allemaal samenwerken om deze uitdaging succesvol te realiseren. Veel bewoners bruisen van goede ideeën en slaan zelf al de handen in elkaar om initiatieven op poten te zetten. Zo vormen ze een belangrijke hefboom om het klimaatactieplan van de gemeente Bonheiden te realiseren. Met het subsidiereglement Klimaatbudget nodigt de gemeente haar inwoners, verenigingen en organisaties uit om actief te participeren, projecten in te dienen en uit te voeren opdat Bonheiden op een cocreatieve wijze kan uitgroeien tot een meer duurzame, circulaire en klimaatvriendelijke gemeente.

      Artikel 1. Definities

      • Klimaatactieplan: goedgekeurd beleidsplan met als doel 40% CO2-reductie tegen 2030 op het grondgebied van Bonheiden te behalen en de gemeente weerbaar te maken tegen de effecten van klimaatverandering. Het plan omvat meer dan 100 acties die tot doel hebben deze doelstellingen te bereiken.
      • Projectindiener: natuurlijk persoon, (feitelijke) vereniging of rechtspersoon van de gemeente Bonheiden of met een aantoonbare werking in Bonheiden.
      • Projectverantwoordelijke: natuurlijk persoon aangeduid als verantwoordelijke voor het ingezonden projectvoorstel.
      • Jury: bestaat uit minstens 3 en maximum 5 personen. Deze kunnen zowel gevonden worden in de eigen gemeentelijke organisatie als buiten de organisatie. Leden van de expertenjury mogen geen betrokken partner zijn binnen één van de ingediende projecten.

       Artikel 2. Doelgroep

       De volgende personen en organisaties kunnen een projectvoorstel indienen:

        • Natuurlijke personen gedomicilieerd in Bonheiden. Als de aanvrager minderjarig is moet een ouder of wettelijke vertegenwoordiger het aanvraagformulier ook ondertekenen waardoor deze zich verbindt alle bepalingen van het reglement na te leven en de minderjarige te begeleiden in de loop van de volledige procedure.
        • Feitelijke verenigingen waarvan de verantwoordelijke natuurlijke persoon gedomicilieerd is in Bonheiden en waarbij haar activiteiten plaatsvinden op het grondgebied Bonheiden en gericht zijn aan inwoners van Bonheiden.
        • Rechtspersonen zonder winst als doelstelling die hun maatschappelijke zetel hebben in Bonheiden of een actieve werking kunnen aantonen in Bonheiden en waarbij haar activiteiten plaatsvinden op het grondgebied Bonheiden en gericht zijn aan de inwoners van Bonheiden. 

      Eén persoon, één vereniging of één rechtspersoon kan maximaal één projectvoorstel indienen per lanceringsoproep. Personen die in persoonlijke naam een project indienen, kunnen geen vertegenwoordiger zijn van een feitelijke vereniging of rechtspersoon die een project indienen en omgekeerd. De projectindiener is tegelijk de begunstigde. Kortom, de projectindiener en de begunstigde moeten dezelfde persoon, vereniging of rechtspersoon zijn. 

      Artikel 3. Welke projecten komen in aanmerking?

      Per project kan maximum 1 aanvraag ingediend worden. Alle vernieuwende projectvoorstellen die als hoofddoel hebben bij te dragen aan het klimaatactieplan van de gemeente Bonheiden komen in aanmerking. Projecten kunnen dus zowel bijdragen aan klimaatmitigatie en/of klimaatadaptatie.

      Daarnaast moet ook aan volgende voorwaarden voldaan zijn:

        • Het projectvoorstel heeft een minimale omvang waarbij voor minstens 1.000 euro kosten gemaakt zullen worden die in aanmerking komen om gesubsidieerd te worden via dit reglement.
        • Het projectvoorstel dient het algemeen belang en heeft geen commerciële doelstelling.
        • Het projectvoorstel is gericht aan de inwoners van Bonheiden. Bij voorkeur worden verschillende doelgroepen bereikt en betrokken en gaat het ruimer dan de interne werking van de vereniging.
        • Het projectvoorstel vindt plaats op het grondgebied van Bonheiden.
        • Het projectvoorstel draagt bij aan de realisatie van het klimaatactieplan van Bonheiden.
        • Het projectvoorstel kan door de projectindieners zelf én voldoende autonoom uitgevoerd en gerealiseerd worden op korte termijn (zie artikel 11).
        • Het projectvoorstel valt niet onder de gesubsidieerde reguliere werking van een vereniging of rechtspersoon.
        • Het projectvoorstel heeft geen uitgesproken religieus, filosofisch of politiek karakter.
        • Het projectvoorstel omvat een nieuw project of een project in opstart. Reeds opgestarte projecten die in een ver stadium van uitvoering zitten of reeds afgelopen zijn komen niet in aanmerking. 

      Artikel 4. Vrijblijvende aftoetsing projectidee

      Kandidaat-projectindieners hebben de mogelijkheid om hun projectidee vooraf af te toetsen bij de dienst omgeving van Bonheiden (omgeving@bonheiden.be) om ideeën verder te verfijnen, samen op zoek te gaan naar potentiële partners, de haalbaarheid en uitvoerbaarheid van het projectvoorstel te screenen, … Dit aanbod is geheel vrijblijvend en geen voorafname op de verdere beoordeling van het projectvoorstel.

      Artikel 5. Definitief projectvoorstel

      Het definitieve projectvoorstel moet volledig ingevuld, ondertekend en elektronisch ingediend worden via het E-loket van de gemeente Bonheiden. Er kan op geen enkele andere manier worden deelgenomen. Dit aanvraagformulier is te raadplegen via de website www.bonheiden.be of op te vragen bij de dienst omgeving (omgeving@bonheiden.be).

      Door het indienen van het aanvraagformulier gaat de projectprojectindiener akkoord met de voorwaarden gesteld in het reglement.

      Artikel 6. Beoordeling ontvankelijkheid

      De dienst omgeving kijkt na of de ingediende projecten voldoen aan de ontvankelijkheidscriteria. Dit betekent concreet dat door de dienst omgeving nagekeken wordt of:

        • het aanvraagformulier van het projectvoorstel volledig ingevuld, ondertekend en elektronisch ingediend is.
        • de projectindiener voldoet aan de voorwaarden (Artikel 2).
        • het projectvoorstel niet in strijd is met de vooropgestelde projectvoorwaarden en de thematische afbakening (Artikel 3).
        • het budget van het projectvoorstel de richtlijnen respecteert (Artikel 8). 

      Artikel 7. Jureringsprocedure

      De beoordeling van de ontvankelijk verklaarde projecten gebeurt door een expertenjury

      De expertenjury bestaat uit minstens 3 en maximum 5 onafhankelijke experts die affiniteit hebben met het thema ‘klimaatmitigatie en klimaatadaptatie’. Elke expert evalueert individueel de projectvoorstellen op basis van de onderstaande beoordelingscriteria en geeft elk projectvoorstel een score op 100. Tijdens het jury-overleg bepaalt de jury zijn definitieve score op 100 voor elk projectvoorstel.

      De jury kan de projectindiener uitnodigen voor een gesprek of aanvullende informatie opvragen.

       

      Beoordelingscriterium

      Maximum punten

      1

      IMPACT. In welke mate draagt het projectvoorstel concreet bij aan de realisatie van een klimaatvriendelijke gemeente? In welk mate heeft het project een positieve ecologische en sociale impact?

      25

      2

      REALISEERBAARHEID. In welke mate zijn de doelstellingen, (financiële) middelen, het plan van aanpak (incl. timing) voldoende duidelijk (‘SMART’) omschreven? In welke mate is het project door de projectindieners zelf op voldoende autonome wijze realiseerbaar op korte termijn (artikel 11)?

      20

      3

      DUURZAAMHEID. In welke mate heeft het project een langdurig effect en is het verankerd (aandacht voor continuering, overdracht, inbedding in reguliere werking, overstijgen van ad hoc resultaat)?

      15

      4

      SAMENWERKING & PARTICIPATIE. In welke mate stimuleert het projectvoorstel samenwerking en partnerschappen tussen verschillende organisaties al dan niet over verschillende sectoren heen (ondernemingen, middenveldorganisaties, verenigingen, kennisinstellingen, scholen, buurtcomités, …).

      10

      5

      DRAAGVLAK. In welke mate is het projectvoorstel gedragen in de buurt, wijk of stad.

      10

      6

      VERNIEUWEND KARAKTER. In welke mate is het projectvoorstel vernieuwend en innovatief voor Bonheiden (bv. op het gebied van een product, dienst, partnerschap, bereikte doelgroep, …)?

      5

      7

      MULTIPLICATOREFFECT. In welke mate kan het project overgenomen worden in andere wijken, organisaties, … of uitgebreid worden naar andere doelgroepen? In welke mate is de projectprojectindiener bereid om de opgedane kennis en ervaringen te delen (bv. toonmoment, publicatie, workshop, website, …)?

      5

      8

      KANSENGROEPEN in welke mate heeft het projectvoorstel bijzondere aandacht voor kwetsbare inwoners van de gemeente.

      10

       

      TOTAAL

      100

      Artikel 8. Aangevraagd subsidiebedrag

      Het minimale subsidiebedrag dat aangevraagd kan worden voor een projectvoorstel bedraagt 1.000 euro. Het maximum subsidiebedrag is 5.000 euro. Het aangevraagde subsidiebedrag mag niet hoger zijn dan de geraamde onkosten na aftrek van de geschatte inkomsten.

      Alle directe kosten die noodzakelijk zijn om het project uit te voeren komen in aanmerking voor subsidie (bv. terreinrealisaties, aankopen roerende goederen, communicatie-acties, extern advies, …). Het gaat om kosten die rechtstreeks en uitsluitend gelinkt zijn aan het project en die aangetoond kunnen worden met facturen of onkostennota’s. 

      De volgende kosten zijn uitgesloten van subsidie:

        • Personeelskosten en persoonlijke vergoedingen (bijvoorbeeld vrijwilligersvergoeding).
        • Kosten waarvoor al financiering is voorzien in de meerjarenbegroting van de gemeente Bonheiden.
        • Kosten waarvoor al andere projectsubsidies van de gemeente Bonheiden of andere instanties zijn toegekend.
        • Kosten die reeds gemaakt zijn vóór de subsidietoekenning aan het project.

      Cofinanciering van een projectvoorstel met eigen of andere financiële middelen is toegelaten tenzij de andere subsidie(s) cofinanciering uitsluit(en) én op voorwaarde dat de projectindiener hierover transparant communiceert met de gemeente Bonheiden. Dubbelfinanciering is echter niet toegelaten.

      Artikel 9. Toekenning subsidie

      De projecten ontvangen een ondersteuning voor hun project waarbij de beoordeling van de jury doorslaggevend is in de te ontvangen middelen.

      De maximale ondersteuning voor een project wordt berekend volgens volgende formule:

      (Aangevraagd budget X beoordelingscijfer jury) / 100

      Bij meerdere aanvragen en/of een ontoereikend krediet ontvangen de projecten een ondersteuning waarbij het totale beschikbare budget wordt verdeelt over de verschillende projecten in verhouding tot de maximale ondersteuning die werd toegekend door de jury.

      Het resultaat wordt binnen de 10 werkdagen na bekrachtiging door het college van burgemeester en schepenen meegedeeld aan de projectaanvragers.

      Projectindieners onderschrijven het reglement en leggen zich onvoorwaardelijk neer bij het advies van de jury en het college van burgemeester en schepenen. Tegen deze beslissing is geen beroep mogelijk.

      Artikel 10. Projectopvolging

      De dienst omgeving van de gemeente Bonheiden volgt de concrete uitvoering van het project en de wijze waarop kennis en leerervaringen extern gedeeld worden op. Hiertoe geeft elke projectindiener minstens om de 6 maanden een stand van zaken door, bij voorkeur via e-mail (omgeving@bonheiden.be), maar in onderling overleg kan ook gekozen worden voor een ander medium (bv. fysiek overleg, online meeting, …). De stand van zaken omvat minstens een overzicht van de ondernomen actie(s) en eventuele realisaties. Ook eventuele knelpunten worden opgelijst.

      Daarnaast brengt de projectindiener de dienst omgeving van de gemeente Bonheiden onmiddellijk op de hoogte van belangrijke wijzigingen tijdens de uitvoering van het project.

      Op alle communicatiedragers die gerelateerd zijn aan het project, online en offline wordt het logo van Duurzaam Bonheiden opgenomen en de financiële ondersteuning van de gemeente Bonheiden vermeld. Alle communicatiematerialen worden voor publicatie ter informatie doorgestuurd naar omgeving@bonheiden.be.

      Je nodigt de medewerker van de dienst omgeving uit op elke goedgekeurde activiteit. De medewerker bezoekt bij wijze van steekproef enkele van de goedgekeurde activiteiten. 

      Artikel 11. Uitbetaling, evaluatie en verantwoording

      De uitbetaling van de subsidie gebeurt in één schijf per overschrijving op de post- of bankrekening van de projectindiener, na de beslissing tot toekenning van de subsidie van het college van burgemeester en schepenen.

      Projecten dienen ten laatste 1 jaar na goedkeuring uitgevoerd te zijn. Uiterlijk 30 kalenderdagen later bezorgt de projectindiener aan de dienst omgeving een evaluatieverslag waaraan ook de verantwoordingsstukken (bewijsstukken, facturen en onkostennota’s) worden toegevoegd. Het evaluatieverslag en de bijhorende verantwoordingsstukken worden elektronisch, bij voorkeur in één pdf-bestand, bezorgd (omgeving@bonheiden.be). Een eventuele verlenging van de uitvoeringstermijn van het project is mogelijk mits een onderbouwde motivatie en goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen. Dit verzoek tot verlenging dient overgemaakt te worden aan het gemeentebestuur ten laatste 2 maanden voor afloop van de oorspronkelijke deadline. 

      De gemeente Bonheiden kan het betaalde subsidiebedrag geheel of gedeeltelijk terugvorderen, of in voorkomend geval beslissen tot het niet-uitbetalen of het gedeeltelijk niet uitbetalen van de toegekende subsidie als de projectindiener één of meer afspraken voortvloeiend uit het subsidiereglement niet nakomt. Bijvoorbeeld, 

        • Als de subsidie niet werd aangewend voor het doel waarvoor ze is toegekend
        • Als de subsidie niet volledig gebruikt werd
        • Als de activiteit niet heeft plaatsgevonden
        • Als de verplichte verantwoording niet tijdig werd ingediend

      Indien op een of andere wijze blijkt dat er fraude werd gepleegd, wordt de uitgekeerde subsidie teruggevorderd, en wordt de aanvrager voor 5 jaar uitgesloten van deze subsidie-oproep.

      De gemeente is als subsidieerbare overheid in geen enkel opzicht verantwoordelijk voor de projecten en hun uitvoering, noch voor de eventuele schade die eruit kan voortvloeien.

      Artikel 2 - Maakt dit reglement binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke webtoepassing, overeenkomstig artikelen 286 en 287 van het Decreet over het lokaal bestuur en brengt de toezichthoudende overheid hiervan dezelfde dag op de hoogte, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur.

    • Overheidsopdrachten - Voorwaarden van de overheidsopdracht “Raamovereenkomst betreft het onderhoud & inspectie van de technische installaties van de gebouwen van Bonheiden" en de wijze van gunning: Vaststelling

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      De technische installaties in de gemeentelijke gebouwen vereisen gekwalificeerde technici om het onderhoud en keuringen uit te voeren, alsook de nodige attesten af te leveren. De medewerkers van de technische uitvoeringsdienst zijn niet opgeleid om technische interventies uit te voeren aan deze complexe installaties. Op de markt bestaan bedrijven die zich gespecialiseerd hebben in het onderhoud van zulke installaties. 

      Gezien de gemeente aangesloten is bij een aankoopcentrale die een raamovereenkomst aanbiedt voor deze diensten, stelt de technische dienst voor om van deze mogelijkheid gebruik te maken.

      Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om de plaatsingsprocedure via de aankoopcentrale te laten verlopen door middel van de organisatie van een mini-competitie tussen verschillende aanbieders.

      Raming € 156.756,80 exclusief btw of € 189.675,72 inclusief 21% btw.

      Voorgeschiedenis
      • 31/10/2022: Einddatum raamovereenkomst beheer technische installaties Veolia.
      • 03/01/2023: Bezorgen geüpdatete inventaris huidige toestand technische installaties en aanvraag offerte beheer en/of onderhoud technische installaties: HVAC, elektriciteit en sanitair op web portaal van aankoopcentrale CREAT.
      • 27/04/2023: 1e plaatsbezoeken met de vertegenwoordiger van aankoopcentrale CREAT/Farys in verband met de nazicht inventarisatielijst.
      • 02/05/2023: Ontvangst aangepaste inventaris na het 1e plaatsbezoek.
      • 23/05/2023: Plaatsbezoek met de aanbieders van de mini-competitie.
      • 04/07/2023: Ontvangst resultaat van de marktconsultatie inzake ‘Beheer en/of onderhoud technische installaties: HVAC, elektriciteit en sanitair (en evt. zwembadwaterbehandeling) - september 2021’ via aankoopcentrale CREAT/Farys.
      • 09/08/2023: Mail aan de financieel directeur met de vraag het voorstel van CREAT te overlopen.
      • 23/08/2023: Bespreking met de expert overheidsopdrachten inzake het finaliseren van het dossier.
      • 30/08/2023: Mail met de vraag aan de diensthoofden cultuur en sport om toelating te vragen aan de besturen VZW Berentrode en VZW Krankhoeve voor de coördinatie van het onderhoud van de technische installaties door de gemeente.
      • 30/08/2023: Mail van CREAT met de bevestiging dat de verbintenistermijn verlengd wordt tot 30/10/2023.
      • 05/09/2023: Akkoord en toelating van het vast bureau in het kader van het onderhoud en inspectie van technische installaties van de gebouwen in het beheer van het OCMW.
      • 05/09/2023: Akkoord en toelating van het directiecomité van het AGBPB in het kader van het onderhoud en inspectie van technische installaties van de gebouwen in het beheer van het AGBPB.
      Feiten en context
      • De raamovereenkomst met Veolia inzake beheer technische installaties liep af op 31/10/2022. In tussentijd werd er gewerkt op afroep. 
      • De nood om de onderhouden, keuringen en opmaak van de attesten van de technische installaties te laten uitvoeren door gekwalificeerde technici is hoog. 
      • Gezien er in verschillende gebouwen sinds de opmaak van de vorige raamovereenkomst zaken zijn gewijzigd of toegevoegd, diende de inventaris in detail geüpdatet te worden.
      • De gemeente is aangesloten bij aankoopcentrale CREAT/Farys. Deze partij biedt de mogelijkheid om de aanbestedingsprocedure via een mini-competitie voor de gemeente te organiseren.   
      • De raming bedraagt € 156.756,80 exclusief btw of € 189.675,72 inclusief 21% btw.
      • Dit bedrag omvat de totale geraamde kostprijs voor een periode van 4 jaar voor het technische onderhoud aan de gebouwen van de gemeente en het OCMW.
      • De gebouwen de Splinter en de Sportkeet, die nog in aanbouw zijn, zitten hier niet mee in vervat. Deze kunnen na voltooiing van deze gebouwen toegevoegd worden aan het raamcontract.
      Adviezen
      Juridische grond
      • De Wet van 29/07/1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen.
      • Het Decreet van 26/03/2004 betreffende de openbaarheid van bestuur.
      • Het Gemeentedecreet van 15/07/2005, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht.
      • Het Gemeentedecreet van 15/07/2005, inzonderheid artikel 57, betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen.
      • Het Koninklijk Besluit van 14/01/2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten.
      • De Wet van 17/06/2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies.
      • De Wet van 17/06/2016 inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 47, §2 (aankoopcentrale).
      • Het Koninklijk Besluit van 18/04/2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, inzonderheid artikel 90 1°.
      Argumentatie

      Wanneer een aanbestedende overheid een beroep doet op een aankoopcentrale, met het oog op het verwerven van diensten, is zij vrijgesteld van de verplichting om zelf een plaatsingsprocedure te organiseren. 

      Anderzijds dient de gemeenteraad akkoord te gaan met het feit dat het onderhoud en de controle van onze technische installaties door derden wordt uitgevoerd. 

      Financiële gevolgen

      Financieel advies:

      Adviezen
      • Gunstig visum FA 2023/00200 van Financiele dienst van 12 september 2023

      Publieke stemming
      Aanwezig: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, Ethel Van den Wijngaert
      Voorstanders: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      Besluit

      Artikel 1 - Gaat akkoord dat het onderhoud en de controle van de technische installaties van de gebouwen door derden wordt uitgevoerd met een bijhorende raming van € 156.756,80 exclusief btw of € 189.675,72 inclusief 21% btw.

      Artikel 2 - Laat de plaatsingsprocedure verlopen via de aankoopcentrale CREAT/Farys.

    • Overheidsopdrachten - Voorwaarden van de overheidsopdracht "Herstellen en verhogen kerkhofmuur Sint-Martinus" en de wijze van gunning: Vaststelling

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Bij de rioleringswerken in Rijmenam centrum was een deel van de kerkhofmuur op Sint-Maartensberg ingestort.

      Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld de overheidsopdracht "Herstelling kerkhofmuur" op te starten en de voorwaarden van de overheidsopdracht en de wijze van gunning vast te stellen.

      • Wat de voorwaarden van de overheidsopdracht betreft: Herstelling kerkhofmuur.
      • Wat de wijze van gunning betreft: Openbare procedure.

      Raming: € 219.041,57 excl. btw of € 265.040,30 incl. 21% btw.

      Voorgeschiedenis
      • 08/06/2021: Brief van het agentschap Onroerend Erfgoed houdende de goedkeuring van het beheersplan voor Sint-Martinuskerkhof.
      • 21/06/2023: Preadvies van het Agentschap Onroerend Erfgoed. 
      • 01/09/2023: Ontvangst restauratiebestek "Herstelling kerkhofmuur", opgesteld door Sweco Belgium.
      Feiten en context

      De muur van het kerkhof rond de Sint-Martinuskerk te Rijmenam werd zwaar beschadigd tijdens de herinrichtingswerken van het centrum van Rijmenam. De kerkhofmuur is samen met het kerkhof opgenomen als beschermd erfgoed. Om verdere schade aan de muur en de graven te voorkomen, werd een tijdelijke stutting met houten palen geplaatst. De muur moet nog definitief hersteld worden. De muur is een onderdeel van het kerkhof en werd mee opgenomen in het beheersplan. 

      Voor de studie omtrent de heropbouw van de kerkhofmuur werd het ingenieursbureau Talboom (ondertussen overgenomen door Sweco) aangeduid. 

      Het studiebureau Sweco heeft de stabiliteit van de muur berekend en heeft als oplossing het volgende voorgesteld: 

      • Achter de bestaande muur worden HEA-profielen van 7 m in de grond geheid. 
      • Ter hoogte van de ingestorte muur wordt er om de 1,50 m een HEA-profiel geheid.
      • Per HEA-profiel wordt er 1 verbinding met de muur gemaakt.

      Om de erosie van het kerkhof tegen te gaan, zal de muur ongeveer 0,50 m verhoogd worden. Voor deze verhoging kunnen bij het Agentschap van onroerend erfgoed subsidies aangevraagd worden.

      Adviezen
      Juridische grond
      • Het Koninklijk Besluit van 14/01/2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten.
      • De Wet van 17/06/2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies.
      • De Wet van 17/06/2016 inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 35 lid 1.
      • Het Koninklijk Besluit van 18/04/2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, inzonderheid artikel 90 1°.
      • Het Decreet van 22/12/2017 over het lokaal bestuur, inzonderheid artikel 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
      Argumentatie
      • Aangezien het vooropgestelde bedrag hoger ligt dan € 139.000 exclusief btw wordt er voorgesteld de overheidsopdracht te gunnen via de openbare procedure.
      • Tevens moeten de voorwaarden van de overheidsopdrachten worden vastgesteld. In dit geval zijn de algemene uitvoeringsregels zoals deze werden vastgesteld bij het Koninklijk Besluit van 14/01/2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken integraal van toepassing. De lastvoorwaarden omvatten het bijzonder bestek, inclusief samenvattende meetstaat en offerteformulier.
      Financiële gevolgen

      Financieel advies:

      Adviezen
      • Gunstig mits aanpassing visum FA 2023/00196 van Financiele dienst van 11 september 2023

      Publieke stemming
      Aanwezig: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, Ethel Van den Wijngaert
      Voorstanders: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      Besluit

      Artikel 1 - Stelt de voorwaarden van de overheidsopdracht "Herstelling kerkhofmuur" vast met een raming van € 219.041,57 excl. btw of € 265.040,30 incl. 21% btw. Deze lastvoorwaarden (restauratiebestek) worden als bijlage aan dit besluit gehecht.

      Artikel 2 - Kiest als wijze van gunning voor de openbare procedure.

      Artikel 3 - Vraagt voor de restauratiewerken aan de kerkhofmuur van Sint-Martinus een erfgoedpremie volgens de standaardprocedure aan.

    • Overheidsopdrachten - Voorwaarden van de overheidsopdracht 'Opmaak, druk en levering van het gemeentelijk informatieblad 2024-2025' en wijze van gunning: Vaststelling

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Eind dit jaar, met de editie januari-februari 2024, loopt de opdracht voor opmaak, druk en levering van het gemeentelijk informatieblad Rijmheide af. 

      Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld de voorwaarden van de overheidsopdracht en de wijze van gunning vast te stellen.

      • Wat de voorwaarden van de overheidsopdracht betreft: Opmaak, druk en levering van het gemeentelijk informatieblad 2024-2025.
      • Wat de wijze van gunning betreft: Onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking.

      Raming: € 86.800 excl. btw of € 95.608 incl. btw voor 2 jaar of € 43.400 excl. btw of € 47.804 incl. btw per jaar.

      Feiten en context

      Aan het eind van dit jaar loopt de opdracht voor opmaak, druk en levering van het gemeentelijk informatieblad Rijmheide af. Om een vlotte communicatie naar de inwoners te blijven verzekeren, moet er een nieuwe overheidsopdracht worden opgestart.

      Advies

      Advies van de duurzaamheidsambtenaar:

      Adviezen
      • Advies ADV/2023/700 van Thomas Pluymers van 07 september 2023: Gunstig

      Juridische grond
      • Het Koninklijk Besluit van 14/01/2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten.
      • De Wet van 17/06/2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies.
      • De Wet van 17/06/2016 inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 42,§1, 1° a (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 140.000,00 niet).
      • Het Koninklijk Besluit van 18/04/2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, inzonderheid artikel 90 1°.
      • Het Decreet van 22/12/2017 over het lokaal bestuur, inzonderheid artikel 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
      • Het besluit van de gemeenteraad van 26/06/2019 houdende vaststelling van het begrip dagelijks bestuur i.h.k.v. overheidsopdrachten.
      Argumentatie
      • Aangezien het vooropgestelde bedrag lager ligt dan € 140.000 exclusief btw wordt er voorgesteld de overheidsopdracht te gunnen via de meest soepele procedure, namelijk de onderhandelingsprocedure zonder naleving van bekendmakingsregels bij de aanvang van de procedure doch, indien mogelijk, na raadpleging van meerdere ondernemers.
      • Tevens moeten de voorwaarden van de overheidsopdrachten worden vastgesteld. In dit geval zijn de algemene uitvoeringsregels zoals deze werden vastgesteld bij het Koninklijk Besluit van 14/01/2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken integraal van toepassing. De lastvoorwaarden omvatten het bijzonder bestek, inclusief samenvattende meetstaat en offerteformulier.
      Financiële gevolgen

      Raming:

      • Totaal: € 86.800 excl. btw of € 95.608 incl. btw voor 2 jaar, of € 43.400 excl. btw of € 47.804 incl. btw per jaar.
      • Layout en druk: € 62.800 excl. btw of € 66.568 incl. 6% btw voor 2 jaar, of € 31.400 excl. btw of € 33.284 incl. 6% btw per jaar.
      • Postbedeling: € 24.000 excl. btw of € 29.040 incl. 21% btw voor 2 jaar, of € 12.000 excl. btw of € 14.520 incl. 21% btw per jaar.

      Financieel advies:

      Adviezen
      • Gunstig visum FA 2023/00193 van Financiele dienst van 11 september 2023

      Publieke stemming
      Aanwezig: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, Ethel Van den Wijngaert
      Voorstanders: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      Besluit

      Artikel 1 - Stelt de voorwaarden van de overheidsopdracht 'Opmaak, druk en levering van het gemeentelijk informatieblad 2024-2025' vast, zoals vermeld in het bestek met nr. 2023/487, opgesteld door de technische dienst en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt € 86.800 excl. btw of € 95.608 incl. btw.

      Artikel 2 - Kiest als wijze van gunning voor de onderhandelingsprocedure zonder bekendmakingsregels bij de aanvang van de procedure, doch indien mogelijk, na raadpleging van meerdere ondernemers.

    • Overheidsopdrachten - Voorwaarden van de overheidsopdracht "Buitenaanleg sportkeet" en wijze van gunning: Vaststelling

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Momenteel wordt de nieuwe sportkeet in de Grote Doelstraat gerealiseerd. De buitenaanleg zit niet in de hoofdaanneming vervat.

      Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld een overheidsopdracht voor de buitenaanleg van de sportkeet in de Grote Doelstraat op te starten en de voorwaarden van de overheidsopdracht en de wijze van gunnen vast te stellen.

      • Wat de voorwaarden van de overheidsopdracht betreft: buitenaanleg sportkeet.
      • Wat de wijze van gunning betreft: openbare procedure.

      Raming: € 201.260,00 excl. btw of € 243.524,60 incl. 21% btw.

      Feiten en context

      Momenteel wordt de nieuwe sportkeet in de Grote Doelstraat gerealiseerd. Rond het gebouw wordt er enkel een betonnen strook en terras aangelegd. De verdere buitenaanleg zit niet in de hoofdaanneming vervat.

      Het dossier voorziet in een basketterrein en een volleybalterrein. De verharding van dit terrein bestaat uit ter plaatse gegoten rubber. Er wordt verlichting voorzien om recreatief sporten op deze velden toe te staan. Tevens wordt er een toegangsweg, bestaande uit grastegels, naar de werkplaats voorzien. 

      Adviezen
      Juridische grond
      • Het Koninklijk Besluit van 14/01/2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten.
      • De Wet van 17/06/2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies.
      • De Wet van 17/06/2016 inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 37.
      • Het Koninklijk Besluit van 18/04/2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren.
      • Het Decreet van 22/12/2017 over het lokaal bestuur, meer bepaald artikel 41, 10° betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad, inzake het vaststellen van de plaatsingsprocedure en het vaststellen van de voorwaarden van overheidsopdrachten.
      Argumentatie

      Het uitvoeren van herstellingswerken aan wegenis is een overheidsopdracht voor aanneming van werken in de zin van artikel 2.18° van voormelde wet van 17/06/2016.

      Overeenkomstig artikel 41, 10° van het Decreet over het lokaal bestuur, stelt de gemeenteraad de wijze vast waarop de opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten worden gegund.

      Aangezien het ramingsbedrag, zonder btw, hoger ligt dan € 139.000,00 (Koninklijk Besluit van 18/04/2017), wordt er niet voldaan aan de voorwaarden om te kiezen voor de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking. Daarom wordt er gekozen voor de openbare procedure. 

      Anderzijds moeten ook de voorwaarden van de overheidsopdracht worden vastgesteld. In dit geval zijn de algemene uitvoeringsregels, zoals deze werden vastgesteld bij het Koninklijk Besluit van 14/01/2013, integraal van toepassing.

      De lastvoorwaarden omvatten verder het bijzonder bestek 2023/RR-232, inclusief samenvattende meetstaat en offerteformulier, waarin de technische uitvoeringsmodaliteiten worden vastgelegd.

      Financiële gevolgen

      De kostprijs voor de buitenaanleg van de sportkeet wordt geraamd op € 201.260,00 excl. btw of € 243.524,60 incl. 21% btw.

      Financieel advies:

      Adviezen
      • Gunstig visum FA 2023/00201 van Financiele dienst van 11 september 2023

      Publieke stemming
      Aanwezig: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, Ethel Van den Wijngaert
      Voorstanders: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Pascal Vercammen, Sofie Crauwels
      Tegenstanders: Guido Vaganée, Wim Van der Donckt, Geert Teughels, Karl Theerens, Marcel Claes, Hilde De Ruysscher
      Resultaat: Met 17 stemmen voor, 6 stemmen tegen
      Besluit

      Artikel 1 - Stelt de voorwaarden van de overheidsopdracht vast voor de buitenaanleg van de sportkeet met een raming van € 201.260,00 excl. btw of € 243.524,60 incl. 21% btw. Deze lastvoorwaarden, met nummer 2023/RR-463, worden als bijlage aan dit besluit gehecht.

      Artikel 2 - Kiest als wijze van gunning voor de openbare procedure.

    • Begraafplaatsen - Gemeentelijk huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen en de lijkbezorging: Aanpassing

      Aanwezig: Julie De Clerck, voorzitter gemeenteraad
      Lode Van Looy, burgemeester
      Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, schepenen
      Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, gemeenteraadsleden
      Ethel Van den Wijngaert, algemeen directeur

      Het huidige huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen en de lijkbezorging dateert van 26/08/2015 en kreeg in 2016, 2018, 2019 en 2021 een update. Het reglement heeft momenteel opnieuw nood aan een opfrissing, waaronder het herschrijven naar een meer moderne leesvorm, die begrijpelijk is voor de burgers.

      Aan de gemeenteraad wordt gevraagd akkoord te gaan met de wijzigingen aan het huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen en de lijkbezorging, waaronder een nieuw hoofdstuk aangaande aansprakelijkheid en een nieuwe paragraaf in verband met de regularisatie van meervoudige zerken en concessies.

      Voorgeschiedenis
      • 26/08/2015: De gemeenteraad stelt het gemeentelijk huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen en de lijkbezorging vast.
      • 28/09/2016: De gemeenteraad wijzigt het gemeentelijk huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen en de lijkbezorging.
      • 29/08/2018: De gemeenteraad wijzigt het gemeentelijk huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen en de lijkbezorging.
      • 25/09/2019: De gemeenteraad wijzigt het gemeentelijk huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen en de lijkbezorging.
      • 27/01/2021: De gemeenteraad wijzigt het gemeentelijk huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen en de lijkbezorging.
      • 2021: Vaststelling probleem dubbele (meervoudige) grafzerken op graven met verschillende concessies.
      • 15/12/2021: De gemeenteraad voert het punt: begraafplaatsen - oplossing dubbele grafzerken af van de agenda.
      • 16/05/2023: Het college van burgemeester en schepenen geeft een principieel akkoord over de wijzigingen van het gemeentelijk huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen en de lijkbezorging.
      • 26/06/2023: Gemeenteraadscommissie omtrent begraafplaatsen: bespreking aanpassing en toevoegingen gemeentelijk huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen en de lijkbezorging.
      Feiten en context

      Het oude reglement bevat te lange zinnen en woorden die onbegrijpelijk zijn voor burgers die het reglement lezen. Er is daarom nood aan een herziening van dit reglement:

      • Over het gehele reglement zinsconstructies aanpassen: kortere zinnen, hedendaagse taal gebruiken, ...;
      • Artikelnummers aanpassen;
      • Benamingen van woorden aanpassen: bv. lijk wordt stoffelijke resten;
      • Cijfers niet uitschrijven maar numeriek;
      • Lay-out aanpassen;
      • Hoofdstuk I: begrippen toevoegen: belasting, retributie, concessie, foedraal, hernieuwen concessie, verlengen concessie, kisting, ontgraven, ontknekelen, ontruimen.

      Hiernaast dient een problematiek uit het verleden te worden aangepakt, zoals de plaatsing van meervoudige grafzerken op graven met verschillend lopende concessies. Wanneer deze concessies ten einde lopen, is het niet mogelijk om het graf te ontruimen of te ontknekelen, doordat er een meervoudige grafsteen op geplaatst werd. Aan de gemeenteraad wordt gevraagd een voorstel goed te keuren, dat zowel voor de gemeente, de nabestaanden van overledenen met een meervoudige grafzerk, als de nabestaanden van overledenen met een enkelvoudig geplaatste grafzerk, acceptabel is.

      Het voorstel betreft een regularisatie voor samengestelde grondconcessies, die aangegaan zijn voor 1995, waarbij de ingangsdatum voor alle betrokken concessies aanvangt bij de eerste begraving. Deze beslissing zal ingaan vanaf 01/01/2024.
      Na deze goedkeuring zullen de medewerkers van de burgerlijke stand de nabestaanden contacteren om hen hierover te berichten.
      Deze regularisatie heeft betrekking op: Hoofdstuk V: Concessies - toevoeging: Afdeling 9 - artikel 54. Dit wordt aangevuld als volgt:

      Artikel 54 - Voor samengestelde grondconcessies (cumulatief) aangegaan voor 26/04/1995 geldt een regularisatie waarbij de ingangsdatum voor alle betrokken concessies aanvangt op 01/01/2024. Het gaat over:

        • concessies die persoonlijk toegewezen zijn en/of toebehoren aan dezelfde familie;
        • concessies met verschillende ingangsdata;
        • concessies met meervoudige zerken;
        • concessies die nog niet zijn aangevat omdat de begunstigde(n) elders zijn begraven, uitgestrooid, nog in leven zijn of een andere bestemming hebben gekregen, …

      Bij reeds toegekende concessies voor 26/04/1995 met een verschillende ingangsdatum onder één grafzerk is er een behoud van de startdatum van de meest recente concessiedatum. Dit is van toepassing op de graven die volledig zijn ingenomen.

      Verder staat in het huidige reglement geen informatie over aansprakelijkheid. Gezien dit mogelijks van belang kan zijn, wordt er een hoofdstuk toegevoegd: Hoofdstuk XVI: Aansprakelijkheid - toevoeging: artikels 109 - 115.
      Enerzijds wordt er een deel vermeld dat betrekking heeft tot het onderhoud en aanleg van de begraafplaats, anderzijds wordt er informatie omschreven in verband met schade. Dit wordt toegevoegd als volgt:

      Artikel 109 – Begraafplaatsen kunnen in België niet privé worden opgericht. Gemeenten zijn dus verantwoordelijk voor het onderhoud en de aanleg van de begraafplaats.
      Artikel 110 – De belanghebbenden staan zelf in voor het onderhoud van zowel geconcedeerde als niet-geconcedeerde gronden of nissen. Wanneer dit niet onderhouden wordt, kan de gemeente de concessie stopzetten omwille van verwaarlozing. De gemeente kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor een graf dat niet onderhouden is. Een belanghebbende kan ervoor kiezen om een jaarlijks onderhoud aan te vragen bij de gemeente (zie retributiereglement).
      Artikel 111 – De ereparken die op de lijst van historisch waardevolle graven vermeld staan worden blijvend onderhouden door het gemeentebestuur. De andere graven op deze lijst worden voor een periode van 50 jaar onderhouden door het gemeentebestuur.
      Artikel 112 – Iedereen kan een aanvraag indienen om peter te mogen worden van een bepaald grafmonument. Bij een toegewezen peterschap moet deze aanvrager het grafmonument behouden en onderhouden voor een bepaalde periode. De aanvrager mag onderhouds- en restauratiewerken uitvoeren. Dit moet gebeuren zonder de oorspronkelijke staat van het grafmonument te wijzigen.
      De aanvrager is aansprakelijk voor eventuele schade aan het grafmonument die, als gevolg van werken, in zijn of haar opdracht zijn uitgevoerd.
      Afdeling 2: Schade
      Artikel 113 – Het gemeentebestuur is verantwoordelijk voor het onderhoud van de begraafplaatsen. Stormschade of indirecte schade-veroorzaking (bv. verzakking, omgevallen boom, …) vallen onder de verantwoordelijkheid van het gemeentebestuur.

      Artikel 114 – De belanghebbende(n) zijn verantwoordelijk voor de staat en het onderhoud van een graf of nis en zijn toebehoren (bv. bloempotten, foto’s, …). Wanneer er sprake is van grafschennis door derden, (opzettelijk vernielen of beschadigen van een graf) dan kunnen die personen opgelegd worden om de schade te herstellen of vergoeden aan de nabestaanden.
      Artikel 115 – Het gemeentebestuur staat niet in voor de bewaking van de graven, grafmonumenten of op de voorwerpen die op de graven staan. Het gemeentebestuur kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade of diefstal op de begraafplaats.

      Alle wijzigingen en toevoegingen zijn vermeld in het bijgevoegde werkdocument, alsook het volledig vernieuwde reglement wordt toegevoegd. Het besluit geeft het totale aangepast reglement weer.

      Juridische grond
      • De Nieuwe Gemeentewet, inzonderheid de artikelen 119, 119bis, 133, 135,§2 en 138,§2.
      • Het Decreet van 16/01/2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging.
      • Het Besluit van de Vlaamse Regering van 14/05/2004 tot organisatie, inrichting en beheer van begraafplaatsen en crematoria.
      • De Omzendbrief van 10/03/2006 betreffende de toepassing van het decreet van 16/01/2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging en de uitvoeringsbesluiten.
      • Het Decreet over het lokaal bestuur.
      • Het Koninklijk Besluit van 19/01/2019 betreffende de lijkverbranding.
      Argumentatie

      Het huishoudelijke reglement op de begraafplaatsen en de lijkbezorging heeft nood aan een opfrissing; begrijpbare taal en aanvullende hoofdstukken m.b.t. aansprakelijkheid en meervoudige zerken en concessies.

      Financiële gevolgen

      De wijziging van het reglement brengt geen rechtstreekse kosten met zich mee.

      Publieke stemming
      Aanwezig: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher, Ethel Van den Wijngaert
      Voorstanders: Julie De Clerck, Lode Van Looy, Mieke Van den Brande, Bart Vanmarcke, Yves Goovaerts, Eddy Michiels, Hilde Schueremans, Frans Uytterhoeven, Jan Fonderie, Luc De Weerdt, Guido Vaganée, Barbara Maes, Annick Van den Broeck, Wim Van der Donckt, Hilde Smets, Daan Versonnen, Rudi Withaegels, Geert Teughels, Pascal Vercammen, Karl Theerens, Marcel Claes, Sofie Crauwels, Hilde De Ruysscher
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      Besluit

      Artikel 1 – Gaat akkoord om het gemeentelijk huishoudelijk reglement op de lijkbezorging en de begraafplaatsen te wijzigen als volgt:

      HOOFDSTUK 1: Algemene bepalingen
      Afdeling 1: Toepassingsgebied
      Artikel 1

      Dit reglement is van toepassing op het grondgebied van de gemeente Bonheiden.

      Artikel 2

      Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:

      Concessie: een vorm van bruikleen van de gemeente, een bijzonder recht dat begravingen in een perceel of nis toestaat, mits vastgestelde voorwaarden door het gemeentebestuur.
      Geconcedeerd graf: graf voorzien voor betalende begraving.
      Niet-geconcedeerd graf: graf voorzien voor gratis begraving.
      Hernieuwen concessie: verlengen van de concessie met de oorspronkelijke termijn.
      Verlengen concessie: verlengen concessie met een termijn van 10, 20 of 30 jaar.
      Foedraal: doos, etui, hoes, losse overtrek, omhulsel, … rond het lichaam of de as van de overledene.
      Grafteken: kruis, steen, voorwerp op een graf in een park, als aanduiding van de overledene.
      Grafzerk: afdeksteen voor een graf in een park.
      Gedenkplaat: afdekplaat aan een columbariumnis.
      Gedenksteen: afdeksteen op een urnenveldkelder.
      Kisting: een stoffelijk overschot in een lijkkist plaatsen.
      Ontgraven: verwijderen van stoffelijke resten van de overledene, om ze een andere bestemming te geven op de begraafplaats, of om ze te laten cremeren.
      Ontknekelen: verwijderen van stoffelijke resten of de as van de overledene en deze anoniem begraven of uitstrooien op de daarvoor voorziene plek door de gemeente.
      Ontruimen: verwijderen van de grafzerk.
      Verwaarlozing: het niet onderhouden van graftekens en -zerken. Dit wordt vastgesteld in een beslissing van het college van burgemeester en schepenen.
      Retributie: een vergoeding voor een prestatie of een dienst geleverd door de gemeente in het individueel belang of voordeel van degene die gebruik maakt van die dienst of prestatie.
      Belasting: een verplichte bijdrage aan de algemene uitgaven van de gemeente die opgelegd is door de gemeenteraad.

      Artikel 3

      Er zijn 2 gemeentelijke begraafplaatsen: de begraafplaats “Bonheiden”, gelegen langs de Muizensteenweg, en de begraafplaats “Rijmenam”, gelegen langs de Weynesbaan. Er mag alleen op de gemeentelijke begraafplaatsen begraven worden met uitzondering van de particuliere begraafplaats zoals vermeld in het volgende artikel.

      Afdeling 2: Particuliere begraafplaats
      Artikel 4

      Op de particuliere begraafplaats van de abdij Bethlehem mogen leden van de kerkelijke gemeenschap begraven worden zolang voldaan wordt aan de wettelijke bepalingen die hieraan verbonden zijn.

      Afdeling 3: Bestemming gemeentelijke begraafplaats
      Artikel 5

      De gemeentelijke begraafplaatsen zijn bestemd voor de begraving van:

        • personen ingeschreven in het bevolkingsregister van de gemeente;
        • personen die effectief in de gemeente wonen maar van de inschrijving in het bevolkingsregister zijn vrijgesteld. De nodige bewijsstukken dienen door de aanvrager worden voorgelegd;
        • personen die de gemeente verlaten hebben na een onafgebroken verblijf van minstens 10 jaar en die vervolgens opgenomen zijn in een rusthuis, bejaardentehuis of andere instelling, of die bij een familielid wie geen inwoner is van de gemeente van de thuiszorg genieten en om die reden werden afgeschreven uit het bevolkingsregister;
        • begunstigden die het recht hebben op een bijzetting in een geconcedeerd graf,  columbariumnis of urnenkelder;
        • niet inwoners van de gemeente die toestemming hebben van het college van burgemeester en schepenen die de retributie betaald hebben;
        • onbekende personen van wie het stoffelijk overschot gevonden werd op het grondgebied van de gemeente;
        • levenloos geboren kinderen, na een zwangerschap van minder dan 180 dagen, op de Foetusweide van Rijmenam;
        • levenloos geboren kinderen van inwoners van de gemeente, na een zwangerschap van ten minste 180 dagen, op het Engelenveld van Rijmenam;
        • kinderen, tot de leeftijd van 7 jaar, op het Kinderpark van Bonheiden of Rijmenam.

      Afdeling 4: Aangifte van overlijden
      Artikel 6

      Elk overlijden en elk geval van ontdekking van een stoffelijk overschot op het grondgebied van de gemeente moet aangegeven worden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand. Dit dient te gebeuren binnen een periode van 5 werkdagen.

      Artikel 7

      De persoon die bevoegd is om in de lijkbezorging te voorzien, of zijn gemachtigde, regelt de nodige zaken van de lijkbezorging met de ambtenaar van de burgerlijke stand. Als er niemand werd aangewezen onderneemt het gemeentebestuur de nodige stappen.

      Artikel 8

      De ambtenaar van de burgerlijke stand houdt een register bij waarin alle toelatingen tot begraving en de plaats van de begraving worden genummerd en geparafeerd. Dit geldt voor de begravingen op de gemeentelijke of de particuliere begraafplaats (abdij van Bethlehem). Dit register wordt elk jaar afgesloten.

      Artikel 9

      Als het overlijden in een gemeente van het Vlaams Gewest plaatsvindt, is voor crematie de toestemming van de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente vereist waar het overlijden wordt vastgesteld.
      Als het overlijden plaatsvindt buiten een gemeente van het Vlaamse Gewest, dan is een toestemming tot crematie vereist van de Procureur des Konings van het arrondissement van de plaats waar het crematorium is ofwel de hoofdverblijfplaats van de overledene.

      Afdeling 5: Tijdstip van begraving, bijzetting of asuitstrooiing
      Artikel 10 –

      §1 Als het overlijden plaats vindt in een andere gemeente, is de toelating nodig van de ambtenaar van de burgerlijke stand van deze gemeente om het lichaam van de overledene te begraven, bij te zetten of uit te strooien.
      §2 Het gemeentebestuur beslist over de dag en het uur van de begraving, bijzetting of asuitstrooiing. Dit gebeurt in samenspraak met de persoon die bevoegd is om in de lijkbezorging te voorzien (begrafenisondernemer).
      In normale omstandigheden gebeurt de begraving, bijzetting of asuitstrooiing ten vroegste 24 uur en ten laatste de tiende dag na de aangifte van het overlijden. Deze termijn kan worden verkort of verlengd (volgens beslissing van de burgemeester). Asuitstrooiingen op de gemeentelijke begraafplaats die ingevolge het KB van 19/01/1973 om uitzonderlijke redenen kunnen worden uitgesteld, zijn slechts toegestaan tot uiterlijk 3 maanden na de aangifte van het overlijden.
      De begraving, bijzetting of asuitstrooiing kan plaatsvinden op werkdagen tussen 09.00 en 16.00 uur en op zaterdag tussen 09.00 en 13 uur. Dit is echter niet mogelijk op zon- en feestdagen, 02/01, 02/11 en 26/12.
      De rouwenden mogen bij het gehele verloop van de begrafenis aanwezig zijn.

      HOOFDSTUK II: De lijkbezorging

      Afdeling 1: Kisting van stoffelijke resten
      Artikel 11

      De burgerlijke stand van de gemeente stelt een overlijden vast aan de hand van de nodige doktersbewijzen. Pas daarna kan de kisting plaatsvinden.

      Artikel 12

      De burgemeester of zijn gemachtigde mag de kisting bijwonen.

      Artikel 13

      De burgemeester of zijn afgevaardigde is aanwezig bij een kisting van een stoffelijk overschot (dat al dan niet verast zal worden) dat naar het buitenland vervoerd moet worden. Hij of zij gaat na of de wettelijke en reglementaire bepalingen worden toegapast.

      Artikel 14 

      §1. Voor lijkbezorging is het gebruik van doodskisten, foedralen, doodswaden, producten en procedés die de natuurlijke en normale ontbinding of de crematie van het lijk verhinderen, verboden.
      §2. Een balseming of enige andere conserverende behandeling voorafgaand aan de kisting, is enkel toegelaten in de gevallen door de Vlaamse regering bepaald.

      Artikel 15

      Na de kisting mag de kist niet meer geopend worden, behalve bij een gerechtelijke beslissing.

      Afdeling 2: Begraving zonder kist
      Artikel 16

      Het is mogelijk om te begraven zonder kist. Het lichaam moet wel steeds bedekt zijn. Een begraving zonder kist is alleen toegestaan in een grafkelder.

      Afdeling 3: Vervoer van stoffelijke resten
      Artikel 17

      Niet-gecremeerde stoffelijke resten moeten individueel met een lijkwagen of op een andere passende wijze vervoerd worden.

      Artikel 18

      Als stoffelijke resten naar het buitenland vervoerd moeten worden of deze vanuit het buitenland komen, moet dit gebeuren volgende de wettelijke bepalingen die hiervoor zijn opgesteld.

      Artikel 19

      Men mag kiezen hoe men het veraste lichaam vervoert zolang dit gebeurt met respect voor de overledene.

      Afdeling 4: Opbaren van stoffelijke resten  
      Artikel 20

      Als het nodig is doet de gemeente beroep op de funeraire privéinfrastructuur (mortuarium) voor het opbaren van de stoffelijke resten van:

        • onbekende personen voor identificatie;
        • personen waarop een lijkschouwing nodig is als gevolg van een rechtelijke beslissing;
        • personen waarvoor het noodzakelijk en verplicht is voor de vrijwaring van de openbare gezondheid;
        • personen die niet op de plaats van overlijden bewaard kunnen worden;
        • personen waarvan het transport naar een mortuarium aangevraagd wordt door de familie van de overledene of door een belanghebbende (bij gebrek aan aanwezige familie).

      Afdeling 5: Begraving op het Engelenveld of op de Foetusweide
      Artikel 21

      Levenloos geboren kinderen kunnen op verzoek van de ouders begraven of gecremeerd worden:

        • op de Foetusweide van Rijmenam kunnen zij anoniem begraven worden na zwangerschap van minder dan 180 dagen;
        • op het Engelenveld van Rijmenam kunnen zij begraven of bijgezet worden na een zwangerschap van ten minste 180 dagen. Hierbij kan er een vermelding worden gemaakt van de familienaam, voornaam en het jaartal;
        • het uitstrooien van de as na crematie gebeurt op de strooiweide van 1 van de gemeentelijke begraafplaatsen.

      HOOFDSTUK III: Inrichting van de begraafplaatsen
      Afdeling 1: Aanwijzing van de plaats van een begraving
      Artikel 22

      Een begraving mag enkel gebeuren op een plaats die is aangewezen door de burgemeester of zijn gemachtigde.

      Afdeling 2: Uitvoering van begravingen, bijzettingen of asuitstrooiingen
      Artikel 23

      Alleen de aangestelde medewerker van het gemeentebestuur is bevoegd voor volgende zaken:

        • het aanhechten van een volgnummer aan de kist of de urne;
        • het uitstrooien van de as met een strooitoestel;
        • het plaatsen van de kist of de asurnen in de grafkelder, de urnenkelder, de columbariumnis;
        • het openen en sluiten van grafkelders;
        • het openen, plaatsen en afsluiten van een nis in een columbarium;
        • het openen, plaatsen en afsluiten van een kelder op het urnenveld;
        • het uitvoeren van ontruimingen;
        • het ontknekelen van (vervallen) graven.

      Afdeling 3: Indeling van de gemeentelijke begraafplaatsen
      Artikel 24

      Op de gemeentelijke begraafplaatsen zijn afzonderlijke parken, nissen of kelders voorzien voor:

        • geconcedeerde en niet-geconcedeerde begravingen van niet-gecremeerde stoffelijke overschotten;
        • bijzettingen van asurnen in de columbariumnissen;
        • geconcedeerde en niet-geconcedeerde begravingen van asurnen op de urnenvelden;
        • de uitstrooiing van de as van gecremeerde stoffelijke resten;
        • de begraving van niet-gecremeerde kinderlichamen tot 7 jaar op het Kinderpark;
        • de anonieme begraving van levenloos geboren kinderen na een zwangerschap van  minder dan 180 dagen, op de Foetusweide te Rijmenam;
        • de begraving van levenloos geboren kinderen, van inwoners van de gemeente, na een zwangerschap van ten minste 180 dagen, op het Engelenveld te Rijmenam;
        • de begraving van stoffelijke resten van oud-strijders, weerstanders, politieke gevangenen, weggevoerden, burgerlijke oorlogsslachtoffers en andere gelijkgestelden op het oud-strijderspark;
        • de begraving van stoffelijke resten van verdienstelijke personen, die uitzonderlijke diensten aan de gemeente, het land of de gemeenschap in het algemeen hebben bewezen, op het Erepark te Rijmenam;
        • het begraven van stoffelijke overschotten na ontknekelingen op de begraafplaatsen,  in de knekelput te Rijmenam.

      Afdeling 4: Termijn van behoud van niet-geconcedeerde graven, kelders en nissen
      Artikel 25 

      §1. Niet-geconcedeerde graven, urnenkelders en nissen blijven voor minstens 10 jaar behouden in het kader van de wettelijke grafrust. De maximum termijn (15 jaar) is altijd kleiner dan ¾ van de looptijd van de kortste concessietermijn (20 jaar).
      §2. Na de wettelijke grafrust van 10 jaar kunnen de nabestaanden kiezen voor een verwijdering van het graf, uitstrooien van de as, de urne meenemen voor thuisbewaring of een concessie aanvragen voor een termijn van 20 of 30 jaar. De tarieven van de concessies kan men terugvinden in het retributiereglement van concessies en het belasting reglement op ontgravingen.
      §3. Als een niet-geconcedeerde bijzetting in het columbarium omgezet wordt naar een geconcedeerde bijzetting in het columbarium, wordt de as niet verplaatst en wordt er geen retributie voor ontgraving aangerekend. Ook de gedenkplaat wordt niet vervangen als het een concessie is voor 1 persoon.

      Artikel 26

      Graven op het Kinderpark en het Engelenveld worden alleen geruimd bij verwaarlozing.

      Afdeling 5: Afsluitingen, omheiningen, kniel- en bidbanken
      Artikel 27

      Afsluitingen, omheiningen, vegetatie, kniel- of bidbanken mogen alleen geplaatst worden door de bevoegde personen.

      HOOFDSTUK IV: Wijze van lijkbezorging
      Afdeling 1:  Begraving van niet-gecremeerde lichamen in niet-geconcedeerde grond
      Artikel 28

      Een niet-geconcedeerde begraving gebeurt in een perceel grond voorzien van een kelder. Dit wordt in eigen beheer gedaan door de gemeente. Er mogen geen lichamen boven elkaar geplaatst worden.

      Afdeling 2: Begraving in geconcedeerde grond
      Artikel 29

      Een geconcedeerde begraving gebeurt in een perceel grond van 1 meter bij 2 meter. Dit wordt door de gemeente voorzien van een grafkelder of in een grafkelder van een bestaand monument dat voor hergebruik werd aangeduid en aangepast. In deze grafkelder mogen maximum 2 (al dan niet-gecremeerde) lichamen begraven worden, in tegenstelling tot een begraving in een niet-geconcedeerde grond.

      Afdeling 3: Begraving of bijzetting van asurnen op het urnenveld of in het columbarium op de begraafplaats
      Artikel 30

      In een niet-geconcedeerde urnenkelder of columbariumnis mag maximum 1 urne worden geplaatst.

      Artikel 31

      In een geconcedeerde urnenkelder of columbariumnis mogen maximum 2 urnen worden geplaatst.

      Afdeling 4: Uitstrooiing van assen op de strooiweide van de begraafplaats
      Artikel 32

      Op elke begraafplaats is een afgebakend stuk grond voorzien voor de uitstrooiing van gecremeerde lichamen

      HOOFDSTUK V: Concessies
      Afdeling 1: Voorwerp van de concessie
      Artikel 33

      Op de gemeentelijke begraafplaatsen kunnen alleen concessies verleend worden die betrekking hebben op:

        • een perceel grond met kelder dat door de gemeente in eigen beheer is;
        • een nis in het columbarium;
        • een perceel grond op het urnenveld met een urnenkelder dat door de gemeente in eigen beheer is;
        • een kelder van een bestaand geconcedeerd grafmonument dat voor hergebruik werd aangeduid en aangepast.
      Afdeling 2: Bestemming van een concessie
      Artikel 34 
      §1. In eenzelfde concessie mogen de stoffelijke overschotten begraven worden van volgende personen:
        • de aanvrager, zijn/haar echtgeno(o)t(e), zijn/haar bloedverwanten en aanverwanten;
        • leden van 1 of meerdere religieuze gemeenschappen;
        • een derde die is aangewezen door de aanvrager, zijn/haar echtgeno(o)t(e), en de bloed- en aanverwanten van deze derde;
        • personen die tijdens hun leven hun wil te kennen hebben gegeven om in hetzelfde graf te worden begraven. Dit moet geregistreerd zijn bij het gemeentebestuur.

      §2. In een concessie mogen ook de stoffelijke overschotten begraven worden van personen die op het moment van overlijden een gezin vormden. De overlevende kan een concessie aanvragen. Het gemeentebestuur zal het bestaan van het gezin nagaan aan de hand van indicatoren:

        • partners die ingeschreven zijn op hetzelfde adres;
        • partners die gemeenschappelijke kinderen hebben.

      Artikel 35 

      §1 Een persoon die niet ingeschreven is in het bevolkingsregister van de gemeente kan alleen begraven worden als er een concessie wordt verleend.
      §2 Sommige personen worden gelijkgesteld met personen die wel ingeschreven zijn in het bevolkingsregister:

        • personen die effectief in de gemeente wonen maar die zijn vrijgesteld van een inschrijving in het bevolkingsregister;
        • personen die de gemeente verlaten hebben na een onafgebroken verblijf van minstens 10 jaar én die opgenomen zijn in een rusthuis, bejaardentehuis, een andere instelling of die bij een familielid wie geen inwoner is van de gemeente, van de thuiszorg genieten en om die reden werden afgeschreven uit het  bevolkingsregister;
        • personen die geen inwoners zijn van de gemeente maar gedurende minstens 10 jaar als personeelslid van het gemeentebestuur tewerkgesteld zijn/waren.

      De aanvrager moet de nodige bewijsstukken hiervoor voorleggen.

      Afdeling 3: Aanvragen tot het verkrijgen van een concessie
      Artikel 36

      De aanvraag van een concessie moet gericht worden aan het college van burgemeester en schepenen. Zij beslissen over de concessieaanvraag en houden rekening met de voorwaarden die door de gemeenteraad werden vastgesteld. Ook rechtspersonen kunnen een concessie aanvragen.

      Artikel 37

      Het is niet mogelijk om een concessie toe te kennen vóór het overlijden van 1 van de begunstigden.

      Artikel 38

      Een concessie is geen verhuring of een verkoop. Het is niet overdraagbaar op een andere persoon.

      Artikel 39

      Er is een mogelijkheid om concessies te bekomen voor meerdere percelen naast elkaar. Deze aanvraag moet dan wel gebeuren naar aanleiding van het overlijden van de eerste begunstigde.

      Artikel 40

      Voor iedereen geldt het volgende, tenzij in het geval waarin de begunstigden leden zijn van één of meer religieuze gemeenschappen:

        • in de concessieaanvraag wordt de identiteit van de begunstigden opgenomen;
        • wanneer er 1 of meer begunstigden zijn (niet de echtgeno(o)t(e) noch bloed- of aanverwanten van de aanvrager), worden de concessieaanvragen getekend door de aanvrager en door alle andere begunstigden die op deze manier hun akkoord geven. Dit is niet verplicht wanneer de begunstigden op voorhand hun wil kenbaar hebben gemaakt bij de gemeente om in hetzelfde graf begraven te worden.

      Afdeling 4: Duur van de concessie
      Artikel 41 

      §1. Concessies kunnen verleend worden voor een periode van 20 of 30 jaar.
      §2. De vastgestelde periode start op de datum van de begraving van de 1ste begunstigde (1ste overledene).Afdeling 5: Verlenging/hernieuwing van de concessie

      Artikel 42

      Verlenging/hernieuwing zonder bijzetting:

      §1. Concessies kunnen voor het verstrijken van de termijn verlengd of hernieuwd worden. Dit kan op aanvraag van een belanghebbende.
      §2. Verlengingen en hernieuwingen kunnen alleen geweigerd worden als blijkt dat, op het moment van de aanvraag, de concessie verwaarloosd is.
      §3. Eeuwigdurende concessies, die volgens het keizerlijk decreet van 23/06/1804 werden verleend vóór de inwerkingtreding van de wet van 20/07/1971, kunnen zonder vergoeding worden verlengd voor een periode van 50 jaar. Hiervoor moet wel een aanvraag gedaan worden.
      §4. De burgemeester of zijn gemachtigde moet minstens 1 jaar voor het verstrijken van de concessie of van de verlenging/hernieuwing een bekendmaking opmaken. Dit is om nabestaanden eraan te herinneren dat de aanvraag tot verlenging/hernieuwing ingediend moet worden.
      Een afschrift van die bekendmaking wordt een jaar lang bij het graf aangeplakt. Een lijst van de bekendmakingen hangt uit aan de ingang van de begraafplaats.
      §5. Als er geen aanvraag voor een verlenging/hernieuwing is gedaan vóór de vastgestelde datum, dan vervalt de concessie. Aanvragen die te laat ontvangen zijn, worden niet meer aanvaard.
      §6. De verlenging wordt slechts éénmaal toegestaan voor maximum dezelfde duur als van de initiële duur van de concessie, met een minimum van 10 jaar.

      Artikel 43 – Verlenging/hernieuwing met bijzetting:

      §1. Bij de aanvraag tot verlenging/hernieuwing van een concessie zal de nieuwe termijn starten vanaf het einde van de vorige termijn.
      §2. Als er geen verlenging/hernieuwing wordt aangevraagd tussen de datum van de laatste bijzetting en het verstrijken van de periode waarvoor de concessie werd verleend, blijft de grafrust van 10 jaar verzekerd. Een eventuele latere verlenging/hernieuwing van deze concessie start op de vervaldatum van de vorige concessie.

      Artikel 44

      Het college van burgemeester en schepenen beslist over de concessieverlengingen en -hernieuwingen. Hierbij wordt rekening gehouden met de voorwaarden die door de gemeenteraad zijn vastgesteld.

      Afdeling 6: Bijzondere voorwaarden voor het verlenen van een concessie
      Artikel 45

      Een verleende concessie kan niet gewijzigd worden in het aantal of bijkomende begunstigde(n).

      Artikel 46

      De aanvrager moet de factuur van de verleende concessie tijdig betalen. Dit kan eventueel via een vooropgesteld afbetalingsplan.

      Artikel 47

      De geconcedeerde graven moeten onderhouden worden. Als het graf onzindelijk is, door plantengroei overwoekerd, vervallen is, ingestort of bouwvallig is, valt dit onder verwaarlozing. De verwaarlozing wordt vastgesteld in een bekendmaking van de burgemeester. Die bekendmaking wordt een jaar lang bij het graf en aan de ingang van de begraafplaats uitgehangen. Als 1 jaar na deze bekendmaking nog steeds sprake is van verwaarlozing zal het graf verwijderd worden door de gemeente.

      Artikel 48

      De concessiehouder moet zich houden aan de wetten en reglementen van de gemeentelijke begraafplaats en de begravingen en ook naar de ordemaatregelen zoals bepaald in dit reglement.

      Afdeling 7: Concessie voor esthetisch of omgevingsverrijkende grafmonumenten
      Artikel 49

      Als grafmonumenten een esthetische of omgeving verrijkende waarde hebben kan het college van burgemeester en schepenen beslissen om deze grafmonumenten niet te laten verwijderen en onder bepaalde voorwaarden terug ter beschikking te stellen voor een nieuwe geconcedeerde begraving. Dit kan alleen als de graven niet in aanmerking komen om te worden opgenomen op de lijst van graven met lokaal historisch belang.
      De nieuwe concessiehouder moet binnen de 6 maanden het monument in goede staat brengen. Alle mogelijke herstellingen moeten binnen deze termijn afgewerkt zijn. De oorspronkelijke grafsteen moet behouden worden en de namen van de vorige overledenen die reeds op de grafsteen vermeld staan, mogen niet verwijderd worden. Er mogen wel nieuwe namen worden toegevoegd op een doorzichtige kunststoffen gedenkplaat. Deze gedenkplaat wordt aangeleverd door de gemeente.
      De aanvrager neemt een concessie van 20 jaar tegen een verminderde prijs. Deze concessie heeft betrekking op zowel de kelder als het monument. Men kan dus geen eigenaar worden van dergelijke grafmonument.
      De concessiehouder draagt alle mogelijke kosten zelf om het monument in goede staat te stellen en te behouden. Het gemeentebestuur kan in geen geval aansprakelijk gesteld worden voor herstellings- of onderhoudskosten aan het monument of de kelder. Als de concessiehouder deze verbintenis niet naleeft kan er na een bekendmaking van 1 jaar aan het graf en aan de ingang van de begraafplaats een einde worden gemaakt aan de concessie. Dit wordt beslist door het college van burgemeester en schepenen. Er kan dan geen enkele vorm van vergoeding worden vereist door de concessiehouder.

      Afdeling 8: Einde van een concessie
      Artikel 50

      Aan een concessie kan een einde worden gemaakt in volgende gevallen:

        • bij het verstrijken van de termijn waarvoor de concessie werd verleend;
        • ten gevolge van verwaarlozing;
        • op verzoek van de aanvrager, de overlevende begunstigde of al hun erfgenamen. Dit moet schriftelijk aangevraagd worden aan het college van burgemeester en schepenen. Hiervoor kan er door de betrokkenen geen enkele vorm van vergoeding gevraagd worden.

      Artikel 51

      In geval van terugname van het geconcedeerd perceel of nis wegens openbaar belang of in geval van sluiting van de begraafplaats kan de concessiehouder geen aanspraak maken op enige vergoeding. In dit geval heeft hij wel recht op het kosteloos bekomen van een perceel met dezelfde oppervlakte of nis op een andere plaats op de bestaande begraafplaats of op een andere gemeentelijke begraafplaats. Dit kan alleen voor de resterende duur van de oorspronkelijke concessie. De kosten voor de eventuele overbrenging van de stoffelijke resten zijn in dit geval ten laste van de gemeente.

      Artikel 52

      Wanneer een concessie eindigt worden de graftekens die niet weggenomen werden eigendom van de gemeente.

      Artikel 53

      Na het einde van de concessie kunnen de nabestaanden kiezen voor een verwijdering van het graf, de uitstrooiing van de as of het in ontvangst nemen van de urne voor thuisbewaring.

      Afdeling 9: Regularisatie concessies en meervoudige zerken
      Artikel 54

      Voor samengestelde grondconcessies (cumulatief) aangegaan voor 26/04/1995 geldt een regularisatie waarbij de ingangsdatum voor alle betrokken concessies aanvangt op 01/01/2024. Het gaat over:

        • concessies die persoonlijk toegewezen zijn en/of toebehoren aan dezelfde familie;
        • concessies met verschillende ingangsdata;
        • concessies met meervoudige zerken;
        • concessies die nog niet zijn aangevat omdat de begunstigde(n) elders zijn begraven, uitgestrooid, nog in leven zijn of een andere bestemming hebben gekregen, …

      Bij reeds toegekende concessies voor 26/04/1995 met een verschillende ingangsdatum onder één grafzerk is er een behoud van de startdatum van de meest recente concessiedatum. Dit is van toepassing op de graven die volledig zijn ingenomen.

      HOOFDSTUK VI: Graftekens
      Afdeling 1: Vorm en afmetingen van de graftekens
      Artikel 55

      Elke persoon heeft het recht om op het graf van zijn verwante of vriend een grafteken te laten plaatsen, tenzij de overledene anders heeft beslist of zijn aanverwanten zich hiertegen verzetten. Dit zonder afbreuk te doen aan het recht van de concessiehouder.

      Artikel 56

      De veiligheid, properheid, gezondheid en rust mag niet verstoord worden op de begraafplaats. Het is daarom verboden om grafstenen of andere gedenktekens te plaatsen met een afwijkende afmeting of vorm, een aanstotelijk opschrift of in een afwijkende aard van materiaal.

      Afdeling 2: Graftekens of –zerken voor de parken
      Artikel 57 

      §1. Het grafteken of -zerk op een enkelvoudige concessie van niet-veraste lichamen van personen van minstens 7 jaar oud heeft een afmeting van 2mx1mx1,10m (LxBxH). Op een meervoudige concessie van niet-veraste lichamen van personen van minstens 7 jaar oud mag slechts 1 grafteken of -zerk worden aangebracht met een lengte van 2m en een breedte van het aantal percelen naast elkaar in meter, bij een hoogte van maximum 1,10m aan het hoofdeinde.
      §2. Het grafteken of –zerk van een niet-verast lichaam van een kind van jonger dan 7 jaar oud heeft een maximale afmeting van 1,10mx0,80mx0,80m (LxBxH).
      §3. Voor een niet-geconcedeerd graf in een kelder wordt enkel een rechtopstaande steen aan het hoofdeinde toegestaan met een maximale afmeting van 0,80mx0.60mx0,10m (LxBxD). De grondplaat is 0,50mx1.00mx0,05m (LxBxD).

      Artikel 58

      De plaatsing gebeurt na afspraak met een medewerker die is aangesteld door de gemeente.

      Artikel 59

      De graftekens of -zerken van verlopen concessies die in aanmerking komen voor hergebruik worden voorzien van een doorzichtige kunststoffen gedenkplaat van 0,50mx0,70mx0,01m (LxBxD). Deze wordt geleverd en geplaatst door de gemeente.
      Het opschrift wordt door de gemeente op een eenvormige wijze in de gedenkplaat gegraveerd. Het opschrift omvat de naam, voornaam, geboorte- en overlijdensjaar.

      Afdeling 3: Gedenkplaten voor een columbariumnis
      Artikel 60 

      §1. De gedenkplaat voor een columbariumnis wordt beperkt tot een afdekplaat in een donkere natuursteen (graniet Labrador Bleu). Deze wordt geleverd door de gemeente. Het opschrift wordt door de gemeente op een eenvormige wijze in de gedenkplaat gegraveerd. Dit is op kosten van de aanvrager. De tekst omvat de naam, voornaam, geboortejaar en overlijdensjaar van de begunstigden en een religieuze of ander passend figuur. Er wordt geen onderscheid gemaakt in geconcedeerde of niet-geconcedeerde nissen.
      §2. De aanvrager mag ook kiezen om de gegevens van de tweede begunstigde niet onmiddellijk te laten graveren maar dit later te doen bij het overlijden van deze persoon. Hierbij is dan wel een meerprijs verbonden.

      Afdeling 4: Gedenkplaten voor graven op het urnenveld
      Artikel 61 

      §1. De gedenkplaat voor een geconcedeerd graf op het urnenveld wordt beperkt tot een donkere natuursteen (graniet Labrador Bleu) in de vorm van een vierkant van 0,60mx0,60mx0,05m (LxBxD). Deze wordt geleverd en geplaatst door de gemeente.
      §2. De gedenkplaat voor een niet-geconcedeerd graf op het urnenveld wordt beperkt tot een donkere natuursteen (graniet Labrador Bleu) met een zeshoekige vorm met een zijde van 0,25m en een diameter van 0,50m. Deze wordt geleverd en geplaatst door de gemeente.  
      §3. Zowel de geconcedeerde als de niet-geconcedeerde graven worden gelijk geplaatst met het maaiveld. De decoratieve afwerking van het urnenveld is op die manier eenvormig en wordt verzorgd door de gemeente.
      §4. Het opschrift wordt door de gemeente op een eenvormige wijze in de gedenkplaats gegraveerd en dit op kosten van de aanvrager. Deze tekst omvat de naam, voornaam, geboortejaar en overlijdensjaar van de begunstigden en een religieuze of ander passend figuur.
      §5. De aanvrager mag ook kiezen om de gegevens van de tweede begunstigde niet onmiddellijk te laten graveren maar dit later te doen bij het overlijden van deze persoon. Hieraan is dan wel een meerprijs verbonden.

      Afdeling 5: Foto’s op gedenkplaten van het columbarium en het urnenveld
      Artikel 62

      Op de gedenkplaat van het columbarium en het urnenveld mag 1 foto per overledene worden aangebracht. Dit gebeurt door een medewerker van de gemeente. De aanvrager zorgt zelf voor de foto. Deze mag ovaal of rechthoekig zijn op weersbestendig materiaal. De afmetingen zijn voor het urnenveld (zowel voor Bonheiden als Rijmenam) 10,5cmx15cm (BxH), voor het columbarium van Bonheiden 7cmx9cm (BxH) en voor het columbarium van Rijmenam 9cmx12cm (BxH).
      Afdeling 6: Houder voor bloemen aan een columbariumnis

      Artikel 63

      Rechts onder de gedenkplaat van een columbariumnis mag er een houder voor bloemen geplaats worden. De aanvrager zorgt hier zelf voor maar wordt wel aangebracht door een medewerker van de gemeente. De houder mag een maximale afmeting hebben van 12cmx7cm (HxB).

      Afdeling 7: Graftekens voor het Engelenveld
      Artikel 64

      Voor het Engelenveld kan er gekozen worden voor:

        • Een steen in graniet in de vorm van een meetkundig lichaam met een maximum hoogte van 20cm. Dit wordt aangeleverd door de gemeente;
        • Een zelf aangekocht granieten beeldje in de vorm van een trein, beer, knuffel of beeldje dat geschikt is voor een kind. De maximumhoogte mag 25cm zijn.

      Artikel 65

      Voor een columbariumnis wordt een afdekplaatje van 15cmx15cm door de gemeente geleverd. Op het opschrift staat de familienaam, voornaam en jaartal. Dit wordt door de gemeente op een eenvormige wijze in de gedenksteen gegraveerd.

      Artikel 66

      De plaatsing gebeurt steeds na afspraak met een medewerker van de gemeente.

      Afdeling 8: Gedenkplaatjes op de strooiweide
      Artikel 6

      Voor een persoon van wie de as werd verstrooid op de strooiweide kan een gedenkplaatje aangebracht worden op het daarvoor voorziene monument op de begraafplaats. Dit is een eenvormig gedenkplaatje. Op het opschrift staat de familienaam, voornaam, geboorte- en overlijdensjaar van de overleden persoon. Dit gebeurt op aanvraag van de nabestaanden en wordt aangebracht door een medewerker van de gemeente. Het plaatje wordt na 10 jaar verwijderd. Dit kan tot 1 jaar na de verwijdering opgehaald worden op de begraafplaats.

      Afdeling 9: Gegevens op de gedenkplaten die geleverd zijn door de gemeente
      Artikel 68

      De familienaam, voornaam, geboorte- en overlijdensjaar worden aangebracht volgens deze bepalingen:

        • Lettertype: Elsevier – cursief
        • Kleur: grijs ingekleurd
        • Hoofdletters: hoogte 2,5cm
        • Kleine letters: hoogte 1,5cm

      Afdeling 10: Eigendomsrechten van de graftekens, grafzerken en gedenkplaten
      Artikel 69

      De gedenkplaten van een columbariumnis of het urnenveld kunnen bij een ontgraving of bij het einde van een concessie tot 6 maanden na de verwijdering van de concessie afgehaald worden op de begraafplaatsen.

      Artikel 70

      Wanneer niet-geconcedeerde graven voor nieuwe begravingen worden gebruikt, wordt in een beslissing van het college van burgemeester en schepenen de termijn bepaald waarbinnen de graftekens mogen weggenomen worden. Na deze termijn worden de graftekens die niet weggenomen zijn eigendom van de gemeente.

      Afdeling 11: Plaatsing en onderhoud van graftekens
      Artikel 71

      De graftekens moeten zo opgericht en onderhouden worden zodat dit de veiligheid en de doorgang niet belemmert. Dit moet ook gebeuren zonder schade aan te brengen aan de andere graftekens en graven.

      Artikel 72 

      §1. De materialen die bestemd zijn voor het grafteken moeten volledig gekapt, afgewerkt en gereed zijn om onmiddellijk te worden geplaatst. Pas dan kan men na afspraak toegelaten worden op de begraafplaats. Er mag in geen geval een hulp- of restmateriaal binnen de omheining van de begraafplaats achtergelaten worden.
      §2. De materialen worden aangevoerd en geplaatst naarmate de behoeften.
      §3. Als er geen gevolg wordt gegeven aan een ingebrekestelling door de gemeente wordt er van ambtswege overgegaan tot verwijdering van het achtergelaten materiaal. Dit is op bevel van de burgemeester en gebeurt op kosten van de overtreder.

      Artikel 73

      De scheefstaande en omgevallen graftekens moeten uiterlijk 14 kalenderdagen voor Allerheiligen door de nabestaanden terug recht gezet of verwijderd worden. De graftekens die 3 dagen vóór Allerheiligen bij de sluiting van de begraafplaats niet zouden geplaatst zijn, moeten door de betrokken nabestaanden de dag nadien vóór 10u ’s ochtends verwijderd zijn. Indien dit niet het geval is zullen deze en andere risicovolle voorwerpen zonder enige verwittiging opgeruimd worden door een medewerker van de gemeente. Dit gebeurt op kosten van de overtreder.

      Artikel 74

      Alle kosten met betrekking tot het onderhoud van graftekens, grafzerken en gedenkplaten zijn ten laste van de aanvragers, met uitzondering van de plaatjes die aangebracht zijn op het monument van de strooiweide.
      Hoofdstuk VII: Grafkelders, urnenkelders, columbariumnissen en urnen

      Artikel 75

      De grafkelders worden door de gemeente in eigen beheer geplaatst. De kosten hiervan worden gedragen door de gemeente. De kelders zijn waterdicht en uit duurzaam materiaal vervaardigd. Elke kist kan in een afzonderlijke cel in de kelder geplaatst worden. Een kelder heeft maximum 2 cellen boven elkaar. De grafkelder is zo geconstrueerd dat de lucht tot de grafruimte kan toetreden en hieruit ook kan worden afgevoerd. De lucht wordt op een manier afgevoerd uit de grafruimte dat er in de omgeving geen hinder ontstaat. Indien nodig loopt de afvoer naar de buitenlucht via een efficiënte ontgeuringsfilter.

      Artikel 76

      De urnen worden door de gemeente in eigen beheer in een urnenkelder of columbariumnis geplaatst. Deze worden ter beschikking gesteld tegen het tarief dat vermeld staat in het desbetreffend retributiereglement.

      Artikel 77 

      §1. De urnen voor bijzetting in een columbariumnis of begraving op het urnenveld mogen maximum een hoogte hebben van 25cm en een diameter van 18cm.
      §2. De urnen die bedoeld zijn voor een bijzetting in het columbarium van het Engelenveld moeten cilindervormig zijn met een maximum diameter van 8cm en een maximum hoogte van 12cm.

      HOOFDSTUK VIII: Bloemstukken en versieringen
      Artikel 78

      Kransen met natuurlijke bloemen moeten weggenomen worden van zodra deze niet meer fris zijn. Kransen uit kunstmatig materiaal mogen niet geplaatst worden in omhulsels die geheel of gedeeltelijk bestaan uit breekbaar materiaal.

      Artikel 79

      Bloemen en planten op de graven moeten steeds in goede staat onderhouden worden. Wanneer ze afgestorven zijn moeten ze verwijderd worden. Bij gebreke hiervan zal het opruimen en het verwijderen van de potten gebeuren door een medewerker van de gemeente.

      Artikel 80

      Bloempotten (verplicht geplaatst in houders ter beschikking gesteld door de gemeente) of bloemstukken die ter gelegenheid van Allerheiligen op de begraafplaats geplaatst worden, zullen na 15 november verwijderd worden door een medewerker van de gemeente.
      Hoofdstuk IX: Onderhoud van graven

      Artikel 81

      Voor de onderhoudsplicht die bestaat voor de graven en de bepalingen inzake het onderhoud van graftekens, geldt het volgende:
      §1. De belanghebbenden zijn verantwoordelijk voor het onderhoud van de graven en graftekens. Een uitzondering hierop zijn de gedenkplaatjes die aangebracht zijn op het monument op de strooiweide omdat de gemeente hiervoor zelf verantwoordelijk is.
      §2. Vanaf de laatste 2 werkdagen voor Allerheiligen tot en met 2 november is het verboden grondige reinigingswerken (reinigen met water en afwasproducten) aan de graven alsook werken aan grafzerken uit te voeren.
      §3. De graven en grafmonumenten die opgenomen zijn op de lijst van graven met lokaal historisch belang die niet in aanmerking komen voor hergebruik, worden onderhouden door de gemeente overeenkomstig met de voorschriften van artikel 26§2 van het decreet van 16/01/2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging.
      §4. Het is verboden om pesticiden en herbiciden te gebruiken op de gemeentelijke begraafplaatsen.

      Hoofdstuk X: Ereparken
      Afdeling 1: Indeling van de Ereparken
      Artikel 82

      Op de gemeentelijke begraafplaats “Rijmenam” zijn 2 Ereparken voorzien. Er is geen Erepark voorzien op de begraafplaats te Bonheiden:

        • Oud-strijderspark: dit park is voorbehouden voor de begraving van stoffelijke resten van oud-strijders, weerstanders, politieke gevangenen, weggevoerden, burgerlijke oorlogsslachtoffers en andere gelijkgestelden. De begunstigden moeten op het ogenblik van het overlijden ingeschreven zijn in het bevolkingsregister of ermee gelijkgesteld zijn;
        • Erepark: dit park is voorbehouden voor de begraving van stoffelijke resten van personen die uitzonderlijke diensten aan de gemeente, het land of de gemeenschap in het algemeen hebben bewezen (verdienstelijke personen):
          • de burgemeester in dien of na 2 ononderbroken ambtstermijnen op voorwaarde dat hij/zij bij het overlijden in de gemeente is ingeschreven;
          • de schepen, na minimum 2 ononderbroken ambtstermijnen op voorwaarde dat hij/zij bij het overlijden in de gemeente is ingeschreven;
          • een gemeenteraadslid, na minimum 3 ononderbroken ambtstermijnen op voorwaarde dat hij/zij bij het overlijden in de gemeente is ingeschreven;
          • de algemeen directeur, de adjunct-algemeen directeur, de financieel directeur, de adjunct-financieel directeur, op voorwaarde dat hij/zij in die hoedanigheid in de gemeente minimum 15 jaar dienst had/heeft bij overlijden en dit ongeacht de woon- of verblijfplaats bij het overlijden;
          • de bedienaars van een erkende eredienst evenals leden van de kerkelijke overheid, in dienst of bij pensioen minimum 15 jaar dienst in een parochie of godsdienstgemeenschap van de gemeente, ongeacht zijn woon- of verblijfplaats bij overlijden; 
          • de bedienaars van een erkende eredienst evenals leden van de kerkelijke overheid na minimum 25 jaar dienst als bedienaar of hiërarchisch hoger ambt op voorwaarde dat men minimum 10 jaar zijn hoofdverblijfplaats had in de gemeente. De diensten doorgebracht in een missiepost worden meegerekend;
          • de personen uit de wereld van de kunst, cultuur en sport met nationale of internationale faam, op voorwaarde dat zij in de gemeente zijn ingeschreven op het ogenblik van geboorte of overlijden;
          • andere personen: bij een gemotiveerd besluit van het college van burgemeester en schepenen.

      Afdeling 2: Modaliteiten voor de begraving op de Ereparken
      Artikel 83

      Voor de begraving op 1 van de Ereparken moet men vooraf aan de bevoegde gemeentediensten volgende bewijzen voorleggen:

        • een officieel getuigschrift waaruit de hoedanigheid van de rechthebbende blijkt;
        • een schriftelijke aanvraag of instemming dat uitgaat van enerzijds de rechthebbende voor het overlijden of anderzijds van 1 van de nabestaanden van de rechthebbende in geval van overlijden.

      Afdeling 3: Onderhoud van de Ereparken
      Artikel 84

      De oprichtings- en onderhoudskosten van de Ereparken vallen ten laste van de gemeente. 

      Afdeling 4: Bijzettingen
      Artikel 85

      De echtgeno(o)t(e) van de personen die gerechtigd zijn om een plaats op een Erepark mag bijgezet worden zolang er een grafkelder aanwezig is die geschikt is voor 2 personen. De kosten hiervan vallen ten laste van de rechthebbende of de aanvrager.

      Afdeling 5: Kosten van de graftekens
      Artikel 86

      De kosten van de gedenkstenen die door de gemeente aangebracht worden op de graven van personen omschreven in artikel 82 – eerste lid (oud-strijders of gelijkgestelden), vallen ten laste van de gemeente.
      De kosten van het aanbrengen van de identiteitsbenamingen op de grafsteen van de niet rechthebbende echtgeno(o)t(e) vallen ten laste van de nabestaanden.
      De kosten van de gedenksteen die wordt aangebracht op de graven van de persoon bedoeld in artikel 82 – tweede lid (verdienstelijke personen), vallen ten laste van de nabestaanden.

      Artikel 87

      Rechthebbenden zoals bedoeld in artikel 82 – eerste lid (oud-strijders of gelijkgestelden) kunnen indien gewenst volgens dezelfde modaliteiten begraven worden zoals vermeld in afdeling 2. Men dient hierbij wel bewust te zijn dat deze graven en gedenkstenen geplaatst zullen worden tussen de geconcedeerde graven.

      Artikel 88

      Voor de personen bedoeld in artikel 82 eerste lid (oud-strijders of gelijkgestelden) waarvan de begunstigden geen gebruik wensen te maken van de gratis gedenksteen kan een er een gedenkplaatje geplaatst worden op de eigen grafsteen. Dit wordt gratis ter beschikking gesteld door de gemeente.

      Hoofdstuk XI: graven met lokaal historisch belang
      Artikel 89 

      §1. Het college van burgemeester en schepenen maakt een lijst op van graven met lokaal historisch belang die als kleine onroerende erfgoedelementen kunnen worden beschouwd. Dit zijn graven met een historische, artistieke, volkskundige of socio-culturele waarde die niet beschermd zijn als monument in overeenstemming met het decreet van 03/03/1976 tot bescherming van monumenten, stads- en dorpsgezichten.
      §2. De graven op deze lijst worden 50 jaar bewaard en onderhouden door de gemeente. Deze termijn kan worden verlengd.
      §3. De lijst bevat:

        • informatie over een eventuele concessie en de persoon die begraven is;
        • informatie over de bouwfysische toestand;
        • informatie over het grafteken;
        • een bondige omschrijving van het lokaal historisch belang;een foto van het graf.

      §4. Deze graven worden aangegeven op een plan van de begraafplaats. Een afschrift van deze lijst met plan wordt bezorgd aan de Vlaamse minister bevoegd voor monumenten en landschappen.
      §5. Indien de graven die vermeld zijn op deze lijst een definitieve bescherming van rechtswege krijgen, worden ze van de lokale lijst geschrapt.
      §6. Indien de (oude) begraafplaats ontruimd dient te worden, zullen de graven die op de lijst vermeld staan overgebracht worden naar de nieuwe begraafplaats.

      HOOFDSTUK XII: Ontgravingen en ontruimingen
      Afdeling 1: Ontgravingen
      Artikel 90

      Er mag geen enkele ontgraving gedaan worden zonder een schriftelijke toelating van de burgemeester, tenzij op gerechtelijk bevel. Een toestemming tot ontgraving door de burgemeester kan alleen om ernstige redenen. Een ontgraving is verboden tijdens de periode van de grafrust die loopt tot 10 jaar na de begraving, tenzij op een gerechtelijk bevel of op bevel van de burgemeester. Alle kosten zijn ten laste van de aanvragers.

      Artikel 91

      Een ontgraving is alleen toegelaten in volgende gevallen:

        • om een lichaam of de urne over te brengen van een niet-geconcedeerd graf, kelder of nis, naar een geconcedeerd graf, kelder of nis;
        • op bevel van de gerechtelijke overheid;
      • wegens een bestuurlijke beslissing.

      Artikel 92

      De aanvraag tot ontgraving moet door de nabestaande(n) schriftelijk worden gericht aan het college van burgemeester en schepenen.
      Volgende afspraken moeten steeds worden nageleefd bij een ontgraving en kunnen aangevuld worden met bijzondere voorwaarden door het college van burgemeester en schepenen:

        • de dag en het uur waarop de ontgraving zal gebeuren, worden in overleg met het gemeentebestuur vastgesteld;
        • het grafteken, de beplantingen en alle andere voorwerpen die het openen van het graf kunnen bemoeilijken of beletten, moeten door de aanvrager verwijderd worden vooraleer de ontgravingswerken starten;
        • het openen van het graf, het openen van de grafkelders, het uitnemen van de kist uit het graf en het vullen van de kuil gebeurt door een medewerker van de gemeente;
        • het openen van de nis of de kelder, het verwijderen van de urne uit de nis of de kelder en het opnieuw sluiten van de nis of de kelder, gebeurt door een medewerker van de gemeente.

      Artikel 93

      Tussen 15/10 en 15/11, op feestdagen en weekends gebeuren er geen ontgravingen, tenzij er een gerechtelijk bevel is.

      Artikel 94

      Tijdens de ontgraving wordt de plaats visueel afgeschermd voor eventuele omstaanders.

      Artikel 95

      De ontgraving gebeurt in de aanwezigheid van een medewerker van de gemeente en de burgemeester of een gemachtigde, die de ontgraving registreert. Er mag iemand van de familie (nabestaande(n)) aanwezig zijn bij de ontgraving.

      Artikel 96

      Als de burgemeester of een gemachtigde het nodig vindt kunnen zij een nieuwe kist voorschrijven op kosten van de aanvrager.

      Artikel 97

      Als het stoffelijk overschot dat wordt opgegraven naar een andere begraafplaats moet worden overgebracht, moet de opgegraven kist eerst in een hermetisch gesloten omhulsel geplaatst worden (voordat het vervoerd mag worden.

      Afdeling 2: Ontruimingen
      Artikel 98 

      §1. De burgemeester of zijn gemachtigde maakt minstens 1 jaar voor de aanvang van een ontruiming een bekendmaking op waarin staat dat er een ontruiming zal plaatsvinden. Deze bekendmaking wordt 1 jaar bij de parken, de graven, de nissen en de kelders geplaatst. Een lijst van al deze bekendmakingen wordt aan de ingang van de begraafplaatsen uitgehangen.
      §2. Een niet-geconcedeerd graf of kelder kan omgezet worden naar een concessie. Hierbij worden de kosten van een ontgraving aangerekend voor de aanvrager. Dit is niet van toepassing bij een columbariumnis omdat de urne niet fysiek verplaatst moet worden.

      Artikel 99

      De dag en het uur van de ontruiming en de eventuele uitstrooiing van de as (bij een urne) worden bepaald door de burgemeester.
      Als er belanghebbenden bekend zijn worden zij op de hoogte gebracht van het verwijderen van de urne en het uitstrooien van de as (zodat zij indien gewenst aanwezig kunnen zijn op dit moment).
      De urne wordt na het uitstrooien van de as onmiddellijk vernietigd. Het sieromhulsel van de urne blijft eigendom van de belanghebbende als deze bekend zijn. Als dit niet het geval is wordt dit ambtshalve eigendom van de gemeente.

      Artikel 100

      De uitstrooiing van de as van een al dan niet geconcedeerde nis of kelder in het kader van een ontruiming geeft geen recht op het plaatsen van een gedenkplaatje op de voorziene plaats op de strooiweide.
      Hoofdstuk XIII: Sluiting van de begraafplaatsen

      Artikel 101

      De gemeenteraad bepaalt de datum waarop niet meer mag begraven worden op de oude begraafplaats. De beslissing tot het stopzetten van begraven wordt bekend gemaakt door een afschrift hiervan uit te hangen aan de ingang van de begraafplaats. De oude begraafplaats wordt gedurende ten minste 10 jaar in de staat gelaten waarin zij zich bevindt. Na 10 jaar kan de gemeenteraad een andere bestemming geven aan de begraafplaats. Als na sluiting van de begraafplaats een andere bestemming dan parkgebied aan het terrein wordt gegeven, moet het terrein ontknekeld worden.

      Artikel 102

      Als een begraafplaats gesloten wordt en als de belanghebbenden het vragen, zal er voor een geconcedeerd graf op de nieuwe begraafplaats een perceel voorzien worden van dezelfde grootte. Er zal opnieuw een concessie voorzien worden voor de resterende termijn zoals oorspronkelijk werd voorzien. De kosten voor de overbrenging van de stoffelijke resten vallen ten laste van het gemeentebestuur. De kosten van de overbrenging van eventuele graftekens en de kosten van een eventuele nieuwe kelder vallen ten laste van de belanghebbenden die de overbrenging hebben aangevraagd.

      Hoofdstuk XIV: Openingsuren en werken op de begraafplaats
      Afdeling 1: Openingsuren van de begraafplaatsen
      Artikel 103

      De gemeentelijke begraafplaatsen zijn toegankelijk voor het publiek van (tenzij afwijkingen die bepaald zijn door de burgemeester):

        • 1 mei tot 30 september van 07.30u tot 19.30u;
        • 1 oktober tot 30 april van 8.30u tot 16.30u.

      Afdeling 2: Werken op de begraafplaatsen
      Artikel 104

      Werken op de gemeentelijke begraafplaatsen, het plaatsen en herstellen van zerken, gebeuren op afspraak na overleg met een medewerker van de gemeente.

      Artikel 105

      Personen die op de begraafplaatsen werken uitvoeren moeten de werken binnen de kortst mogelijke termijn voltooien en na afloop de begraafplaatsen net achterlaten. De bouwers van grafkelders moeten onmiddellijk de overtollige aarde die voortkomen van de grondwerken, verwijderen en afvoeren naar een erkende stortplaats. Alle werken die als voorbereiding ergens anders mogelijk zijn, mogen niet op de begraafplaatsen gebeuren. De materialen moeten zoveel mogelijk geprefabriceerd ter plaatse worden gebracht om de werken op de begraafplaats tot het volstrekte minimum te beperken.

      Artikel 106

      Als er stoffelijke resten die afkomstig zijn van een menselijk lichaam worden opgegraven ten gevolge van een of ander werk op de begraafplaats, moet gemeente hiervan onmiddellijk op de hoogte brengen.
      Stoffelijke overschotten die gevonden worden binnen de omheining van de begraafplaatsen zullen op één van de gemeentelijke begraafplaatsen herbegraven worden. Hiervoor is een aparte plaats voorzien.

      HOOFDSTUK XV: Sancties
      Artikel 107

      Als afsluitingen, omheiningen, vegetatie, kniel- of zitbanken niet reglementair geplaatst zijn, worden deze verwijderd door een medewerker van de gemeente.

      Artikel 108 

      De overtredingen op Hoofdstuk VI, afdeling 2: graftekens en – zerken voor de parken worden door de nabestaanden en een aangestelde steenkapper, op hun kosten, aangepast. Hiervoor is een termijn voorzien van 4 maanden, na de kennisgeving aan de nabestaanden. Als er geen gevolg wordt gegeven aan de kennisgeving, worden de kosten voor het aanpassen van het grafteken of grafzerk dat door het gemeentebestuur wordt uitgevoerd, aan hen doorgerekend.

      HOOFDSTUK XVI: Aansprakelijkheid
      Afdeling 1: Onderhoud en aanleg van de begraafplaats
      Artikel 109

      Begraafplaatsen kunnen in België niet privé worden opgericht.  Gemeenten zijn dus verantwoordelijk voor het onderhoud en de aanleg van de begraafplaats.

      Artikel 110

      De belanghebbenden staan zelf in voor het onderhoud van zowel geconcedeerde als niet-geconcedeerde gronden of nissen. Wanneer dit niet onderhouden wordt, kan de gemeente de concessie stopzetten omwille van verwaarlozing. De gemeente kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor een graf dat niet onderhouden is. Een belanghebbende kan ervoor kiezen om een jaarlijks onderhoud aan te vragen bij de gemeente (zie retributiereglement).

      Artikel 111

      De ereparken die op de lijst van historisch waardevolle graven vermeld staan worden blijvend onderhouden door het gemeentebestuur. De andere graven op deze lijst worden voor een periode van 50 jaar onderhouden door het gemeentebestuur.

      Artikel 112

      Iedereen kan een aanvraag indienen om peter te mogen worden van een bepaald grafmonument. Bij een toegewezen peterschap moet deze aanvrager het grafmonument behouden en onderhouden voor een bepaalde periode. De aanvrager mag onderhouds- en restauratiewerken uitvoeren. Dit moet gebeuren zonder de oorspronkelijke staat van het grafmonument te wijzigen.
      De aanvrager is aansprakelijk voor eventuele schade aan het grafmonument die, als gevolg van werken, in zijn of haar opdracht zijn uitgevoerd.

      Afdeling 2: Schade
      Artikel 113

      Het gemeentebestuur is verantwoordelijk voor het onderhoud van de begraafplaatsen. Stormschade of indirecte schade-veroorzaking (bv. verzakking, omgevallen boom, …) vallen onder de verantwoordelijkheid van het gemeentebestuur.

      Artikel 114

      De belanghebbende(n) zijn verantwoordelijk voor de staat en het onderhoud van een graf of nis en zijn toebehoren (bv. bloempotten, foto’s, …). Wanneer er sprake is van grafschennis door derden, (opzettelijk vernielen of beschadigen van een graf) dan kunnen die personen opgelegd worden om de schade te herstellen of vergoeden aan de nabestaanden.

      Artikel 115

      Het gemeentebestuur staat niet in voor de bewaking van de graven, grafmonumenten of op de voorwerpen die op de graven staan. Het gemeentebestuur kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade of diefstal op de begraafplaats.
      Dit huishoudelijk reglement betreffende de gemeentelijke begraafplaatsen vervangt alle vorige reglementeringen en beslissingen. Alle niet in dit reglement voorziene gevallen worden beslecht door het college van burgemeester en schepenen, in zoverre zij niet door een wet, besluit of decreet aan een andere overheid worden toegewezen.

      Artikel 2 – Maakt dit reglement binnen de 10 dagen bekend op de gemeentelijke website, overeenkomstig artikelen 286 en 287 van het Decreet over het lokaal bestuur en brengt de toezichthoudende overheid hiervan dezelfde dag op de hoogte, overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur.

De voorzitter sluit de zitting op 27/09/2023 om 20:37.

Namens Gemeenteraad,

Ethel Van den Wijngaert
algemeen directeur

Julie De Clerck
voorzitter gemeenteraad